[Deze bekendmaking is slechts een tekstplaatsing. De oorspronkelijke publicatie is op 13 oktober 2021 bekendgemaakt, beschikbaar via Gemeenteblad 2021, 356954.]
Besluit van de raad van de gemeente Oss tot de 1
ste
wijziging van de Verordening maatschappelijke ondersteuning Oss 2020
De raad van de gemeente Oss;
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 11-05-2021;
gelet op de artikelen 2.1.3, 2.1.4 eerste, derde en zevende lid, 2.1.5 eerste lid, 2.1.6, 2.1.7, 2.3.6 vierde lid en 2.6.6 eerste lid van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015;
besluit:
Artikel I
De Verordening maatschappelijke ondersteuning Oss 2020 wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 11 komt te luiden:
Artikel 11 A
anvullende criteria persoonsgebonden budget
- 1.
Bij het vaststellen van de hoogte van het persoonsgebonden budget worden de volgende criteria gehanteerd:
- a.
De hoogte van het persoonsgebonden budget voor hulpmiddelen en woningaanpassingen wordt bepaald aan de hand van en tot het maximum van de kostprijs van de in de situatie van de cliënt goedkoopst adequate voorziening in natura en is toereikend voor de aanschaf daarvan.
- b.
Voor zover dit geen onderdeel is van het persoonsgebonden budget, kan het bedrag worden aangevuld met een vergoeding voor onderhoud en verzekering.
- c.
De hoogte van het persoonsgebonden budget voor diensten is afgeleid van de tarieven waarvoor het college deze diensten heeft gecontracteerd bij verstrekking in natura.
- d.
Bij diensten is sprake van een gedifferentieerde tariefstelling voor inkoop via een pgb bij erkende zorginstellingen, een zelfstandige zonder personeel (ZZP) of eenmansbedrijf en niet-professionals. Daarbij gelden de volgende uitgangspunten:
- i.
Een budgethouder die een zorgorganisatie inschakelt met medewerkers in loondienst met een voor de sector toepasselijk cao, kan het maximum (100%) pgb-tarief ontvangen.
- ii.
Inschakeling van een zzp’er of zorgorganisatie die arbeidsvoorwaarden met lagere loonschalen hanteert, leidt als gevolg van aannemelijke minderkosten, tot een verlaging van het maximum pgb-tarief met 15%.
- iii.
Wordt de ondersteuning geleverd door een persoon uit het netwerk van de cliënt (die al dan niet een professionele hulpverlener is) dan bedraagt het pgb-tarief 50% van het instellingstarief met een maximum van € 20,- per uur.
Artikel II
Dit besluit treedt in werking op 01-08-2021.
Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 08 juli 2021.
Mede namens de voorzitter,
De griffier,
Drs. P.H.A. van den Akker