Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 2022

Verordening lijkbezorgingsrechten 2022

 

De raad van de gemeente Geldrop-Mierlo;

 

Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van Geldrop-Mierlo d.d. 23 november 2021;

 

overwegende, dat jaarlijks de belastingverordeningen voor het volgende belastingjaar aangepast en vastgesteld worden op basis van het begrotingsbeleid;

 

gehoord de Commissie Algemene Zaken d.d. 30 november 2021;

 

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b van de Gemeentewet;

 

besluit :

 

vast te stellen de volgende verordening:

 

Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 2022

(Verordening lijkbezorgingsrechten 2022).

Artikel 1 Definities

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

  • -

    algemeen graf: een graf bij de gemeente in beheer waarin gelegenheid wordt geboden tot het doen begraven van lijken

  • -

    algemeen urnengraf: een graf bij de gemeente in beheer waarin gelegenheid wordt geboden tot het doen bijzetten van asbussen met of zonder urnen;

  • -

    asbus: een bus ter berging van as van een overledene;

  • -

    begraafplaats: de algemene begraafplaats, gelegen aan 't Zand;

  • -

    graf: een zandgraf of een keldergraf;

  • -

    grafbedekking: gedenkteken of grafbeplanting op een graf, gedenkplaats of verstrooiingsplaats;

  • -

    grafkelder: een betonnen of gemetselde constructie waarin een of meerdere lijken worden begraven of asbussen worden bijgezet; grafkelders kunnen onderdeel zijn van een bovengrondse muur of wand;

  • -

    particuliere gedenkplaats: een plaats waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend om overledenen te gedenken;

  • -

    particuliere verstrooiingsplaats: een plaats waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend om daarop as te doen verstrooien;

  • -

    particulier graf: een graf waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:

    • het doen begraven en begraven houden van lijken;

    • het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

    • het doen verstrooien van as;

  • -

    particulier urnengraf: een graf waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:

    • het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

    • het doen verstrooien van as;

  • -

    particuliere urnennis: een nis waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

  • -

    urn: een voorwerp ter berging van een of meerdere asbussen;

  • -

    verstrooiingsplaats: een plaats waarop as wordt verstrooid.

Artikel 2 Belastbaar feit

Op basis van deze verordening worden rechten geheven voor het gebruik van de begraafplaats en voor het door de gemeente verlenen van diensten in verband met de begraafplaats.

Artikel 3 Belastingplicht

De rechten bedoeld in artikel 4 en 5, worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.

Artikel 4 Tarieven

1.

a.

Voor het begraven van een lijk van een persoon van 12 jaar of ouder wordt een bedrag geheven van

€ 610,00

 

b.

Voor het begraven van een lijk van een kind beneden 12 jaar wordt een bedrag geheven van (50% van het onder 1.a. van dit artikel genoemde tarief)

€ 305,00

 

c.

Voor het bijzetten van een asbus of urn in een urnengraf, voor zowel de eerste als volgende asbussen of urnen, wordt een bedrag geheven van

€ 220,00

 

2.

 

Voor het begraven van een lijk; bijzetting van een asbus of urn zoals in de vorige leden van dit artikel bedoeld, worden de genoemde tarieven verhoogd:

 

a.

met 100% indien zulks geschiedt op zondagen en algemeen erkende christelijke feestdagen;

 

b.

met 50% indien zulks geschiedt op zaterdagen, alsmede wanneer dit plaats heeft op werkdagen voor 08.00 uur en na 16.00 uur.

 

 

 

 

 

Deze verhogingen worden niet geheven, indien de begrafenis geschiedt op rechterlijk gezag of in het geval, dat artikel 6 van de Wet op de lijkbezorging van toepassing is.

 

3.

a.

Voor het opgraven en herbegraven van een lijk, een asbus of urn voor zover dit niet plaatsvindt krachtens rechterlijk bevel, wordt geheven het dubbele van het tarief voor het graf, waarin het herbegraven plaatsvindt.

 

b.

Voor het opgraven van een lijk, asbus of urn, voor zover dit niet plaatsvindt krachtens rechterlijk bevel, wordt het in het eerste of tweede lid genoemde recht geheven, naargelang van de daar gemaakte onderscheidingen.

 

Artikel 5 Verlenen van Rechten

1.

 

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een graf/urnenkelder bedraagt het recht voor een periode van 20 jaar:

 

 

a.

voor een graf/urnenkelder

€ 1.370,00

 

b.

voor een kindergraf/urnenkelder (50% van het onder 1.a. van dit artikel genoemde recht)

€ 685,00

2.

 

Voor het verlengen van het uitsluitend recht op een graf/urnenkelder bedraagt het recht voor een periode van 10 jaar:

 

 

a.

voor een graf/urnenkelder

€ 685,00

 

b.

voor een kindergraf/urnenkelder (50% van het onder 2.a. van dit artikel genoemde tarief)

€ 342,50

3.

 

Voor het verstrooien van as op het strooiveld wordt een bedrag geheven van

€ 125,00

4.

 

Voor het reserveren van een grafplaats voor een periode van 10 jaar wordt een bedrag geheven van

€ 300,00

 

Artikel 6 Belastingjaar

Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 7 Wijze van heffing

De rechten worden geheven door middel van een gedagtekende kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld.

Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld en de verschuldigde rechten

De rechten bedoeld in artikel 4 en 5 zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of, bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken en inrichtingen.

Artikel 9 Termijnen van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de rechten moeten worden betaald binnen 30 dagen na de dagtekening van het aanslagbiljet of de schriftelijk kennisgeving.

  • 2.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijn.

Artikel 10 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    De ‘Verordening Lijkbezorgingrechten 2021’ d.d. 14 december 2020, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2022.

  • 4.

    Deze verordening wordt aangehaald als ‘Verordening Lijkbezorgingsrechten 2022’.

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad

van de gemeente Geldrop-Mierlo d.d. 13 december 2021.

De raad voornoemd,

W.H.F. Geboers

griffier

J.C.J. van Bree

voorzitter

Naar boven