Eerste wijziging van de Algemene plaatselijke verordening gemeente Westerkwartier 2021

De raad van de gemeente Westerkwartier;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders;

gelet op artikel 149 van de Gemeentewet;

B E S L U I T :

vast te stellen de eerste wijziging van de Algemene plaatselijke verordening gemeente Westerkwartier 2021.

Artikel I

A

In de artikelen 2:24, eerste lid, onder d, 2:34a, 2:34c, tweede lid, en artikel 3:7, eerste lid, onder h, onderdeel 1, ‘Drank- en Horecawet’ te vervangen door ‘Alcoholwet’.

B

In het opschrift van Hoofdstuk 2, Afdeling 5, wordt ‘Drank- en Horecawet’ vervangen door ‘Alcoholwet’.

C

Het tweede en derde lid van artikel 2:26 (ordeverstoring bij evenementen) en artikel 2:50a (Verbod op zichtbare uitingen van verboden organisaties) vervallen te verklaren.

D

Na artikel 2:50 een nieuw artikel 2:50a in te voegen, dat als volgt luidt:

Artikel 2:50a Liggen of slapen op openbare plaatsen

Het is verboden - al dan niet met gebruikmaking van enige vorm van beschutting, waaronder in ieder geval begrepen het gebruik van een motorvoertuig, een caravan, een tent en dergelijke - op openbare plaatsen te liggen of te slapen, nadat door een toezichthouder dan wel een ambtenaar van politie in het belang van de openbare orde of veiligheid is aangezegd dat dit moet worden beëindigd.

E

Artikel 2:79, eerste lid, komt te luiden:

• 1. Degene die een woning of een bij die woning behorend erf gebruikt of tegen betaling in gebruik geeft, draagt er zorg voor dat door gedragingen in of vanuit die woning of dat erf of in de onmiddellijke nabijheid van die woning of dat erf geen ernstige en herhaaldelijke hinder voor omwonenden wordt veroorzaakt.

F

Artikel 3:7, eerste lid, aanhef wordt gewijzigd en komt te luiden als volgt:

• 1. Een vergunning wordt geweigerd als:

G

Artikel 3:7, tweede lid, wordt gewijzigd en komt te luiden als volgt:

• 2. Met een veroordeling als bedoeld in het eerste lid, onder g en h, wordt gelijkgesteld:

  • a. een bevel tot tenuitvoerlegging van een zodanige voorwaardelijke straf;

  • b. betaling van een geldsom als bedoeld in artikel 74, tweede lid, onder a, van het Wetboek van Strafrecht of artikel 76, tweede lid, van de Algemene wet inzake rijksbelastingen, tenzij de geldsom minder dan € 375 bedraagt.

H

Het derde lid van artikel 4:11 Apv (Omgevingsvergunning voor het vellen van houtopstanden) vervallen te verklaren.

Artikel II

Dit besluit treedt in werking op de eerste dag na de bekendmaking er van.

Aldus besloten in de openbare vergadering

van de raad van de gemeente Westerkwartier,

d.d. 20 april 2022

A. van der Tuuk, voorzitter

O.E. de Vries, griffier