Geen bijzondere begraafplaatsen op particulier terrein

1 Overwegingen

Aanleiding

Voor Texel is nog geen beleid op het gebied van begraafplaatsen op particulier terrein.

De wet laat veel ruimte, waardoor bij een aanvraag veel onduidelijkheden ontstaan. In deze beleidsregels wordt vastgelegd hoe het college met zijn bevoegdheden om wil gaan.

Door het vaststellen van deze beleidsregels is er een toetsingskader om aanvragen voor een bijzondere begraafplaats op eigen terrein te beoordelen. Het vaststellen van beleidsregels is een bevoegdheid van de gemeenteraad

 

In de Wet op de lijkbezorging staat dat het begraven van overledenen dient te geschieden op een begraafplaats. De gemeenteraad bepaalt wat een begraafplaats is.

Bij de gemeente zijn de afgelopen jaren twee verzoeken voor het begraven op particulier terrein binnengekomen en verwacht wordt dat dit in de toekomst vaker zal gebeuren.

Deze beleidsregels hebben nadrukkelijk alleen betrekking op het begraven op particulier terrein: een begraafplaats voor enkele graven (jurisprudentie spreekt over maximaal 7 graven).

Een natuurbegraafplaats op grond van bijvoorbeeld Natuurmonumenten of Staatsbosbeheer of een (uitbreiding van een) begraafplaats van een kerkgenootschap of andere gemeenschap vallen hier dus niet onder. Kerkgenootschappen hebben recht op een (eigen) bijzondere begraafplaats. Dit recht bestaat niet voor particulieren.

Het is de taak van de gemeente om per geval een snelle afweging te maken over eventuele verzoeken tot aanleg van een bijzondere begraafplaats op particulier terrein, waarbij rekening wordt gehouden met de wens en het belang van de aanvrager en het algemeen belang en de belangen van derden.

1.2 Begraven en cremeren op Texel

De gemeente moet wettelijk beschikken over een algemene begraafplaats en kan bijzondere begraafplaatsen aanwijzen.

De gemeente Texel kent twee algemene (openbare) begraafplaatsen. Deze zijn in eigendom van de gemeente en bevinden zich in Oosterend (bij de hoek Achtertune-Nieuweschild) en Den Burg (aan de Kogerstraat). Ook is er een aantal bijzondere begraafplaatsen die aan een kerkelijke gemeente zijn verbonden* . Elk dorp op Texel heeft haar eigen begraafplaats, uitgezonderd De Koog. Er is dus sprake van een ruim en gevarieerd aanbod van mogelijkheden tot begraven op Texel.

Voor cremeren wordt gebruik gemaakt van het crematorium in Schagen.

Een recent onderzoek naar de haalbaarheid van een natuurbegraafplaats in De Koog heeft uitgewezen dat een natuurbegraafplaats op dit moment nog niet tot de mogelijkheden behoort. Een (natuur)begraafplaats is echter nog wel een wens van de dorpscommissie van De Koog.

*) Er is op Texel een oud graf dat midden op een grasveld op het recreatiepark Vogelmient aanwezig is. Daar ligt de oude kastelein van het Eierlandse Huis, Hendrick Dirksz (overleden 1681), begraven. Dit graf ligt in een verblijfsrecreatieve bestemming en daar is planologisch niets voor geregeld. Het is de enige grafsteen die resteert op de oude begraafplaats van De Koog op de Vogelmient. Het graf is aangewezen als gemeentelijk monument en de begraafplaats is verder niet meer in gebruik.

1.3 Wettelijke grondslag

In de Wet op de lijkbezorging* staat wat er gebeurt met stoffelijke overschotten. Ook stelt deze wet procedurele normen vanaf het moment van overlijden tot en met de begrafenis en/of crematie, dan wel andere wijzen van lijkbezorging. De mogelijkheid om een familiegraf op eigen grond te realiseren is in 1991 afgeschaft. Tot die tijd vielen dit soort graven niet onder het voor begraafplaatsen geldende regime qua technische en hygiënische eisen.

Volgens de Wet op de lijkbezorging is een bijzondere begraafplaats van een kerkgenootschap dan wel een privaatrechtelijk persoon. Een kerkgenootschap heeft het recht op het hebben van een of meer kerkelijke begraafplaatsen. Een particuliere begraafplaats (begraven op eigen terrein/in eigen tuin) valt ook onder het begrip ‘bijzondere begraafplaats’.

Voor het aanleggen van een bijzondere begraafplaats moet de gemeenteraad de grond aanwijzen (artikel 40 lid 1). De gemeente bepaalt of en waar iemand een begraafplaats kan beginnen.

Uit de totstandkoming van de Wet op de lijkbezorging kan worden opgemaakt dat de wetgever heeft beoogd de aanleg van familiegraven op particulier terrein te beperken. Het is niet gewenst dat ieder op particulier terrein tot begraving kan overgaan en de bedoeling is niet dat een gemeenteraad eenvoudig zal overgaan tot aanwijzing van een begraafplaats op particulier terrein.

De aanwijzing van (particuliere) grond voor de aanleg van bijzondere particuliere graven roept een zwaarwegend en langdurig recht in het leven dat belemmerend kan werken op toekomstige (planologische) ontwikkelingen.

Bij de aanwijzing van grond voor het aanleggen van een bijzondere begraafplaats spelen onder meer de belangen van ruimtelijke ordening een rol. Een belangrijk criterium dat doorgaans ook – terecht – wordt gehanteerd is dat er sprake moet zijn van een historische binding met het perceel. Ook wordt meegewogen in hoeverre er binnen de gemeente een voldoende en gedifferentieerd aanbod van begraafmogelijkheden aanwezig is.

Terughoudendheid bij het aanwijzen van een particuliere begraafplaats op particulier terrein is het uitgangspunt. Dit uitgangspunt is door de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State in het verleden in diverse procedures bevestigd.

Voor besluiten van de gemeenteraad (aanwijzingsbesluit) en burgemeester en wethouders (toestemming voor ingebruikname) staat voor belanghebbenden beroep open bij Gedeputeerde Staten (artikel 42 Wet op de lijkbezorging).

Voorschriften ter uitvoering van de Wet op de lijkbezorging staan in het Besluit op de lijkbezorging.

In het Besluit op de lijkbezorging staan voorschriften waar de algemene maar ook de bijzondere begraafplaatsen aan moeten voldoen.

De belangrijkste zijn:

  • de afstand van een graf tot de erfafscheiding: ten minste 1 meter;

  • een graf bevindt zich ten minste 30 centimeter boven het niveau van de ‘gemiddeld hoogste grondwaterstand’.

 

Volgens de Wet ruimtelijke ordening moet de aanleg van een bijzondere begraafplaats in overeenstemming zijn met het bestemmingsplan of daarmee in overeenstemming kunnen worden gebracht. Volgens jurisprudentie hoeft het bestemmingsplan niet te worden aangepast als het gaat om een begraafplaats van enkele vierkante meters met slechts enkele graven.

 

De provinciale Milieuverordening van de provincie Noord-Holland verbiedt het aanleggen van begraafplaatsen in waterwingebieden.

Tevens is voor het graven in een gebied dat is aangewezen als aardkundig monument (zie figuur 1) een ontheffing van de provincie nodig.

 

 

Voor het bepalen van de gemiddeld hoogste grondwaterstand (GHG) is een cultuurtechnisch bodemonderzoek nodig. De GHG is af te lezen in de boorstaat op het punt waar de gleyverschijnselen *beginnen. Dit is het punt waar ijzer in geoxideerde vorm maar ook in gereduceerde vorm voorkomt. Dit is zeer specialistisch onderzoek.

Het hebben van een begraafplaats in de achtertuin is niet vergunningsplichtig voor de Waterwet. Op het moment dat het grondwaterpeil moet worden verlaagd ten behoeve van een begraafplaats is dit vergunningsplichtig in het kader van de Waterwet.

In 1987 is er uitgebreid onderzoek gedaan naar de vervuilingssituatie van oppervlaktewateren bij begraafplaatsen. Uit dit onderzoek kwam naar voren dat er geen significante beïnvloeding van de kwaliteit van het oppervlaktewater optreedt ten gevolge van lozingen van drain- of grondwater vanaf begraafplaatsen. Wel wordt geadviseerd om drainagewater niet te lozen op recreatief water of sloten die worden gebruikt voor beregening van gewassen. Het beregeningsaspect is geen probleem aangezien er niet beregend mag worden vanuit het oppervlaktewater op Texel.

*) Artikel 2 van de Wet op de lijkbezorging bepaalt dat een menselijke vrucht die na een zwangerschapsduur van minder dan 24 weken levenloos ter wereld is gekomen of binnen 24 uur na de geboorte is overleden niet als lijk in de zin van de wet wordt gezien. Deze kindjes hoeven niet op een begraafplaats te worden begraven maar dat mag ook elders, bijvoorbeeld in de eigen tuin.

*) Gleyverschijnselen (ook wel roestverschijnselen genoemd) zijn roestvlekken in de bodem als gevolg van fluctuaties in de grondwaterstand.

1.4 Consequenties

Bij het aanwijzen van een begraafplaats op particulier terrein spelen ook andere aspecten een rol.

Het begraven op particulier terrein is niet wenselijk omdat er sprake is en/of kan zijn van:

  • Een langdurig ruimtebeslag op de grond in verband met de minimaal wettelijk voorgeschreven grafrust van 10 jaren;

  • Verplichtingen voor de (opvolgend) grondeigenaar, die ervoor zorgen dat hij niet vrijelijk kan beschikken over het perceel;

  • Weerstand van omwonenden of opvolgend eigenaar omdat een begraafplaats als onprettig of confronterend kan worden ervaren;

  • Een extra taak voor gemeentelijk toezicht om de staat (ongestoorde grafrust) en onderhoud van de begraafplaatsen op particulier terrein te inspecteren en indien nodig te handhaven;

  • Een belemmering in het peilbesluitgebied van de begraafplaats op particulier terrein als de gemiddeld hoogste grondwaterstand moet worden verhoogd;

  • Het ontstaan van versnippering omdat de grond in gebruik als begraafplaats niet op een andere manier gebruikt zal kunnen worden;

  • Mogelijke (toekomstige) belemmering van de bedrijfsmatige functie van een perceel;

  • Belemmerende werking bij ruimtelijke ontwikkelingen op het perceel en/of de omgeving.

2 Beleidsregels

2.1 Standpunt

Gelet op hetgeen in hoofdstuk 1 is besproken neemt de gemeenteraad het standpunt in dat geen medewerking wordt verleend aan verzoeken tot het aanwijzen van een bijzondere begraafplaats op particulier terrein. Dit geldt voor percelen in de kernen, maar ook in het buitengebied.

Daarbij wordt rekening gehouden met het feit dat op Texel een voldoende en gevarieerd aanbod van begraafmogelijkheden aanwezig is voor alle gezindten en/of kerkgenootschappen. Er is nog voldoende ruimte voor nieuwe graven op deze begraafplaatsen.

Derhalve ontbreekt de noodzaak voor het begraven op particulier terrein.

Het standpunt van de gemeenteraad is mede gebaseerd op de onwenselijke consequenties die – blijkens het hierboven onder 1.4 gestelde - verbonden zijn aan de aanwijzing van een begraafplaats op particulier terrein.

2.2 Conclusie

Op Texel wordt geen medewerking verleend aan bijzondere begraafplaatsen op particulier terrein

Naar boven