Besluit aanwijzing categorieën waar een verklaring van geen bedenkingen niet vereist is en het delegatiebesluit vaststellen exploitatieplannen Leidschendam-Voorburg

 

De raad van de gemeente Leidschendam-Voorburg,

gezien het voorstel van het college d.d. 17 maart 2020 (1610),

Gelet op artikel 156 lid 4 Gemeentewet, artikel 6.12 lid 3 Wet ruimtelijke

ordening en artikel 6.5 lid 3 Besluit omgevingsrecht,

Gezien het unaniem aangenomen amendement ID 174, ingediend door

alle fracties,

 

b e s l u i t:

Vast te stellen het volgende “Besluit aanwijzing categorieën waar een verklaring van

geen bedenkingen niet vereist is en het delegatiebesluit vaststellen exploitatieplannen

Leidschendam-Voorburg”:

 

 

  • 1.

    Tot de inwerkingtreding van de Omgevingswet de volgende categorieën van gevallen aan te wijzen waarvoor een verklaring van geen bedenkingen niet vereist is (als bedoeld in artikel 6.5, derde lid van het besluit omgevingsrecht):

  • a.

    Het nieuw bouwen van woningen en/of het wijzigen van een bestaande functie naar wonen, al dan niet in combinatie met bedrijvigheid van maximaal milieucategorie 2/kantoor/beroep of bedrijf aan huis op de begane grond, van minder dan 10 woningen binnen de bebouwde kom van Leidschendam of Voorburg en van minder dan 5 woningen buiten die bebouwde kom (inclusief de kern Stompwijk), mits ontheffing op basis van de nota parkeernormen niet aan de orde is;

  • b.

    Uitbreidingen van bestaande bebouwing voor maatschappelijke functies;

  • c.

    Weigeringen van een omgevingsvergunning;

  • d.

    Plannen waarvoor in het verleden door de gemeenteraad al een specifiek en op het plan gericht ruimtelijk kader is vastgesteld (zoals in de vorm van ruimtelijke uitgangspunten) en waarbinnen het plan passend is binnen de termijn van 5 jaar na vaststelling.

 

  • 2.

    De bevoegdheid tot het vaststellen van een exploitatieplan respectievelijk het besluit om géén exploitatieplan vast te stellen voor de onder 1. Bedoelde categorieën van gevallen te delegeren aan het college.

 

  • 3.

    Het college opdracht te geven de raad te informeren voordat een besluit als bedoeld onder punt 1 als ontwerp ter inzage wordt gelegd voor inspraak en beroep.

 

  • 4.

    Deze werkwijze te evalueren drie maanden voor het moment van inwerkingtreding van de Omgevingswet, maar uiterlijk in januari 2022.

 

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Leidschendam-Voorburg van 5 januari 2021.

de griffier, de voorzitter,

mr. C.J. de Vries dhr. K. Tigelaar

Naar boven