Legesverordening 2022
|
2022
|
|
|
|
|
|
|
Tarieventabel, behorende bij de Legesverordening gemeente Horst aan de Maas 2022
|
|
|
|
|
Titel 1 Algemene Dienstverlening
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 1 Algemeen
|
|
|
|
|
Algemeen
|
|
|
2022
|
1.1.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag, (waaronder ook een aanvraag in het kader van de WOB wordt verstaan) tot het verstrekken van:
|
|
|
|
|
1.1.1.1
|
gewaarmerkte afschriften van stukken
|
|
|
per pagina
|
€ 0,25
|
|
met een minimum van
|
€ 2,50
|
|
|
|
1.1.1.2
|
afschriften, kopieën van stukken
|
|
|
per pagina formaat A0
|
€ 1,00
|
|
per pagina andere formaten dan A0
|
€ 0,25
|
|
met een minimum van
|
€ 2,50
|
|
|
|
1.1.1.3
|
kaarten, tekeningen en lichtdrukken (plotter), per kaart, tekening of lichtdruk vermeerderd met
|
|
|
formaat A4
|
€ 4,95
|
|
formaat A3
|
€ 9,80
|
|
formaat A2
|
€ 14,05
|
|
formaat A1
|
€ 17,65
|
|
formaat A0
|
€ 20,35
|
|
|
|
1.1.1.4
|
Indien kopieën van kaarten, tekeningen of lichtdrukken moeten worden opgevraagd bij het stedenbouwkundigbureau en/of een extern bureau worden deze kosten bij de aanvrager in rekening gebracht. Voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag worden deze kosten aan de aanvrager meegedeeld.
|
|
|
|
|
1 1.1.5
|
Alle leges zoals in deze tarieventabel vermeld, worden bij toezending van de stukken per post verhoogd met de portokosten, in overeenstemming met de op de datum van aanvraag geldende officiële tarieven van PostNL.
|
|
|
|
|
1.1.1.6
|
Een uittreksel of een ander stuk, een vergunning of ontheffing, dan wel elke andere beschikking, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen.
|
€ 36,10
|
|
|
|
1.1.1.7
|
Voor alle overige werkzaamheden in het persoonlijke belang van de aanvrager, zoals het doen van nasporingen, het verrichten van onderzoek, het maken van een samenvatting, het voeren van overleg, het uitoefenen van toezicht of het houden van controle per kwartier
|
€ 24,00
|
|
|
|
1.1.1.8.a
|
Indien de gemeente voor een aanvraag externe (advies-)kosten maakt, worden de in de verordening opgenomen bedragen verhoogd met de externe kosten, tenzij uit het in de verordening opgenomen tarief expliciet blijkt, dat dit tarief inclusief externe kosten is.
|
|
1.1.1.8.b
|
Voorafgaande aan het in behandeling nemen van de aanvraag, stelt de projectleider, dan wel de teammanager of seniormedewerker de aanvrager in kennis van de verhoging, welke hij onderbouwt met een begroting.
|
|
1.1.1.8.c
|
De aanvraag wordt op de vijfde werkdag, na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, in behandeling genomen. De aanvraag wordt niet in behandeling genomen, indien de aanvrager de melding voor deze vijfde werkdag schriftelijk intrekt.
|
|
1.1.1.8.d
|
Indien de werkelijke kosten minder bedragen dan het aan de hand van de begroting geraamde bedrag, wordt voor het verschil teruggaaf verleend.
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 2
Bestuursstukken
|
|
|
|
2022
|
Stukken Planning en Control Cyclus
|
|
|
|
|
1.2.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een papieren exemplaar van een product uit de planning en control-cyclus, zoals begroting of jaarverantwoording, per pagina:
|
€ 0,10
|
|
|
|
Stukken Raad/Commissies
|
|
|
|
|
1.2.2
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:
|
|
|
|
|
1.2.2.1
|
een exemplaar van het verslag van een vergadering van een raadscommissie of raadsvergadering, per pagina:
|
€ 0,25
|
|
|
|
1.2.2.2
|
een exemplaar van de stukken behorende bij een raads- of raadscommissievergadering, per pagina:
|
€ 0,25
|
|
|
|
1.2.3
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:
|
|
|
|
|
1.2.3.1
|
een exemplaar van de Algemeen Plaatselijke Verordening
|
€ 12,05
|
|
|
|
1.2.3.2
|
een exemplaar van de bouwverordening met toelichting
|
€ 24,00
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 3 Burgerlijke stand
|
|
|
|
2022
|
Huwelijksvoltrekking en Partnerschapsregistratie
|
|
|
|
|
1.3
|
Het tarief bedraagt voor het voltrekken van een huwelijk of registratie van een partnerschap dan wel het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk van een paar
|
|
|
|
|
1.3.1
|
in de trouwzaal in het gemeentehuis van Horst:
|
|
|
|
|
1.3.1.1
|
maandag tot en met vrijdag tussen 09.00 uur en 17.00 uur
|
€ 235,00
|
|
met uitzondering van de in het "Reglement Burgerlijke Stand" van de gemeente Horst aan de Maas opgenomen data voor kosteloze huwelijksvoltrekking / registratie partnerschap.
|
|
|
|
|
1.3.1.2
|
Op de dagdelen die door het college zijn aangewezen als een collectieve vrije dag voor het personeel van de gemeente of op een zaterdag tussen 9.00 uur en 17.00 uur
|
€ 476,00
|
|
|
|
1.3.2
|
in de Raadzaal te Horst:
|
|
|
|
|
1.3.2.1
|
maandag tot en met vrijdag tussen 9.00 uur en 17.00 uur
|
€ 385,00
|
|
|
|
1.3.2.2
|
Op de dagdelen die door het college zijn aangewezen als een collectieve vrije dag voor het personeel van de gemeente of op een zaterdag tussen 9.00 uur en 17.00 uur
|
€ 628,00
|
|
|
|
1.3.3
|
op een andere aangewezen locatie dan genoemd in artikel 1.3.1. en 1.3.2:
|
|
|
|
|
1.3.3.1
|
maandag tot en met vrijdag tussen 09.00 uur en 17.00 uur
|
€ 584,00
|
|
|
|
1.3.3.2
|
Op de dagdelen die door het college zijn aangewezen als een collectieve vrije dag voor het personeel van de gemeente of op een zaterdag tussen 9.00 uur en 17.00 uur
|
€ 819,00
|
|
|
|
1.3.4
|
In afwijking van de in artikel 1.3.1. t/m 1.3.3 genoemde tarieven, is het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk, in de aangiftekamer van de burgerlijke stand in het gemeentehuis van Horst, gratis.
|
|
|
|
|
1.3.5
|
Het tarief bedraagt voor het wijzigen / annuleren van datum en/of tijd van een gereserveerd en bevestigd huwelijk of partnerschap
|
€ 36,55
|
|
|
|
1.3.6
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:
|
|
|
|
|
1.3.6.1
|
een trouw- dan wel partnerschapboekje in leer uitgevoerd
|
€ 43,70
|
|
|
|
1.3.6.2
|
een trouw- dan wel partnerschapboekje in eenvoudige uitvoering
|
€ 32,20
|
|
|
|
1.3.7
|
Voor het beschikbaar stellen van getuigen door de gemeente voor een huwelijksvoltrekking of de registratie van een partnerschap bedraagt het tarief per getuige
|
€ 40,10
|
|
|
|
1.3.8
|
Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand.
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 4 Verstrekkingen in het kader van de Basisregistratie personen
|
|
|
|
2022
|
Inlichtingen uit de Basisregistratie personen (BRP)
|
|
|
|
|
Voor de toepassing van dit hoofdstuk, met uitzondering van de onderdelen 1.4.2. en 1.4.3, wordt onder een verstrekking verstaan één of meer gegevens over een persoon waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd.
|
|
|
|
|
1.4.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van één of meer gegevens:
|
|
|
|
|
1.4.1.1
|
per verstrekking
|
€ 11,45
|
1.4.1.2
|
als bedoeld in artikel 17 lid 2 van het Besluit basisregistratie personen (wettelijk tarief)
|
€ 7,50
|
1.4.1.3
|
van een persoonslijst als bedoeld in artikel 2.54 lid 3 Wet BRP
|
€ 11,50
|
|
|
|
Bewijs van opneming
|
|
|
|
|
1.4.2
|
Het tarief bedraagt voor het afgeven van een bewijs van opneming in de Basisregistratie personen van:
|
|
|
|
|
1.4.2.1
|
1 persoon aan het loket
|
€ 7,20
|
1.4.2.2
|
1 persoon via de website
|
€ 4,80
|
1.4.2.3
|
1 persoon (internationaal) aan het loket
|
€ 12,95
|
1.4.2.4
|
meerdere personen op één adres
|
€ 9,55
|
|
|
|
1.4.3
|
Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van 1 of meer kaartverzameling of registers, voor ieder besteed kwartier
|
€ 24,00
|
|
|
|
1.4.4
|
Voor het verstrekken van één of meer gegevens van persoonsgegevens uit de BRP via een alternatief medium aan een afnemer of bijzondere derden van de BRP
|
€ 27,25
|
|
|
|
Legaliseren
|
|
|
|
|
1.4.5
|
Het tarief bedraagt voor het legaliseren van een handtekening of voor het ter legalisatie zenden naar een andere gemeente in Nederland in het persoonlijke belang van de aanvrager
|
€ 7,20
|
|
|
|
Diversen
|
|
|
|
|
1.4.6
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van:
|
|
|
|
|
1.4.6.1
|
een bewijs van in leven zijn
|
€ 7,20
|
|
|
|
1.4.6.2
|
een bewijs van Nederlanderschap
|
€ 7,20
|
|
|
|
1.4.6.3
|
een verklaring omtrent het gedrag
|
€ 41,35
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 5 Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart
|
|
|
|
|
1.5.
|
Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag:
|
|
|
|
|
1.5.1
|
tot het verstrekken van een nationaal paspoort, zakenpaspoort of faciliteitenpaspoort:
|
|
1.5.1.1
|
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is
|
€ 75,80
|
1.5.1.2
|
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt
|
€ 57,30
|
|
|
|
1.5.2
|
van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen
|
€ 57,30
|
|
|
|
1.5.3
|
van een Nederlandse identiteitskaart:
|
|
1.5.3.1
|
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is
|
€ 68,50
|
1.5.3.2
|
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt
|
€ 36,90
|
|
|
|
|
|
|
1.5.4
|
van een vervangende Nederlandse identiteitskaart voor een persoon met een uitreisverbod, ongeacht de leeftijd van de betrokken persoon
|
€ 32,90
|
|
|
|
1.5.5
|
voor de versnelde uitreiking van een in de onderdelen 1.5.1 tot en met 1.5.3 genoemd document, zijnde een toeslag op de in die onderdelen genoemde bedragen:
|
€ 51,60
|
|
|
|
1.5.6
|
Voor het bezorgen van een in de onderdelen 1.5.1 tot en met 1.5.4 genoemd document, zijnde een toeslag op de in de onderdelen 1.5.1 tot en met 1.5.5 genoemde bedragen
|
€ 16,05
|
|
|
|
|
Diversen
|
|
1.5.7
|
Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag
|
|
1.5.7.1
|
tot het verstrekken van een Europees medisch paspoort (EMP)
|
€ 6,25
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 6 Rijbewijzen
|
|
|
|
2022
|
Rijbewijzen
|
|
|
|
|
1.6.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot:
|
|
|
|
|
1.6.1.1
|
het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs
|
€ 41,60
|
|
|
|
1.6.1.2
|
het afgeven van een rijbewijs, als bedoeld onder 1.6.1.1 wordt, indien aan de aanvrager al eerder een rijbewijs werd verstrekt, welk document bij de aanvraag niet kan worden overlegd, verhoogd met
|
€ 18,10
|
|
|
|
Spoedtoeslagen
|
|
|
|
|
1.6.2
|
Het tarief als genoemd onder 1.6.1.1 wordt bij een spoedaanvraag vermeerderd met een toeslag van
|
€ 34,10
|
|
|
|
Gezondheidsverklaring
|
|
|
|
|
1.6.3
|
Het tarief bedraagt voor het verkrijgen van een Gezondheidsverklaring ten behoeve van het aanvragen van een rijbewijs, het bedrag zoals die door het CBR in rekening is gebracht
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 7 Gemeentearchief
|
|
|
|
|
Gemeentearchief
|
|
|
|
|
1.7.1
|
Het tarief bedraagt voor het doen van nasporingen, ongeacht het resultaat, naar in het gemeentearchief berustende stukken met hulp van een ambtenaar, per kwartier
|
€ 24,00
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 8 Wet op de Kansspelen
|
|
|
|
|
Kansspelen
|
|
|
|
|
1.8.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning)
|
€ 22,40
|
|
|
|
1.8.2.
|
De maximale tarieven genoemd in het Speelautomatenbesluit 2000,houdende regels ter uitvoering van de Wet op de kansspelen, worden aangehouden voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een aanwezigheidsvergunning ingevolge art. 30b van de Wet op de kansspelen (Stb. 1964. nr. 483).
|
|
|
|
|
Exploitatievergunning voor het exploiteren van een speelautomatenhal
|
|
|
|
|
1.8.3
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een exploitatievergunning speelautomatenhal als bedoeld in afdeling 10A APV
|
€ 1.815,12
|
1.8.4
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een exploitatievergunning speelgelegenheid als bedoeld in afdeling 10 APV
|
€ 471,15
|
1.8.5
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van de juridische ondernemingsvorm en/of leidinggevenden, dan wel een verandering van de bestaande inrichting
|
€ 907,55
|
1.8.6
|
Als een aanvraag om een exploitatievergunning speelautomatenhal, te verlenen via een door de burgemeester vastgestelde gunningsprocedure, niet leidt tot vergunningverlening bestaat aanspraak op volledige teruggaaf van de verschuldigde leges.
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 9 Naturalisatie en optieverklaring
|
|
|
|
|
Naturalisatie en optieverklaring
|
|
|
|
|
1.9.1
|
Voor het in behandeling nemen van een verzoek tot het afleggen van een optie ter verkrijging van het Nederlandschap, alsmede voor de behandeling van een naturalisatieverzoek worden de tarieven geheven conform het op het moment van aanvraag geldend Besluit optie en naturalisatiegelden conform de Rijkswet op het Nederlanderschap
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 10 Verkeer en vervoer
|
|
|
|
2022
|
Verkeer en vervoer
|
|
|
|
|
1.10.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot:
|
|
|
|
|
1.10.1.1
|
het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in art. 49 van het Besluit administratieve bepalingen betreffende het wegverkeer (BABW)
|
€ 37,15
|
|
|
|
1.10.1.2
|
het verkrijgen van een ontheffing voor de duur van twee jaar (24 maanden) op grond van artikel 87 van het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990
|
€ 52,20
|
|
|
|
1.10.1.3
|
het verlengen of wijzigen van een ontheffing op grond van artikel 87 van het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990
|
€ 23,05
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 11 Kabels en leidingen
|
|
|
|
|
1.11.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag in verband met het verkrijgen van een instemmingsbesluit, als bedoeld in de Algemene verordening ondergrondse infrastructuren (AVOI), omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden:
|
|
|
|
|
1.11.1.1
|
indien het betreft tracés tot 250 m¹
|
€ 223,80
|
|
|
|
1.11.1.2
|
indien het betreft tracés vanaf 250 m1 tot 1500 m¹
|
€ 288,95
|
|
|
|
1.11.1.3
|
indien het betreft tracés vanaf 1500 m1 tot 5000 m¹
|
€ 442,25
|
|
|
|
1.11.1.4
|
indien het betreft tracés vanaf 5000 m1 en meer, per m¹ tracé
|
€ 0,09
|
|
|
|
1.11.2
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding als bedoeld in de Algemene verordening ondergrondse infrastructuren (AVOI), omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden voor tracés vanaf 0 tot en met 25 m¹
|
€ 52,65
|
|
|
|
1.11.3
|
Indien met betrekking tot een aanvraag overleg moet plaatsvinden tussen de gemeente, andere beheerders van openbare grond en de netbeheerder van het netwerk en/of andere netbeheerders of belanghebbenden, wordt het in 1.11.1 genoemde bedrag per overleg verhoogd met:
|
€ 244,55
|
|
|
|
|
|
|
Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving / omgevingsvergunning
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen
|
|
|
|
|
Begripsbepaling bouwkosten
|
|
|
|
|
2.1.1
|
Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt verstaan onder:
|
|
|
|
|
2.1.1.1
|
Aanlegkosten:
|
|
|
de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de "Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt. 2012, 1567)", voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economische verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft;
|
|
|
|
|
2.1.1.2
|
bouwkosten:
|
|
|
Onder bouwkosten wordt verstaan de kosten die ontstaan door en worden gemaakt voor de realisering van een bouwwerk waarvoor een omgevingsvergunning of bouwinitiatief/principeverzoek moet worden verleend tot en met de oplevering van dat (bouw)werk, excl. BTW, en worden berekend op basis van het op 13 juli 2020 door burgemeester en wethouders van de gemeente Horst aan de Maas vastgestelde Besluit bouwkostenindicator gemeente Horst aan de Maas 2020 (gepubliceerd: 23 juli 2020, Gemeenteblad 2020, nr. 188617). Indien een nieuwe bouwkostenindicator door burgemeester en wethouders van de gemeente Horst aan de Maas wordt vastgesteld, treedt deze altijd in de plaats van de eerder vastgestelde bouwkostenindicator.
|
|
|
Indien het Besluit bouwkostenindicator niet voorziet in het type bouwwerk waarvoor een omgevings-vergunning is aangevraagd, zullen de bouwkosten worden bepaald op de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012; Staatscourant. 2012, 1567), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de kosten die voortvloeien uit aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het bouwen) van de bouwwerken, de omzetbelasting daarin niet begrepen, en indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet begrepen.
|
|
|
|
|
2.1.1.3
|
Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht
|
|
|
|
|
2.1.2
|
In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.
|
|
|
|
|
2.1.3
|
In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijke voorschrift bedoeld.
|
|
|
|
|
2.1.4
|
Welstand: de mate waarin een bouwplan, qua uiterlijk en plaatsing, architectonisch past in de omgeving (architectonische kwaliteit). De gemeente heeft voor de kwaliteit van de bebouwde omgeving welstandsbeleid vastgesteld. Bij de beoordeling of een bouwplan voldoet aan de redelijke eisen van welstand wordt het bouwplan getoetst aan de welstandsnota.
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 2 Principeverzoek aanvraag
|
|
|
|
2022
|
Principeverzoek aanvraag
|
|
|
|
|
2.2
|
Het tarief voor het in behandeling nemen van een concept-aanvraag dan wel een principeverzoek voor een bouw- en of gebruiksinitiatief bedraagt:
|
|
|
|
|
2.2.1
|
- bij een beoordeling van een conceptaanvraag om een omgevingsvergunning in verband met het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project in het kader van de Wabo of Wro vergunbaar is die betrekking heeft op een project dat bestaat uit de activiteiten bouwen en/of strijdig gebruik waarbij medewerking zou kunnen worden verleend door middel van een binnenplanse- of kleine buitenplanse afwijking, of een grote buitenplanse afwijking zonder bouwactiviteiten, of een wijzigingsplan:
|
€ 189,65
|
|
- bij een beoordeling van een conceptaanvraag om een omgevingsvergunning in verband met het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project in het kader van de Wabo of Wro vergunbaar is, dan wel om een beoordeling van een principeverzoek dat betrekking heeft op een waarbij medewerking zou kunnen worden verleend door middel van een buitenplanse grote/uitgebreide afwijking met bouwactiviteiten, een bestemmingsplan of een uitwerkingsplan:
|
€ 898,20
|
|
tenzij het een monument of karakteristiek pand betreft. Dan worden geen leges in rekening gebracht voor het principeverzoek.
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning
|
|
|
|
|
Omgevingsvergunning
|
|
|
|
|
2.3
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.
|
|
|
|
|
2.3.1
|
Bouwactiviteiten
|
|
|
|
|
2.3.1.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
|
|
|
|
2.3.1.1.1
|
een vast bedrag van
|
€ 201,00
|
|
|
|
2.3.1.1.2
|
Bij bouwplannen waarvan de bouwkosten meer dan € 5.000,-- doch niet meer dan € 150.000,-- bedragen, wordt het in 2.3.1.1.1 genoemde bedrag vermeerderd met
|
2,39%
|
|
van het bedrag waarmee de bouwkosten de € 5.000,-- te boven gaan.
|
|
|
|
|
2.3.1.1.3
|
Bij bouwplannen waarvan de bouwkosten meer dan € 150.000,-- doch niet meer dan
€ 250.000,-- bedragen, wordt het in 2.3.1.1.1 genoemde bedrag vermeerderd met
|
|
|
een vast bedrag van
|
€ 3.465,50
|
|
en daarnaast vermeerderd met
|
1,68%
|
|
van het bedrag waarmee de bouwkosten de € 150.000,-- te boven gaan.
|
|
|
|
|
2.3.1.1.4
|
Bij bouwplannen waarvan de bouwkosten meer dan € 250.000,-- doch niet meer dan
€ 10.000.000,-- bedragen, wordt het in 2.3.1.1.1 genoemde bedrag vermeerderd met
|
|
|
een vast bedrag van
|
€ 5.346,50
|
|
en daarnaast vermeerderd met
|
1,80%
|
|
van het bedrag waarmee de bouwkosten de € 250.000,-- te boven gaan.
|
|
|
|
|
2.3.1.1.5
|
Bij bouwplannen waarvan de bouwkosten meer dan € 10.000.000,-- bedragen wordt het in 2.3.1.1.1 genoemde bedrag vermeerderd met een vast bedrag van
|
€ 180.846,50
|
|
en daarnaast vermeerderd met
|
1,20%
|
|
van het bedrag waarmee de bouwkosten de € 10.000.000,-- te boven gaan, waarbij de totaal op basis van artikel 2.3.1.1 berekende leges maximaal
|
€ 420.000,00
|
|
bedragen.
|
|
|
|
|
2.3.1.1.6
|
Indien sprake is van een aanvraag tot het verkrijgen van een omgevingsvergunning, die uitsluitend is bestemd voor de plaatsing van zonnepanelen op een gemeentelijk monument, bedragen de te betalen leges, in afwijking van het bepaalde van 2.3.1.1.1
|
€ 0,00
|
|
|
|
|
|
2022
|
Extra welstandstoets
|
|
|
|
|
2.3.1.2
|
Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien zich tijdens de beoordeling van de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wijzigingen voordoen in het bouwplan en daarvoor een nieuwe welstandstoets noodzakelijk is:
|
€ 106,15
|
|
|
|
Verplicht advies kwaliteitscommissie
|
|
|
|
|
2.3.1.4
|
Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van de agrarische commissie wordt beoordeeld:
|
€ 791,85
|
|
|
|
2.3.1.5
|
Het tarief bedraagt voor aanvraag voor een advies betreffende een agrarische vestiging waarbij de volwaardigheid en/of noodzaak van dit bedrijf getoetst dient te worden
|
€ 791,85
|
|
|
|
2.3.1.6
|
Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien krachtens enig voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van de Gemeentelijke Commissie Ruimtelijke kwaliteit wordt vereist
|
€ 910,80
|
|
|
|
Achteraf ingediende aanvraag
|
|
|
|
|
2.3.1.7
|
Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit:
|
50%
|
|
van de op grond van dat onderdeel oorspronkelijk verschuldigde leges.
|
|
|
|
|
Aanlegactiviteiten
|
|
|
|
|
2.3.2
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
€ 326,65
|
|
|
|
Planologisch strijdig gebruik
|
|
|
|
|
2.3.3
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, waarbij al dan niet sprake is van een bouwactiviteit of een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, onderscheidenlijk b, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de onderdelen 2.3.1 (bouwactiviteiten) en 2.3.2 (aanlegactiviteiten):
|
|
|
|
|
2.3.3.1
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1˚ van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):
|
€ 400,00
|
|
|
|
2.3.3.2
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2˚, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking of tijdelijke afwijking):
|
€ 500,00
|
|
|
|
2.3.3.3
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3˚, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking, uitgebreide procedure):
|
€ 3.914,00
|
|
|
|
2.3.3.4
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):
|
€ 470,00
|
|
|
|
2.3.3.5
|
indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):
|
€ 470,00
|
|
|
|
2.3.3.6
|
indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):
|
€ 470,00
|
|
|
|
2.3.3.7
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):
|
€ 470,00
|
|
|
2022
|
In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid
|
|
|
|
|
2.3.5.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
|
2.3.5.1.1
|
met een gebruiksoppervlakte < 200 m²
|
€ 568,75
|
|
|
|
2.3.5.1.2
|
met een gebruiksoppervlakte ≥ 200 m² en < 1.000 m²
|
€ 568,75
|
|
verhoogd met
|
€ 141,85
|
|
per volle 100 m² boven de 200 m²
|
|
|
|
|
2.3.5.1.3
|
met een gebruiksoppervlakte ≥ 1.000 m² en < 5.000 m²
|
€ 1.703,55
|
|
verhoogd met
|
€ 35,85
|
|
per volle 100 m² boven de 1.000 m²
|
|
|
|
|
2.3.5.1.4
|
met een gebruiksoppervlakte ≥ 5.000 m² en < 50.000 m²
|
€ 3.137,55
|
|
verhoogd met
|
€ 4,15
|
|
per volle 100 m² boven de 5.000 m²
|
|
|
|
|
2.3.5.1.5
|
met een gebruiksoppervlakte ≥ 50.000 m²
|
€ 5.005,05
|
|
verhoogd met
|
€ 1,30
|
|
per volle 100 m² boven de 50.000 m²
|
|
|
|
|
2.3.5.2
|
In afwijking van artikel 2.3.5.1 bedraagt het tarief voor de aanvraag van een omgevingsvergunning die betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, waarbij sprake is van een tijdelijk gewijzigd gebruik van een bouwwerk (maximaal 4 weken)
|
30%
|
|
van het in artikel 2.3.5.1 vermelde tarief
|
|
|
|
|
2.3.5.3
|
voor een omgevingsvergunning afwijkend van, of aanvullend op een eerder verstrekte omgevingsvergunning, wordt het tarief onder artikel 2.3.5 slechts berekend over het gewijzigde of aanvullende gedeelte
|
|
|
|
|
2.3.5.4
|
voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een verklaring van overdracht van een omgevingsvergunning aan de nieuwe gebruiker
|
€ 68,90
|
|
|
|
2.3.5.5
|
indien de aanvraag voor het verlenen van de ontheffing of vergunning door de aanvrager wordt ingetrokken, wordt op aanvraag teruggaaf van
|
50%
|
|
van de op grond van 2.3.5.1 en 2.3.5.2 geheven leges verleend.
|
|
|
|
|
2.3.5.6
|
indien de gevraagde ontheffing of vergunning niet wordt verleend, wordt op aanvraag teruggaaf van
|
50%
|
|
van de op grond van 2.3.5.1 en 2.3.5.2 geheven leges verleend.
|
|
|
|
|
Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten
|
|
|
|
|
2.3.6
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, g en h en artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
€ 285,60
|
|
|
|
Projecten of handelingen in het kader van de Wet natuurbescherming
|
|
|
|
|
2.3.8
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het realiseren van projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats en soorten in of in de nabijheid van een Natura 2000-gebied als bedoeld in artikel 2.7, lid 2 van de Wet natuurbescherming (omgevingsvergunning voor een Natura 2000-activiteit op grond van artikel 2.1, lid 1, letter i van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht juncto artikel 2.2aa, aanhef en onder a van het Besluit omgevingsrecht), waarvoor Gedeputeerde Staten van de Provincie Limburg een verklaring van geen bedenkingen dient te geven of te weigeren ingevolge artikel 2.27, lid 1 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht:
|
|
|
|
|
|
Het van toepassing zijnde tarief zoals opgenomen in artikel 2.4 van de vigerende Tarieventabel behorende bij de vigerende Legesverordening van de Provincie Limburg inzake het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning voor het realiseren van projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats of soorten in of nabij een Natura 2000-gebied als bedoeld in artikel 2.7, lid 2 van de Wet natuurbescherming. Dit tarief bedraagt:
|
|
|
a. Nieuwe aanvraag omgevingsvergunning:
|
€ 4.403,40
|
|
b. Een eerder afgegeven vergunning voor de desbetreffende locatie die wordt
gewijzigd en conform wet- en regelgeving als wijziging dient te worden aangemerkt:
|
€ 2.933,55
|
|
Voor zover deze tarieven door Provinciale Staten van de Provincie Limburg zijn gewijzigd zijn de vigerende tarieven van kracht.
|
|
|
|
|
2.3.8.1
|
Leges worden niet geheven voor:
Het in behandeling nemen van een aanvraag tot verlening van een omgevingsvergunning in het kader van projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats of soorten in of nabij een Natura 2000-gebied betrekking hebbende op evenementen en het beheer van een Natura-gebied.
|
|
|
|
2022
|
Handelingen in het kader van de soortenbescherming
|
|
|
|
|
2.3.9
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een handeling waarvoor op grond van artikel 3.8 van de Wet natuurbescherming ontheffing nodig is, bedraagt het tarief
|
€ 318,50
|
|
|
|
Kappen
|
|
|
|
|
2.3.10
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g van de Wabo in samenhang met artikel 4:11 van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief
|
€ 146,90
|
|
|
|
Aanleggen of veranderen weg
|
|
|
|
|
2.3.11
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een (omgevingsvergunning) betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder d, van de Wabo in samenhang met artikel 2:11 van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten
|
€ 146,90
|
|
|
|
Uitweg/inrit
|
|
|
|
|
2.3.12
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo in samenhang met artikel 2:12 van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten
|
€ 146,90
|
|
|
|
Opslag van roerende zaken
|
|
|
|
|
2.3.13
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning/ontheffing betrekking heeft op voorwerpen op of aan de weg, bedoeld in artikel 2:10 van de Algemene Plaatselijke Verordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten
|
€ 34,95
|
|
|
|
Omgevingsvergunning in twee fasen
|
|
|
|
|
2.3.14
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek van de aanvrager in twee fasen wordt ingediend, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
|
2.3.14.1
|
voor het indienen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;
|
|
2.3.14.2
|
voor het indienen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.
|
|
|
|
2022
|
Beoordeling rapporten
|
|
|
|
|
2.3.15
|
Onverminderd het bepaalde in hoofdstuk 3 en 7, bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een rapport wordt beoordeeld:
|
|
|
|
|
2.3.15.1
|
voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport
|
€ 318,50
|
|
|
|
2.3.15.2
|
voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport
|
€ 318,50
|
|
|
|
2.3.15.3
|
voor de beoordeling van een bouwveiligheidsplan
|
€ 318,50
|
|
|
|
2.3.15.4
|
voor de beoordeling van een akoestisch onderzoeksrapport
|
€ 318,50
|
|
|
|
2.3.15.5
|
voor de beoordeling van een onderzoeksrapport betreffende de geluidsbelasting op gevels van een te bouwen of te verbouwen woning of andere geluidgevoelige gebouwen
|
€ 318,50
|
|
|
|
2.3.15.6
|
voor de beoordeling van een brandveiligheidsrapport
|
€ 318,50
|
|
|
|
2.3.15.7
|
voor de beoordeling van een onderzoeksrapport naar externe veiligheid
|
€ 318,50
|
|
|
|
2.3.15.8
|
voor de beoordeling van een onderzoeksrapport naar aanwezige flora en fauna
|
€ 318,50
|
|
|
|
2.3.15.9
|
voor de beoordeling van een natuurcompensatierapport
|
€ 318,50
|
|
|
|
2.3.15.10
|
voor de beoordeling van een milieukundig onderzoeksrapport betreffende de luchtkwaliteit
|
€ 318,50
|
|
|
|
2.3.15.11
|
voor de beoordeling van een landschappelijk inpassingsplan
|
€ 318,50
|
|
|
|
2.3.15.12
|
voor de beoordeling van overige rapporten
|
€ 318,50
|
|
|
|
Advies
|
|
|
|
|
2.3.16
|
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wettelijk voorschrift aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.
|
|
|
|
|
2.3.16.1
|
Indien een begroting als bedoeld in het vorige artikel is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
|
|
|
Verklaring van geen bedenkingen
|
|
|
|
|
2.3.17
|
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo:
|
|
|
|
|
2.3.17.1
|
indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven:
|
€ 318,50
|
|
|
|
2.3.17.2
|
indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.
|
€ 318,50
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 4 Vermindering
|
|
|
|
|
Vermindering
|
|
|
|
|
2.4.2
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwplan die ingediend is in het kader van BRL 5019 gecertificeerde bouwplantoets, bedraagt de vermindering:
|
40%
|
|
van de in 2.3.1.1.1, 2.3.1.1.2, 2.3.1.1.3, 2.3.1.1.4 en 2.3.1.1.5 geheven leges
|
|
|
|
|
|
|
2022
|
Hoofdstuk 5 Teruggaaf
|
|
|
|
|
Intrekking aanvraag omgevingsvergunning
|
|
|
|
|
2.5.1
|
Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten
|
|
|
|
|
2.5.1.1
|
Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.3, 2,3.5.1, 2.3.6, 2.3.8, 2.3.9, 2.3.10, 2.3.11, 2.3.12, 2.3.13 en 2.3.14 intrekt vóór afronding van de ontvankelijkheidstoets, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:
|
100%
|
|
van de in 2.3.1, 2.3.2, 2.3.3, 2,3.5.1, 2.3.6, 2.3.8, 2.3.9, 2.3.10, 2.3.11, 2.3.12, 2.3.13 en 2.3.14 geheven leges
|
|
|
verminderd met een vast bedrag van
|
€ 100,50
|
|
|
|
2.5.1.2
|
Indien op een later tijdstip dan in 2.5.1.1 wordt bedoeld doch voor het verlenen van de omgevingsvergunning, deze aanvraag wordt ingetrokken, bedraagt de teruggaaf
|
40%
|
|
van de in 2.3.1, 2.3.2, 2.3.3, 2,3.5.1, 2.3.6, 2.3.8, 2.3.9, 2.3.10, 2.3.11, 2.3.12, 2.3.13 en 2.3.14 geheven leges.
|
|
|
|
|
2.5.1.3
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning, die voorziet in projecten of andere handelingen
met gevolgen voor habitats en soorten in of in de nabijheid van een Natura 2000-gebied als bedoeld in 2.3.8, door de aanvrager wordt ingetrokken alvorens daarop door de Gemeente is beschikt, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:
|
|
|
a. indien het verzoek tot intrekking is gedaan binnen zes maanden na datum van ontvangst van de aanvraag bij de Gemeente
|
50%
|
|
van de in 2.3.8. geheven leges.
|
|
|
b. indien het verzoek tot intrekking is gedaan zes maanden na datum van ontvangst van de aanvraag bij de Gemeente
|
25%
|
|
van de in 2.3.8. geheven leges.
|
|
|
|
|
Buiten behandeling stellen aanvraag omgevingsvergunning
|
|
|
|
|
2.5.2
|
Als de gemeente op grond van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht besluit om de in behandeling genomen aanvraag, om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.3, 2,3.5.1, 2.3.6, 2.3.8, 2.3.9, 2.3.10, 2.3.11, 2.3.12, 2.3.13 en 2.3.14 niet verder te behandelen, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:
|
100%
|
|
van de in 2.3.1, 2.3.2, 2.3.3, 2,3.5.1, 2.3.6, 2.3.8, 2.3.9, 2.3.10, 2.3.11, 2.3.12, 2.3.13 en 2.3.14 geheven leges
|
|
|
verminderd met een vast bedrag van
|
€ 100,50
|
|
|
|
Weigering aanvraag omgevingsvergunning
|
|
|
|
|
2.5.3
|
Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.3, 2,3.5.1, 2.3.6, 2.3.8, 2.3.9, 2.3.10, 2.3.11, 2.3.12, 2.3.13 en 2.3.14 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:
|
30%
|
|
van de in 2.3.1, 2.3.2, 2.3.3, 2,3.5.1, 2.3.6, 2.3.8, 2.3.9, 2.3.10, 2.3.11, 2.3.12, 2.3.13 en 2.3.14 geheven leges
|
|
|
|
|
Weigering aanvraag omgevingsvergunning als gevolg van het weigeren van een verklaring van geen
|
|
bedenkingen
|
|
|
|
|
2.5.3.1
|
Indien een omgevingsvergunning, die voorziet in projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats en soorten in of in de nabijheid van een Natura 2000-gebied, door de Gemeente wordt
geweigerd, als gevolg van het weigeren van een verklaring van geen bedenkingen met betrekking tot
dit onderdeel door Gedeputeerde Staten van de Provincie Limburg, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de geheven leges bedoeld in artikel 2.3.8. De teruggaaf bedraagt:
|
75%
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 6 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project
|
|
|
|
|
Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project
|
|
|
|
|
2.6
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.3.1 wanneer er sprake is van een geringe wijziging in een eerder vergund project:
|
€ 318,50
|
|
|
|
|
|
2022
|
Hoofdstuk 7 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten
|
|
|
|
|
Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten
|
|
|
|
|
2.7.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een bestemmingsplan, als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a en onder b, Wro
|
€ 3.913,45
|
|
|
|
2.7.2
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wro
|
€ 4.801,75
|
|
|
|
2.7.3
|
Het tarief voor het in behandeling nemen van een individuele aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wro en dit wordt meegenomen in een gemeentelijk veegplan, bedraagt:
|
€ 3.592,25
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 8 Diversen
|
|
|
|
|
Overschrijven
|
|
|
|
|
2.8.2
|
Het tarief bedraagt voor het op aanvraag van degene op wiens naam de omgevingsvergunning is gesteld of op aanvraag van diens rechtsverkrijgende overschrijven op naam van een ander
|
€ 87,90
|
|
|
|
Aanvullende verhogingen
|
|
|
|
|
2.8.3
|
Indien de gemeente voor een aanvraag externe ( advies- ) kosten maakt, worden de in de verordening opgenomen bedragen verhoogd met de externe kosten, tenzij uit het in de verordening opgenomen tarief expliciet blijkt, dat dit tarief inclusief externe kosten is.
|
|
|
|
|
Procedure hogere grenswaarde
|
|
|
|
|
2.8.4.1
|
Indien de aanvraag betrekking heeft op een verzoek, waaronder een verzoek om omgevingsvergunning, bestemmingsplan of wijzigingsplan, waarbij uitsluitend ten behoeve van dat verzoek tevens een procedure tot vaststelling van een hogere grenswaarde als bedoeld in de Wet geluidshinder moet worden toegepast, worden de leges verhoogd met
|
€ 1.306,00
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 9 In deze titel niet benoemde beschikking
|
|
|
|
|
2.9.1.
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde beschikking:
|
€ 318,50
|
2.9.2.a
|
Indien de gemeente voor een aanvraag externe (advies-)kosten maakt, worden de in de verordening opgenomen bedragen verhoogd met de externe kosten, tenzij uit het in de verordening opgenomen tarief expliciet blijkt, dat dit tarief inclusief externe kosten is.
|
|
2.9.2.b
|
Voorafgaande aan het in behandeling nemen van de aanvraag, stelt de projectleider, dan wel de teammanager of seniormedewerker de aanvrager in kennis van de verhoging, welke hij onderbouwt met een begroting.
|
|
2.9.2.c
|
De aanvraag wordt op de vijfde werkdag, na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, in behandeling genomen. De aanvraag wordt niet in behandeling genomen, indien de aanvrager deze voor deze vijfde werkdag schriftelijk intrekt.
|
|
2.9.2.d
|
Indien de werkelijke kosten minder bedragen dan het aan de hand van de begroting geraamde bedrag, wordt voor het verschil teruggaaf verleend.
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Titel 3 Dienstverlening vallend onder de Europese dienstenrichtlijn
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 1 Horeca- en exploitatievergunning
|
|
|
|
2022
|
3.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:
|
|
|
|
|
Horeca
|
|
|
|
|
|
3.1.1
|
om een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Alcoholwet
|
€ 478,20
|
|
|
|
3.1.2
|
om een nieuwe of gewijzigde vergunning als gevolg van een wijziging m.b.t. de juridische ondernemingsvorm, dan wel een verandering van de bestaande inrichting
|
€ 239,10
|
|
|
|
3.1.3
|
om wijziging van het aanhangsel als bedoeld in art. 30a, tweede lid, van de Alcoholwet (bijschrijven of afvoeren leidinggevende)
|
€ 82,10
|
|
|
|
3.1.4
|
om een ontheffing als gevolg van art. 35 van de Alcoholwet
|
€ 37,20
|
|
|
|
Exploitatievergunning
|
|
|
|
|
3.1.5
|
als bedoeld in art. 2:28 van de Algemeen Plaatselijke Verordening (exploitatievergunning openbare inrichting)
|
€ 478,20
|
|
|
|
3.1.5.1
|
Als een aanvraag om een exploitatievergunning openbare inrichting als bedoeld in onderdeel 3.1.5 gelijktijdig wordt ingediend met een aanvraag om een Alcoholwetvergunning als bedoeld in onderdeel 3.1.1 dan zijn geen leges verschuldigd voor het in behandeling nemen van de aanvraag exploitatievergunning openbare inrichting
|
|
|
|
|
3.1.6
|
om een nieuwe of gewijzigde vergunning als gevolg van een wijziging van de juridische ondernemingsvorm en/of leidinggevenden, dan wel een verandering van de bestaande inrichting
|
€ 239,10
|
|
|
|
3.1.6.1
|
Als een aanvraag als bedoeld in onderdeel 3.1.6 gelijktijdig wordt ingediend met een aanvraag als bedoeld in onderdeel 3.1.2 dan zijn geen leges verschuldigd voor het in behandeling nemen van de aanvraag als bedoeld in onderdeel 3.1.6.
|
|
|
|
|
3.1.7
|
om een wijziging van het aanhangsel als bedoeld in artikel 2:28, achtste lid van de Algemene plaatselijke verordening (bijschrijven of afvoeren leidinggevende)
|
€ 82,10
|
|
|
|
3.1.7.1
|
Als een aanvraag als bedoeld in onderdeel 3.1.7 gelijktijdig wordt ingediend met een aanvraag als bedoeld in onderdeel 3.1.3 dan zijn geen leges verschuldigd voor het in behandeling nemen van de aanvraag als bedoeld in onderdeel 3.1.7.
|
|
|
|
|
3.1.8
|
als bedoeld in artikel 2:80, eerste lid van de Algemene Plaatselijke Verordening (exploitatievergunning tijdelijke arbeidskrachten)
|
€ 478,20
|
|
|
|
3.1.9
|
als bedoeld in artikel 2:87, derde lid van de Algemene Plaatselijke Verordening (exploitatievergunning bedrijf)
|
€ 478,20
|
|
|
|
3.1.10
|
tot wijziging van de vergunning als bedoeld in artikel 2:87, zesde lid van de Algemene Plaatselijke Verordening
|
€ 239,10
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 2 Standplaatsen
|
|
|
|
|
Standplaatsen
|
|
|
|
|
3.2.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag
|
|
|
|
|
3.2.1.1
|
om een standplaatsvergunning als bedoeld in artikel 5:18, eerste lid van de Algemene plaatselijke verordening
|
€ 43,95
|
|
|
|
3.2.2
|
Als een aanvraag om een vaste standplaatsvergunning als bedoeld in onderdeel 3.2.1.1 te verlenen via loting, niet leidt tot vergunningverlening, bestaat aanspraak op volledige teruggaaf van de verschuldigde leges
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 3 Winkeltijdenwet
|
|
|
|
|
Winkeltijden
|
|
|
|
|
3.3.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag
|
|
|
|
|
3.3.1.1
|
voor een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet of het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet
|
€ 44,85
|
|
|
|
3.3.1.2
|
tot het verlenen van toestemming om een in onderdeel 3.2.1.1 bedoelde ontheffing over te dragen aan een ander of een in onderdeel 3.2.1.1 bedoelde ontheffing in te trekken of wijzigen
|
€ 44,85
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 4 Kinderopvang
|
|
|
|
2022
|
Kinderopvang
|
|
|
|
|
3.4
|
het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:
|
|
|
|
|
3.4.1
|
registratie voor een gastouderbureau, een kinderdagverblijf, een voorziening buitenschoolse opvang of een peuterspeelzaal
|
€ 1.774,24
|
|
|
|
3.4.2.1
|
registratie door een gastouderbureau voor een opvangadres van een gastouder waarbij sprake is van een uitgebreide inspectie door de GGD
|
€ 443,56
|
|
|
|
3.4.2.2
|
registratie door een gastouderbureau voor een opvangadres van een gastouder waarbij sprake is van een verkorte inspectie door de GGD
|
€ 332,67
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 5 Teruggaaf
|
|
|
|
|
Intrekking aanvraag exploitatievergunning
|
|
|
|
|
3.5.1
|
Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag exploitatievergunning
|
|
|
|
|
3.5.1.1
|
Als een aanvrager zijn aanvraag om een exploitatievergunning als bedoeld in de onderdelen 3.1.1, 3.1.2, 3.1.3, 3.1.4, 3.1.5, 3.1.6, 3.1.7, 3.1.8, 3.1.9. 3.1.10 en 3.2.1.1 intrekt vóór afronding van de ontvankelijkheidstoets, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:
|
100%
|
|
van de in 3.1.1, 3.1.2, 3.1.3, 3.1.4, 3.1.5, 3.1.6, 3.1.7, 3.1.8, 3.1.9. 3.1.10 en 3.2.1.1 geheven leges
|
|
|
verminderd met een vast bedrag van
|
€ 100,50
|
|
|
|
3.5.1.2
|
Indien op een later tijdstip dan in 3.5.1.1 wordt bedoeld doch voor het verlenen van de exploitatievergunning, deze aanvraag wordt ingetrokken, bedraagt de teruggaaf
|
40%
|
|
van de in 3.1.1, 3.1.2, 3.1.3, 3.1.4, 3.1.5, 3.1.6, 3.1.7, 3.1.8, 3.1.9. 3.1.10 en 3.2.1.1 geheven leges.
|
|
|
|
|
Buiten behandeling stellen aanvraag exploitatievergunning
|
|
|
|
|
3.5.2
|
Als de gemeente op grond van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht besluit om de in behandeling genomen aanvraag, om een exploitatievergunning, als bedoeld in de onderdelen 3.1.1, 3.1.2, 3.1.3, 3.1.4, 3.1.5, 3.1.6, 3.1.7, 3.1.8, 3.1.9. 3.1.10 en 3.2.1.1 niet verder te behandelen, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:
|
100%
|
|
van de in 3.1.1, 3.1.2, 3.1.3, 3.1.4, 3.1.5, 3.1.6, 3.1.7, 3.1.8, 3.1.9. 3.1.10 en 3.2.1.1 geheven leges
|
|
|
verminderd met een vast bedrag van
|
€ 100,50
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 6 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking
|
|
|
|
|
3.6.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking
|
€ 36,10
|
3.6.2.a
|
Indien de gemeente voor een aanvraag externe (advies-)kosten maakt, worden de in de verordening opgenomen bedragen verhoogd met de externe kosten, tenzij uit het in de verordening opgenomen tarief expliciet blijkt, dat dit tarief inclusief externe kosten is.
|
|
3.6.2.b
|
Voorafgaande aan het in behandeling nemen van de aanvraag, stelt de projectleider, dan wel de teammanager of seniormedewerker de aanvrager in kennis van de verhoging, welke hij onderbouwt met een begroting.
|
|
3.6.2.c
|
De aanvraag wordt op de vijfde werkdag, na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, in behandeling genomen. De aanvraag wordt niet in behandeling genomen, indien de aanvrager deze voor deze vijfde werkdag schriftelijk intrekt.
|
|
3.6.2.d
|
Indien de werkelijke kosten minder bedragen dan het aan de hand van de begroting geraamde bedrag, wordt voor het verschil teruggaaf verleend.
|
|
|
|
|
Organiseren van evenementen
|
|
|
|
|
3.6.3
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een evenementenvergunning, als bedoeld in artikel 2:24 en 2:25 van de Algemene plaatselijke verordening Horst aan de Maas
|
|
|
- voor een meldingsplichtige activiteit of categorie A evenement als bedoeld in het evenementenbeleid
|
€ 0,00
|
|
- voor een categorie B evenement als bedoeld in het evenementenbeleid
|
€ 180,00
|
|
- voor een categorie C evenement als bedoeld in het evenementenbeleid
|
€ 1.080,00
|