Verordening tot wijziging van de Algemene plaatselijke verordening gemeente Leiden 2020

De raad van de gemeente Leiden:

 

Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders (Raadsvoorstel RV 22.0018 van 15 februari 2022, gelet op artikel 149 van de Gemeentewet en de Algemene Plaatselijke verordening gemeente Leiden 2020, mede gezien het advies van de commissie Leefbaarheid en Bereikbaarheid,

 

BESLUIT

 

  • 1.

    vast te stellen de volgende verordening:

Verordening tot wijziging van de Algemene plaatselijke verordening gemeente Leiden 2020

Artikel I. Wijziging Algemene Plaatselijke verordening gemeente Leiden 2020

De Verordening Algemene Plaatselijke verordening gemeente Leiden 2020 wordt als volgt gewijzigd:

 

  • A.

    Artikel 1:1 (Definities), eerste gedachtestreepje, komt als volgt te luiden:

     

    • -

      bebouwde kom: het gebied binnen de grenzen die zijn vastgesteld op grond van artikel 20a van de Wegenverkeerswet 1994;

  • B.

    Artikel 2:9 (Vertoningen op openbare plaatsen), eerste lid, komt als volgt te luiden:

     

    • 1.

      Het is verboden ten behoeve van publiek als straatartiest, straatfotograaf, tekenaar, filmoperateur of gids op te treden op door de burgemeester in het belang van de openbare orde, de openbare veiligheid, de volksgezondheid of het milieu aangewezen openbare plaatsen.

  • C.

    Artikel 2:24 (Definities), eerste lid, onder d, komt als volgt te luiden:

     

    • d.

      het in een inrichting in de zin van de Alcoholwet gelegenheid geven tot dansen.

  • D.

    Artikel 2:24 (Definities), tweede lid, onder e, komt als volgt te luiden:

     

    • e.

      een straatfeest of buurtbarbecue op een dag;

  • E.

    Artikel 2:24 (Definities), tweede lid, onder f, komt als volgt te luiden:

     

    • f.

      een snuffelmarkt.

  • F.

    Artikel 2:25 (Evenementenvergunning), derde lid, komt als volgt te luiden:

     

    • 3.

      De burgemeester kan de vergunning weigeren ter bescherming van de in het tweede lid genoemde belangen, dan wel aan de vergunning voorschriften en beperkingen verbinden met het oog op de in het tweede lid bedoelde belangen en ter verzekering van de nakoming van deze voorschriften in de vergunning bepalen dat een borgsom moet worden verstrekt voordat het evenement wordt gehouden.

  • G.

    Artikel 2:27 (Begripsbepalingen), eerste lid, onder a, komt als volgt te luiden:

     

    • a.

      alle inrichtingen, bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Alcoholwet, met uitzondering van die, waarin het slijtersbedrijf wordt uitgeoefend;

  • H.

    Artikel 2:27 (Begripsbepalingen), eerste lid, onder b, komt als volgt te luiden:

     

    • b.

      alle plaatsen niet zijnde inrichtingen als bedoeld onder a, waarvoor een ontheffing geldt krachtens artikel 35, tweede lid, van de Alcoholwet;

  • I.

    Artikel 2:27 (Begripsbepalingen), eerste lid, onder c, sub ii, komt als volgt te luiden:

     

    • ii.

      middelen van vervoer tijdens hun gebruik als zodanig, alsmede elke voor het publiek toegankelijke lokaliteit, waarin of van waaruit uitsluitend spijzen, al dan niet naast consumptie-ijs en voor de aflevering daarvan benodigde hulpmiddelen, of deze waren tezamen, plegen te worden verkocht en waarvoor geen vergunning ingevolge de Alcoholwet of een verlof ingevolge de Drank- en Horecaverordening geldt.

  • J.

    Artikel 2:28A (Sluitingstijden terrassen), aanhef, komt te luiden: Artikel 2:28a Sluitingstijden terrassen

     

  • K.

    Artikel 2:28A (Sluitingstijden terrassen), vierde lid, komt als volgt te luiden:

     

    • 4.

      In afwijking van het bepaalde in het eerste tot en met het derde lid is de burgemeester bevoegd voor een terras bij een inrichting eerdere sluitingstijden te bepalen als de situatie daartoe, in verband met de openbare orde en leefbaarheid, aanleiding geeft.

  • L.

    Artikel 2:29 (Sluitingstijd horeca inrichtingen), eerste lid, onder a, komt als volgt te luiden:

     

    • a.

      van 24:00 uur tot 6:00 uur;

  • M.

    Artikel 2:29 (Sluitingstijd horeca inrichtingen), eerste lid, onder c, komt als volgt te luiden:

     

    • c.

      van 23:00 uur tot 17:00 uur indien het een inrichting betreft als bedoeld in artikel 7 van de Drank- en Horecaverordening, waarin softdrugs kunnen worden verkregen.

  • N.

    Artikel 2:29 (Sluitingstijd horeca inrichtingen), tweede lid, aanhef, komt als volgt te luiden:

     

    • 2.

      De in het eerste lid, onder a, genoemde verbodsbepaling geldt niet voor horeca-inrichtingen waarvoor een verlof als bedoeld in artikel 4 van de Drank- en horecaverordening is verleend, met dien verstande dat:

  • O.

    Artikel 2:29 (Sluitingstijd horeca inrichtingen), tweede lid, onder c, komt als volgt te luiden:

     

    • c.

      na 24:00 uur geen alcoholhoudende drank in de inrichting mag worden verkocht.

  • P.

    Artikel 2:29 (Sluitingstijd horeca inrichtingen), derde lid, aanhef, komt als volgt te luiden:

     

    • 3.

      De in het eerste lid, onder a, genoemde verbodsbepaling geldt voorts niet voor horeca-inrichtingen waarvoor een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Alcoholwet is verleend, met dien verstande dat:

  • Q.

    Artikel 2:34a (Definities), komt als volgt te luiden:

    In deze afdeling wordt verstaan onder:

    • -

      alcoholhoudende drank;

    • -

      paracommerciële rechtspersoon;

  • dat wat daaronder wordt verstaan in de Alcoholwet.

  • R.

    Artikel 2:48 (Verboden drankgebruik), tweede lid, onder a, komt als volgt te luiden:

     

    • a.

      een terras dat behoort bij een horecabedrijf als bedoeld in artikel 1 van de Alcoholwet;

  • S.

    Artikel 2:48 (Verboden drankgebruik), tweede lid, onder b, komt als volgt te luiden:

     

    • b.

      een andere plaats dan een horecabedrijf als bedoeld onder a, waarvoor een ontheffing geldt krachtens artikel 35 van de Alcoholwet.

  • T.

    Artikel 2:48 (Verboden drankgebruik), vierde lid, komt als volgt te luiden:

     

    • 3.

      Het is verboden op of aan de weg of op openbaar water, dan wel in voor publiek toegankelijke gebouwen alcoholhoudende drank te nuttigen indien dit gepaard gaat met gedragingen die de openbare orde verstoren, het woon- en leefklimaat aantasten of anderszins overlast veroorzaken. Het verbod geldt niet voor zover in het geregelde onderwerp wordt voorzien in artikel 27 van de Scheepvaartverkeerswet.

  • U.

    Artikel 2:48a (Verbod gebruik lachgas) komt te luiden:

     

    • 1.

      Het is verboden op een openbare plaats lachgas recreatief als roesmiddel te gebruiken, voorbereidingen daartoe te verrichten of ten behoeve van dat gebruik voorwerpen of stoffen bij zich te hebben, indien dit gepaard gaat met overlast of andere gedragingen die de openbare orde verstoren, het woon- of leefklimaat nadelig beïnvloeden of anderszins hinder veroorzaken.

    • 2.

      Het is verboden op een openbare plaats die deel uitmaakt van een door het college ter bescherming van de openbare orde of het woon- en leefklimaat aangewezen gebied lachgas recreatief als roesmiddel te gebruiken, voorbereidingen daartoe te verrichten of ten behoeve van dat gebruik voorwerpen of stoffen bij zich te hebben.

    • 3.

      Het college kan in het aanwijzingsbesluit het in het tweede lid bedoelde verbod beperken tot bepaalde tijden.

  • V.

    Artikel 2:48b ((Gevaarlijk) drinkgerei en verpakkingen), vierde lid, onder b, komt te luiden:

     

    • b.

      de plaats waarvoor een ontheffing geldt krachtens artikel 35 van de Alcoholwet.

  • W.

    Artikel 2:59 (Gevaarlijke honden), derde lid, aanhef, komt te luiden:

     

    • 3.

      De eigenaar of houder van de hond aan wie een aanlijn- en muilkorfgebod is opgelegd, is naast de verplichting bedoeld in het tweede lid verplicht de hond voorzien te houden van een muilkorf die:

  • X.

    Artikel 2:73A (Vervoer en opslag brandbaar materiaal), aanhef, komt te luiden: Artikel 2:73a Vervoer en opslag brandbaar materiaal

     

  • Y.

    Artikel 2:73B (Verbod carbidschieten), aanhef, komt te luiden: Artikel 2:73b Verbod carbidschieten

     

  • Z.

    Artikel 2:79 (Woonoverlast als bedoeld in artikel 151d Gemeentewet), eerste lid, komt te luiden:

     

    • 1.

      Degene die een woning of een bij die woning behorend erf gebruikt of tegen betaling in gebruik geeft, draagt er zorg voor dat door gedragingen in of vanuit die woning of dat erf of in de onmiddellijke nabijheid van die woning of dat erf geen ernstige en herhaaldelijke hinder voor omwonenden wordt veroorzaakt.

  • AA.

    Artikel 3:5 (Gedragseisen exploitant en beheerder), tweede lid, onder c, sub I, komt te luiden:

     

    • I.

      bepalingen gesteld bij of krachtens de Alcoholwet, de Opiumwet, de Vreemdelingenwet en de Wet arbeid vreemdelingen;

  • BB.

    Artikel 4:8 (Natuurlijke behoefte doen) komt te luiden:

     

    Het is verboden binnen de bebouwde kom op een openbare plaats zijn natuurlijke behoefte te doen buiten daarvoor bestemde plaatsen.

  • CC.

    Artikel 5:12B (Openbare fietsverkoop), aanhef, komt te luiden: Artikel 5:12b Openbare fietsverkoop

     

  • DD.

    Artikel 5:12B (Openbare fietsverkoop), eerste lid, komt te luiden:

     

    • 1.

      Het is verboden, op of aan de weg fietsen of onderdelen van fietsen te koop aan te bieden, te verkopen of te kopen.

  • EE.

    Artikel 5:23A (Reclame of propaganda), aanhef, komt te luiden: Artikel 5:23a Reclame of propaganda

     

  • FF.

    Artikel 6:1 (Sanctiebepaling), eerste lid, komt te luiden:

     

    • 1.

      Overtreding van het bij of krachtens de in deze verordening genoemde artikelen bepaalde en de op grond van artikel 1:4 daarbij gegeven voorschriften en beperkingen wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste drie maanden of geldboete van de tweede categorie, met uitzondering van de artikelen genoemd in het tweede lid.

  • GG.

    Artikel 6:1 (Sanctiebepaling), tweede lid, komt te luiden:

     

    • 2.

      Overtreding van het bij of krachtens de volgende artikelen bepaalde en de daarbij op grond van artikel 1:4 gegeven voorschriften en beperkingen wordt gestraft met een geldboete van de eerste categorie: artikel 2:9 en 4:8.

  • HH.

    Artikel 6:1 (Sanctiebepaling), derde lid komt te vervallen.

Artikel II Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening tot wijziging van de Algemene plaatselijke verordening gemeente Leiden 2020.

Artikel III Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking op de dag na bekendmaking.

Gedaan in de openbare raadsvergadering van 10 maart 2022,

de Griffier,

dhr. G.F.C. Van Leiden

de Voorzitter,

drs. H.J.J. Lenferink

Naar boven