Gemeenteblad van Middelburg
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Middelburg | Gemeenteblad 2021, 467057 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Middelburg | Gemeenteblad 2021, 467057 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Verordening op de heffing en invordering van parkeerbelastingen Middelburg 2022
De raad van de gemeente Middelburg;
gezien het voorstel van burgemeester en wethouders met volgnummer ;
gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h, en 225 van de Gemeentewet
alsmede op het Besluit gemeentelijke parkeerbelastingen en de Parkeerverordening van de gemeente Middelburg;
VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN PARKEERBELASTINGEN MIDDELBURG 2022
Voor de toepassing van deze verordening en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
parkeren: het gedurende een aaneengesloten periode doen of laten staan van een voertuig, anders dan gedurende de tijd die nodig is voor en gebruikt wordt tot het onmiddellijk in- of uitstappen van personen dan wel het onmiddellijk laden of lossen van goederen, op binnen de gemeente gelegen voor het openbaar verkeer openstaande terreinen en weggedeelten, waarop dit doen of laten staan niet ingevolge een wettelijk voorschrift is verboden;
Sociaalbezoekvergunning: een parkeerrecht bestaande uit een bezoekersparkeerkaart of verkregen via de “BezoekersApp”. Beide parkeerrechten zijn tegen betaling te verkrijgen via de website of aan de balie van het stadskantoor. Het gaat hier om parkeerkaartjes/eenheden die tegen een speciaal laag tarief verkrijgbaar worden gesteld ten behoeve van bezoekers van bewoners van panden in de binnenstad (zone I en II).
Als degene die het voertuig heeft geparkeerd wordt mede aangemerkt:
zolang geen voldoening van de belasting genoemd in artikel 2, onderdeel a, heeft plaatsgevonden: de houder van het voertuig, met dien verstande dat:
De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, wordt niet geheven van degene die op de voet van het tweede lid, onderdeel b, als degene die het voertuig heeft geparkeerd wordt aangemerkt, indien deze aannemelijk maakt dat ten tijde van het parkeren een ander tegen zijn wil van het voertuig gebruik heeft gemaakt en dat hij dit gebruik redelijkerwijs niet heeft kunnen voorkomen.
Artikel 4 Belastingtarief, belastingtijdvak en maatstaf van heffing
Het belastingtarief, het belastingtijdvak en de maatstaf van heffing zijn vermeld in de bij deze verordening behorende en daarvan deel uitmakende bijgevoegde tarieventabel.
De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, wordt geheven door voldoening op aangifte. Als voldoening op aangifte wordt aangemerkt het bij aanvang van het parkeren in werking stellen van de parkeerapparatuur op de daartoe bestemde wijze en met inachtneming van de door het college gestelde voorschriften.
Artikel 7 Termijnen van betaling
In afwijking van het bepaalde in het vorige lid moet de belasting overeenkomstig de aangifte worden betaald binnen een maand na het einde van het parkeren, als bij het aanvang van het parkeren in werking stellen van de parkeerapparatuur geschiedt door het via een telefoon inloggen op de centrale computer.
Artikel 8 Bevoegdheid tot aanwijzing parkeerplaatsen
De aanwijzing van de plaats waar, het tijdstip wanneer en de wijze waarop tegen betaling van de belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, mag worden geparkeerd geschiedt in alle gevallen door burgemeester en wethouders bij openbaar te maken besluit.
Artikel 9 Bevoegdheid tot naheffingsaanslag, wielklem en wegsleepregeling
Terzake van het niet betalen van de verschuldigde belasting, bedoeld in artikel 2, onderdeel a, binnen het aangewezen gebied voor het parkeren op parkeerapparatuurplaatsen, kan door de gemeenteambtenaar als bedoeld in artikel 231, tweede lid, onderdeel b van de Gemeentewet naheffingsaanslagen worden opgelegd.
De kosten van de naheffingsaanslag terzake van de belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, bedragen € 66,50. De kosten zijn vermeld in de bij deze verordening behorende en daarvan deel uitmakende tarieventabel.
De "Verordening Parkeerbelastingen 2021" vastgesteld bij besluit van 10 december 2020 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 14 tweede lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 16 december 2021.
de griffier,
drs. A.A.A. Rijpert
de voorzitter,
mr. H.M. Bergmann
Bijlage 1: Tarieventabel behorende bij de Verordening parkeerbelastingen 2022.
Parkeren bij parkeerapparatuur
Belanghebbendenparkeervergunning
Parkeren in een gemeentelijke parkeergarage
Het tarief voor parkeren in een gemeentelijke parkeergarage bedraagt |
|||
van maandag tot en met zondag tussen 08.00 uur en 20.00 uur per 60 minuten: |
|||
Naheffingsaanslag parkeerbelasting
Overbrengen en bewaren voertuig
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2021-467057.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.