2.3
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.
|
|
2.3.1
|
Algemene werkzaamheden
|
|
2.3.1.1
|
Voor het in behandeling nemen van een aanvraag omgevings-vergunning waarbij de reguliere procedure wordt gevolgd, wordt, ongeacht de aard van de activiteit waarvoor vergunning wordt aangevraagd met uitzondering van de activiteit ‘bouwen’, een basistarief gerekend van
|
€ 242,00
|
2.3.1.2
|
Voor het in behandeling nemen van een aanvraag omgevings-vergunning waarbij de uitgebreide procedure wordt gevolgd, wordt, ongeacht de aard van de activiteit waarvoor vergunning wordt aangevraagd met uitzondering van de activiteit ‘bouwen’, een basistarief gerekend van
|
€ 653,90
|
2.3.2
|
Bouwactiviteiten
|
|
2.3.2.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
|
2.3.2.1.1
|
indien de bouwkosten minder dan € 100.000,00 bedragen
|
2,40%
|
|
van die bouwkosten met een minimum van
|
€ 173,85
|
2.3.2.1.2
|
indien de bouwkosten € 100.000,00 bedragen of meer:
|
€ 2.400,00
|
|
vermeerderd met:
|
1,43%
|
|
van het bedrag waarmee die bouwkosten € 100.000,00 overstijgen, met een maximum van € 15.000.000,00 aan bouwkosten
|
|
|
Verplicht advies welstandscommissie
|
|
2.3.2.2
|
Onverminderd het bepaalde in subonderdeel 2.3.2.1 bedraagt het tarief, indien voor de in dat subonderdeel bedoelde aanvraag een advies van de welstandscommissie nodig is en wordt beoordeeld:
|
|
2.3.2.2.1
|
met een persoonlijk gesprek:
|
€ 103,00
|
|
te verhogen met een tarief per uur per lid, na voorafgaande prijsopgave.
|
€ 110,00
|
2.3.2.2.2
|
zonder een persoonlijk gesprek:
|
€ 25,75
|
|
te verhogen met een tarief van:
|
€ 110,00
|
|
per uur per lid, na voorafgaande prijsopgave
|
|
|
Beoordeling bodemrapport
|
|
2.3.2.3
|
Onverminderd het bepaalde in subonderdeel 2.3.2.1 bedraagt het tarief, indien voor de in dat subonderdeel bedoelde aanvraag een beoordeling bodemrapport nodig is en wordt beoordeeld:
|
€ 103,00
|
|
Beoordeling archeologisch rapport
|
|
2.3.2.4
|
Onverminderd het bepaalde in subonderdeel 2.3.2.1 bedraagt het tarief, indien voor de in dat subonderdeel bedoelde aanvraag een beoordeling archeologisch rapport nodig is en wordt beoordeeld:
|
€ 105,61
|
|
per uur per lid, na voorafgaande prijsopgave
|
|
|
Beoordeling akoestisch rapport
|
|
2.3.2.5.1
|
Onverminderd het bepaalde in subonderdeel 2.3.2.1 bedraagt het tarief, indien voor de in dat subonderdeel bedoelde aanvraag een beoordeling akoestisch rapport wegverkeerslawaai nodig is en wordt beoordeeld:
|
€ 103,00
|
2.3.2.5.2
|
Onverminderd het bepaalde in subonderdeel 2.3.2.1 bedraagt het tarief, indien voor de in dat subonderdeel bedoelde aanvraag een beoordeling akoestisch rapport industrielawaai nodig is en wordt beoordeeld:
|
€ 205,95
|
|
Beoordeling geluidwering gevel(s)
|
|
2.3.2.6
|
Onverminderd het bepaalde in subonderdeel 2.3.2.1 bedraagt het tarief, indien voor de in dat subonderdeel bedoelde aanvraag een beoordeling geluidwering gevel(s) nodig is en wordt beoordeeld:
|
€ 103,00
|
|
Advies constructeur
|
|
2.3.2.7
|
Onverminderd het bepaalde in subonderdeel 2.3.2.1 wordt het tarief, indien de in dat subonderdeel bedoelde aanvraag een advies van een constructeur nodig is en wordt beoordeeld, verhoogd met het bedrag wat door de constructeur in rekening is gebracht (uurtarief x werktijd).
|
|
|
Verplicht advies agrarische commissie
|
|
2.3.2.8
|
Onverminderd het bepaalde in subonderdeel 2.3.2.1 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat subonderdeel bedoelde aanvraag een advies van de agrarische commissie nodig is en wordt beoordeeld:
|
€ 800,00
|
2.3.2.8.1
|
te verhogen per bedrijfsbezoek met:
|
€ 65,00
|
|
Verplicht advies Monumentencommissie
|
|
2.3.2.9.
|
Onverminderd het bepaalde in subonderdeel 2.3.2.1 bedraagt het tarief, indien voor de in dat subonderdeel bedoelde aanvraag een advies van de monumenten commissie nodig is en wordt beoordeeld:
|
€ 205,95
|
2.3.2.9.1
|
te verhogen met een tarief van:
|
€ 110,00
|
|
per uur per lid, na voorafgaande prijsopgave.
|
|
|
Toets Brabantse Zorgvuldigheids-score
|
|
2.3.2.10
|
Onverminderd het bepaalde in subonderdeel 2.3.2.1, wordt het tarief, indien de in dat subonderdeel bedoelde aanvraag een beoordeling toets BZV score door de OMWB nodig is en wordt beoordeeld, verhoogd met het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de melding aan de melder meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld als bedoeld in onderdeel 1.1.2.
|
|
|
Achteraf ingediende aanvraag
|
|
2.3.2.11
|
Onverminderd het bepaalde in subonderdeel 2.3.2.1 wordt het tarief, indien de in dat subonderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit verhoogd met:
|
10,00%
|
|
van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges.
|
|
|
met een maximum van
|
€ 1.000,00
|
2.3.3
|
Aanlegactiviteiten
|
|
2.3.3.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
€ 257,45
|
|
Beoordeling bodemrapport
|
|
2.3.3.2
|
Onverminderd het bepaalde in subonderdeel 2.3.3.1 bedraagt het tarief, indien voor de in dat subonderdeel bedoelde aanvraag een beoordeling bodemrapport nodig is en wordt beoordeeld:
|
€ 103,00
|
|
Beoordeling archeologisch rapport
|
|
2.3.3.3
|
Onverminderd het bepaalde in subonderdeel 2.3.3.1 bedraagt het tarief, indien voor de in dat subonderdeel bedoelde aanvraag een beoordeling archeologisch rapport nodig is en wordt beoordeeld:
|
€ 105,61
|
|
per uur per lid, na voorafgaande prijsopgave.
|
|
2.3.4
|
Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, en de kosten niet worden verhaald op basis van de “Beleidsregel kostenverhaal planologische medewerking” alsmede bij toepassing van een vastgesteld exploitatieplan bedraagt het tarief onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
|
|
Binnenplanse afwijking
|
|
2.3.4.1
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):
|
€ 205,95
|
|
Buitenplanse afwijking
|
|
2.3.4.2.1
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º (m.u.v. gevallen als bedoeld in artikel 4 lid 9 van Bijlage II van het Besluit omgevingsrecht), van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):
|
€ 411,90
|
2.3.4.2.2
|
indien artikel 2.12 eerste lid, onder a, onder 2º, waarbij toepassing wordt gegeven aan artikel 4 lid 9 van Bijlage II van het Besluit omgevingsrecht), van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):
|
€ 1.132,80
|
|
Persoonsgebonden gedoogbeschikking bij tijdelijke bewoning van recreatieverblijven
|
|
2.3.4.3
|
indien een persoonsgebonden gedoogbeschikking bij tijdelijke bewoning
van recreatiebedrijven wordt toegepast:
|
€ 493,70
|
|
Buitenplanse afwijking (projectafwijkingsbesluit)
|
|
2.3.4.4.1
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking), waarbij géén bouwplan als bedoeld in artikel 6.2.1 van het Besluit ruimtelijke ordening mogelijk wordt gemaakt:
|
€ 4.670,10
|
2.3.4.4.2
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking), waarbij een bouwplan als bedoeld in artikel 6.2.1 van het Besluit ruimtelijke ordening mogelijk wordt gemaakt:
|
€ 8.480,40
|
|
indien een verklaring van geen bedenkingen (VVGB) wordt toegepast
|
zie 2.3.17
|
|
Afwijking van exploitatieplan
|
|
2.3.4.5
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan): het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
|
Afwijking provinciale regelgeving
|
|
2.3.4.6
|
indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving): het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
|
Afwijking van nationale regelgeving (regulier)
|
|
2.3.4.7
|
indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving): het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
|
Afwijking van voorbereidingsbesluit (regulier)
|
|
2.3.4.8
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit): het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
2.3.5
|
Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit
|
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
|
|
Binnenplanse afwijking
|
|
2.3.5.1
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):
|
€ 205,95
|
|
Buitenplanse afwijking
|
|
2.3.5.2.1
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º (m.u.v. gevallen als bedoeld in artikel 4 lid 9 van Bijlage II van het Besluit omgevingsrecht), van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):
|
€ 411,90
|
2.3.5.2.2
|
indien artikel 2.12 eerste lid, onder a, onder 2º, waarbij toepassing wordt gegeven aan artikel 4 lid 9 van Bijlage II van het Besluit omgevingsrecht), van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):
|
€ 1.132,80
|
|
Buitenplanse afwijking (projectafwijkingsbesluit)
|
|
2.3.5.3.1
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking) waarbij géén bouwplan als bedoeld in artikel 6.2.1 van het Besluit ruimtelijke ordening mogelijk wordt gemaakt:
|
€ 4.670,10
|
2.5.5.3.2
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking) waarbij een bouwplan als bedoeld in artikel 6.2.1 van het Besluit ruimtelijke ordening mogelijk wordt gemaakt:
|
€ 8.480,40
|
|
indien een verklaring van geen bedenkingen (VVGB) wordt toegepast
|
zie 2.3.17
|
|
Afwijking van exploitatieplan
|
|
2.3.5.4
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan): het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
|
Afwijking provinciale regelgeving
|
|
2.3.5.5
|
indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving): het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
|
Afwijking van nationale regelgeving (regulier)
|
|
2.3.5.6
|
indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving): het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
|
|
|
|
Afwijking van voorbereidingsbesluit (regulier)
|
|
2.3.5.7
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit): het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
2.3.6
|
In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid
|
|
2.3.6.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d van de Wabo, bedraagt het tarief onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteit:
|
|
2.3.6.1.1
|
met een bruto vloeroppervlak tot en met 1.000 m²:
|
€ 823,85
|
2.3.6.1.2
|
met een bruto vloeroppervlak vanaf 1.000 m² tot en met 5.000 m²:
|
€ 1.853,65
|
2.3.6.1.3
|
met een bruto vloeroppervlak vanaf 5.000 m²:
|
€ 3.913,25
|
2.3.6.2
|
verkrijgen van een verklaring van overdracht van de gebruiksvergunning aan een nieuwe gebruiker:
|
€ 40,90
|
2.3.7
|
Activiteiten met betrekking tot monumenten en cultuurhistorische waardevolle bebouwing
|
|
2.3.7.1
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een rijks-, provinciaal of gemeentelijk monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, of artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder b, van de Wabo in samenhang met de provinciale erfgoedverordening of cultuurhistorisch waardevolle bebouwing krachtens artikel 3 van de Erfgoedverordening gemeente Rucphen 2019, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
|
2.3.7.1.1
|
voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument of cultuurhistorische waardevolle bebouwing:
|
|
2.3.7.1.1.1
|
met een persoonlijk gesprek:
|
€ 411,90
|
|
te verhogen met een tarief van:
|
€ 110,00
|
|
per uur per lid, na voorafgaande prijsopgave.
|
|
2.3.7.1.1.2
|
zonder een persoonlijk gesprek
|
€ 205,95
|
|
te verhogen met een tarief van:
|
€ 110,00
|
|
per uur per lid, na voorafgaande prijsopgave.
|
|
2.3.7.1.2
|
voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monument of cultuurhistorisch waardevolle bebouwing op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:
|
€ 205,95
|
2.3.7.1.2.1
|
met een persoonlijk gesprek
|
€ 411,90
|
|
te verhogen met een tarief van:
|
€ 110,00
|
|
per uur per lid, na voorafgaande prijsopgave.
|
|
2.3.7.1.2.2
|
zonder een persoonlijk gesprek
|
€ 205,95
|
|
te verhogen met een tarief van:
|
€ 110,00
|
|
per uur per lid, na voorafgaande prijsopgave.
|
|
2.3.8
|
Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten en cultuurhistorisch waardevolle bebouwing
|
|
2.3.8.1
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
€ 411,90
|
|
Beoordeling bodemrapport
|
|
2.3.8.2
|
Onverminderd het bepaalde in subonderdeel 2.3.8.1 bedraagt het tarief, indien voor de in dat subonderdeel bedoelde aanvraag een beoordeling bodemrapport nodig is en wordt beoordeeld:
|
€ 103,00
|
2.3.9
|
Aanleggen of veranderen weg
|
|
2.3.9.1
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder d, van de Wabo in samenhang met de provinciale wegenverordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
€ 163,55
|
2.3.10
|
Uitweg/inrit
|
|
2.3.10.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2.12 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo, bedraagt het tarief onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteit:
|
€ 163,55
|
2.3.11
|
Kappen
|
|
2.3.11.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het kappen of doen laten kappen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 4.11 a van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteit:
|
€ 168,95
|
2.3.12
|
Natura 2000-activiteiten
|
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, onder a, Besluit omgevingsrecht bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
€ 2.641,00
|
2.3.13
|
Flora- en fauna-activiteiten (bescherming van soorten)
|
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder b, van het Besluit omgevingsrecht (flora- en fauna-activiteit) bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
€ 5.289,00
|
2.3.14
|
Andere activiteiten
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling:
|
|
2.3.14.1
|
behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteit:
|
€ 674,00
|
2.3.14.2
|
behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteit:
|
€ 674,00
|
2.3.14.2.1
|
als het een gemeentelijke verordening betreft: het bedrag dat op grond van deze tarieventabel voor de betreffende vergunning of ontheffing verschuldigd is als de activiteit zou worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning;
|
|
2.3.14.2.2
|
als het een provinciale of waterschapsverordening betreft: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|