Gemeenteblad van Brielle
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Brielle | Gemeenteblad 2022, 12241 | beleidsregel |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Brielle | Gemeenteblad 2022, 12241 | beleidsregel |
Beleidsregels Participatiewet Brielle 2022
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Brielle;
gelet op de bepalingen in de Participatiewet, Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (Ioaw), Wet Inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (Ioaz) en het Bijstandsbesluit Zelfstandigen 2004,
de Beleidsregels Participatiewet Brielle 2022
In deze beleidsregels worden de volgende afkortingen en begrippen gehanteerd:
Artikel 1.4 Loonkostensubsidie en scholingsbudget
Op grond van artikel 32 van de Participatieverordening, kan het college aan een werkgever die een uitkeringsgerechtigde in dienst neemt voor de duur van tenminste zes maanden, eenmalig een budget verstrekken ter hoogte van maximaal € 7.000,- als werkgeverspremie of scholingsbudget, ten behoeve van het vervullen van de functie.
Indien het dienstverband binnen zes maanden eindigt, vindt betaling van de vergoeding naar rato plaats voor geheel gewerkte maanden. Indien binnen deze maanden de werkgever het scholingsbudget (aantoonbaar) heeft aangewend en de (voormalig) uitkeringsgerechtigde de ingezette scholing heeft afgerond, behoeft het verstrekte scholingsbudget door de werkgever niet te worden terugbetaald.
Artikel 1.6 Arbeidsverplichting en verlof
De belanghebbende die op grond van artikel 9, eerste lid onder a van de wet, dient te voldoen aan de arbeidsplicht, heeft recht op maximaal vier weken verlof per jaar. Het verlof is vrijaf te besteden in of buiten Nederland.
Artikel 1.8 Jobcarving en functiecreatie
Indien in de persoon gelegen omstandigheden daarom vragen kan een onderzoek naar jobcarving, dat is het anders indelen van een bestaande functie om deze geschikt te maken voor die persoon, onderdeel uitmaken van de matching door het Werkgeversservicepunt. In overleg met de werkgever wordt dan bekeken op welke wijze de werkzoekende de werkzaamheden optimaal kan verrichten. Doel van deze dienstverlening is om te komen tot een arbeidsovereenkomst, al dan niet met inzet van loonkostensubsidie of een participatieplaats. Aan deze dienstverlening zijn voor de werkgever geen kosten verbonden.
In overleg met een werkgever kan een onderzoek naar functiecreatie onderdeel zijn van acquisitie van vacatures. Het doel van functiecreatie is personeel efficiënter inzetten en mede hierdoor andere vacatures creëren. De doelgroep waarvoor de functie wordt gecreëerd is groot, waardoor de duurzaamheid van de invulling van de functie is gegarandeerd. Doel van deze dienstverlening is om te komen tot een arbeidsovereenkomst voor de doelgroep van de wet, al dan niet met inzet van loonkostensubsidie of een participatieplaats. Aan deze dienstverlening zijn voor de werkgever geen kosten verbonden.
Artikel 1.9 Aanpassing van een vervoersmiddel ter ondersteuning van de re-integratievoorziening
een persoon die behoort tot de doelgroep loonkostensubsidie, bedoeld in artikel 6, eerste lid, onder e, van de wet, of die medisch urenbeperkt is als bedoeld in artikel 6b van de wet, en die een dienstbetrekking aangaat, waaronder een plaatsing op proef wordt begrepen, voor een aaneengesloten periode van ten minste zes maanden en voor ten minste twaalf uur per week; of
Hoofdstuk 2 Inkomsten en Middelen
Artikel 2.1.3. Vrijlating inkomsten alleenstaande ouder
Het college maakt geen gebruik van de wettelijke mogelijkheid als bedoeld in artikel 31, tweede lid, onder r van de wet, artikel 8, vijfde lid Ioaw en artikel 8, negende lid Ioaz, omdat deze arbeid niet gezien wordt als bijdragend aan de arbeidsinschakeling.
Kamerhuurder is de persoon die zijn hoofdverblijf heeft bij een ander, niet zijnde een bloed- of aanverwant in de eerste of tweede graad, die met die ander een commerciële overeenkomst is aangegaan voor het zelfstandig gebruik van een deel van de woning, al dan niet met maaltijdvoorziening, welke overeenkomst voldoet aan door burgemeester en wethouders vast te stellen vereisten.
Een kamerverhuurder is de persoon die over zelfstandige huisvesting beschikt en één of meer anderen, niet zijne een bloed- of aanverwant in de eerste graad of tweede graad, met wie voor het zelfstandig gebruik van een deel van de woning, al dan niet met maaltijdvoorziening, een commerciële overeenkomst is aangegaan, welke overeenkomst voldoet aan door burgemeester en wethouders vast te stellen vereisten.
Als co-ouder wordt aangemerkt de alleenstaande welke structureel een deel van de feitelijke verzorging voor een of meer kinderen verricht. De afspraken over gedeelde zorg dienen formeel te zijn vastgelegd in een door de rechtbank vastgesteld echtscheidingsconvenant, ouderschapsplan en/ of co-oudercontract.
Artikel 2.2.3 Bijstand aan kinderen van minderjarigen
Op basis van artikel 18 eerste lid van de wet wordt aan een kind van een minderjarige alleenstaande ouder die bij diens ouders inwoont, een uitkering verstrekt, ter hoogte van het verschil tussen de norm voor gehuwden met ten laste komende kinderen en de norm voor gehuwden zonder ten laste komende kinderen.
Artikel 2.3.2 Heffingskortingen
Indien en voor zo lang de ten aanzien van de alleenstaande of het gezin toepasselijke heffingskorting, bedoeld in artikel 31, eerste lid, van de wet, niet wordt ontvangen, wordt deze in ieder geval met ingang van de vierde maand nadat deze van toepassing is geworden tot de middelen gerekend waarover de alleenstaande of het gezin redelijkerwijs kan beschikken.
Paragraaf 4 Bestuurlijke boete in verband met schending inlichtingenplicht
Artikel 2.4.2 Overtreding zonder of met een gering benadelingsbedrag
Als de inlichtingenplicht wordt overtreden en binnen een periode van twee jaar te rekenen vanaf de datum van overtreding niet eerder een waarschuwing is gegeven, en de overtreding van de inlichtingverplichting niet heeft geleid tot een benadelingsbedrag of het benadelingsbedrag niet hoger is dan € 150,-, als bedoeld in artikel 2aa van het Boetebesluit socialezekerheidswetten, dan wordt een schriftelijke waarschuwing gegeven.
Artikel 2.4.3 Herhaling van de overtreding, zonder benadelingsbedrag
Als de inlichtingenverplichting wordt overtreden binnen een periode van twee jaar te rekenen vanaf de datum waarop eerder aan de belanghebbenden een waarschuwing, bedoeld in artikel 3.4.2, is gegeven, en deze overtreding niet heeft geleid tot een benadelingsbedrag, dan wordt een boete opgelegd ter hoogte van € 150,-.
Artikel 2.4.4 Dringende redenen
Er kunnen dringende redenen zijn om af te zien van een bestuurlijke boete, als bedoeld in artikel 18a, zevende lid, van de Participatiewet, in artikel 20a, zevende lid, van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers, en in artikel 20a, zevende lid van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen.
Dringende redenen kunnen slechts zijn gelegen in onaanvaardbare sociale of financiële consequenties van het opleggen van de boete. Het moet gaan om zeer uitzonderlijke situaties waarin alle van belang zijnde omstandigheden worden afgewogen. Lichamelijke of psychische klachten die voor de overtreding aanwezig waren, vormen op zichzelf geen dringende redenen.
Paragraaf 2 Bijzondere bijstand kostensoorten
Artikel 3.2.1 Woonkostentoeslag bij huurkosten
Bij berekening van de woonkostentoeslag wordt zoveel mogelijk aangesloten bij de berekeningssystematiek van huurtoeslag, met dien verstande dat het huidige structurele inkomen in de berekening wordt gebruikt en vermogen boven de vermogensgrens als genoemd in artikel 34 van de wet als middelen in aanmerking wordt genomen.
Artikel 3.2.2 Woonkostentoeslag bij eigen woning
Als in aanmerking te nemen woonkosten worden gezien de hypotheekrente, eigenaarsdeel onroerende-zaakbelasting, waterschapslasten, premie opstalverzekering, erfpachtcanon en een forfaitair bedrag aan onderhoudskosten, onder aftrek van in aanmerking te nemen rijkssubsidies aan de woningeigenaar of Voorlopige Teruggave Hypotheekrenteaftrek.
Bij berekening van de woonkostentoeslag wordt zoveel mogelijk aangesloten bij de berekeningssystematiek van huurtoeslag, met dien verstande dat het huidige structurele inkomen in de berekening wordt gebruikt en vermogen boven de vermogensgrens als genoemd in artikel 34 van de wet als middelen in aanmerking wordt genomen.
Artikel 3.2.4 Kleding en kledingslijtage
Indien en voor zover niet meer over passende kleding kan worden beschikt vanwege een acute noodsituatie, bijvoorbeeld door ziekte, ongeval of een redelijkerwijs niet-verzekerbare calamiteit, wordt bijzondere bijstand verleend. In dit geval wordt slechts kleding verstrekt voor zover het in dat seizoen passend is.
Artikel 3.2.6 Bijzondere bijstand budgetbeheer en beschermingsbewind
2. Het college kan bijzondere bijstand voor de kosten van beschermingsbewind verstrekken.
Artikel 3.2.8 Bijzondere bijstand voor studiekosten
Voor ten laste komende kinderen die een Mbo-opleiding volgen worden reiskosten om op de dichtstbijzijnde locatie van de opleiding (of stage) van hun keuze te komen vergoed, voor zover deze Mbo-leerling geen aanspraak kan maken op een Ov-studentenkaart en de dichtstbijzijnde opleidingslocatie buiten de gemeente Nissewaard ligt.
Artikel 3.2.13 Voorkoming opname WLZ-instelling
Kosten die door belanghebbende worden gemaakt voor voorzieningen die hem in staat stellen (langer) zelfstandig in de woning te blijven wonen en hiermee opname in een AWBZ instelling te voorkomen, worden aangemerkt als noodzakelijke kosten als gevolg van bijzondere omstandigheden. Voor deze kosten wordt individuele bijzondere bijstand verleend voor zover categoriale bijzondere bijstand hierin niet voorziet.
Voor zover belanghebbende of een gezinslid noodzakelijkerwijs een dieet moet volgen, wordt in de meerkosten van dit dieet ten opzichte van reguliere voeding, bijstand verleend.
Artikel 3.2.17: Zelfstandig wonende jong-meerderjarigen
Aan jongeren van 18 tot en met 20 jaar wordt aanvullend op de bijstandsnorm, op grond van artikel 16 en artikel 35 van de wet bijzondere bijstand voor levensonderhoud verstrekt indien de jongere noodzakelijkerwijs zelfstandig woont en geen gezamenlijke huishouding voert met een ander die 21 jaar of ouder is.
Artikel 3.2.18 Taxatiekosten eigen woning
Wanneer geen recent taxatierapport aanwezig is van de woning, woonwagen of het woonschip, en de vastgestelde WOZ-waarde biedt onvoldoende aanknopingspunten voor het vaststellen van de huidige waarde van de woning, is een taxatie ten behoeve van beoordeling van de overwaarde in het kader van artikel 50 van de wet noodzakelijk. Voor de kosten wordt bijzondere bijstand om niet verstrekt.
Paragraaf 3 Categoriale bijzondere bijstand
3.Indien men gebruikt maakt van de collectieve zorgverzekering en een inkomen geniet tot 120% van de bijstandsnorm vergoedt de gemeente op basis van artikel 35 derde lid van de wet per volwassen verzekerde voor het pakket Uitgebreid het eigen risico tot maximaal € 385,-
Paragraaf 4 Individuele Inkomenstoeslag
Artikel 3.4.1 Recht op individuele Inkomenstoeslag
Het college verleent op verzoek een Individuele Inkomenstoeslag indien belanghebbende voldoet aan de voorwaarden als in artikel 36 van de wet en de Verordening Individuele minimatoeslag.
2.In afwijking van lid 1 sub. e en f wordt wel een toets afgenomen wanneer de persoon aangeeft de Nederlandse taal op het Referentieniveau te beheersen.
Artikel 4.3. Het ontbreken van verwijtbaarheid
Elke vorm van verwijtbaarheid ontbreekt indien:
Artikel 4.5 Tegemoetkoming reiskosten voor het volgen van een taalcursus
de belanghebbende geen in aanmerking te nemen vermogen heeft.
Onder reiskosten wordt verstaan: de kosten die voortkomen uit het noodzakelijke verkeer van de belanghebbende van het adres waarop de belanghebbende in de Basisregistratie Personen staat ingeschreven, naar het adres waar belanghebbende in het kader van taaleis noodzakelijkerwijs wordt geacht te zijn, en vice versa.
De reiskosten worden alleen vergoed voor het volgen van een taalcursus bij een aanbieder die binnen de gemeente Nissewaard of de gemeente Brielle is gevestigd, tenzij de gemeente stelt dat het volgen van een taalcursus bij een aanbieder buiten de gemeenten Nissewaard en Brielle een voorwaarde is voor het beheersen van het vereiste taalniveau en/of het vinden van een baan.
Artikel 5.2 Beëindiging bedrijf of zelfstandig beroep
Als bij beëindiging van het bedrijf of zelfstandig beroep een deel van een lening resteert en deze niet met toepassing van artikel 43, eerste lid, Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 onder hypothecair verband is verleend, maakt het college bij niet verwijtbaarheid van de beëindiging het resterende deel van de lening renteloos vanaf de beëindiging van het bedrijf of zelfstandig beroep.
Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Brielle van 21 december 2021.
De beleidsregels participatiewet Brielle 2022 gaan in vanaf 1 januari 2022.
Burgemeester en wethouders van Brielle
namens dezen,
Nicolette van Waart
Gemeentesecretaris
Gregor Rensen
Burgemeester
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2022-12241.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.