Gemeenteblad van Wijk bij Duurstede
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Wijk bij Duurstede | Gemeenteblad 2022, 237374 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Wijk bij Duurstede | Gemeenteblad 2022, 237374 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Wegsleepverordening Wijk bij Duurstede 2022
Artikel 1: Begripsomschrijving
Het begrip ‘motorrijtuig’ is apart omschreven omdat artikel 5 van de verordening alleen betrekking heeft op dit soort voertuigen. Het betreft hierbij met name auto’s en motoren.
Artikel 2: Aanwijzing van wegen en weggedeelten waar voertuigen kunnen worden verwijderd, overgebracht en in bewaring gesteld in het belang van het vrijhouden van wegen en weggedeelten
Artikel 3: Plaats bewaring voertuigen
Openingstijden van de bewaarplaats staan op https://www.modern-berging.nl/.
Artikel 4: Kosten overbrengen en bewaren voertuigen
De in de vorige leden genoemde bedragen worden jaarlijks aangepast overeenkomstig de procentuele wijziging die het consumenten-prijsindexcijfer over de maand januari van het lopende kalenderjaar heeft ondergaan ten opzichte van dit prijsindexcijfer over de maand januari van het daaraan voorafgaande jaar.
Artikel 6: Overbrengen en in bewaring stellen van motorrijtuigen in het geval van gebleken onvoldoende rijgeschiktheid of rijvaardigheid dan wel het ontbreken van een behoorlijk zichtbare kentekenplaat
Wanneer gebruik wordt gemaakt van de bevoegdheid, bedoeld in artikel 130, vierde lid, 164, zevende lid, en 174, eerste lid van de wet (WVW 1994), zijn artikel 1, 3 en 4 van deze verordening van overeenkomstige toepassing.
Toelichting op Wegsleepverordening Wijk bij Duurstede 2022
Bevoegdheid tot het wegslepen van voertuigen is een bevoegdheid van het college van burgemeester en wethouders. Het wegslepen van een voertuig moet worden gezien als een bijzondere vorm van bestuursdwang. In de Awb zijn algemene regels gesteld over de toepassing van bestuursdwang. Deze regels zijn voor een groot deel ook van toepassing op het wegslepen van voertuigen. Tegen besluiten tot het wegslepen van voertuigen staat op grond van de Awb bezwaar en vervolgens beroep open.
1.1 Verhouding Wet-Mulder en bestuursdwang
Wanneer een voertuig fout geparkeerd staat en wegsleepwaardig is, zijn er in principe twee naast elkaar bestaande manieren om hiertegen op te treden. Allereerst door politie en justitie op grond van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (Wet-Mulder) via het opmaken van een procesverbaal.
Daarnaast door het uitvoeren van bestuursdwang (lees: het laten wegslepen en bewaren van dat voertuig) door het college van burgemeester en wethouders. Vanzelfsprekend is het wel noodzakelijk om de geconstateerde parkeerovertreding zo goed mogelijk vast te leggen wanneer alleen gebruik wordt gemaakt van de bestuursdwangbevoegdheid. Voor eventuele latere bezwaar-.en beroepsprocedures op grond van de Awb is het verstandig de geconstateerde parkeerovertreding zo goed mogelijk vast te leggen In een schriftelijk document en bij voorkeur vergezeld te laten gaan van een foto die de feitelijke situatie weergeeft.
In de Wegenverkeerswet 1994 is het kader aangegeven waarbinnen het college van burgemeester en wethouders gebruik kan maken van zijn bevoegdheid tot het wegslepen van voertuigen. Hoewel de bevoegdheid tot het wegslepen van voertuigen in de wet is neergelegd, kan het college pas goed van deze bevoegdheid gebruikmaken wanneer de gemeenteraad in een verordening nadere regels heeft gesteld over de toepassing van deze bevoegdheid, zoals in artikel 173, tweede lid van de wet wordt voorgeschreven. In deze verordening dienen in elk geval regels te worden gesteld over:
Aangezien in artikel 173, tweede lid van de wet wordt aangegeven dat de nadere regels bij gemeentelijke verordening moeten worden gesteld, kunnen de hiervoor genoemde onderwerpen niet worden gedelegeerd aan het college van burgemeester en wethouders. De uitwerking van de nadere regels van de verordening kan wel door het college van burgemeester en wethouders geschieden (bijvoorbeeld door middel van beleidsregels).
1.3 Vernieuwing van Wegsleepverordening in 2022
In navolging op de voorafgaande Wegsleepverordeningen is Wegsleepverordening 2003 aan actualisatie toe. De wijziging van 2022 richt zich op het herzien van de artikelen 2, 3 en 4. Voor artikel 2 zijn er meer weggedeeltes aangewezen waar gesleept mag worden ten opzichte van de Wegsleepverordening in 2003. Voor artikel 3 is de plaats van bewaring van voertuigen en openingstijden gewijzigd.
Ook artikel 4 is gewijzigd, de kosten van overbrengen en het bewaren van voertuigen zijn gestegen. Tevens worden nu ook kosten voor voorrijden berekend. Om in de toekomst bij een eventuele prijsstijging te voorkomen dat de gehele Wegsleepverordening moet worden aangepast is artikel 4 lid 3 toegevoegd. In dit artikel wordt aangegeven dat de jaarlijkse prijsstijging gelijk loopt met de jaarlijks procentuele wijziging van het consumenten-prijsindexcijfer.
Bevoegdheid tot het wegslepen van voertuigen
Het uitvoeren van de wegsleepregeling is een bevoegdheid van het gehele college van burgemeester en wethouders. Het wegslepen van een voertuig moet gezien worden als een bijzondere vorm van bestuursdwang. In de algemene wet bestuursrecht (Awb) zijn algemene regels gesteld over de toepassing van bestuursdwang. Deze regels zijn voor een groot deel ook van toepassing op het wegslepen van voertuigen. Bepaalde artikelen van de Awb zijn niet van toepassing verklaard in het artikel 170 lid 2 van de Wegen Verkeers Wet. Tegen het wegslepen van voertuigen staat op grond van de Awb bezwaar en vervolgens beroep open.
Op grond van de oude WvW 1994 mochten op de weg staande voertuigen alleen worden weggesleept in het belang van de veiligheid op de weg of de vrijheid van het verkeer dan wel het vrijhouden van invalidenparkeerplaatsen.
Op grond van de regeling in de WVW 1994 en het daarop gebaseerde besluit wegslepen van voertuigen is het laatste criterium uitgebreid. Er zijn immers meer locaties denkbaar waar fout parkeren als zeer hinderlijk wordt ervaren zonder dat de veiligheid op de weg of de vrijheid van het verkeer in direct geding is. Direct optreden tegen dergelijke fout geparkeerde voertuigen kan in bepaalde gevallen zeer wenselijk zijn. Hierbij kan worden gedacht aan het onbevoegde parkeren op laad- en loshavens, taxistandplaatsen, marktterreinen, voetgangersgebieden en dergelijke. Deze wegen en weggedeelten moeten eerst nader worden aangewezen in een gemeentelijke verordening voordat er gebruik gemaakt kan worden van deze bevoegdheid.
In zowel de oude als de nieuwe regeling geldt dat een voertuig niet zonder meer kan worden weggesleept wanneer aan één van de genoemde criteria wordt voldaan. Degene die met de uitvoering van de wegsleepregeling is belast, dient per geval na te gaan of in dat specifieke geval het wegslepen van het desbetreffende voertuig absoluut noodzakelijk is. Het wegslepen van een voertuig dat om 4.00 uur ’s nachts in strijd met één van de genoemde criteria is geparkeerd zal doorgaans als niet of minder urgent moeten worden beschouwd. In zo’n geval kan het opmaken van een proces-verbaal door een opsporingsambtenaar doorgaans volstaan.
Verhouding Wet-Mulder en bestuursdwang
Wanneer een voertuig fout geparkeerd staat en wegsleepwaardig is, zijn er in principe twee naast elkaar bestaande manieren om hiertegen op te treden. Allereerst door de politie en justitie op grond van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (Wet-Mulder) via het opmaken van een proces-verbaal. Daarnaast door het uitvoeren van bestuursdwang (lees: het laten wegslepen en bewaren van dat voertuig) door het college van burgemeester en wethouders.
In de oude wegsleepregeling bestond er een onlosmakelijk verband tussen beide vormen van optreden. Voordat tot het wegslepen van een voertuig kon worden overgegaan, moest altijd eerst een proces-verbaal op grond van de Wet-Mulder worden opgemaakt.
Indien het desbetreffende proces-verbaal werd geseponeerd of wanneer vrijspraak of ontslag van rechtsvervolging door de rechter volgde, dienden ook de kosten van het wegslepen en bewaren van het voertuig te worden terugbetaald.
In de nieuwe wegsleepregeling is deze koppeling losgelaten. Het opmaken van een proces-verbaal op grond van de Wet-Mulder, voordat tot het wegslepen van een voertuig kan worden overgegaan, is niet meer vereist, maar kan nog steeds wel samengaan. Opgemerkt moet worden dat het wel noodzakelijk is om de geconstateerde parkeerovertreding zo goed mogelijk vast te leggen wanneer alleen gebruik wordt gemaakt van de bestuursdwangbevoegdheid. Voor eventuele latere bezwaar- en beroepsprocedures op grond van de Awb is het verstandig de geconstateerde parkeerovertreding zo goed mogelijk vast te leggen in een schriftelijk document en bij voorkeur vergezeld laten gaan van een foto die de feitelijke situatie weergeeft. Een eventueel sepot, vrijspraak of ontslag van rechtsvervolging door justitie, respectievelijk de rechter naar aanleiding van een proces-verbaal is niet zonder meer een reden ook de kosten van de bestuursdwang terug te betalen. Het college van burgemeester en wethouders maakt in een eventuele bezwaarprocedure een zelfstandige afweging.
In artikel 170 e.v. WVW 1994 is het kader aangegeven waarbinnen gebruik gemaakt kan worden van de bevoegdheid tot het wegslepen van voertuigen. Hoewel de bevoegdheid tot het wegslepen van voertuigen in de wet is neergelegd, kan er pas goed gebruik gemaakt worden van deze bevoegdheid wanneer de gemeenteraad in een verordening nadere regels heeft gesteld over de toepassing van deze bevoegdheid, zoals in artikel 173, tweede lid van de wet wordt voorgeschreven. In deze verordening dienen in elk geval regels te worden gesteld over:
de eventuele aanwijzing van wegen en weggedeelten waar op grond van artikel 170, eerste lid onder c WVW 1994 voertuigen mogen worden weggesleept. Aangezien in artikel 173, tweede lid van de wet wordt aangegeven dat de nadere regels bij gemeentelijke verordening moeten worden gesteld, kunnen de hiervoor genoemde onderwerpen niet worden gedelegeerd aan het college. De uitwerking van nadere regels van de verordening kan wel door het college geschieden, bijvoorbeeld door middel van beleidsregels.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2022-237374.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.