Besluit van de raad van de gemeente Barneveld tot vaststelling van de 2e wijziging van de Verordening op de heffing en invordering van leges 2022 (Legesverordening 2022)

De raad van de gemeente Barneveld;

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders, nummer 2039;

 

gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h, en 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet en de artikelen 2, tweede lid en 7 van de Paspoortwet;

besluit:

 

vast te stellen de Verordening tot wijziging van de Verordening op de heffing en invordering van leges 2022

Artikel I.

Onderdeel 1.5.2 van Hoofdstuk 5 (Overige Publiekszaken) van de tarieventabel behorende bij de legesverordening komt als volgt te luiden:

 

1.5.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek tot naturalisatie

 

1.5.2.1

Optie; enkelvoudig (code A)

€ 200,00

1.5.2.2

Optie; gemeenschappelijk (code B)

€ 342,00

1.5.2.3

Optie; medeopterende minderjarige (code C)

€ 22,00

1.5.2.4

naturalisatie één persoon (code D)

€ 945,00

1.5.2.5

naturalisatie samen met partner (code E)

€ 1206,00

1.5.2.6

mee-naturalisatie van kind: per kind (code H)

€ 139,00

 

Voor vluchtelingen en staatlozen:

 

1.5.2.7

naturalisatie één persoon (code F)

€ 703,00

1.5.2.8

naturalisatie samen met partner (code G)

€ 965,00

1.5.2.9

mee-naturalisatie van kind: per kind (code H)

€ 139,00

Artikel II.

Onderdeel 2.1.1.1 en 2.1.1.2 van Hoofdstuk 1(Definities) van de tarieventabel behorende bij de legesverordening komt als volgt te luiden:

 

2.1.1.1

aanlegkosten:

 

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012, Stcrt. 2012, 1567) voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft.

2.1.1.2

bouwkosten:

 

het product van de normkosten voor het uit te voeren werk en de bruto inhoud van het bouwwerk conform het (online) rekenprogramma 'Basisbedragen Gebouwen' van het Nederlands Bouwkosten Instituut. Voor bouwwerken die niet passen binnen het regime van vaststelling van normatieve bouwkosten geldt een raming van de bouwkosten, exclusief omzetbelasting, bedoeld in het normblad 2699 (NEN 2699:2017), of zoals dit normblad laatstelijk is vervangen of gewijzigd.

Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft;

Om de hoogte van de bouwleges te bepalen, moeten de bouwkosten per bouwwerk berekend worden. Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk met hergebruik van materialen plaatsvindt, wordt bij het bepalen van de bouwkosten uitgegaan van de prijs die aan een derde in het economische verkeer zou moeten worden betaald voor nieuwe materialen. Voor het bepalen van de bouwkosten is de datum van indiening van de aanvraag leidend.

Artikel III.

Onderdeel 2.3.4.10 van Hoofdstuk 3 (Omgevingsvergunning) wordt toegevoegd aan de tarieventabel behorende bij de legesverordening en komt als volgt te luiden:

 

2.3.4.10

Bij het opstellen van de in artikel 2.3.4.3 genoemde begroting wordt in de begroting een 100% verhoging van de uren toegepast indien voorafgaand aan een aanvraag om een omgevingsvergunning een voorwaarschuwing dan wel een aanschrijving is verzonden naar aanleiding van de constatering dat zonder of in afwijking van de bestemming wordt gehandeld.

Artikel IV.
  • 1.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking, met dien verstande dat de bepalingen die ingevolge deze verordening worden gewijzigd van toepassing blijven op de belastbare feiten die zich voor de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing hebben voorgedaan.

  • 2.

    Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, blijven de bepalingen die ingevolge deze verordening worden gewijzigd gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van leges hiervoor in die periode plaatsvindt.

  • 3.

    De datum van ingang van heffing is 21 april 2022.

 

Vastgesteld in de openbare vergadering van 20 april 2022

De raad voornoemd,

De griffier,

De voorzitter

Naar boven