Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Nederweert houdende regels omtrent de subsidie voor gemeentelijke monumenten (Subsidieverordening Gemeentelijke Monumenten Nederweert 2021)

Artikel 1 Begripsbepaling

Deze verordening verstaat onder:

 

College:

Het college van burgemeester en wethouders.

 

Cultuurhistorische waarde:

De cultuurhistorische waarde is de aan een bouwwerk toegekende waarde gekenmerkt door het beeld dat is ontstaan door het gebruik dat de mens in de loop van de geschiedenis heeft gemaakt van dat bouwwerk.

 

Eigenaar:

Degene, die in de kadastrale registers als eigenaar c.q. zakelijk gerechtigde van een monument is ingeschreven.

 

Erfgoedverordening Nederweert:

Deze verordening regelt de aanwijzing van en vergunningen voor gemeentelijke monumenten. Daarnaast wordt aangegeven hoe er in Nederweert wordt omgegaan met het in stand houden van archeologische terreinen.

 

Gemeentelijk monument:

Onroerende zaak, die bij besluit van het college van burgemeester en wethouders als gemeentelijk monument is aangewezen.

 

Monumentaal inspectierapport:

Een rapport waarin de technische staat van het monument is beschreven. Het rapport geeft inzicht in de gebreken, oorzaken en eventuele gevolgen daarvan. Het bevat adviezen over de uit te voeren werkzaamheden in volgorde van urgentie en over de termijnen van aanpak.

 

Monumentenbeleid:

Beleid ten aanzien van de instandhouding van waardevolle monumenten van geschiedenis en kunst.

 

Sober doch doelmatig:

Werkzaamheden moeten gericht zijn op maximaal behoud van monumentale waarden en op een vakkundige wijze worden uitgevoerd. Met deze werkzaamheden moeten verval en vervolgschade worden voorkomen.

 

Subsidiabele kosten:

De voor een subsidie in aanmerking komende kosten, zoals beschreven in artikel 3 van deze verordening.

 

Technische omschrijving:

Een beschrijving van de geplande werkzaamheden waaruit blijkt:

  • a.

    waarom ze noodzakelijk zijn (eventueel geïllustreerd met foto’s);

  • b.

    hoe en met welke materialen ze worden uitgevoerd.

Artikel 2 Reikwijdte verordening

Het college kan aan de eigenaar van een gemeentelijk monument een subsidie verlenen in de kosten van werkzaamheden zoals genoemd in artikel 3.

Artikel 3 Hoogte subsidie

  • 1.

    Voor een subsidie komen in aanmerking werkzaamheden, die tot doel hebben de cultuurhistorische waarde van een gemeentelijk monument te behouden.

  • 2.

    Deze werkzaamheden komen in aanmerking voor een subsidie van 40% van de kosten. De subsidie bedraagt maximaal € 4.500,-.

  • 3.

    De te subsidiëren werkzaamheden dienen sober doch doelmatig van aard te zijn.

  • 4.

    De in artikel 4 lid c gemaakte kosten, mogen opgenomen worden in de subsidieaanvraag. Deze kosten zijn subsidiabel.

  • 5.

    Per monument kan maximaal één maal per drie jaar een subsidie worden toegekend.

Artikel 4 Aanvraag subsidie

  • 1.

    Een aanvraag om subsidie wordt ingediend via het daarvoor bestemde formulier ( en gaat ten minste vergezeld met de volgende documenten:

    • a.

      een gespecificeerde begroting/prijsopgave met uit omschrijving herleidbare posten;

    • b.

      door de aannemer(s) opgestelde offerte(s) ten aanzien van de gesubsidieerde werkzaamheden;

    • c.

      een monumentaal inspectierapport uitgevoerd door een deskundige. Het rapport mag niet ouder zijn dan 5 jaar.

  • 2.

    Het college kan bepalen dat nog andere stukken moeten worden overlegd.

Artikel 5 Weigeringsgronden

Subsidie wordt in ieder geval geweigerd:

  • a.

    indien voor de werkzaamheden een vergunning is vereist volgens de Erfgoedverordening Nederweert en deze niet is verleend;

  • b.

    indien met de werkzaamheden is begonnen voordat het college heeft beslist op de aanvraag om subsidie;

  • c.

    wanneer de kosten van de werkzaamheden worden gedekt op grond van een verzekering;

  • d.

    wanneer de kosten van de werkzaamheden minder dan € 1.500,- bedragen.

  • e.

    wanneer de werkzaamheden, naar het oordeel van het college, onvoldoende bijdragen aan een goede instandhouding van de cultuurhistorische waarde of aan de doelstellingen van het monumentenbeleid.

Artikel 6 Voorwaarden

Subsidie wordt slechts verleend onder voorwaarde dat:

  • a.

    de werkzaamheden worden uitgevoerd door bedrijven, die zijn ingeschreven bij een Kamer van Koophandel;

  • b.

    met de uitvoering van de werkzaamheden binnen 26 weken na de datum van het besluit tot subsidieverlening wordt begonnen;

  • c.

    de werkzaamheden binnen 52 weken na de datum van het besluit tot subsidieverlening zijn voltooid;

  • d.

    aan de, door het college aangewezen medewerkers van de gemeente, gelegenheid wordt geboden om controle uit te oefenen op de werkzaamheden.

Artikel 7 Verlening subsidie

  • 1.

    Het college neemt een besluit op de aanvraag binnen 6 weken na ontvangst van de aanvraag.

  • 2.

    Het college kan zijn besluit eenmaal voor ten hoogste 6 weken verdagen.

Artikel 8 Melding

  • 1.

    De aanvrager doet mededeling aan het college van de aanvang van de gesubsidieerde werkzaamheden.

  • 2.

    De aanvrager doet mededeling aan het college, zodra de gesubsidieerde werkzaamheden zijn afgerond.

Artikel 9 Vaststelling subsidie

  • 1.

    Binnen drie maanden na het einde van de werkzaamheden zendt de aanvrager kopieën van de rekeningen van de gesubsidieerde kosten én betaalbewijzen betreffende deze rekeningen aan het college.

  • 2.

    Het college stelt uiterlijk zes weken na ontvangst van de in het eerste lid genoemde bescheiden de subsidie vast naar aanleiding van de in het eerste lid genoemde rekeningen.

  • 3.

    Indien de werkelijk gemaakte kosten volgens deze bescheiden lager blijken te zijn dan de in de bij de subsidieaanvraag behorende begroting, zal de subsidie naar rato worden verlaagd.

  • 4.

    Indien de werkelijk gemaakte kosten volgens deze bescheiden hoger blijken te zijn dan de in de bij de subsidieaanvraag behorende begroting, zal de subsidie niet worden verhoogd.

  • 5.

    Uitbetaling van de subsidie vindt uiterlijk zes weken na vaststelling van de subsidie plaats op het, door de aanvrager opgegeven, bankrekeningnummer.

Artikel 10 Intrekken en wijzigen voorlopige toekenning

  • 1.

    Zolang de subsidie niet is vastgesteld, kan het college de subsidieverlening intrekken of ten nadele van de subsidieontvanger wijzigen indien:

    • a.

      De activiteiten waarvoor subsidie is verleend niet of niet geheel hebben plaatsgevonden of zullen plaatsvinden;

    • b.

      De subsidieontvanger niet heeft voldaan aan de, aan de subsidie verbonden, voorwaarden;

    • c.

      De subsidieontvanger onjuiste of onvolledige gegevens heeft verstrekt en de verstrekking van juiste of volledige gegevens tot een andere beschikking op de aanvraag tot subsidie verlening zou hebben geleid.

  • 2.

    De intrekking of wijziging werkt terug tot en met het tijdstip waarom de subsidie is verleend, tenzij bij de intrekking of wijziging anders is bepaald.

Artikel 11 Inwerkingstreding

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking op 10 februari 2021.

  • 2.

    De “Subsidieverordening Gemeentelijke Monumenten Nederweert 2011” komt op dat tijdstip te vervallen.

Artikel 12 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als “Subsidieverordening Gemeentelijke Monumenten Nederweert 2021”.

 

Vastgesteld bij besluit van de gemeenteraad van Nederweert op 9 februari 2021.

De gemeenteraad van Nederweert,

De voorzitter,

B.M.T.J. op de Laak.

De griffier,

E.G. Schrier

Naar boven