Gemeenteblad van Zaltbommel
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Zaltbommel | Gemeenteblad 2021, 75561 | Beleidsregels |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Zaltbommel | Gemeenteblad 2021, 75561 | Beleidsregels |
Standplaatsenbeleid 2021 – 2025 Gemeente Zaltbommel
De standplaats is een waardevolle voorziening in de gemeente Zaltbommel. Standplaatsen verlevendigen de stad, verschaffen werkgelegenheid, dragen bij aan de aantrekkelijkheid van de openbare ruimte en zijn een verrijking van het voorzieningenaanbod voor de bewoners van Zaltbommel.
In de openbare ruimte in Zaltbommel zijn op meerdere locaties standplaatsen voor ambulante handel. De standplaatsen worden op één of meerdere dagen per week gebruikt door verkoopinrichtingen die producten zoals vis, kaas, groente en fruit verkopen.
Om onevenredige aantasting van de voorzieningenstructuur te voorkomen en om overlast, zoals parkeren, verkeer, stank, hinder en/of uitzicht te beperken zijn standplaatsen onder voorwaarden toegestaan. Het college kan een vergunning verlenen voor het innemen van een standplaats. Op grond van artikel 5:18, eerste lid van de Algemene Plaatselijke Verordening Zaltbommel (hierna: APV) is het verboden om zonder vergunning een standplaats in te nemen of te hebben.
Op grond van artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) kan het college de uitoefening van deze bevoegdheid regelen door beleidsregels vast te stellen. De meest recente beleidsregels ten aanzien van standplaatsen dateren uit 2000. Inmiddels voldoen deze beleidsregels niet meer aan de geldende regelgeving en zijn toe aan actualisatie. Uit recente jurisprudentie volgt dat standplaatsen schaarse vergunningen zijn en dat moet worden voldaan aan de Europese Dienstenrichtlijn. Dit betekent onder meer gelijke kansen op standplaatsvergunning voor alle gegadigden.
Onder een standplaats wordt verstaan: “een standplaats is het vanaf een vaste plaats op een openbare en in de openlucht gelegen plaats te koop aanbieden, verkopen of afleveren van goederen dan wel diensten, gebruikmakend van fysieke middelen, zoals een kraam, een wagen of een tafel”, artikel 5:17 APV.
Hieronder wordt niet verstaan een vaste plaats op een jaar- of weekmarkt of tijdens een evenement. Een onderscheid in standplaatsen kan worden gemaakt tussen een:
1.2.3 Verkoop streekproducten op eigen perceel
Voor de verkoop van ter plaatse gekweekte streekproducten op eigen perceel, zoals kersen en aardbeien, vanuit een voertuig, een kraam, een tafel of enig ander middel bij een agrarisch bedrijf is op grond van de APV geen standplaatsvergunning nodig. Afhankelijk van de voorwaarden in het geldende bestemmingsplan kan in bepaalde gevallen een omgevingsvergunning nodig zijn.
1.2.4 Incidentele en ideële standplaats
Binnen de gemeente Zaltbommel zijn er twee soorten tijdelijke standplaatsen: incidentele standplaats en ideële standplaats. Bij beide standplaatsen gaat het om een tijdelijk karakter en worden ze maar voor een korte periode ingenomen.
Incidentele standplaats: is een tijdelijke standplaats die sporadisch en niet stelselmatig wordt ingenomen. Het gaat hier om verkoop of promotie van commerciële producten of diensten. Een incidentele standplaats kan voor één dag(deel) en maximaal twee aaneensluitende dagen worden ingenomen.
Ideële standplaats: is een bijzondere vorm van een tijdelijke standplaats en kan worden ingenomen naar gelang de duur van het onderzoek of project, met een maximum van 2 maanden per kern. Het gaat hier om een standplaats met een maatschappelijk belang. Denk aan instellingen die voorlichting geven en preventiewerk verrichten op het gebied van de volksgezondheid, zoals het borstkankeronderzoek.
1.4 Definitie branchering van detailhandel
In dit beleid wordt gesproken over branchering. Hiermee wordt bedoeld: beperking van verkoop van dezelfde en aanverwante producten per dag en per week in één dorpskern. Ter voorkoming dat alle standplaatsen door eenzelfde branche worden ingenomen wordt branchering gehanteerd. Dit komt ten goede van het voorzieningenaanbod.
Branchering schept de mogelijkheid te sturen op de verscheidenheid aan standplaatsen. Op deze wijze wordt in het belang van de consument als ook de andere standplaatshouders de diversiteit aan standplaatsen behouden en daarmee de aantrekkelijkheid van het aanbod in de gemeente. De gemeente Zaltbommel maakt bij de branchering onderscheid tussen food en non-food (deze lijst is niet uitputtend):
Het gebruik van openbaar gebied ten behoeve van detailhandelsactiviteiten, zoals het innemen van een standplaats, heeft consequenties voor het gebied en de omgeving. Standplaatsen vormen een waardevolle aanvulling op het bestaande voorzieningenniveau.
De standplaatsen worden door de gemeente gereguleerd. Bij een standplaats moet voldoende ruimte beschikbaar zijn voor de verkoopinrichting. Klanten moeten bijvoorbeeld vlakbij kunnen parkeren. Een gebrek aan parkeergelegenheden kan tot (verkeers)gevaarlijke of hinderlijke situaties leiden.
Het college heeft vaste locaties aangewezen voor de vaste standplaatsen. Alleen in de dorpskernen Bern en Delwijnen zijn geen standplaatsen toegestaan, in verband met het gevaar voor het voorzieningenniveau. Bijlage 1 geeft een overzicht van de plattegronden van de verschillende locaties per kern. Op de plattegronden staat aangegeven op weke locatie de standplaatsen mogen staan.
Voor de seizoenstandplaatsen zijn geen vaste locaties en wordt bij de beoordeling van een locatie getoetst aan de weigeringsgronden zoals genoemd in de APV. Hierbij wordt ook advies opgevraagd bij een verkeersdeskundige, gelet op de verkeersveiligheid. De standplaatsen mogen op een locatie naar keuze worden ingenomen, mits de locatie niet bezet is door een vaste standplaats of een evenement waarvoor op grond van artikel 2:25 van de APV een melding is gedaan of vergunning voor is verleend.
De Wet milieubeheer bevat regels ten aanzien van inrichtingen die hinder of overlast kunnen veroorzaken voor de omgeving. Deze bepalingen gelden ook voor standplaatshouders van een verkoopinrichting. Vooral aan (geur)overlast veroorzakende en voedsel bereidende verkoopinrichtingen worden milieueisen gesteld om afvalstoffen en (geur)overlast te voorkomen.
Voor het bereiden van voedingsmiddelen moet de standplaatshouder voldoen aan de regels van het Activiteitenbesluit Milieubeheer. Deze regels voorkomen dan wel beperken de geurhinder.
2.5 Ondergrond voor andere doeleinden nodig
Het kan voorkomen dat de gemeente Zaltbommel de ondergrond van de standplaats dan wel de directe omgeving voor andere doeleinden nodig heeft in verband met bepaalde activiteiten, zoals een kermis, carnaval of een (paarden)markt. Tijdens dergelijke activiteiten zijn de locaties alleen te benutten indien daar vooraf toestemming is verleend door de gemeente. Indien dit niet mogelijk is kijkt de gemeente naar een tijdelijke locatie elders. Dit gebeurt in afstemming met de standplaatshouder.
Voor het verkrijgen van een standplaatsvergunning komt uitsluitend een natuurlijk persoon die de leeftijd van 18 jaar heeft bereikt in aanmerking. Deze persoon moet een aanvraag via het daarvoor beschikbaar gestelde aanvraagformulier indienen bij het college.
De aanvraag om een standplaatsvergunning bevat in ieder geval de volgende gegevens en documenten:
Een aanvrager die een onvolledige aanvraag heeft ingediend, geven we de gelegenheid om zijn aanvraag aan te vullen (artikel 4:5, lid 1, sub c, Awb), mits de aanvraag minimaal één week voor de einddatum is ingediend. De aanvulling moet vóór de einddatum worden ingediend. Als de aanvraag daarna nog niet volledig is, dan laten we deze buiten behandeling.
De weigeringsgronden waarop een standplaatsvergunning kan worden geweigerd zijn geregeld in artikel 1:8 en artikel 5:18 van de APV. Artikel 1:8 van de APV regelt de generieke weigeringsgronden. Hieronder valt specifiek voor standplaatsen bijvoorbeeld verkeersveiligheid en overlast van afval, geluid of geur.
Economische belangen mogen bij de afgifte van standplaatsvergunningen geen rol spelen. Het reguleren van concurrentieverhoudingen wordt niet als belang van de gemeente aangemerkt. De concurrentiepositie van een gevestigde winkelier is in beginsel dan ook geen reden om een standplaatsvergunning te weigeren.
Een geldige weigeringsgrond is het in gevaar komen van het voorzieningenniveau van de consument ter plaatse (artikel 5:18, derde lid onder b, APV). Aanvragen voor een standplaats voor verkoop van een product, dat volgens onze brancheringnormen reeds per week of per dag maximaal aanwezig is worden om die reden geweigerd.
De standplaatsvergunningen zijn op grond van de meest recente jurisprudentie schaarse vergunningen en vallen onder de Europese Dienstenrichtlijn. Dit houdt onder andere in dat de standplaatsvergunningen niet voor onbepaalde tijd mogen worden verleend. De huidige vergunningen zijn tot en met 31 december 2021 verleend.
Een voorwaarde die de Europese Dienstenrichtlijn stelt aan de duur van de verleende vergunning is dat de vergunninghouder de tijd moet krijgen om zijn investeringen terug te verdienen. Echter wordt een specifieke geldigheidsduur niet gegeven. Om de vergunninghouders de mogelijkheid te bieden om hun investeringen terug te verdienen worden de standplaatsvergunningen voor maximaal 5 jaar verleend.
Standplaatsen komen vrij wanneer de vergunningsperiode is afgelopen of wanneer de vergunning om andere redenen eerder wordt ingetrokken. Een vergunning loopt in beginsel van 1 januari tot en met 31 december.
Seizoensgebonden standplaatsen gelden ook voor vijf kalenderjaren maar dan voor de maand(en) waaraan het product gebonden is. De vergunningen voor tijdelijke standplaatsen gelden slechts eenmalig voor bepaalde dag(en)/ periode(n) en hebben geen looptijd voor bepaald aantal jaren.
Een standplaatsvergunning vermeldt in ieder geval:
Het college heeft de mogelijkheid om aan de vergunning voorschriften of beperkingen te verbinden op grond van artikel 1.4 van de APV. Denk hierbij aan afvalverwerking rondom de standplaats en het opvolgen van bevelen van toezichthouders of politie.
De vergunninghouder is verplicht tot het daadwerkelijk benutten van de vergunning door het persoonlijk innemen van de standplaats. De persoonlijke vergunning is in beginsel niet overdraagbaar. In bijzondere gevallen kan het college, op schriftelijk verzoek van de vergunninghouder, toestaan dat een ander persoon de vergunninghouder vervangt. Denk hierbij aan een ongeval, ziekte of overlijden.
Bij overlijden van de vergunninghouder wordt de vergunning overgeschreven op de overblijvende echtgenoot, geregistreerde partner of één van de meewerkende kinderen, als een daartoe strekkende aanvraag binnen acht weken na het overlijden wordt ingediend. Indien dit niet gebeurt zal de vergunning worden ingetrokken.
Verkoop e.d. van verkoopinrichting
Wanneer de standplaatshouder zijn verkoopwagen of kraam verkoopt, verhuurt of in gebruik geeft, gaat de standplaatsvergunning niet automatisch over naar de koper, huurder of gebruiker.
3.7 Wijzigen of intrekken vergunning
De vergunning wordt ingetrokken indien:
Het college kan, als zij onverwijld optreden noodzakelijk acht, de vergunninghouder in afwachting van de besluitvorming, het recht ontzeggen om de standplaats gedurende een periode van maximaal vier weken daadwerkelijk te gebruiken. Als tijdelijke of permanente omstandigheden het noodzakelijk maken, kan het college wijziging aanbrengen in de situering van de toegewezen locatie en elders een locatie aanwijzen.
De toezichthouders van de gemeente zien toe op de naleving van de bovenstaande beleidsregels en de voorwaarden uit de vergunning. Indien een standplaats wordt ingenomen zonder de benodigde vergunning of in strijd met de beleidsregels of met de voorwaarden uit de vergunning dan kunnen bestuursrechtelijke maatregelen worden opgelegd.
Bijlage 1: Plattegrond locaties standplaatsen
Toelichting: de E.P. van Ooijenstraat loopt linksboven op de foto de hoek om. Hier zijn twee mogelijke locaties, namelijk de parkeerplaats (linksonder) en de parkeervakken (rechtsboven). De twee locaties bieden in totaal drie locaties voor standplaatsen. Eén op de parkeerplaats en twee op de parkeervakken.
Brakel – Parkeerplaats Plus aan Molenkampsweg (privé)
Toelichting: Dit betreft privéterrein. Hiervoor dient dus bij de aanvraag voor de vergunning schriftelijke toestemming van de eigenaar toegevoegd te worden.
Gameren - Ouwelsestraat ter hoogte van 7a (privé)
Toelichting: Dit betreft privéterrein. Hiervoor dient dus bij de aanvraag voor de vergunning schriftelijke toestemming van de eigenaar toegevoegd te worden.
Toelichting: Dit betreft privéterrein. Hiervoor dient dus bij de aanvraag voor de vergunning schriftelijke toestemming van de eigenaar toegevoegd te worden.
Nederhemert – Parkeerterrein Binnenweg
Poederoijen – Burgemeester Posweg
Zaltbommel – Koningin Wilhelminaweg (Boschstraat)
Zuilichem – Burgemeester Hobolaan
Toelichting: De standplaatshouders dienen hun standplaats zo neer te zetten dat aan beide kanten van de parkeerplaats vakken vrij blijven voor bezoekers.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2021-75561.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.