Gemeenteblad van Roerdalen
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Roerdalen | Gemeenteblad 2022, 17780 | beleidsregel |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Roerdalen | Gemeenteblad 2022, 17780 | beleidsregel |
Beleidsregels kinderopvang op grond van sociaal-medische indicatie gemeente Roerdalen 2020
Artikel 1. Begripsomschrijving
In deze beleidsregels wordt verstaan onder:
Deze beleidsregels zijn van toepassing op een ouder/verzorger met een kind tot 12 jaar die voldoet aan alle navolgende bepalingen:
die behoort tot de categorie personen met een lichamelijke, verstandelijke of psychische beperking waardoor de zorg voor zijn/haar kind niet goed mogelijk is en/of een kind heeft, waarvan het college heeft vastgesteld dat de kinderopvang noodzakelijk is voor een goede en gezonde ontwikkeling van het betreffende kind;
Artikel 8. Wijziging of beëindiging van de tegemoetkoming
De vastgestelde tegemoetkoming kan worden gewijzigd of beëindigd indien:
Aldus vastgesteld in de collegevergadering van 17 december 2019,
Burgemeester en wethouders van gemeente Roerdalen,
de secretaris,
J.J.W.M. L’Ortije
de burgemeester,
mr. M.D. de Boer-Beerta
Toelichting Beleidsregels kinderopvang op grond van sociaal-medische indicatie gemeente Roerdalen 2020
In de beleidsregels “Kinderopvang op grond van sociaal-medische indicatie gemeente Roerdalen 2020” zijn de bepalingen met betrekking tot de vaststelling van de noodzaak van kinderopvang, de verlening en de vaststelling van de tegemoetkoming opgenomen.
De kinderopvang op grond van een sociaal-medische indicatie is een bijzondere regeling die gemeenten hanteren voor inwoners die geen recht hebben op kinderopvangtoeslag van de Belastingdienst. Op het moment dat de ouder/verzorger vanwege ziekte of beperkingen tijdelijk niet in staat is om goed voor het kind te zorgen, dan kan deze regeling via de gemeente uitkomst bieden.
De Wet kinderopvang geeft gemeenten de ruimte om een tegemoetkoming te verstrekken aan inwoners, in aanvulling op de tegemoetkoming die de Belastingdienst verleent.
Het uitgangspunt is dat ouders/verzorgers zelf zorgen voor hun kind en indien dat een probleem is, zorgen voor opvang via familie of vrienden. In de situatie dat dit niet mogelijk is en de opvoeding en ontwikkeling van het kind komt in het gedrang, dan is een tegemoetkoming van de gemeente mogelijk.
Een gemeentelijke tegemoetkoming op grond van een sociaal-medische indicatie is daarmee een vangnetvoorziening. Alleen een ouder/verzorger die niet op grond van een bepaling in de Wet kinderopvang of een andere voorziening aanspraak kan maken op een tegemoetkoming in de kosten van kinderopvang, kan aanspraak maken op een tegemoetkoming in de kosten van kinderopvang wegens een sociaal-medische noodzaak.
Bij de tegemoetkoming in de kosten van kinderopvang op grond van een sociaal-medische indicatie (SMI) is aansluiting gezocht bij de Wet kinderopvang (Wko). Dit houdt in dat de ouder/verzorger zelf de kinderopvang regelt, hiervoor een contract met een kindercentrum sluit, in beginsel zelf de rekeningen betaalt en hiervoor een tegemoetkoming van de gemeente ontvangt. In het kader van de privacybescherming is dit ook het meest zuiver.
Voor de definitie van kinderopvang, de voorwaarden waaraan de kinderopvang en de houder van een centrum waar kinderopvang plaatsvindt aan moeten voldoen en de maximale uurprijs is aansluiting gezocht bij de Wko en het Besluit kinderopvangtoeslag.
Artikel 1. Begripsomschrijving
Zowel vanuit de situatie van de ouder/verzorger als vanuit het kind kan er sprake zijn van een sociaal medische indicatie. Door verschillende oorzaken kunnen de ouders/verzorgers niet de mogelijkheid hebben om het kind datgene te bieden wat het kind nodig heeft om zich zo optimaal mogelijk te ontwikkelen. Door plaatsing van het kind bij een kinderopvang wordt de thuissituatie tijdelijk ontlast.
Ouders/verzorgers krijgen zo de tijd en rust om hun eigen leven op orde te brengen. Vanuit de ouder/verzorger kan het gaan om:
Voor kinderen met een (dreigende) ontwikkelingsachterstand kan de plaatsing bij een kinderopvang een stimulans geven tot het verbeteren van de ontwikkeling van het kind. Het kan hierbij gaan om sociaal-emotionele, verstandelijke of lichamelijke ontwikkeling, taalachterstanden of aanvulling op de opvoeding thuis.
Ouders/verzorgers moeten eerst proberen om op een andere manier te voorzien in de opvang van hun kind(eren). Dit geheel aan mogelijkheden wordt geschaard onder de voorliggende voorzieningen.
Tot een voorliggende voorziening wordt in ieder geval gerekend:
Indien de opvang via een voorliggende voorziening nog niet toereikend is, dan kan de gemeente in aanvulling daarop nog een tegemoetkoming verstrekken voor kinderopvang op grond van SMI.
Artikel 3. Noodzaak van kinderopvang
Voor de vaststelling van de noodzaak tot kinderopvang op sociaal-medische gronden gaat de gemeente uit van een advies door een kinderarts of (kinder-)psychiater. Wanneer dit ontbreekt, kan de gemeente een onafhankelijk deskundige om advies vragen. Wanneer de ouder/verzorger zelf over dergelijk advies beschikt dan dient dit ter onderbouwing van de aanvraag overgelegd te worden aan de gemeente. De gemeente beoordeelt of dit advies voldoende is en vraagt – zo nodig – een eigen advies op bij een onafhankelijke deskundige.
Uit het advies van de onafhankelijke deskundige moet het noodzakelijk aantal uren blijken. Als de ouder/verzorger en/of diens partner onvoldoende of in het geheel niet meewerkt aan het onderzoek naar de noodzaak, wordt de aanvraag afgewezen op grond van het feit dat de noodzaak niet is vast te stellen.
Als de noodzaak van kinderopvang op grond van een SMI is vastgesteld, kan de aanvraag verder in behandeling worden genomen.
Artikel 4. Ingangsdatum tegemoetkoming
De tegemoetkoming wordt niet met terugwerkende kracht verstrekt, maar pas vanaf de datum van de aanvraag. Als de kinderopvang nog moet starten, dan wordt de tegemoetkoming verstrekt vanaf de datum dat de kinderopvang daadwerkelijk start.
Artikel 5. Hoogte en duur van de tegemoetkoming
Net als bij de tegemoetkoming op grond van de Wko is de hoogte van de tegemoetkoming voor de kosten van kinderopvang als gevolg van SMI afhankelijk van het aantal uren kinderopvang dat noodzakelijk is en de prijs die voor de kinderopvang betaald moet worden. Verder wordt een maximale uurprijsvergoeding gehanteerd voor de kinderopvang. Deze uurprijs vergoeding wordt jaarlijks vastgesteld door de minister en gepubliceerd in het Besluit Kinderopvangtoeslag. Indien er geen kinderopvang beschikbaar is tegen de maximale uurprijs, dan kan het college afwijken van deze regel.
Er is een beperking aangebracht op het aantal te vergoeden dagdelen/dagen kinderopvang per week.
De gemeente vergoedt maximaal 27,5 uur per week, uitgaande van dagdelen van 5,5 uur. Deze uren mogen over meerdere werkdagen verspreid worden, maar biedt de ouder/verzorger in ieder geval de mogelijkheid om minimaal 2,5 dag kinderopvang af te nemen. Indien de ouder/verzorger kiest voor meer dagen aan opvang, dan komt het meerdere voor rekening van de ouder/verzorger.
De duur van de tegemoetkoming wordt op maximaal 12 maanden gesteld.
Artikel 6. Eigen bijdrage ouder/verzorger(s)
Aan de verstrekking van een tegemoetkoming voor de ouder(s)/verzorger(s) is geen strakke inkomensgrens verbonden, zoals bij de bijzondere bijstand. Bij de berekening wordt uitgegaan van de inkomenstabel die de Belastingdienst hanteert voor de berekening van de hoogte van de kinderopvangtoeslag. Deze tabel is een bijlage van het Besluit kinderopvangtoeslag.
Artikel 8. Wijziging of beëindiging van de tegemoetkoming
Indien de situatie wijzigt, dan is altijd een wijziging van de tegemoetkoming mogelijk.
Indien de ouders/verzorgers de wijziging niet (tijdig) doorgeven dan wordt de tegemoetkoming aangemerkt als onverschuldigde betaling en teruggevraagd van de ouders/verzorgers. Indien noodzakelijk kan een procedure via de kantonrechter worden gestart op grond van het Burgerlijk Wetboek.
De tegemoetkoming wordt in beginsel maandelijks aan de ouder/verzorger uitbetaald aan de hand van te overleggen nota‘s. Deze wijze van betalen geniet de voorkeur. Hierdoor blijft de omvang van eventuele onverschuldigde betalingen die de gemeente van de ouder/verzorger moet terughalen, beperkt.
Op verzoek van de ouder/verzorger kan uitbetaling aan het kindercentrum of het gastouderbureau plaatsvinden. De gemeente moet hiervoor gemachtigd worden. Deze machtiging verandert juridisch gezien niets aan de verhouding tussen de gemeente en de ouder/verzorger. Ook al wordt het bedrag gestort op de rekening van het kindercentrum of gastouderbureau, er blijft sprake van een betaling van de tegemoetkoming van gemeente aan de ouder/verzorger.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2022-17780.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.