Derde wijziging Gemeenschappelijke regeling VNOG 2010

Inleiding

Burgemeester en wethouders van de gemeente Apeldoorn maken overeenkomstig het bepaalde in artikel 26, tweede lid, van de Wet gemeenschappelijke regelingen bekend dat het Algemeen Bestuur van de Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland in zijn vergadering van 24 maart j.l. heeft vastgesteld dat de colleges van burgemeester en wethouders van 16 van de 22 deelnemende gemeenten (Aalten, Apeldoorn, Berkelland, Bronckhorst, Brummen, Doetinchem, Elburg, Epe, Ermelo, Harderwijk, Hattem, Heerde, Lochem, Montferland, Nunspeet, Oldebroek, Oost Gelre, Oude IJsselstreek, Putten, Voorst, Winterswijk en Zutphen) tot de derde wijziging van de Gemeenschappelijke Regeling Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland 2010 hebben besloten. Hiermee is conform artikel 27, derde lid, van de Gemeenschappelijke Regeling Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland 2010 deze derde wijziging tot stand gekomen.

De wijziging treedt 8 dagen na deze bekendmaking in werking.

 

Besluit

 

Het algemeen bestuur van de Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland;

 

Bijeen in de vergadering d.d. 24 maart 2022;

 

Gelezen het voorstel van het dagelijks bestuur d.d. 10 maart 2022;

 

Besluit:

 

  • 1.

    Vast te stellen, dat de colleges van tenminste tweederde van de gemeenten, die tezamen tenminste tweederde van het aantal in het algemeen bestuur uit te brengen stemmen vertegenwoordigen, tot de Derde wijziging van de Gemeenschappelijke regeling VNOG 2010 hebben besloten;

  • 2.

    De datum van inwerkingtreding van Derde wijziging van de Gemeenschappelijke regeling VNOG 2010 te bepalen op de achtste dag na de bekendmaking van de wijziging;

  • 3.

    De colleges hierover te informeren door middel van bijgevoegde brief.

 

De secretaris

Drs. D.G.L. Kransen

 

De voorzitter

A.J.M. Heerts

 

Tabel met wijzigingen

Door de derde wijziging van gemeenschappelijke regeling zijn de volgende artikelen gewijzigd of vervallen:

 

Tweede wijziging GR VNOG 2010

Derde wijziging GR VNOG 2010

Artikel 5 Bevoegdheden

 

  • 1.

    De veiligheidsregio heeft alle bevoegdheden tot regeling, bestuur en beheer die nodig zijn voor de uitvoering van de aan de veiligheidsregio in artikel 4, eerste lid, opgedragen taken.

  • 2.

    De veiligheidsregio is op grond van een besluit daartoe van het algemeen bestuur, bevoegd om deel te nemen aan een gemeenschappelijke regeling, als bedoeld in de artikelen 93 en 96 van de wet, voor zover zij daar reeds deelnemer van is op de dag van inwerkintreding van de eerste wijziging van deze regeling.

  • 3.

    De veiligheidsregio sluit zich aan bij de Werkgeversvereniging Samenwerkende Veiligheidsregio’s die door de 25 veiligheidsregio’s wordt opgericht om namens de besturen van de veiligheidsregio’s afspraken te maken over de arbeidsvoorwaarden voor het personeel van de veiligheidsregio’s.

Artikel 5 Bevoegdheden

 

  • 1.

    De veiligheidsregio heeft alle bevoegdheden tot regeling, bestuur en beheer die nodig zijn voor de uitvoering van de aan de veiligheidsregio in artikel 4, eerste lid, opgedragen taken.

  • 2.

    De veiligheidsregio is op grond van een besluit daartoe van het algemeen bestuur, bevoegd om deel te nemen aan een gemeenschappelijke regeling, als bedoeld in de artikelen 93 en 96 van de wet, voor zover zij daar reeds deelnemer van is op de dag van inwerkintreding van de eerste wijziging van deze regeling.

Artikel 5a Deelnemingen

De veiligheidsregio sluit zich aan bij:

  • a.

    de Werkgeversvereniging Samenwerkende Veiligheidsregio’s die door de 25 veiligheidsregio’s wordt opgericht om namens de besturen van de veiligheidsregio’s afspraken te maken over de arbeidsvoorwaarden voor het personeel van de veiligheidsregio’s;

  • b.

    de stichting risicobeheer veiligheidsregio’s, die door de 25 veiligheidsregio's wordt opgericht en ten behoeve van de besturen van de veiligheidsregio’s activiteiten uitvoert op het thema risicobeheer, waaronder in ieder geval het adviseren rondom ongevallen en schade en het bemiddelen met betrekking tot verzekeringen, in ieder geval ongevallenverzekeringen, en het inkopen ervan;

  • c.

    de stichting waarborgfonds veiligheidsregio’s, die door de 25 veiligheidsregio's wordt opgericht en de besturen van de veiligheidsregio’s op het thema risicobeheer rondom ongevallen en schade mogelijkheden biedt tot het opvangen van niet-verzekerbare risico’s.

 

Toelichting

Toelichting

Artikel 5: Bevoegdheden

 

Artikel 10, tweede lid van de Wgr, bepaalt dat een regeling waarbij een openbaar lichaam wordt ingesteld aangeeft welke bevoegdheden de deelnemende gemeenten aan het openbaar lichaam toekennen; verder is bepaald dat de regeling bepalingen kan inhouden omtrent de wijze waarop verandering kan worden gebracht in de toegekende bevoegdheden.

 

Bevoegdheden kan een openbaar lichaam in de eerste plaats ontvangen van de deelnemende gemeenten (artikel 30 van de Wgr). Deze worden door de gemeenten overgedragen waarna zij zelf niet langer over deze bevoegdheden beschikken.

 

Naast door gemeenten overgedragen bevoegdheden heeft het openbaar lichaam van rechtswege de bevoegdheid om aan het maatschappelijk verkeer deel te nemen (bijvoorbeeld het verwerven van goederen en het benoemen van personeel). Gemeenten kunnen in de regeling op deze bevoegdheid wel beperkingen aanbrengen (art. 31 van de Wgr).

 

Tot slot heeft een openbaar lichaam ook de bevoegdheden die annex zijn aan de bevoegdheden die door de gemeenten worden overgedragen, bijvoorbeeld het toepassen van bestuursdwang of het voeren van overleg met derden omtrent een overgedragen bevoegdheid. Ook aan deze annexe bevoegdheden kunnen door de gemeenten in de regeling beperkingen worden gesteld (artikel 31 van de Wgr).

 

De bevoegdheden die de bestuursorganen van de veiligheidsregio toekomen om tot een goede uitvoering van de in de artikelen 3 en 4 omschreven belangen en taken te kunnen komen, vloeien specifiek voort uit artikel 10 van de Wvr.

 

Tweede lid.

Om niet meer afstand te creëren tussen de deelnemende gemeenten en de veiligheidsregio is het deelnemen aan gemeenschappelijke regelingen beperkt tot de organisaties waaraan de veiligheidsregio nu reeds deelneemt.

 

Om dezelfde reden is aan het algemeen bestuur niet de bevoegdheid gegeven om te besluiten deel te nemen aan stichtingen e.d. Omdat het besluit tot deelnemen aan stichtingen e.d. onder de Wgr zoals die voor 1 januari 2015 gold, was toegestaan zonder dat die bevoegdheid expliciet in de gemeenschappelijke regeling aan het algemeen bestuur was toegekend kan de veiligheidsregio blijven deelnemen aan stichtingen e.d. waaraan zij reeds voor 1 januari 2015 deelnam.

 

Derde lid

Omdat de invoering van de Wet normalisering rechtspositie ambtenaren (WNRA) per 1 januari 2020 maakt dat de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) geen werkgeversvertegenwoordiging voor de Veiligheidsregio kan zijn, is door de veiligheidsregio’s gekozen voor het oprichten van een werkgeververeniging, die in de positie is om bindende afspraken te maken met de vakbonden over een rechtspositieregeling voor het personeel van de veiligheidsregio’s. De bevoegdheid tot deelname aan deze vereniging is opgenomen in de gemeenschappelijke regeling.

Artikel 5: Bevoegdheden

 

Artikel 10, tweede lid van de Wgr, bepaalt dat een regeling waarbij een openbaar lichaam wordt ingesteld aangeeft welke bevoegdheden de deelnemende gemeenten aan het openbaar lichaam toekennen; verder is bepaald dat de regeling bepalingen kan inhouden omtrent de wijze waarop verandering kan worden gebracht in de toegekende bevoegdheden.

 

Bevoegdheden kan een openbaar lichaam in de eerste plaats ontvangen van de deelnemende gemeenten (artikel 30 van de Wgr). Deze worden door de gemeenten overgedragen waarna zij zelf niet langer over deze bevoegdheden beschikken.

 

Naast door gemeenten overgedragen bevoegdheden heeft het openbaar lichaam van rechtswege de bevoegdheid om aan het maatschappelijk verkeer deel te nemen (bijvoorbeeld het verwerven van goederen en het benoemen van personeel). Gemeenten kunnen in de regeling op deze bevoegdheid wel beperkingen aanbrengen (art. 31 van de Wgr).

 

Tot slot heeft een openbaar lichaam ook de bevoegdheden die annex zijn aan de bevoegdheden die door de gemeenten worden overgedragen, bijvoorbeeld het toepassen van bestuursdwang of het voeren van overleg met derden omtrent een overgedragen bevoegdheid. Ook aan deze annexe bevoegdheden kunnen door de gemeenten in de regeling beperkingen worden gesteld (artikel 31 van de Wgr).

 

De bevoegdheden die de bestuursorganen van de veiligheidsregio toekomen om tot een goede uitvoering van de in de artikelen 3 en 4 omschreven belangen en taken te kunnen komen, vloeien specifiek voort uit artikel 10 van de Wvr.

 

Tweede lid.

Om niet meer afstand te creëren tussen de deelnemende gemeenten en de veiligheidsregio is het deelnemen aan gemeenschappelijke regelingen beperkt tot de organisaties waaraan de veiligheidsregio nu reeds deelneemt.

Om dezelfde reden is aan het algemeen bestuur niet de bevoegdheid gegeven om te besluiten deel te nemen aan stichtingen e.d. Omdat het besluit tot deelnemen aan stichtingen e.d. onder de Wgr zoals die voor 1 januari 2015 gold, was toegestaan zonder dat die bevoegdheid expliciet in de gemeenschappelijke regeling aan het algemeen bestuur was toegekend kan de veiligheidsregio blijven deelnemen aan stichtingen e.d. waaraan zij reeds voor 1 januari 2015 deelnam.

 

Artikel 5a Deelnemingen

a.

Omdat de invoering van de Wet normalisering rechtspositie ambtenaren (WNRA) per 1 januari 2020 maakt dat de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) geen werkgeversvertegenwoordiging voor de Veiligheidsregio kan zijn, is door de veiligheidsregio’s gekozen voor het oprichten van een werkgeververeniging, die in de positie is om bindende afspraken te maken met de vakbonden over een rechtspositieregeling voor het personeel van de veiligheidsregio’s. De bevoegdheid tot deelname aan deze vereniging is opgenomen in de gemeenschappelijke regeling.

 

b. en c.

De veiligheidsregio’s hanteren in het kader van goedwerkgeverschap een gezamenlijke lijn bij de afhandeling van schades na ongevallen en geven daarbij vorm aan de omslag van verzekeringsdenken naar risicodenken ’ en ‘van verzekeringsdenken naar het denken in aanspraken’. Zij bundelen in onderlinge samenwerking de expertise op het gebied van (ongevallen)verzekeringen en hebben gezamenlijk een krachtiger positie bij het inkopen ervan.

Daarnaast hebben de veiligheidsregio’s de mogelijkheid om collectief te voorzien in onverzekerbare risico’s. De activiteiten van de stichtingen kunnen zich binnen het geheel van te verzekeren risico’s uitstrekken tot andere dan de genoemde.

De keuze voor een privaatrechtelijke rechtsvorm vloeit mede voort uit de aard van de activiteiten van de stichting risicobeheer veiligheidsregio’s, waarvoor een vergunning nodig is van de Autoriteit Financiële Markten en mede uit de wens om voor de stichting waarborgfonds veiligheidsregio’s een vrijstelling te krijgen van de plicht tot vergunning door de Nederlandsche Bank, waartoe een op te richten rechtspersoon geen winstoogmerk mag hebben. De bevoegdheid tot deelname aan de stichtingen is opgenomen in de gemeenschappelijke regeling.

 

Naar boven