Besluit van burgemeester en wethouders van de gemeente Amstelveen tot vaststelling van de Subsidieregeling verduurzamen bestaande woningen Amstelveen 2022

Zaaknummer: Z21- 080821

 

Burgemeester en wethouders van de gemeente Amstelveen;

gelet op titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 147 van de Gemeentewet juncto artikel 2 van de Algemene Subsidieverordening Amstelveen 2016, gezien het besluit van de gemeenteraad van Amstelveen om middelen ter beschikking te stellen voor de subsidieregeling

“verduurzamen bestaande woningen Amstelveen”;

besluiten vast te stellen de:

Subsidieregeling verduurzamen bestaande woningen Amstelveen 202 2

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 Definities

In deze subsidieregeling wordt verstaan onder:

  • aardgasvrij: een gebouw waar de aardgasaansluiting op het door de netbeheerder beheerde aardgasnet verwijderd is.

  • aardgasvrij datum: de beoogde datum waarop vastgoed binnen een gebied aardgasvrij zal zijn.

  • afsluiting: het door de netbeheerder (laten) verwijderen van de aardgasaansluiting waardoor een verblijfsobject of gebouw geen gebruik meer kan maken van aardgas;

  • ASV 2016: de vingerende Algemene Subsidieverordening Amstelveen 2016;

  • Balansventilatie: een systeem van mechanische ventilatie waarbij de hoeveelheid aangevoerde verse lucht volledig in balans is met de hoeveelheid afvoerde vervuilde lucht. Het is een gesloten ventilatiesysteem dat bestaat uit een ventilator, een warmte terugwin unit (WTW), en een aantal luchtkanalen.

  • bestaand: een gebouw dat niet als nieuwbouw wordt aangemerkt;

  • college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amstelveen;

  • complex: meerdere verblijfsobjecten binnen hetzelfde gebouw;

  • collectieve aardgasaansluiting: de door de netbeheerder beheerde aansluiting op het aardgasnet die de collectieve installatie van aardgas voorziet.

  • collectieve installatie: een installatie die meerdere verblijfsobjecten binnen één complex of meerdere aan elkaar verbonden complexen voorziet van ruimtewarming of warm tapwater;

  • fysieke gebouwgebonden voorziening: voorziening die op of aan een gebouw of op de bijbehorende gronden worden getroffen;

  • gebied: een door denkbeeldige lijnen begrensd deel van grondgebied van de gemeente Amstelveen;

  • goedkeuringsverplichting: de huurrechtelijke verplichtingen van de huurder op grond van artikel 7:220, derde lid, BW;

  • individuele installatie: een installatie die een enkel verblijfsobject binnen één complex of meerdere aan elkaar verbonden complexen voorziet van ruimtewarming of warm tapwater;

  • kookvoorziening: een toestel waarop een pan geplaatst kan worden om via verwarming van de pan de inhoud van de pan op te warmen, te koken of te bakken zoals een kookplaat, comfort of fornuis;

  • netbeheerder: een vennootschap die op grond van artikel 2 van de Gaswet door de Minister is aangewezen is om een wettelijke taak omtrent de gasdistributie uit te voeren;

  • nieuwbouw: een bouwwerk waarvoor nog geen melding of kennisgeving van de gereedkoming van bouw, zoals genoemd in artikel 7, lid g van het Besluit basisregistratie adressen en gebouwen en vereist volgens artikel 1.25, lid 2 van het Bouwbesluit 2012 is gedaan;

  • particulier verhuurder: de natuurlijke persoon die één of meer woningen (max 10 in Amstelveen) voor permanente bewoning verhuurt;

  • ruimteverwarmingsinstallatie: technisch bouwsysteem waarin warmte wordt opgewekt, gedistribueerd of afgegeven of een combinatie daarvan, zoals bedoeld in de omschrijving van een verwarmingssysteem in artikel 1.1 van het Bouwbesluit 2012;

  • tapwaterinstallatie: technisch bouwsysteem waarin warmtapwater wordt opgewekt, gedistribueerd of afgegeven of een combinatie daarvan, zoals bedoeld in de omschrijving van een warmtapwatersysteem in artikel 1.1 van het Bouwbesluit 2012;

  • verblijfsobject: kleinste binnen één of meer panden gelegen en voor woon-, bedrijfsmatige, of recreatieve doeleinden geschikte eenheid van gebruik die ontsloten wordt via een eigen afsluitbare toegang vanaf de openbare weg, een erf of een gedeelde verkeersruimte, onderwerp kan zijn van goederenrechtelijke rechtshandelingen en in functioneel opzicht zelfstandig is, zoals bedoeld in artikel 1, lid m van de Wet basisregistratie adressen en gebouwen;

  • VVE: vereniging waarvan een woning- of appartement eigenaar van rechtswege lid is. De Vereniging van Eigenaren is verantwoordelijk voor en heeft zeggenschap over (gemeenschappelijke delen van) het gebouw en de bijbehorende grond.

  • woning: een gebouw dat voor bewoning is bestemd met de daarbij horende grond of een afzonderlijk gedeelte van een gebouw, welk gedeelte tot bewoning is bestemd, dat als een zelfstandige woning zoals bedoeld in artikel 7:234 BW wordt aangemerkt, of een woonboot;

  • wooncomplex: meerdere verblijfsobjecten bestemd voor bewoning binnen hetzelfde gebouw.

Artikel 1.2 Toepasselijkheid Algemene Subsidieverordening Amstelveen 2016

De Algemene Subsidieverordening Amstelveen 2016 is van toepassing, tenzij daarvan in deze verordening uitdrukkelijk wordt afgeweken.

Artikel 1.3 Doel subsidieregeling

Deze subsidieregeling heeft tot doel het terugdringen van het gebruik van fossiele brandstoffen (waaronder aardgas, benzine, diesel etc.) van bestaande woningen en wooncomplexen door stimulering van de transitie naar een fossiel onafhankelijk Amstelveen in 2040.

Artikel 1.4 Activiteiten

De subsidiabele activiteiten zijn specifiek voor een gebied en worden in de volgende hoofdstukken uitgewerkt.

Artikel 1.5 Subsidieplafond en volgorde behandeling aanvragen

  • 1.

    Het subsidieplafond voor de regeling is vastgesteld op € 220.000 in 2022.

  • 2.

    Het uit hoofde van het subsidieplafond beschikbare bedrag wordt verdeeld op volgorde van binnenkomst van volledig ingediende aanvragen.

Artikel 1.6 De aanvrager

  • 1.

    Subsidie voor activiteiten genoemd in artikel 2.2, eerste en derde lid kan door een ieder die woonachtig is in de gemeente Amstelveen worden aangevraagd.

  • 2.

    Subsidie voor activiteiten genoemd in artikel 2.2, tweede lid kan uitsluitend worden aangevraagd door de volgende personen;

    • a.

      Eigenaren van een woning; en

    • b.

      Huurder van een woning die beschikt over een schriftelijke toestemming van de verhuurder om maatregelen waarvoor subsidie is aangevraagd uit te voeren: en

    • c.

      Verenigingen van Eigenaren, een coöperatieve flatvereniging en ander rechtspersoon met leden waarbij de leden binnen een gebouw van die rechtspersoon gebruik maken van een verblijfsobject.

Artikel 1.7 Doelgroep van de regeling

De regeling is gericht op particulieren woningeigenaren, huurders, VvE’s en particuliere verhuurders in Amstelveen, aansluitend bij artikel 2.1 lid 1.

Artikel 1.8 Aanvraag subsidieverlening

  • 1.

    Een aanvraag voor een subsidie wordt bij het college ingediend;

  • 2.

    Voor een aanvraag voor subsidie moet men gebruik maken van het daarvoor door het college opgesteld aanvraagformulier.

  • 3.

    In aanvulling op artikel 6, tweede lid, van de ASV 2016 worden bij de subsidieaanvraag, in het kader van deze regeling de volgende gegevens en stukken overgelegd:

    • a.

      overzicht van de te treffen voorzieningen inclusief een kostenraming;

    • b.

      offertes voor uitvoering van de subsidiabele activiteiten, waarop het deel van de kosten die subsidiabel zijn voldoende duidelijk uitgesplitst en aangemerkt zijn;

    • c.

      een scan of screenshot van het meest recente digitale bankafschrift waaruit het IBAN rekeningnummer en de naam van de aanvrager blijkt;

    • d.

      geldende goedkeuringsverplichtingen van een VvE.

  • 4.

    Indien de aanvrager niet de eigenaar is van de woning waarop de aanvraag betrekking heeft, bevat het aanvraagformulier naast de genoemde eisen uit het derde lid van dit artikel:

    • a.

      een ondertekende toestemmingsverklaring van de eigenaar of VvE dat de bedoelde aanvrager de binnen deze regeling als subsidiabel aangemerkte activiteiten in het betreffende gebouw mag gaan uitvoeren, waarbij de eigenaar tevens verklaart dat hij:

      • i.

        de verwijdering van de gasaansluiting niet ongedaan zal maken;

      • ii.

        zal borgen dat het, zonder voorafgaande instemming van het college van burgemeester en wethouders, in de toekomst niet mogelijk is om het vastgoed alsnog van aardgas te voorzien;

      • iii.

        een door de gemeente aangestelde inspecteur op verzoek van die inspecteur in de gelegenheid stelt om de uitgevoerde werkzaamheden ter plaatse te inspecteren;

      • iv.

        op verzoek van de gemeente Amstelveen medewerking zal verlenen aan publicitaire acties;

      • v.

        in communicatie‐uitingen expliciet duidelijk zal maken dat het project (mede) tot stand gekomen is door ondersteuning van de gemeente Amstelveen.

    • b.

      het college kan een vonnis van de kantonrechter dat de verhuurder op grond van artikel 7:243BW of artikel 7:215BW medewerking met de voorgestelde voorzieningen oplegt accepteren als vervanging van een getekende toestemmingsverklaring van de eigenaar, zoals genoemd in het tweede lid, onder a.

  • 5.

    Bij de subsidieaanvraag voor activiteiten met betrekking tot collectieve installaties, zoals bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, worden de volgende gegevens en stukken overlegd:

    • a.

      een overzicht van de aan de collectieve installatie verbonden verblijfsobjecten;

    • b.

      een overzicht van de aanwezigheid van gasaansluitingen in de verblijfsobjecten;

    • c.

      een overzicht waaruit blijkt welk van de eigenaren en huurders de intentie heeft om de individuele woning gebonden gasaansluiting, zoals bedoeld onder b, binnen 1 jaar af te sluiten;

    • d.

      bewijs dat de aanvrager gemachtigd is de aanvraag te doen;

Artikel 1.9 Subsidieverlening

  • 1.

    De subsidieaanvraag wordt ingediend voorafgaand aan de uitvoering van de duurzaamheidsinvestering(en).

  • 2.

    Aanvragen tot een subsidiebedrag van € 3500,- kunnen ook achteraf, tot een maximum van 13 weken na uitvoering van de duurzaamheidsinvestering(en), worden aangevraagd.

  • 3.

    Het college kan de aanvrager op diens schriftelijke verzoek uitstel verlenen voor het indienen van een aanvraag voor de duur van maximaal vier weken.

  • 4.

    Het college beschikt uiterlijk dertien weken na ontvangst van de volledige aanvraag.

  • 5.

    Het college kan een beschikking op een aanvraag voor de duur van maximaal vier weken verdagen.

Artikel 1.10 Weigeringsgronden

  • 1.

    In aanvulling op artikel 8, eerste en tweede lid, van de ASV 2016 weigert het college een subsidie te verlenen voor de subsidiabele activiteiten in deze regeling, indien:

    • a.

      reeds begonnen is met het uitvoeren van de fysieke gebouwgebonden voorzieningen voordat een aanvraag voor meer dan €3500,- subsidieverlening is ingediend;

  • 2.

    In aanvulling op artikel 8, derde lid, van de ASV 2016 kan het college geheel of gedeeltelijk weigeren een subsidie te verlenen voor de subsidiabele activiteiten in deze regeling als:

    • a.

      De kosten voor de uitvoering van de voorzieningen waarvoor een subsidieaanvraag wordt gedaan naar het oordeel van het college niet in redelijke verhouding staan tot het beoogde resultaat;

    • b.

      De subsidieaanvraag de maximale subsidiehoogte overschrijdt;

    • c.

      De activiteiten waarvoor subsidie is aangevraagd niet bijdragen aan de realisatie van het doel van de regeling.

    • d.

      De subsidie hoger is dan de werkelijk gemaakte kosten na aftrek van andere aangevraagde of verleende subsidies voor dezelfde subsidiabele activiteiten.

    • e.

      De maatregel waarvoor subsidie wordt aangevraagd niet dient ter vervanging van een verouderde maatregel, maar een nieuw element aan de woning toevoegt.

    • f.

      De maatregel zonder bijzondere inspanning terug te draaien is.

Artikel 1.11 Aanvullende verplichtingen

  • 1.

    Naast de verplichtingen op grond van artikel 9 van de ASV 2016, zijn aan de subsidie de volgende verplichtingen verbonden:

    • a.

      De gebouwgebonden voorziening waarvoor subsidie is aangevraagd moet binnen 6 maanden, nadat de subsidieverlening is toegekend, worden gestart en dienen binnen één jaar na verleningsbeschikking volledig te zijn getroffen.

    • b.

      De subsidieontvanger zal de afsluiting van de gasaansluiting niet ongedaan maken.

    • c.

      Een door de gemeente aangestelde inspecteur wordt op verzoek van die inspecteur in de gelegenheid gesteld de uitgevoerde werkzaamheden ter plaatse te inspecteren;

    • d.

      Op verzoek van de gemeente Amstelveen wordt medewerking verleend aan publicitaire acties.

    • e.

      voor zover vereist, het verkrijgen van de vergunningen voor de subsidiabele activiteiten.

    • f.

      In geval van verhuurd vastgoed, dient de verhuurder te borgen dat het voor huurders niet mogelijk is om de woning in de toekomst van aardgas te voorzien.

  • 2.

    De termijn zoals genoemd in het eerste lid, onder a, kan door het college op verzoek worden verlengd indien het college dit uitstelverzoek, voorzien van een passende verklaring, binnen de gestelde termijn ontvangt.

  • 3.

    Het college kan bij de verlening van een subsidie (aanvullende) verplichtingen opleggen.

Artikel 1.12 Verantwoording subsidie tot €3500

  • 1.

    Een subsidie van niet meer dan € 3500 wordt direct ambtshalve vastgesteld.

  • 2.

    De subsidieontvanger toont op verzoek van het college op de in de beschikking aangegeven wijze aan dat de activiteiten waarvoor de subsidie is verleend, zijn verricht en dat is voldaan aan de verplichtingen die aan de verleende subsidie zijn verbonden.

Artikel 1.13 Verantwoording subsidie van €3500 tot € 50.000

  • 1.

    Een aanvraag tot vaststelling van een subsidie van meer dan € 3500 doch ten hoogste € 50.000 gaat vergezeld van:

    • a.

      De betaalde facturen voor de voorzieningen, waarop het deel van de kosten die subsidiabel zijn voldoende duidelijk uitgesplitst en aangemerkt zijn, inclusief betaalbewijzen;

    • b.

      Foto’s van de aangebrachte voorzieningen.

    • c.

      Een overzicht van eventuele andere aangevraagde of verleende subsidies voor dezelfde subsidiabele activiteiten;

    • d.

      bij de aanvraag tot vaststelling voor activiteiten met betrekking tot collectieve installaties, zoals bedoeld in artikel 2.2, tweede lid onder b, een overzicht inclusief bewijzen overlegd, waaruit blijkt welk collectieve gasgestookte tapwaterinstallatie zijn omgezet naar een aardgasvrije.

    • e.

      bij de aanvraag tot vaststelling voor activiteiten met betrekking tot collectieve installaties, zoals bedoeld in artikel 2.2, tweede lid onder c, een overzicht inclusief bewijzen overlegd, waaruit blijkt welk van de verschillende eigenaren en huurders de aanwezige individuele woning gebonden gasaansluiting heeft afgesloten.

Artikel 1.14 Verantwoording subsidie vanaf € 50.000

  • 1.

    Naast het gestelde in artikel 1.12 en artikel 1.13 wordt bij een subsidies vanaf € 50.000 een controleverklaring opgesteld door een onafhankelijk accountant bijgevoegd.

Hoofdstuk 2 Stadsbrede subsidie

Artikel 2.1 Gebieds- en fossielonafhankelijk datum bepaling

  • 1.

    Het gebied waarbinnen subsidiabele activiteiten, zoals bedoeld in artikel 2.2, plaats dienen te vinden is gelijk aan de gemeentegrenzen van de gemeente Amstelveen.

  • 2.

    De beoogde datum waarop al het vastgoed binnen het onder het eerste lid bepaalde gebied fossiel onafhankelijk zal zijn is 31 december 2040.

Artikel 2.2 Subsidiabele activiteiten

Het college kan een eenmalige subsidie verlenen voor het treffen van de volgende fysieke gebouwgebonden voorzieningen in het in artikel 2.1, eerste lid, bepaalde gebied:

  • 1.

    In een wooncomplex, welke daardoor -ten dele- aardgasvrij wordt:

    • a.

      Een collectieve gasgestookte ruimteverwarmingsinstallatie omzetten naar een aardgasvrije.

    • b.

      Een collectieve gasgestookte ruimteverwarmingsinstallatie omzetten naar een hybride systeem.

    • c.

      Een collectieve gasgestookte tapwaterinstallatie omzetten naar een aardgasvrije.

    • d.

      Een collectieve gasgestookte installatie omzetten naar een lage-temperatuur (55 graden) systeem.

  • 2.

    In een bestaande woning, welke daardoor – ten dele – aardgasvrij wordt.

    1. Isoleren van woning tot en met bouwjaar 1945

    a. HR++ glas.

b. Triple glas.

  • c. Vacuümglas.

  • d. Dakisolatie voor schuin dak.

    e. Dakisolatie voor plat dak.

    f. Isolatie d.m.v. voorzetwand.

     

    2. Isoleren van woning vanaf bouwjaar 1946

    a. Triple glas.

    b. Dakisolatie voor schuin dak.

    c. Dakisolatie voor plat dak.

    d. Isolatie d.m.v. voorzetwand.

3 . Ventileren van de woning

a. Vraaggestuurde balansventilatie met WTW (luchtvochtigheid en CO2).

4 . O pslag en gebruik duurzame energie

a. Huisaccu voor (tijdelijke) opslag van zelfopgewekte elektriciteit.

5 . Duurzaam verwarmen en koelen

a. Douche Warmte Terug Winning.

b. Zonneboilersysteem.

c. Warmtepompboiler.

d. Bodemenergiesysteem.

e. Hybride warmtepompsysteem dat voldoet aan geluidseisen conform per 1 januari 2021 gewijzigde Bouwbesluit 2012.

f. Lucht-water warmtepompsysteem dat voldoet aan geluidseisen conform per 1 januari 2021 gewijzigde Bouwbesluit 2012.

g. Aardgasvrije tapwaterinstallatie.

h. Lage temperatuur vloerverwarming.

i. Lage temperatuur convectoren of radiatoren.

 

  • 6 . Overige maatregelen

    a. Inductiekookplaat.

    b. Photovoltaïsche plus Thermische zonnepanelen (PVT) (voor elektra en warmte) met boilervat of warmtepomp.

Artikel 2.3 Hoogte van de subsidie

  • 1.

    Voor activiteiten zoals bedoeld in artikel 2.2, eerste lid geldt dat:

    • a.

      Voor activiteiten onder a de subsidie maximaal €2500,- per woning bedraagt.

    • b.

      Voor activiteiten onder b de subsidie maximaal €1500,- per woning bedraagt.

    • c.

      Voor activiteiten onder b de subsidie maximaal €500,- per woning bedraagt.

    • d.

      Voor activiteiten onder c de subsidie maximaal €200,- per woning bedraagt.

    • e.

      De subsidie voor een VvE is gemaximeerd op 20% van de totale factuurkosten met een maximum van € 50.000.

2. Voor activiteiten zoals bedoeld in artikel 2.2, tweede lid geldt dat:

1. Isoleren van woning tot en met bouwjaar 1945

a, b en c. Subsidie voor HR++, Triple of vacuüm glas bedraagt 20% van de totale factuurkosten met een maximum van €2000.

d. Subsidie voor dakisolatie voor een schuin dak bedraagt 20% van de totale factuurkosten met een maximum van €4000.

e. Subsidie voor dakisolatie voor een plat dak bedraagt 20% van de totale factuurkosten met een maximum van €3000.

f. Subsidie voor isolatie d.m.v. voorzetwand bedraagt 20% van de totale factuurkosten met een maximum van €4000.

 

2. Isoleren van woning vanaf bouwjaar 194 6

a. Subsidie voor Triple glas bedraagt 20% van de totale factuurkosten met een maximum van €2000.

b. Subsidie voor dakisolatie voor een schuin dak bedraagt 20% van de totale factuurkosten met een maximum van €4000.

c. Subsidie voor dakisolatie voor een plat dak bedraagt 20% van de totale factuurkosten met een maximum van €3000.

d. Subsidie voor isolatie d.m.v. voorzetwand bedraagt 20% van de totale factuurkosten met een maximum van €4000.

 

3 . Ventileren van de woning

a. Subsidie voor vraag gestuurde balansventilatie met WTW (luchtvochtigheid en CO2) bedraagt

20% van de totale kosten met een maximum van €500.

 

4 . Op slaan eigen duurzame energie

a. Subsidie voor een Huisaccu voor (tijdelijke) opslag van zelfopgewekte elektriciteit bedraagt €900,-;

 

5 . Duurzaam verwarmen en koelen

a. Subsidie voor een Douche Warmte Terug Winning bedraagt €100,-;

b. Subsidie voor zonneboilersysteem voor warm tapwater bedraagt 20% van de totale kosten met een max. van €900,-;

c. Subsidie voor bodemenergiesysteem bedraagt 20% van de totale factuurkosten met een maximum van €2500,-;

d. Subsidie voor hybride warmtepompsystemen bedraagt 20% van de totale factuurkosten met een maximum van €500,-;

e. Subsidie voor lucht-water warmtepompsysteem die voldoen aan geluidseisen conform per 1 januari 2021 gewijzigde Bouwbesluit 2012 is 20% van de totale factuurkosten met een maximum van €2500,-;

f. Subsidie voor aardgasvrije tapwaterinstallatie bedraagt20% van de totale factuurkosten met een maximum van €500,-.;

g. Subsidie voor lage temperatuur vloerverwarming bij een geïsoleerde vloer met een minimale Rc-waarde ≥ 2.5 bedraagt 20% van de totale aanschafkosten met een maximum van €500;

h. Subsidie voor lage temperatuur convectoren of radiatoren bedraagt 20% van de totale aanschafkosten met een maximum van €500.

 

  • 6 . Overige maatregelen

    a. Subsidie voor aardgasvrije kookvoorziening bedraagt €200,-;

    b. Photovoltaïsche plus Thermische zonnepanelen (PVT) (voor stroom en warmte) met boilervat of warmtepomp bedraagt 20% van de totale aanschafkosten met een maximum van €3000,-.

 

  • 2.

    Indien de aanvrager of de eigenaar van het vastgoed waarop de aanvraag betrekking heeft voor dezelfde activiteiten een andere subsidie ontvangt wordt de hoogte van de subsidie zodanig berekend dat de totale subsidie niet meer bedraagt dan 40% van de werkelijke kosten.

  • 3.

    Indien subsidie aangevraagd wordt voor het verduurzamen, conform artikel 2.2 lid 1, van een gemeentelijk monument, een rijksmonument of een woning in een beschermd dorps- of stadsgezicht kan een aanvullende subsidie van € 1000 verleend worden. De totale subsidie mag niet meer bedragen dan 40% van de werkelijke kosten.

Artikel 2.4 niet Subsidiabele kosten en gebouwgebonden voorzieningen

In aanmerking voor subsidie komen de gemaakte kosten voor de uitvoering van de activiteiten, zoals bedoeld in artikel 2.3, met uitzondering van:

  • 1.

    de kosten voor zelf verrichte arbeid, indien de voorzieningen door de aanvrager zelf worden getroffen;

  • 2.

    de kosten voor biomassaverbrandingsketels, hout- of pelletkachels;

  • 3.

    de kosten voor installaties of fornuizen op fossiele brandstoffen als kolen, olie, butaangas of andere brandstoffen.

  • 4.

    de kosten voor pannen en ander keukengerei;

  • 5.

    de kosten voor voorzieningen die gericht zijn op het voldoen aan wettelijke verplichtingen;

  • 6.

    de kosten voor voorzieningen die gericht zijn op het voldoen aan de gangbare minimum kwaliteitseisen;

  • 7.

    de kosten voor zonnepanelen die geen PVT-panelen betreffen.

 

 

Hoofdstuk 3 Slotbepalingen

Artikel 3.1 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na bekendmaking op de wettelijk voorgeschreven wijze en is geldig voor subsidie aanvragen tot en met 31 december 2022.

Artikel 3.2 Hardheidsclausule

Het college kan van de bepalingen in deze regeling afwijken, indien toepassing ervan zouden leiden tot kennelijke onredelijke situaties.

Artikel 3.3 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling verduurzamen bestaande woningen Amstelveen 2022.

De secretaris,

Bert Winthorst

De voorzitter,

Tjapko Poppens

Naar boven