Burgemeester en wethouders van de gemeente Boxtel;
overwegende dat:
- •
het gewenst is activiteiten te stimuleren die bijdragen aan het gemeentelijke beleid op het terrein van de voorschoolse educatie in de peuteropvang;
- •
in de Algemene subsidieverordening Boxtel 2017 geen specificatie gegeven wordt van de toe te kennen bijdragen voor de voorschoolse educatie;
- •
de programmabegroting van de gemeente Boxtel 2022 geen bijdrage vermeldt voor de voorschoolse educatie uit het budget ten behoeve van onderwijs achterstanden beleid;
gelet op de artikelen 2 en 3 van de Algemene subsidieverordening Boxtel 2017;
b e s l u i t e n :
vast te stellen de volgende regeling:
UITVOERINGSREGELING VOORSCHOOLSE EDUCATIE IN DE PEUTEROPVANG GEMEENTE BOXTEL 2022
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In deze regeling wordt verstaan onder:
- a.
college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Boxtel;
- b.
administratie wijkteams; gemeentelijke administratie;
- c.
peuteropvang: het aanbod van kinderopvang voor peuters van 2 tot 4 jaar, ingeschreven in het bevolkingsregister van de gemeente Boxtel, door kinderopvangorganisaties die zijn opgenomen in het lokale register voor peuteropvang van de gemeente Boxtel;
- d.
kinderopvang: het bedrijfsmatig verzorgen, opvoeden en bijdragen aan de ontwikkeling van kinderen tot de eerste dag van de maand waarop het basisonderwijs voor die kinderen begint;
- e.
VVE: voor- en vroegschoolse educatie, te weten de uitvoering van een door het college gesubsidieerd aanbod voor kinderen tussen 2,5 en 4 jaar. Het aanbod is gericht op het voorkomen dan wel inlopen van ontwikkelingsachterstand ten behoeve van een goede start op de basisschool;
- f.
peuter: een kind vanaf de leeftijd van 2 jaar tot het tijdstip waarop het kind kan deelnemen aan het basisonderwijs, die gedurende 40 weken 2 dagdelen per week gebruik maakt van peuteropvang;
- g.
verordening: de Algemene subsidieverordening Boxtel 2017;
- h.
VVE-doelgroep peuter: een peuter die gedurende 40 weken 4 dagdelen per week gebruik maakt van peuteropvang, met een indicatie op taal- of ontwikkelingsachterstand op basis van:
- 1.
de CBS-indicator van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, of
- 2.
een indicatie door GGD in samenwerking met de gemeente.
Artikel 2 Toepassing verordening
De verordening is geheel van toepassing voor zover hier in deze regeling niet nadrukkelijk van wordt afgeweken.
Artikel 3 Doelstellingen
De subsidie voorschoolse educatie wordt verstrekt voor het volgende doel: de VVE-doelgroep peuter extra ondersteunen bij de voorbereiding op het basisonderwijs.
Artikel 4 Doelgroepen
Het college kent subsidie voorschoolse educatie toe aan de in de gemeente Boxtel gevestigde voorzieningen voor peuteropvang die VVE-activiteiten tot doel hebben met inachtneming van het bepaalde in deze regeling.
Artikel 5 Subsidiabele activiteiten
- 1.
Een structureel aanbod voorschoolse educatie in de peuteropvang van 16 uur in 4 dagdelen per week gedurende 40 weken per jaar op basis van een berekend bedrag per VVE-doelgroep peuter per jaar.
- 2.
De inzet van een pedagogisch beleidsmedewerker voor VVE-doelgroep peuters in de peuteropvang op basis van 10 uur per VVE-doelgroep peuter per locatie per jaar conform de wettelijke verplichting Innovatie Kwaliteit Kinderopvang (IKK) met ingang van 1 januari 2022.
Artikel 6 Aanvraagformulier
Aanvragen voor een subsidie voorschoolse educatie moeten door de kinderopvangorganisaties worden ingediend door middel van het daarvoor bestemde aanvraagformulier.
Artikel 7 Gegevens bij de aanvraag
Naast de in artikel 6 van de verordening vermelde gegevens worden bij de aanvraag om subsidie voorschoolse educatie de volgende gegevens gevraagd:
- a.
een activiteitenplan, waarin informatie is opgenomen over de spreiding en het bereik van de activiteiten voorschoolse educatie;
- b.
een begroting, waaruit blijkt:
- •
voor hoeveel VVE-doelgroep peuters subsidie wordt aangevraagd;
- •
wat het totale bedrag van de subsidieaanvraag is, en
- •
het aantal VVE-doelgroep peuters per peuteropvanglocatie;
- c.
gegevens van het aantal deelnemende VVE-doelgroep peuters in het voorgaande jaar per peuteropvanglocatie naar leeftijd en woonplaats.
Artikel 8 Controle op de subsidieaanvragen
Het college kan de ingediende subsidieaanvragen controleren op juistheid van de door de betreffende instellingen opgegeven gegevens.
Artikel 9 Hoogte subsidie voorschoolse educatie in de peuteropvang
- 1.
De subsidie is een lumpsum bedrag per peuter.
- 2.
Per VVE-doelgroep peuter worden 4 dagdelen gesubsidieerd gedurende maximaal 40 weken per jaar.
- 3.
De berekening van het lumpsum bedrag per peuter is als volgt:
- a.
tweemaal 2 dagdelen van 4 uur per week tegen het maximale uurtarief waarover kinderopvangtoeslag van de Belastingdienst wordt verleend en dat jaarlijks door het Rijk wordt vastgesteld, met een opslag van 8,33%;
- b.
een toeslag voor de inzet van een pedagogisch beleidsmedewerker voor VVE-doelgroep peuters in de peuteropvang op basis van 10 uur per VVE-doelgroep peuter;
- c.
op het totaal van sub a wordt de ouderbijdrage in mindering gebracht;
- d.
de ouderbijdrage voor een peuter wordt jaarlijks vastgesteld door het college op basis van het VNG-advies;
- e.
de berekening vanaf januari 2022 is opgenomen in bijlage I bij deze regeling.
- 4.
De bepaling van het aantal VVE-doelgroep peuters vindt plaats volgens de CBS-indicator van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap dan wel op indicatie van de GGD in samenwerking met de gemeente.
- 5.
Het werkelijke aantal VVE-doelgroep peuters wordt bepaald aan de hand van de leerlingenadministratie van de gemeente Boxtel. De peuteropvangorganisatie geeft de datum van inschrijving en uitschrijving van een peuter door aan de administratie van de wijkteams.
Na afloop van elk kwartaal verstrekt de administratie van de wijkteams binnen 6 weken een overzicht van de in dat kwartaal geregistreerde VVE-doelgroep peuters aan de peuteropvangorganisatie. Binnen 3 weken na ontvangst van het overzicht meldt de peuteropvangorganisatie eventuele verschillen tussen het gemeentelijk overzicht en de eigen administratie, voorzien van een nadere onderbouwing. Na eventuele aanpassingen wordt het kwartaal vastgesteld.
- 6.
Op basis van de kwartaaloverzichten wordt een berekening gemaakt van het aantal VVE-doelgroep peuters dat gedurende het gehele jaar aanwezig was.
- 7.
Het aantal peutermaanden gedeeld door 12 leidt tot het aantal VVE-doelgroep peuters waarvoor de lumpsum vergoeding toegekend wordt.
- 8.
Voor de lumpsum vergoeding worden de maanden geteld dat een individuele peuter ingeschreven was. Inschrijving start op basis van een tijdig doorgegeven aanmelding door de peuteropvangorganisatie, maar kan niet eerder gebeuren dan dat het kind de leeftijd van 2,5 jaar heeft bereikt. De datum van uitschrijving voor de zomervakantie wordt jaarlijks bepaald door de vakantieperioden, aangegeven door het Rijk. Uitschrijving vindt plaats op basis van afmelding door de peuteropvangorganisatie, waarbij uitschrijfdatum niet later kan liggen dan de inschrijfdatum inzake basisonderwijs of bij een andere peuteropvanglocatie. De telling stopt bij het begin van het nieuwe schooljaar dan wel de inschrijfdatum inzake basisonderwijs. Voor het bepalen van een telmaand wordt ervan uitgegaan dat een peuter minimaal 15 dagen van de maand geregistreerd staat.
Artikel 10 Betaling en bevoorschotting
De betaling en bevoorschotting van de subsidie voorschoolse educatie vindt plaats op basis van de laatst bekende werkelijke aantallen VVE-doelgroep peuters. Dit zijn de werkelijke aantallen tot en met het derde kwartaal van het voorafgaande boekjaar. Op basis van de realisatie per kwartaal wordt beoordeeld of bevoorschotting aangepast moet worden. Bij een verschil van meer dan 5% vindt aanpassing plaats.
Artikel 11 Subsidieverplichtingen
- 1.
Om voor de subsidie voorschoolse educatie in aanmerking te komen dient de peuteropvangorganisatie te voldoen aan:
- a.
de in de Wet kinderopvang neergelegde kwaliteitseisen;
- b.
de in de Wet Innovatie Kwaliteit Kinderopvang (IKK) neergelegde kwaliteitseisen;
- c.
de eis van algemene toegankelijke voorziening in de wijk;
- d.
de eis van structureel aanbod van tenminste 4 dagdelen per week gedurende 40 weken per jaar;
- e.
de afspraken opgenomen in een prestatieovereenkomst;
- f.
het geregistreerd staan in het Landelijk Register Kinderopvang;
- g.
het geregistreerd staan in het Lokaal Register Peuteropvang Boxtel;
- h.
het tijdig, binnen 3 weken na ontvangst, inleveren van de akkoordverklaring van de door de gemeente per kwartaal aangeboden lumpsum overzichten. Hierbij kan de peuteropvangorganisatie verschillen aangeven. De gemeente zal deze beoordelen en in het volgende kwartaal, indien nodig, aanpassen.
- 2.
Om voor subsidie voorschoolse educatie in aanmerking te komen dient de peuteropvangorganisatie verder te voldoen aan:
- a.
de in het Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie opgenomen voorwaarden;
- b.
het “Convenant uitvoering Boxtels model, impuls kwaliteit VVE-beleid”, waarin is vastgelegd dat wordt samengewerkt met schoolbesturen, kinderopvangorganisaties, Stichting Brede Scholen, Stichting Openbare Bibliotheek Boxtel en gemeente rondom de educatieve lijn en zorglijn binnen de VVE;
- c.
het bijhouden van een registratiesysteem, waarin is opgenomen:
- 1.
de namen van de VVE-doelgroep peuters per peuteropvanglocatie;
- 2.
de datum waarop de VVE-doelgroep peuters met het VVE-programma zijn gestart in combinatie met de leeftijd die zij op dat moment hebben.
Artikel 12 Verplichtingen aan de beschikking
- 1.
Het college kan in de beschikking nadere verplichtingen opleggen.
- 2.
Het college kan de subsidieontvanger in de beschikking andere verplichtingen opleggen die betrekking kunnen hebben op de wijze waarop de middelen, waarmee de gesubsidieerde activiteit wordt verricht, worden ingezet.
Artikel 13 Vaststelling subsidie voorschoolse educatie
Naast het bepaalde in de artikelen 14, 15 en 16 van de verordening dient bij een aanvraag om vaststelling van de subsidie voorschoolse educatie het volgende te worden overgelegd:
- a.
een bestuursverklaring, waaruit blijkt dat is voldaan aan de subsidieverplichtingen, zoals opgenomen in de verleningsbeschikking, en waarin wordt verklaard dat de subsidie rechtmatig is besteed, wat wil zeggen voor het doel waarvoor de beschikking tot subsidieverlening is verstrekt;
- b.
een akkoordverklaring met de peuteraantallen die over het vooraf liggende jaar door de gemeentelijke administratie ter controle zijn verstrekt;
- c.
een bestuursverklaring, waaruit blijkt dat is voldaan aan de voorwaarden opgenomen in het Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie.
Artikel 14 Hardheidsclausule
Het college kan in bijzondere gevallen afwijken van hetgeen bij of krachtens deze regeling is bepaald, indien strikte toepassing daarvan tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.
Artikel 15 Intrekking oude regeling, inwerkingtredingsdatum
- 1.
De regeling ‘Uitvoeringsregeling voorschoolse educatie in de peuteropvang Boxtel 2021’ wordt ingetrokken.
- 2.
Deze regeling treedt na bekendmaking in werking per 1 januari 2022.
Artikel 16 Citeertitel
Deze regeling wordt aangehaald als ‘Uitvoeringsregeling voorschoolse educatie in de peuteropvang gemeente Boxtel 2022’.