Wijzigingsverordening Verordening Bestuurlijke Boete Overlast in de Openbare Ruimte bestuurlijke boete doorvaartvignet

De raad van de gemeente Amsterdam,

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 14 december 2021;

gelet op artikelen 147, 149 en 154b van de Gemeentewet;

 

besluit:

Artikel I

De Verordening Bestuurlijke Boete Overlast in de Openbare Ruimte wordt als volgt gewijzigd:

  • a.

    In artikel 1, vijfde lid, wordt “2.1.4, eerste lid” vervangen door “2.1.4, eerste en tweede lid”.

  • b.

    In Bijlage 1 wordt na het onderdeel dat ziet op artikel 2.1.4, lid 1, van de Verordening op het binnenwater 2010 een onderdeel toegevoegd, luidende:

  • 2.1.4, lid 2, VOB

  • Verbod varen zonder geldig en juist vignet

  • Indien voor gebruik van het openbare water met een vaartuig op grond van de Binnenhavengeldverordening Pleziervaart een recht verschuldigd is, is het verboden met dat vaartuig te varen indien het niet is voorzien van een op het vaartuig duidelijk zichtbaar aangebracht geldig en juist vignet dat voor dat vaartuig op grond van die verordening van gemeentewege is verstrekt.

  • BW016

  • € 47,50

  • € 95

  • € 475

Artikel II

Deze verordening treedt in werking op de eerste dag na die van bekendmaking.

Artikel III

Deze verordening wordt aangehaald als Wijzigingsverordening Verordening Bestuurlijke Boete Overlast in de Openbare Ruimte bestuurlijke boete doorvaartvignet.

Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van 16 februari 2021.

De voorzitter

Femke Halsema

De raadsgriffier

Jolien Houtman

Toelichting

Op grond van de Binnenhavengeldverordening Pleziervaart 2022 is het per 1 januari 2022 verboden om met een pleziervaartuig door Amsterdam te varen, tenzij dat pleziervaartuig is voorzien van een vignet dat op grond van de Binnenhavengeldverordening Pleziervaart van gemeentewege is verstrekt.

 

Het uitgangspunt is dat iedereen die van het Amsterdamse binnenwater gebruik wil maken zonder af te meren geacht wordt een doorvaartvignet aan te vragen. Alleen vaartuigen waarop een doorvaartvignet is aangebracht zijn vrijgesteld van betaling van Binnenhavengeld Pleziervaart. Het doorvaartvignet kan op aanvraag worden verkregen tegen kostprijs en is geldig voor drie kalenderjaren. Vaartuigen die niet beschikken over een doorvaartvignet moeten een jaarvignet hebben.

 

Pleziervaartuigen waarop een jaarvignet is aangebracht hoeven geen doorvaartvignet aan te vragen, tenzij ze geen Binnenhavengeld meer betalen. In dat geval moeten ze het jaarvignet verwijderen en alsnog een doorvaartvignet aanschaffen.

 

Als een vaartuig zonder doorvaartvignet of jaarvignet door Amsterdam vaart, is er sprake van een overtreding van artikel 2.1.4, tweede lid, van de Verordening op het binnenwater 201o. Op grond van dat artikel is het verboden met een vaartuig te varen, indien het niet is voorzien van een op dat vaartuig duidelijk zichtbaar aangebracht geldig en juist vignet dat voor dat vaartuig op grond van de Binnenhavengeldverordening Pleziervaart van gemeentewege is verstrekt.

 

Om dit artikel goed te kunnen handhaven is aanpassing van de Verordening Bestuurlijke Boete Overlast in de Openbare Ruimte nodig. In artikel 1, vijfde lid, van de Verordening Bestuurlijke Boete Overlast in de Openbare Ruimte, wordt overtreding van artikel 2.1.4, tweede lid, van de Verordening op het binnenwater 201o, toegevoegd als feit waarvoor een bestuurlijke boete kan worden opgelegd.

 

Vanaf 2022 wordt het mogelijk een doorvaartvignet aan te vragen bij de gemeente. Om de nieuwe regels bij het grote publiek onder de aandacht te brengen, wordt in het voorjaar van 2022 gestart met een brede informatiecampagne rond de introductie van het doorvaartvignet. Vanaf dat moment kan de gemeente ook gaan handhaven. Als iemand door Amsterdam vaart met een pleziervaartuig waarop geen geldig en juist vignet is aangebracht, kan een bestuurlijke boete worden opgelegd.

 

Wat betreft de hoogte van de boete is aansluiting gezocht bij overtreding van artikel 2.1.4, eerste lid, van de Verordening op het binnenwater 201o. Voor natuurlijke personen van 12 tot 16 jaar kan een bestuurlijke boete worden opgelegd van € 47,50. Voor natuurlijke personen vanaf 16 jaar kan een bestuurlijke boete worden opgelegd van € 95. En voor rechtspersonen kan een bestuurlijke boete worden opgelegd van € 475.

 

Vanwege de duidelijkheid voor de handhavers heeft het de voorkeur om reeds bestaande feitnummers niet te veranderen. Daarom krijgt overtreding van artikel 2.1.4, tweede lid, van de Verordening op het binnenwater 201o, Feitcode BW016.

Naar boven