2.3
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.
|
|
|
|
2.3.1
|
Bouwactiviteiten
|
|
|
|
2.3.1.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
|
|
|
2.3.1.1.1
|
indien de bouwkosten minder dan € 200.000 bedragen:
|
|
2,658%
|
|
van de bouwkosten, met een minimum van:
|
€
|
123,20
|
|
2.3.1.1.2
|
indien de bouwkosten € 200.000 tot € 500.000 bedragen:
|
€
|
5.305,80
|
|
vermeerderd met:
|
|
2,577%
|
|
van de bouwkosten boven de € 200.000,00
|
|
|
|
2.3.1.1.3
|
indien de bouwkosten € 500.000 tot € 1.000.000 bedragen:
|
€
|
13.107,00
|
|
vermeerderd met:
|
|
2,546%
|
|
van de bouwkosten boven de € 500.000,00
|
|
|
|
2.3.1.1.4
|
indien de bouwkosten € 1.000.000 tot 2.000.000 bedragen:
|
€
|
25.377,10
|
|
|
vermeerderd met:
|
|
2,465%
|
|
|
van de bouwkosten boven de € 1.000.000,00
|
|
|
|
2.3.1.1.5
|
indien de bouwkosten € 2.000.000 of meer bedragen
|
€
|
48.868,05
|
|
|
vermeerderd met:
|
|
2,374%
|
|
|
Welstandstoets
|
|
|
|
2.3.1.2
|
Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 wordt het tarief, indien een welstandstoets noodzakelijk is, verhoogd met het bedrag dat door de welstandscommissie bij de gemeente in rekening wordt gebracht.
|
|
|
|
2.3.1.2.1
|
Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 wordt het tarief, indien zich tijdens de beoordeling van de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wijzigingen voordoen in het bouwplan en daarvoor een nieuwe welstandstoets noodzakelijk is, verhoogd met het bedrag dat door de welstandscommissie bij de gemeente in rekening wordt gebracht.
|
|
|
|
2.3.1.2.2
|
Indien bij de beoordeling van de in onderdeel 2.3.1.1 bedoelde aanvraag een bouwveiligheidsplan wordt ingediend, wordt het op grond van die bepaling verschuldigde bedrag verhoogd met:
|
€
|
158,30
|
|
|
Verplicht advies agrarische commissie
|
|
|
|
2.3.1.3
|
Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van de agrarische commissie nodig is en wordt beoordeeld:
|
€
|
94,65
|
|
|
Beoordeling bodemrapport
|
|
|
|
2.3.1.4
|
Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld:
|
|
|
|
2.3.1.4.1
|
voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport
|
€
|
75,40
|
|
2.3.1.4.2
|
voor de beoordeling van een archeologisch bureauonderzoek
|
€
|
75,40
|
|
2.3.1.4.3
|
Voor de beoordeling van een archeologisch programma van eisen
|
€
|
211,30
|
|
|
Achteraf ingediende aanvraag
|
|
|
|
2.3.1.5
|
Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit:
|
|
135%
|
|
|
van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges.
|
|
|
|
|
Aanlegactiviteiten
|
|
|
|
2.3.2
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
€
|
342,90
|
|
|
Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit
|
|
|
|
2.3.3
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1 en het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
|
|
|
2.3.3.1
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):
|
€
|
441,50
|
|
2.3.3.2
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking of tijdelijke afwijking):
|
€
|
498,00
|
|
2.3.3.3
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking)
|
€
|
2.191,90
|
|
2.3.3.4
|
indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking):
|
€
|
419,50
|
|
2.3.3.5
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):
|
€
|
413,15
|
|
2.3.3.6
|
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk worden de tarieven als genoemd in 2.3.3.1, 2.3.3.2, 2.3.3.3, 2.3.3.4 en 2.3.3.5, verhoogd met een bedrag aan externe advieskosten (bijvoorbeeld de maatwerkmethode) dat voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager is medegedeeld, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. De aanvrager dient de begroting schriftelijk te aanvaarden.
|
|
|
|
2.3.3.7
|
Indien een begroting als bedoeld in subonderdeel 2.3.3.6 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
|
|
2.3.3.8
|
indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):
|
€
|
502,30
|
|
2.3.3.9
|
indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):
|
€
|
502,30
|
|
2.3.3.10
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):
|
€
|
502,30
|
|
2.3.3.11
|
Rekening houdend met de in 2.3.3.1 tot en met 2.3.3.10 berekende opslagen kan het van toepassing zijnde tarief verder nog worden verhoogd met de externe advieskosten voor zover deze bij de gemeente in rekening zijn gebracht.
|
|
|
|
|
Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit
|
|
|
|
2.3.4
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
|
|
|
2.3.4.1
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):
|
€
|
458,80
|
|
2.3.4.2
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking of tijdelijke afwijking):
|
€
|
458,80
|
|
2.3.4.3
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking)
|
€
|
1.333,15
|
|
2.3.4.4
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):
|
€
|
458,80
|
|
2.3.4.5
|
indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):
|
€
|
439,00
|
|
2.3.4.6
|
indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):
|
€
|
439,00
|
|
2.3.4.7
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):
|
€
|
439,00
|
|
2.3.4.8
|
in afwijking van artikel 2.3.4.2 bedraagt het tarief voor een buitenplanse kleine of tijdelijke afwijking voor standplaatsen (zoals bedoeld in de APV)
|
€
|
50,90
|
|
2.3.5
|
In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid
|
|
|
|
2.3.5.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
€
|
276,60
|
|
2.3.5.2
|
Voor het wijzigen, aanvullen of intrekken van de voorwaarden waaronder de vergunningen als bedoeld in artikel 2.2 van het Besluit Omgevingsrecht (Bor) is verleend
|
€
|
70,30
|
|
2.3.5.3
|
Voor het aanbrengen van een wijziging in de vergunning als bedoeld in artikel 2.2 van het Besluit Omgevingsrecht (Bor) bestaande uit een wijziging van tenaamstelling en/of een wijziging van de naam van het bouwwerk waarop de vergunning betrekking heeft
|
€
|
70,30
|
|
2.3.5.4
|
De tarieven genoemd onder 2.3.5.1, 2.3.5.2 en 2.3.5.3 worden vermeerderd met de bedragen genoemd in 2.3.5.4 indien en voor zover deze op het bouwwerk of inrichting, waarop de aanvraag betrekking heeft, van toepassing zijn.
|
|
|
|
|
De opslag als bedoeld in 2.3.5.4 bedraagt voor:
|
|
|
|
|
a. bouwwerken of inrichtingen waarin aan meer dan tien personen bedrijfsmatig of in het kader van verzorging nachtverblijf zal worden verschaft
|
|
|
|
|
b. bouwwerken waarin aan meer dan 10 personen jonger dan 12 jaar of aan meer dan 10 lichamelijk of verstandelijk gehandicapten dagverblijf zal worden verschaft
|
|
|
|
2.3.5.4.1
|
minder dan 100 m2
|
€
|
166,70
|
|
2.3.5.4.2
|
100 tot 200 m2
|
€
|
260,20
|
|
2.3.5.4.3
|
200 tot 300 m2
|
€
|
417,80
|
|
2.3.5.4.4
|
300 tot 500 m2
|
€
|
669,25
|
|
2.3.5.4.5
|
500 tot 1.000 m2
|
€
|
1.003,00
|
|
2.3.5.4.6
|
1.000 tot 2.000 m2
|
€
|
1.482,60
|
|
2.3.5.4.7
|
2.000 tot 3.000 m2
|
€
|
1.966,50
|
|
2.3.5.4.8
|
3.000 tot 4.000 m2
|
€
|
2.161,55
|
|
2.3.5.4.9
|
4.000 tot 5.000 m2
|
€
|
2.375,05
|
|
2.3.5.4.10
|
5.000 tot 10000 m2
|
€
|
2.677,85
|
|
2.3.5.4.11
|
Gebruiksoppervlakte 10000 m2 of meer
|
€
|
3.260,30
|
|
2.3.6
|
Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten
|
|
|
|
2.3.6.1
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een rijks-, provinciaal of gemeentelijk monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, of artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder b, van de Wabo in samenhang met de provinciale erfgoedverordening of artikel 14 van de gemeentelijke erfgoedverordening bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
|
|
|
2.3.6.1.1
|
voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument:
|
€
|
148,80
|
|
2.3.6.1.2
|
voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:
|
€
|
148,80
|
|
2.3.6.2
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder h, of artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder c, van de Wabo in samenhang met de provinciale erfgoedverordening of artikel 20 van de gemeentelijke erfgoedverordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
€
|
146,80
|
|
2.3.7
|
Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads- of dorpsgezicht
|
|
|
|
2.3.7.1
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
€
|
131,60
|
|
2.3.7.2
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk, bedraagt het tarief:
|
€
|
142,65
|
|
2.3.7.3
|
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk worden de tarieven als genoemd in 2.3.7.1 en 2.3.7.2, verhoogd met een bedrag aan externe advieskosten (bijvoorbeeld de maatwerkmethode) dat voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager is medegedeeld, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. De aanvrager dient de begroting schriftelijk te aanvaarden.
|
|
|
|
2.3.7.4
|
Indien een begroting als bedoeld in subonderdeel 2.3.7.3 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
|
|
|
Beoordeling bodemrapport
|
|
|
|
2.3.7.5
|
Onderdeel 2.3.1.4.2 vindt overeenkomstige toepassing met betrekking tot de in onderdeel 2.3.7.2 bedoelde aanvraag, tenzij onderdeel 2.3.1.4.2 zelf toepassing vinden.
|
|
|
|
|
Asbesthoudende materialen
|
|
|
|
2.3.7.6
|
Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.7.2 bedraagt het tarief, indien de in die onderdelen bedoelde aanvraag betrekking heeft op een bouwwerk waarin asbest of een asbesthoudend product aanwezig is:
|
€
|
61,40
|
|
2.3.8
|
Aanleggen of veranderen weg
|
|
|
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder d, van de Wabo, in samenhang met de provinciale wegenverordening of het provinciaal wegenreglement of artikel 2:11 van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
€
|
142,65
|
|
2.3.9
|
Uitweg/inrit
|
|
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg, bedoeld in artikel 2.2., eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
€
|
81,85
|
2.3.10
|
Kappen
|
|
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo in samenhang met de provinciale bomenverordening of artikel 4:11 van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
€
|
25,40
|
2.3.11
|
Opslag van roerende zaken
|
|
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op de opslag van roerende zaken in een bepaald gedeelte van de provincie of de gemeente, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder j of k, van de Wabo in samenhang met de provinciale wegenverordening of artikel 2:10, vijfde lid, van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
|
|
2.3.11.1
|
indien de activiteit bestaat uit het daar opslaan van roerende zaken,:
|
€
|
61,85
|
2.3.11.2
|
indien de activiteit bestaat uit het als eigenaar, beperkt gerechtigde of gebruiker van een onroerende zaak toestaan of gedogen dat daar roerende zaken worden opgeslagen:
|
€
|
61,85
|
2.3.12
|
Projecten of handelingen in het kader van de Wet Natuurbescherming
|
|
|
2.3.12.1
|
vervallen
|
|
|
2.3.12.2
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het realiseren van projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats en soorten in een door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aangewezen gebied als bedoeld in artikel 2.7, tweede en derde lid, van de Wet Natuurbescherming bedraagt het tarief
|
€
|
127,05
|
2.3.13
|
Natura 2000-activiteiten
|
|
|
2.3.13.1
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder a, van het Besluit omgevingsrecht (Natura 2000-activiteit) bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
€
|
172,75
|
2.3.14
|
Flora- en fauna-activiteiten (bescherming van soorten)
|
|
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder b, van het Besluit omgevingsrecht (flora- en fauna-activiteit) bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
€
|
172,75
|
2.3.15
|
Handelingen in het kader van de Wet Natuurbescherming
|
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een handeling waarvoor op grond van artikel 8.3 van de Wet Natuurbescherming ontheffing nodig is, bedraagt het tarief onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
€
|
108,30
|
|
Toets Verklaring van geen bedenkingen
|
|
|
2.3.16
|
Onverminderd het bepaalde in onderdelen 2.3.12, 2.3.13,2.3.14 en 2.3.15 wordt het tarief, indien een verklaring van geen bedenkingen(VVGB) toets noodzakelijk is, verhoogd met het bedrag dat door de provincie Groningen bij de gemeente in rekening wordt gebracht.
|
|
|
|
Andere activiteiten
|
|
|
2.3.17
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling:
|
|
|
2.3.17.1
|
behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
€
|
40,15
|
2.3.17.2
|
behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
|
|
2.3.17.2.1
|
als het een gemeentelijke verordening betreft
|
€
|
50,60
|
2.3.17.2.2
|
als het een provinciale of waterschapsverordening betreft
|
€
|
50,60
|