Nadere regels subsidie gemeentelijke monumenten Zwartewaterland 2022

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Zwartewaterland,

 

overwegende dat,

 

artikel 4:23, eerste lid van de Awb vereist dat voor het verstrekken van subsidie een wettelijk voorschrift is vastgesteld dat regelt voor welke activiteiten subsidie kan worden verstrekt;

het in aanvulling op de Algemene subsidieverordening gemeente Zwartewaterland gewenst is om nadere regels op te stellen voor de subsidiëring van gemeentelijke monumenten;

het gewenst is het behoud van monumentale panden binnen de gemeente Zwartewaterland te bevorderen;

 

gelet op artikel 2, eerste lid van de Algemene subsidieverordening gemeente Zwartewaterland alsmede gelet op titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb);

 

b e s l u i t vast te stellen de volgende:

 

Nadere regels subsidie gemeentelijke monumenten Zwartewaterland 2022

Artikel 1 Begripsbepalingen

Deze subsidieregeling verstaat onder:

  • a.

    eigenaar: een natuurlijke of rechtspersoon, die in de kadastrale registers als eigenaar, erfpachter of houder van het recht van opstal van een gemeentelijk monument staat ingeschreven;

  • b.

    bouwhistorisch onderzoek: het onderzoek naar de bouwhistorie en gebruiksgeschiedenis van een gebouw, te onderscheiden in een inventarisatie, verkenning, opname of ontleding, zoals bedoeld in de ‘Richtlijnen bouwhistorisch onderzoek’;

  • c.

    gemeentelijk monument: een onroerende zaak die of terrein dat is aangewezen als gemeentelijk monument zoals bedoeld in artikel 1 van de Erfgoedverordening gemeente Zwartewaterland;

  • d.

    instandhoudingswerkzaamheden: werkzaamheden die noodzakelijk zijn voor de instandhouding en/of het herstel van de monumentale waarden van een gemeentelijk monument;

  • e.

    Monumentenwacht Overijssel: een onafhankelijke particuliere stichting die periodiek inspecties aan monumenten verricht;

  • f.

    omgevingsvergunning: een vergunning als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, of 2.2 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;

  • g.

    subsidiabele kosten: kosten die noodzakelijk zijn voor het sober en doelmatig in stand houden en/of het herstel van een gemeentelijk monument;

  • h.

    verordening: Algemene subsidieverordening gemeente Zwartewaterland.

Artikel 2 Reikwijdte subsidieregeling

  • 1.

    Deze subsidieregeling is van toepassing op:

  • subsidies voor instandhoudingswerkzaamheden aan gemeentelijke monumenten, zoals genoemd in artikel 9;

Artikel 3 Subsidieplafond

  • 1.

    Het college kan een subsidieplafond vaststellen. Het subsidietijdvak waarop het subsidieplafond van toepassing is omvat een begrotingsjaar, met uitzondering van 2022. In dit jaar omvat het subsidietijdvak 1 mei tot en met 31 december 2022.

  • 2.

    Het college verdeelt het voor de verstrekking van subsidie beschikbare budget in de volgorde van ontvangst van de aanvragen.

Artikel 4 Subsidietoekenning

Ter tegemoetkoming in de kosten van instandhoudingswerkzaamheden kan alleen aan de eigenaar van een gemeentelijk monument een subsidie worden verleend.

Artikel 5 Hoogte subsidie

  • 1.

    De subsidie, zoals bedoeld in artikel 4 bedraagt 40% van de door het college vastgestelde subsidiabele kosten tot een maximum van € 5.000,-.

  • 2.

    Het in het eerste lid genoemde maximale subsidiebedrag kan, al of niet verdeeld over meerdere aanvragen, in een periode van vier jaar na de eerste aanvraag ten hoogste eenmaal worden verleend.

Artikel 6 Aanvraag subsidie

  • 1.

    Onverminderd artikel 4 van de verordening wordt een aanvraag om subsidie zoals bedoeld in artikel 2, eerste lid onder a schriftelijk door de eigenaar bij het college ingediend op een daartoe beschikbaar gesteld aanvraagformulier.

  • 2.

    Het in het eerste lid genoemde aanvraagformulier gaat vergezeld van de volgende stukken:

    • a.

      een beschrijving van de technische staat of het bouwkundig inspectierapport van het monument waarin de gebreken van het monument nauwkeurig staan vermeld;

    • b.

      tekeningen of foto’s van de bestaande situatie;

    • c.

      voor zover van toepassing tekeningen waarop de voorgenomen herstelwerkzaamheden of wijzigingen staan aangegeven;

    • d.

      een bestek of werkomschrijving per onderdeel van de toe te passen constructies, materialen, afwerkingen en kleuren alsmede van de wijze van verwerking daarvan;

    • e.

      een begroting, niet ouder dan twee jaar, gespecificeerd naar activiteit, mensuren en materialen;

    • f.

      een verleende omgevingsvergunning (indien de instandhoudingwerkzaamheden als vergunningplichtig zijn aangemerkt) voor de instandhoudingwerkzaamheden zoals beschreven in de subsidieaanvraag.

  • 3.

    Het college kan bepalen dat naast de in het tweede lid genoemde bescheiden nog andere stukken moeten worden overgelegd.

Artikel 7 Termijn aanvraag subsidie

In afwijking van artikel 5, tweede lid van de verordening wordt een aanvraag om een subsidie uiterlijk voor aanvang van de activiteit ingediend bij het college.

Artikel 8 Subsidiabele kosten

  • 1.

    De subsidiabele kosten omvatten de door het college goedgekeurde bedragen van:

    • a.

      de aanneemsom;

    • b.

      de risicoverrekening van loon- en materiaalprijsstijgingen;

    • c.

      de kosten van de architect en van de constructeur;

    • d.

      de verschuldigde omzetbelasting, voor zover deze niet kan worden verrekend;

    • e.

      eventueel noodzakelijk meerwerk, voor zover direct na constatering schriftelijk gemeld en door het college goedgekeurd;

    • f.

      de kosten voor het opstellen van een instandhoudingplan;

    • g.

      de kosten voor bouw- en kleurhistorisch onderzoek;

    • h.

      de legeskosten voor een omgevingsvergunning, activiteit monument;

    • i.

      de kosten van het lidmaatschap alsmede de inspectiekosten van de Monumentenwacht Overijssel;

    • j.

      de kosten van de CAR-verzekering.

  • 1.

    Als de instandhoudingwerkzaamheden in zelfwerkzaamheid worden uitgevoerd worden alleen de materiaalkosten tot de subsidiabele kosten gerekend.

Artikel 9 Instandhoudingwerkzaamheden

De in artikel 2 bedoelde instandhoudingwerkzaamheden die voor subsidie in aanmerking komen zijn:

  • a.

    herstel van het casco;

  • b.

    herstel van afzonderlijke onderdelen met monumentale waarde;

  • c.

    herstelwerkzaamheden aan het dak: het incidenteel vernieuwen van pannen, riet of het herstellen van leiwerk, het repareren en vernieuwen van zink en lood en het onderhoud van brand- en bliksembeveiliging;

  • d.

    reparaties aan windveren, schoorstenen, kapellen en loodaansluitingen;

  • e.

    reparaties aan goten en regenafvoeren, het opheffen van verstoppingen, schoonmaak alsmede werkzaamheden die de waterhuishouding rondom het monument bevorderen;

  • f.

    herstelwerkzaamheden aan gevels: herstel van voeg- of pleisterwerk, reparaties aan natuursteen, baksteen, beton en houtwerk;

  • g.

    buiten- en daarmee samenhangend binnenschilderwerk aan buitenramen, buitenkozijnen en buitendeuren;

  • h.

    herstel van buitenkozijnen, buitendeuren, raampartijen, luiken en herstel of terugplaatsen van stoepen, roedenverdeling, lijstwerk en luiken;

  • i.

    herstel van dragende constructies;

  • j.

    behandeling van muur- en houtwerk ter bestrijding van zwamaantasting of houtaantasting;

  • k.

    herstel van glas-in-loodbeglazing en aanbrengen beschermende beglazing voor gebrandschilderd glas of historisch waardevol glas;

  • l.

    het aanbrengen van inspectievoorzieningen zoals dakluiken en klimhaken;

  • m.

    het gangbaar houden van historische krachtwerktuigen, mechanieken en machines;

  • n.

    overige herstelwerkzaamheden die naar het oordeel van het college gericht zijn op de instandhouding van het gemeentelijk monument.

Artikel 10 Weigeringsgronden

Onverminderd artikel 6 van de verordening wordt de subsidie wordt geweigerd indien:

  • a.

    met de instandhoudingwerkzaamheden is begonnen voordat op de aanvraag om subsidie is beslist;

  • b.

    binnen een periode van vier jaar vóór de aanvraag met geldelijke steun van overheidswege dezelfde instandhoudingwerkzaamheden aan hetzelfde onderdeel van het gemeentelijk monument zijn uitgevoerd;

  • c.

    de voor het verrichten van de instandhoudingwerkzaamheden noodzakelijke vergunningen niet zijn verleend;

  • d.

    de kosten van de instandhoudingwerkzaamheden op grond van een verzekeringsovereenkomst zijn gedekt;

  • e.

    het beschermd gemeentelijk monument na het treffen van de voorzieningen niet voldoet aan de eisen die volgens wettelijke voorschriften aan het pand moeten worden gesteld.

Artikel 11 Verplichtingen

De subsidie wordt verleend onder de verplichtingen, dat:

  • a.

    binnen zes maanden na het besluit tot het verlenen van de subsidie met de instandhoudingwerkzaamheden wordt begonnen;

  • b.

    de instandhoudingwerkzaamheden zijn voltooid binnen een jaar na bekendmaking van het besluit tot het verlenen van de subsidie of vóór een door het college in de subsidieverleningsbeschikking op te nemen datum;

  • c.

    de eigenaar het vervreemden van het gemeentelijk monument, gedurende de termijn tussen de verlening en vaststelling van de subsidie, meldt aan het college;

  • d.

    de eigenaar aan door het college aangewezen medewerkers van de gemeente toegang verleent tot de werkplaats(en) in het gemeentelijk monument waar de instandhoudingwerkzaamheden worden uitgevoerd;

  • e.

    de eigenaar na voltooiing van de instandhoudingwerkzaamheden het gemeentelijk monument zal bewaren en onderhouden in de staat waarin het door de instandhoudingwerkzaamheden is gebracht.

Artikel 12 Aanvraag om vaststelling

  • 1.

    In afwijking van artikel 12, eerste lid van de verordening wordt een subsidie van niet meer dan €10.000 niet direct vastgesteld.

  • 2.

    De subsidieontvanger meldt binnen acht weken na het gereedkomen van de instandhoudingwerkzaamheden maar uiterlijk binnen acht weken na de datum als bedoeld in artikel 11 sub b aan het college dat deze werkzaamheden zijn afgerond.

  • 3.

    De gereedmelding, als bedoeld in het eerste lid, wordt tevens beschouwd als aanvraag om vaststelling van de subsidie als bedoeld in artikel 11, tweede lid van de verordening.

  • 4.

    De gereedmelding, als bedoeld in het eerste lid, omvat:

    • a.

      een volledig overzicht van de uitgevoerde instandhoudingwerkzaamheden en een specificatie van de daarop betrekking hebbende kosten inclusief het uitgevoerde meer- en minderwerk;

    • b.

      alle rekeningen en betalingsbewijzen met betrekking tot de instandhoudingswerkzaamheden.

Artikel 13 Inwerkingtreding en overgangsrecht

  • 1.

    Deze regeling treedt in werking op 1 mei 2022

  • 2.

    De Nadere regels Subsidie Gemeentelijke Monumenten Zwartewaterland vervallen per 1 mei 2022.

  • 3.

    Op aanvragen om subsidie die zijn gedaan voor 1 mei 2022 zijn de Nadere regels Subsidie Gemeentelijke Monumenten Zwartewaterland van toepassing.

Artikel 14 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Nadere regels subsidie gemeentelijke monumenten Zwartewaterland 2022.

 

Aldus vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders in de vergadering van 19 april 2022.

de secretaris, de burgemeester,

drs. D.S. Ruddijs ing. E.J. Bilder

Naar boven