Gemeenteblad van Amsterdam
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Amsterdam | Gemeenteblad 2021, 478801 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Amsterdam | Gemeenteblad 2021, 478801 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Eerste wijzigingsverordening maatschappelijke ondersteuning Amsterdam 2022
De Verordening maatschappelijke ondersteuning Amsterdam 2015 als volgt te wijzigen:
Artikel 3.3 Ondersteuning door het buurtteam en het Sociaal Wijkteam
De ondersteuning door het buurtteam omvat vraagverheldering, informatie en advies, het opstellen van een ondersteuningsplan en het voeren van regie voor zover de cliënt daar niet toe in staat is. Het buurtteam biedt ondersteuning, zorg en activering op sociale levensdomeinen, zoals problemen rond werk en schulden in samenwerking met de sociale basis, veiligheid, werk, participatie, inkomen en wonen. Het buurtteam leidt waar nodig toe naar maatwerkvoorzieningen.
Het persoonsgebonden budget dient besteed te worden aan het inkopen van zorg of ondersteuning en mag niet aangewend worden voor de betaling van tussenpersonen, belangenbehartigers, bemiddelings- en coördinatietaken alsmede ondersteunings- of administratiekosten in verband met het Pgb. Er is geen verantwoordingsvrij bedrag.
De tarieven van het persoonsgebonden budget zijn:
voor vervoersvoorzieningen geldt het volgende:
In het geval van een maatwerkbedrag taxi of vervoer door derden kan de daarvoor geïndiceerde aanvrager ook kiezen voor een tegemoetkoming op declaratiebasis (maatwerkbedrag).
Uitbetaling vindt plaats op basis van declaratie. Als de declaratie niet voldoet aan in de beschikking gestelde verplichtingen en voorwaarden zal deze niet uitbetaald worden.
In afwijking van het derde lid kan een vervoersvoorziening worden verstrekt als zich een situatie voordoet waarbij het gaat om een bovenregionaal contact, dat uitsluitend door de persoon met beperkingen zelf bezocht kan worden, terwijl het bezoek voor de persoon met beperkingen noodzakelijk is om dreigende vereenzaming te voorkomen.
Een cliënt die woont in een instelling zonder behandeling, die valt onder de Wet langdurige zorg, houdt recht op een roerende woonvoorziening of individuele vervoersvoorziening verstrekt op grond van de Wet maatschappelijke ondersteuning, totdat het college een nieuw besluit heeft genomen waarmee het recht wordt ingetrokken vanwege de wijziging in de Wet langdurige zorg.
Een cliënt die krachtens de Verordening geldend tot 1 januari 2022 recht heeft op beschermd vervoer, behoudt dit recht, met inachtneming van de kilometerbeperking ingevolge art. 4.9, lid 5 van deze Verordening, evenals de verplichting om hiervoor de eigen bijdrage te betalen ingevolge art. 5.3.1, lid 10 van deze Verordening.
De toelichting op de Verordening maatschappelijke ondersteuning Amsterdam 2015 wordt als volgt gewijzigd:
Het wijkgerichte aanbod (algemene en maatwerkvoorzieningen) dat rechtstreeks toegankelijk is voor alle Amsterdammers of op basis van een toegangsbeoordeling. De dienstverlening staat open voor alle Amsterdammers. De zorgaanbieder, de buurtteamprofessionals of het Sociaal Wijkteam in postcodegebied Weesp bepalen of ondersteuning noodzakelijk is. Hier zal ook het gesprek plaatsvinden met de burger die zich meldt met een vraag om de ondersteuningsbehoefte en de eigen mogelijkheden te onderzoeken, en te bekijken hoe de gemeente daar een rol in speelt of kan spelen. Als er langdurige professionele ondersteuning nodig is wordt er een ondersteuningsplan opgesteld.
In dit artikel is de toegangsprocedure voor mensen met behoefte aan ondersteuning opgenomen. De Wmo 2015 introduceert het begrip melding, waarmee de bespreking van een ondersteuningsbehoefte start. De melding kan, door of namens de cliënt, op verschillende manieren worden gedaan, onder andere via de Wmo Helpdesk, het Sociaal Loket, het Buurtteam Amsterdam of het Sociaal Wijkteam in postcodegebied Weesp.
Artikel 3.3 Ondersteuning door het buurtteam en het Sociaal Wijkteam
In elk stadsdeel is een buurtteamorganisatie met meerdere locaties actief waar Amsterdammers naar toe kunnen komen voor ondersteuning. Buurtteams bieden binnen de Wmo individuele en collectieve vormen van ondersteuning, begeleiding en cliëntondersteuning, en daarnaast sociaal raadsliedenwerk en schuldhulpverlening. Ook kan men er terecht voor informatie en advies op sociale levensdomeinen en voor toegang tot andere Wmo-voorzieningen.
In het postcodegebied Weesp zet het Sociaal Wijkteam deze Wmo-ondersteuning in via een aanbieder.
In dit artikel is verwoord dat, alvorens wordt overgegaan tot de verstrekking van een maatwerkvoorziening, eerst wordt gekeken naar andere mogelijkheden om de cliënt te helpen met zijn beperkingen. Dat kan bijvoorbeeld een verwijzing zijn naar een voorliggende voorziening, zoals de Wet langdurige zorg of Zorgverzekeringswet, het helpen bij het inzetten van het eigen netwerk, ondersteuning door het buurtteam, ondersteuning via het Sociaal Wijkteam in postcodegebied Weesp en een verwijzing naar een algemene voorziening. De maatwerkvoorziening vormt het sluitstuk.
Als het college vaststelt dat een maatwerkvoorziening noodzakelijk is, zal het college kiezen voor de goedkoopst adequate voorziening. Voorop staat dat de voorziening adequaat (doelmatig) is om bij te dragen aan de ondersteuningsbehoefte. Als er echter meerdere varianten mogelijk zijn, kiest het college voor de goedkoopste variant. Als er al eerder een maatwerkvoorziening is verstrekt en deze voorziening biedt nog voldoende ondersteuning en is nog niet technisch afgeschreven, dan komt de cliënt niet opnieuw in aanmerking voor een maatwerkvoorziening. De noodzaak is dan niet aanwezig.
Wanneer een voorziening wordt aangevraagd nadat deze gerealiseerd is, wordt deze geweigerd als de gemeente geen mogelijkheid meer heeft de noodzaak, adequaatheid en passendheid van de voorziening te beoordelen, noch invloed heeft op de te verstrekken soort voorziening.
Maatwerkvoorzieningen kunnen in bruikleen of in eigendom worden verstrekt. Als een maatwerkvoorziening in bruikleen wordt verstrekt, kan het college met de cliënt een bruikleenovereenkomst afsluiten. Uiteraard bestaat voor een maatwerkvoorziening in de vorm van dienstverlening deze keuzemogelijkheid niet.
In de memorie van toelichting (Kamerstukken II 2013/14, 33 841, nr. 3, blz. 39) is vermeld dat een gemeente kan bepalen dat het persoonsgebonden budget niet hoger mag zijn dan een percentage van de kosten die voor de gemeente verbonden zijn aan het verlenen van adequate ondersteuning in natura. Gemeenten hebben daarmee ook de mogelijkheid om differentiatie aan te brengen in de hoogte van het persoonsgebonden budget. Amsterdam kan dan ook verschillende tarieven hanteren voor verschillende vormen van ondersteuning en voor verschillende typen hulpverleners. Gemeenten kunnen bij het vaststellen van tarieven in de verordening bijvoorbeeld onderscheid maken tussen professionele ondersteuning waarbij wordt gewerkt volgens de toepasselijke kwaliteitsstandaarden en niet-professionele ondersteuning.
In een uitspraak van de Centrale Raad van Beroep van 17 mei 2017 heeft de rechter in een zaak van de gemeente Emmen bepaald dat essentialia van het voorzieningenpakket in de verordening dienen te worden vastgelegd. Hieronder valt ook de tariefdifferentiatie van het Pgb.
De gemeente heeft in april 2017 een opdracht gegeven aan onderzoeksbureau KPMG en gevraagd om objectief en onafhankelijk advies uit te brengen over passende en goed onderbouwde Pgb-tarieven voor hulp bij het huishouden, ambulante ondersteuning, dagbesteding en logeeropvang. Dit onderzoek getiteld ‘Doorontwikkeling Pgb-tarieven Wmo-voorzieningen’ is op 8 juni 2017 gepubliceerd. De Pgb-tarieven voor deze voorzieningen zijn gebaseerd op dit onderzoek.
Voor ambulante ondersteuning, dagbesteding en logeeropvang zijn de tarieven afgeleid van de vastgestelde tarieven die gelden voor de maatwerkvoorziening in natura, minus een afslagpercentage voor kostencomponenten die slechts gedeeltelijk van toepassing zijn op de Pgb-tarieven.
Het persoonsgebonden budget voor hulp bij het huishouden wordt berekend via een puntensysteem. Het aantal vastgestelde punten maal het per punt geldende tarief bepaalt het budget. Aan de hand van de maatstaf voor hulp bij het huishouden worden aan de activiteiten en de frequentie ervan punten toegekend. Op basis van het aantal punten per jaar wordt de hoogte van het budget per week bepaald. Bij het bepalen van het tarief per punt is uitgegaan van het Pgb-tarief van € 18,24 per uur. Het Pgb-uurtarief en het tarief per punt zijn hierdoor automatisch aan elkaar gekoppeld. Het niet-professionele tarief voor ambulante ondersteuning en dagbesteding is vastgesteld op basis van de Wet Minimum Loon en minimumvakantiebijslag en een benchmark met diverse andere grote gemeenten.
Artikel 4.2 lid 4 betreft regels voor periodieke betalingen aan de zorgverlener, ook wel maandloon genoemd. Indien een cliënt met een professionele zorgverlener een zorgovereenkomst afsluit, is de mogelijkheid voor periodieke betalingen, of automatische maandloonbetalingen uitgesloten. Betalingen aan professionele zorgverleners kunnen worden gedaan op declaratiebasis van de gewerkte uren. Hiermee beoogt het college doelmatigheid en oneigenlijk gebruik van de Pgb middelen te voorkomen.
Ambulante ondersteuning wordt geboden aan Amsterdammers die beperkingen hebben bij het zelfstandig functioneren of zonder de ondersteuning risico lopen om hun zelfredzaamheid te verliezen. Deze ondersteuning is aanvullend op de ondersteuning die door het buurtteam wordt geboden of via het Sociaal Wijkteam in postcodegebied Weesp wordt ingezet. De ondersteuning is gericht op het bevorderen of stabiliseren van de zelfredzaamheid en de maatschappelijke participatie of het begeleiden van achteruitgang.
Er kan hierbij voor cliënten die dit niet zelf kunnen of niet kunnen (laten) regelen gedacht worden aan ondersteuning bij de administratie, woonbegeleiding of het indelen van de dag of bij het initiëren van deelname aan buurtactiviteiten, vrijwilligerswerk of dagbesteding.
Ambulante ondersteuning kan ingezet worden ter ontlasting van de mantelzorger indien sprake is van (dreigende) overbelasting.
De geboden ondersteuning wordt niet zwaarder of langer ingezet dan nodig is.
De wet schrijft voor dat, voor zover Amsterdam een bijdrage in de kosten wil vragen, dit gereguleerd wordt via de verordening. Bij de omslag naar eigen kracht hoort ook het vergroten van het kostenbewustzijn van de burger en financiële verantwoordelijkheid voor diegenen die dat kunnen betalen. Per 1 januari 2020 geldt in de wet een abonnementstarief. Dit is een vaste bijdrage per maand voor huishoudens zolang zij gebruikmaken van Wmo-voorzieningen of een persoonsgebonden budget ontvangen. Zowel de maatwerkvoorzieningen, persoonsgebonden budgetten als enkele algemene voorzieningen worden met deze wetswijziging onder het abonnementstarief gebracht. Via een Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB) krijgt de gemeente de mogelijkheid bepaalde vormen van vervoer uit te zonderen van het abonnementstarief. Amsterdam zondert het collectief vervoer uit en vraagt hiervoor een ritbijdrage. Het abonnementstarief geldt niet voor de intramurale voorzieningen opvang en beschermd wonen. Hier worden huisvesting en de meeste dagelijkse behoeften door een instelling geleverd. In de gemeente Amsterdam geldt het abonnementstarief voor hulp bij het huishouden, logeeropvang, woonruimteaanpassingen, roerende woonvoorzieningen, uitraasruimte, bruikleenauto, vervoersvoorzieningen en vervoerskostenvergoedingen.
Voor enkele algemene voorzieningen wordt een aparte bijdrage gevraagd. Benoemd wordt welke voorzieningen dit zijn.
Voor de bijdrage kortdurende opvang zijn de overwegingen:
Het is niet de bedoeling dat kortdurende opvang een eindstation is. Het is een tijdelijke oplossing, gericht op doorstroom van cliënten naar opvang of huisvesting die gericht is op vergroten van de zelfredzaamheid. De hoogte van de bijdrage in de kortdurende opvang is ook een instrument ter bevordering van de doorstroom naar andere vormen van opvang of een eigen woning, waarvoor immers ook een eigen bijdrage respectievelijk huur voor moet worden betaald.
Voor de bijdrage in de kosten voor noodopvang gezinnen zijn de overwegingen:
Voor voorzieningen sociale basis kan op wijkniveau een compensatie worden gevraagd voor gebruikskosten. De aanbieders van deze voorzieningen zijn vrij om te bepalen óf er een compensatie wordt gevraagd, met inachtneming van de genoemde voorwaarden.
De overgangsbepalingen hebben betrekking op de situatie waarin voor inwerkingtreding van deze verordening een aanvraag voor ondersteuning is ingediend.
De voorziening beschermd vervoer is per 1 januari 2022 afgeschaft en kan derhalve na deze datum niet meer aangevraagd worden. Voor cliënten die voor 1 januari 2022 de voorziening beschermd vervoer toegekend hebben gekregen, op grond van de toen geldende Verordening, geldt dat zij het recht op deze voorziening behouden. Bij behoud van recht op deze voorziening, blijft tevens de verplichting bestaan om hiervoor een eigen bijdrage te betalen zoals eveneens was bepaald in de Verordening geldend tot 1 januari 2022. De eigen bijdrage is een ritbijdrage die gelijk is aan het tarief voor het openbaar vervoer voor volwassenen (voltarief) dat door het dagelijks bestuur van de Stadsregio Amsterdam wordt vastgesteld. Dit is te vinden op www.stadsregio.nl. Een cliënt die tussen 18.00 uur en 01.00 uur reist krijgt 10% korting op de ritbijdrage.
Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van 22 december 2021.
De plaatsvervangend voorzitter
Yassmine el Ksaihi
De raadsgriffier
Jolien Houtman
De belangrijkste wijzigingen in de Verordening maatschappelijke ondersteuning Amsterdam 2015 zijn:
De gemeenteraden van Amsterdam en Weesp hebben in 2017 respectievelijk 2018 besloten om te komen tot een ambtelijke fusie, later te volgen door een gemeentelijke samenvoeging. De raden van Amsterdam en Weesp hebben het herindelingsontwerp vastgesteld op respectievelijk 22 januari en 6 februari 2020. De identiteit en integraliteit van het Sociaal Wijkteam Weesp (inclusief Wmo- en Jeugdconsulenten) blijft zoveel mogelijk behouden.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2021-478801.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.