IBOR-plan

De raad van de gemeente Neder-Betuwe;

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders;

 

gelet op het bepaalde in Integraal Beheerplan Openbare Ruimte, kader en assetsheets, gemeente Neder-Betuwe

 

 

B E S L U I T :

 

 

  • 1.

    Het IBOR-plan vast te stellen.

  • 2.

    De volgende beheerplannen te laten vervallen:

    • Groenbeleidsplan 2017-2021;

    • Beheerplan wegen 2018-2021;

    • Beheerplan kunstwerken 2019-2023;

    • Beleids- en beheerplan openbare verlichting 2016-2020

    • Integrale Visie Openbare Ruimte (IVOR) 2018-2028.

       

Samenvatting

 

De openbare ruimte is de plek waar een groot deel van het publieke leven zich afspeelt. De coronacrisis heeft nog maar eens duidelijk gemaakt waar de kracht in onze samenleving zit en hoe belangrijk de openbare ruimte is; om te ontspannen, anderen te ontmoeten en te bewegen. Naast het belang voor de inwoner, levert de openbare ruimte ook een bijdrage aan de leefbaarheid op thema’s zoals klimaatadaptatie en het stimuleren van biodiversiteit. De gemeente Neder-Betuwe is verantwoordelijk voor het beheer van deze openbare ruimte. Hieronder vallen alle plekken die voor iedereen toegankelijk zijn. Denk hierbij aan straten, pleinen, winkelgebieden, parken en groenstroken.

 

De gemeente Neder-Betuwe ontwikkelt zich tot een participatiegemeente waarin de gebruiker van de openbare ruimte een steeds belangrijkere rol krijgt. De beleving van de openbare ruimte door gebruikers is een belangrijk uitgangspunt geworden voor het beheer en onderhoud.

 

Om dit te borgen is in 2017 de Integrale Visie Openbare Ruimte (IVOR) opgesteld. In deze visie is door verschillende disciplines binnen de gemeente Neder-Betuwe met stakeholders afgesproken hoe zij met de openbare ruimte om willen gaan. Ook liggen er voor veel disciplines beheer- en beleidsplannen die gebruikt worden, zoals voor groen, openbare verlichting en wegen. Toch ontbreekt er een duidelijke koppeling met de IVOR en zijn niet alle plannen inhoudelijk en qua opbouw en looptijd even goed op elkaar afgestemd.

 

Het Integraal Beheerplan Openbare Ruimte (IBOR-plan) is in twee fases opgesteld. In de eerste fase is het Integraal Beheerkader Openbare Ruimte (IBOR-kader) aan de gemeenteraad aangeboden. Deze kaders zijn voor de verschillende disciplines nader uitgewerkt op de assetsheets (compacte beheerplannen). Het plan dat nu voor u ligt is compleet en bevat zowel het kader als de assetsheets en de financiële uitwerking hiervan.

 

Het Integraal Beheerkader Openbare Ruimte brengt alle beleidslijnen en visies bij elkaar en beschrijft de ambities en kernwaarden voor het beheer van de openbare ruimte. Het doel van dit kader is om eenduidig de kaders voor het beheer vast te leggen op basis van het huidige beleid of deze nieuw te formuleren. Het IVOR vormt een belangrijke basis hiervoor. De opgenomen ambities en kernwaarden zijn gekoppeld aan acht maatschappelijke thema’s die de gemeente belangrijk vindt, bijvoorbeeld uitstraling, veiligheid en gezondheid.

 

Op basis van de programmabegroting is een missie geformuleerd als uitgangspunt voor de visie op het beheer van de openbare ruimte:

De gemeente Neder-Betuwe streeft naar een veilige, schone, aantrekkelijke en gevarieerde openbare ruimte. Binnen deze openbare ruimte past een zichtbare en herkenbare eigen identiteit. Het Betuwse landschap vormt het decor voor de laanbomen als hart van hét grootste laanbomencentrum van Europa. Samen met bewoners, ondernemers en organisaties werken we aan het behoud en de ontwikkeling van een gezonde en toekomstbestendige leefomgeving. Maatschappelijke kansen en technologische ontwikkelingen worden daarbij op de voet gevolgd.

 

Bij deze missie staat de openbare ruimte in het middelpunt. Het in stand houden van de kwaliteit van de bestaande openbare ruimte, met de focus op schoon, heel en veilig, blijft de primaire taak van het beheer van de openbare ruimte. Al komt de focus door maatschappelijke ontwikkelingen (o.a. intensiever gebruik, sociale uitdagingen, de budgetten die onder druk staan in combinatie met verschillende beheeropgaven) steeds meer te liggen op een flexibel en effectgestuurd beheer.

 

De beheerstrategie geeft de doorkijk van de acht maatschappelijke thema’s en ambities naar het beheer en onderhoud van de openbare ruimte. Het beheer en onderhoud vinden planmatig en procesmatig plaats op basis van de PDCA-cyclus. De vier letters staan voor Plan (maak een plan waarin de resultaten duidelijk beschreven staan), Do (voer het plan uit), Check (vergelijk de resultaten met de resultaten die de organisatie voor ogen had), Act (bij afwijking: neem maatregelen/stuur bij om de resultaten alsnog te bereiken). De keuzes voor de uitvoering zijn gebaseerd op het bestaande beleid, de huidige ontwikkelingen, de resultaten uit de inwonersenquête en de expertise vanuit de verschillende disciplines.

 

Op basis van deze kaders zijn er in totaal acht assets (o.a. groen, riolering, spelen) uitgewerkt en bijgevoegd in dit plan. In de assetsheets wordt ingegaan op het areaal, de huidige kwaliteit, de ambities en kwaliteitsniveau, manier van onderhoud en de uiteindelijk benodigde middelen hiervoor. In dit plan zijn de financiële consequenties en aandachtspunten voor het totaal van het beheer van de openbare ruimte in Neder-Betuwe in beeld gebracht.

 

Om het beheer van de openbare ruimte van de gemeente Neder-Betuwe verder te optimaliseren is het van belang de basis op orde te brengen. Voor een tweetal assets (verkeersvoorzieningen en begraafplaatsen) worden eind 2021 de gegevens bijgewerkt om een compleet en betrouwbaar beeld te krijgen. Deze twee assetsheets worden in 2022 aan dit rapport toegevoegd. In 2022 wordt de assetsheet Riolering en Water aangevuld met de activiteit baggeren. Daarnaast zijn er stappen te zetten om de gemeentelijke taken en werkprocessen aan te laten sluiten op de doelen die zijn beschreven. Dit doet de gemeente Neder-Betuwe in samenwerking met de Avri, die een groot deel van het onderhoud verzorgt.

 

De in het beheerkader uitgewerkte thema’s en ambities zijn per asset uitgewerkt, hiermee is de budgetbehoefte voor de komende periode in beeld gekomen. Uitgangspunt bij het opstellen en implementeren van het IBOR is dat dit kostenneutraal of kostenefficiënter wordt ingevuld. Er zijn een aantal afwijkingen geconstateerd tussen de benodigde en beschikbare middelen. Hierdoor kan mogelijk niet aan alle benoemde ambities en thema’s (volledig) invulling worden gegeven.

1 Inleiding

1.1 Belang van de openbare ruimte

De openbare ruimte is van ons allemaal, het is de plek waar veel dingen samenkomen. We fietsen, wandelen, spelen en komen er bijeen. Tegelijkertijd is het de plek waar gewerkt wordt aan opgaven voor klimaatadaptatie, verkeer & mobiliteit, biodiversiteit en het bevorderen van een gezonde leefomgeving en leefstijl. Dit stelt verschillende eisen aan het beheer en onderhoud van de openbare ruimte. De gemeente Neder-Betuwe is verantwoordelijk voor het beheer van deze openbare ruimte. Hieronder vallen de disciplines wegen en verhardingen, civieltechnische kunstwerken, openbare verlichting, afval en schoon, riolering en water, groen en bomen, spelen, meubilair en overige, verkeersvoorzieningen en begraafplaatsen.

 

In de openbare ruimte spelen verschillende maatschappelijke belangen. De inrichting maar ook het beheer van de openbare ruimte zijn van invloed hierop. De keuzes die worden gemaakt zijn medebepalend voor het gebruik en de manier waarop inwoners en bezoekers de dagelijkse leefomgeving beleven en ervaren.

 

1.2 Aanleiding, doel en missie

Aanleiding

 

De gemeente Neder-Betuwe streeft naar een toekomstbestendig beheer van de openbare ruimte. In 2017 is de Integrale Visie Openbare Ruimte (IVOR) vastgesteld. Deze visie schetst het strategisch kader voor de ontwikkeling van de openbare ruimte tot 2028. De IVOR geeft per thema handvatten voor het beheer van de openbare ruimte en de daarin aanwezige objecten. De verdere uitwerking voor beheer op tactisch en operationeel niveau was tot nu toe vastgelegd in verschillende beheer- en beleidsplannen. Een duidelijke koppeling tussen het IVOR en deze plannen ontbrak, daarnaast was de opbouw van de plannen divers en niet altijd eenduidig. Primair de aanleiding om dit Integraal Beheerplan Openbare Ruimte (kader en assetsheets) op te stellen.

 

Naast de koppeling tussen IVOR en de beheerplannen is een belangrijke aanleiding waarom dit plan is opgesteld het aflopen van het groenbeleidsplan, wegenbeheerplan en beheerplan gladheidsbestrijding. Deze worden met het integraal beheerkader en de gekoppelde assetsheets geactualiseerd.

 

In de gemeente Neder-Betuwe neemt de gebruiker van de openbare ruimte een steeds prominentere rol in. De beleving van de inwoners is een belangrijk uitgangspunt voor het beheer en onderhoud. Er komt steeds meer een goede mix tussen beleving, wetgeving, techniek en kwaliteit.

 

Doel

 

Het belangrijkste uitgangspunt van dit beheerplan is de integrale benadering van de openbare ruimte, waarbij afstemming tussen de onderlinge disciplines wordt geborgd en meer samenwerking plaatsvindt. Het bijeenbrengen van verschillende onderwerpen, perspectieven en belangen, helpt om weloverwogen keuzes te maken. Door het opstellen van één kader voor de gehele openbare ruimte wordt dit bewerkstelligd.

 

In het integraal beheerkader komen verschillende beleidslijnen en visies bij elkaar. Dit plan vervangt de verschillende plannen voor groen, wegen, openbare verlichting, spelen en dergelijke. In de assetsheets is de kern van de beheeropgave voor elke asset verwoord. Deze compacte assetsheets bevatten alles wat de beheerders nodig hebben: van omvang, leeftijdsopbouw, kwaliteit, doelen en ambities, strategie en budgetten tot aandachtspunten. De kwaliteitsniveaus binnen de openbare ruimte zijn het sturingsinstrument bij het beheer en onderhoud en zijn opgenomen in de IVOR.

 

Missie

 

De gemeente Neder-Betuwe heeft in programma 3 van de programmabegroting een missie vastgesteld voor de fysieke leefomgeving. Deze missie vormt een belangrijke basis voor de verdere uitwerking van het integraal beheerkader en luidt als volgt:

 

1.3 Opbouw, structuur en leeswijzer

In het integraal beheerkader staan de bestuurlijke ambities en toekomstige opgaven voor het beheer van de openbare ruimte beschreven. Deze komen voort uit bestaand beleid of zijn nieuw geformuleerd en zijn gekoppeld aan acht maatschappelijke thema’s. Het integraal beheerkader is onderbouwd met assetsheets per beheerdomein. Met behulp van de assetsheets wordt het benodigde inzicht gegeven aan de provinciale toezichthouder met betrekking tot het onderhoud van de kapitaalgoederen. Afbeelding 1 geeft hier een nadere toelichting op.

 

Het integrale beheerkader kent een looptijd van tien jaar (2022-2031). Tussentijdse actualisatie loopt gelijktijdig met de assetsheets en vindt conform de richtlijnen van het BBV (Besluit Begroting en Verantwoording) iedere vijf jaar plaats (2022-2026). In het BBV is de financiële verantwoordingsplicht over het onderhoud van de kapitaalgoederen opgenomen.

 

Leeswijzer

  • Hoofdstuk 2 beschrijft de huidige situatie, met de aard en omvang van de assets. Daarnaast geeft het een terugblik op de vorige beheerperiode;

  • Hoofdstuk 3 beschrijft de wettelijke & gemeentelijke kaders en de trends & ontwikkelingen die van toepassing zijn op het beheer van de openbare ruimte;

  • Hoofstuk 4 beschrijft de thema’s en ambities voor het beheer van de openbare ruimte. Deze visie is gegroepeerd in de verschillende thema’s;

  • Hoofdstuk 5 beschrijft de beheerstrategie om invulling te geven aan de thema’s en ambities;

  • Hoofdstuk 6 geeft de financiële impact aan voor het beheer van de assets op basis van de thema’s en ambities ten opzichte van de huidige begroting.

1.4 Bijdragen aan hogere doelstellingen vanuit beheer

Bij de missie voor een veilige, schone, aantrekkelijke en gevarieerde woon- en leefomgeving staat de openbare ruimte in het middelpunt. In een land dat bijna is volgebouwd, ligt de focus steeds meer op het beheren van wat we al hebben. Dit brengt de beheerorganisaties in een centrale positie: die van regisseur van de openbare ruimte. Tegelijkertijd zien we dat het onderhoudsbudget in de gemeente Neder-Betuwe onder druk staat, wat het soms lastig maakt om het vastgestelde kwaliteitsniveau te behalen en te voldoen aan de bestuurlijke ambities.

 

Bij beheer is het belangrijk om grip en sturing te houden en plan- en doelmatig te werken.

 

Om vervolgens op strategisch, tactisch en operationeel niveau op het goede moment de juiste stappen te zetten. Het procesmodel vanuit assetmanagement dat is weergegeven in figuur 2 ondersteunt hierbij. Assetmanagement vormt de basis voor dit integraal beheerplan en geeft inzicht in de vervolgstappen. Het opstellen van het integraal beheerkader en de assetsheets is onderdeel van deze procescyclus, die is gebaseerd op de klassieke ‘plan-do-check-act cirkel’. Door te constateren en tijdig bij te sturen kunnen werk, prestaties en organisatie jaarlijks worden verbeterd.

 

1.5 Scope

Tot de scope van het integraal beheerplan behoren de volgende assets:

  • Wegen en verhardingen

  • Civiele kunstwerken

  • Openbare verlichting

  • Groen en bomen

  • Speelvoorzieningen

  • Riolering en water

  • Afval en schoon

  • Meubilair en overige

  • Verkeersvoorzieningen

  • Begraafplaatsen

De verkeersvoorzieningen en begraafplaatsen worden in 2022 nader uitgewerkt en vervolgens in dit plan toegevoegd. Voor deze assets is het areaal nog niet volledig in beeld. De gegevens dienen eerst op orde te worden gebracht voordat er een verdere uitwerking plaatsvindt.

 

Tevens wordt in 2022 de asset riolering en water aangevuld met informatie over het baggeren van watergangen. Voor die tijd wordt er eerst een nieuw baggerplan gemaakt.

 

Het beheer en onderhoud van de openbare ruimte bestaat uit alle activiteiten en maatregelen om de openbare ruimte voor een lange periode in stand te houden. Aan het eind van de levensduur wordt de openbare ruimte vernieuwd. Gedurende de levensduur wordt gesproken van onderhoud, aan het eind van de levensduur moet een investering worden gedaan. De onderstaande indeling van typen wordt gebruikt in dit integraal beheerplan en voldoet aan de financiële regelgeving conform de Nota materiële activa (2020), het BBV en de Financiële verordening Neder-Betuwe 2019.

 

Onderhoud en investeringen

  • Verzorgend onderhoud: zijn maatregelen gericht op de netheid/esthetische kwaliteit van een object. In beginsel wordt geen wijziging aan de bestaande situatie aangebracht. Werkzaamheden zoals onkruidbeheersing in het groen, schoonmaken van objecten of straatvegen vallen hieronder.

  • Technisch onderhoud: zijn maatregelen om een object in een goede staat te houden of te brengen. Technisch onderhoud wordt onderscheiden in klein en groot onderhoud.

  • o

    Klein onderhoud: is gericht op het herstellen van kleine schades om vroegtijdig groot onderhoud te voorkomen en/of onveilige situaties te verhelpen. Dit type onderhoud wordt vaak uitgevoerd naar aanleiding van klachten en meldingen.

  • o

    Groot onderhoud: is het uitvoeren van correctieve maatregelen als gevolg van slijtage na een langere periode van gebruik. Dit type onderhoud is ingrijpend en vaak gepland en is erop gericht de functionele kwaliteit van een object in stand te houden gedurende de levensduur.

  • Investeringen: zijn maatregelen om objecten in nieuwstaat terug te brengen of de levensduur te verlengen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen levensduurverlengende investeringen en vervanging.

  • o

    Levensduurverlengende investeringen: zijn maatregelen die leiden tot een meetbare levensduurverlenging van een bestaand object. Het gaat hierbij niet om groot onderhoud, wat is bedoeld om de levensduur te behalen, maar om onderhoud waarmee de (theoretische) levensduur wordt verlengd.

  • o

    Vervanging: zijn maatregelen waarbij het object wordt teruggebracht tot nieuw. Bij vervanging is sprake van een nieuw object, waarbij het einde van de (economische) gebruiksduur is bereikt.

Buiten de scope van dit integraal beheerkader vallen:

  • (Her)inrichting: dat is gericht op het maken van keuzes voor het ontwerp, materialen, beheeraspecten en het eindresultaat. Het Handboek Openbare Ruimte geeft aan welke eisen er aan het materiaal worden gesteld.

  • Reconstructie op basis van niet technische aard/andere beleidsdoelen.

  • Het beheer van alle objecten die niet in onderhoud en/of eigendom zijn van de gemeente Neder-Betuwe. Bijvoorbeeld groen, wegen of watergangen van derden (andere overheden zoals provincie, waterschap of particulieren) en sportparken waarvan het onderhoud is overgedragen aan de verenigingen die de parken gebruiken.

     

1.6 Hoe is dit plan tot stand gekomen?

Bij de totstandkoming van dit plan is breed naar het bestaande beleid gekeken. De ambities en uitgangspunten zijn in de ambtelijke werksessies met de gemeente Neder-Betuwe opgehaald. Tijdens deze sessies is aan collega’s van verschillende disciplines gevraagd hoe men het nu vindt gaan, wat men belangrijk vindt voor het beheer en onderhoud en waar nog winst te behalen is in de toekomst. De kernpunten zijn bepaald in een prioriteitenspel en per thema uitgewerkt in een overzicht.

 

De mening van de inwoners is gepeild in een digitale enquête. Aan hen zijn dezelfde vragen voorgelegd als in de ambtelijke werksessies. De inwoners van de gemeente Neder-Betuwe hebben via een open link kunnen deelnemen en reageren. De resultaten hiervan zijn meegenomen bij de uitwerking en gepubliceerd op de gemeentelijke website.

 

Voor de assetsheets zijn interviews uitgevoerd om een beeld te krijgen van de individuele opvattingen van de beheerders. In deze interviews is ingegaan op de huidige situatie, verbeterslagen, valkuilen en toekomstige uitdagingen. Met de ontvangen input zijn de assetsheets gevuld en zijn er gedegen en weloverwogen keuzes gemaakt.

 

In dit Integraal Beheerplan Openbare Ruimte wordt het eerder aangeboden Integraal Beheerkader Openbare Ruimte gecompleteerd met de opgestelde assetsheets en de daaruit voortvloeiende financiële gevolgen. Hiermee is er één integraal en eenduidige plan voor het beheer van de openbare ruimte in de gemeente Neder-Betuwe.

2 Huidige situatie

 

Om uitspraken te doen over het beheer van de openbare ruimte is het van belang inzicht te hebben in de huidige situatie. We gaan hier in op het globale beeld van de kwaliteit, aard en omvang van de assets en geven een terugblik op de afgelopen beheerperiode. Gedetailleerde informatie over de huidige situatie is per asset terug te vinden op de assetsheet.

 

2.1 De openbare ruimte van de gemeente Neder-Betuwe

De gemeente Neder-Betuwe ligt in de provincie Gelderland en bestaat uit de kernen Dodewaard, Echteld, IJzendoorn, Kesteren, Ochten, Opheusden en meerdere buurtschappen. In totaal zijn er ongeveer 24.500 inwoners (augustus 2020) en bestrijkt het totale grondgebied een oppervlakte van 67 km², waarvan 60 km² land en 7 km² water.

 

De gemeente Neder-Betuwe is tot stand gekomen naar aanleiding van een fusie van voormalige gemeenten Dodewaard, Echteld en Kesteren. Beeldbepalend in de Betuwe is het rivieren- en dijkenlandschap met daarlangs gelegen een concentratie van boomgaarden en boomkwekerijen. De vele laanboompercelen, waar het gebied tot ver over de grens om bekend staat, vormen hét visitekaartje van de streek. Het openbaar groen brengt dit door diversiteit en kwaliteit tot uiting.

 

2.2 Aard en omvang van de assets

De gemeente Neder-Betuwe heeft over het geheel genomen goed in beeld wat het in beheer heeft. Een aantal onderdelen in de openbare ruimte wordt nog nader geïnventariseerd. Dit zijn de watergangen en het parkmeubilair (zitbanken).

 

Het areaal aan wegen, stoepen, fietspaden en openbaar groen bedraagt meer dan 3 miljoen vierkante meter. Bermen en rijbanen in de woongebieden en buitengebieden vormen met elkaar de grootste elementen in beheer en eigendom. Ten opzichte van andere gemeenten is de omvang per inwoner gemiddeld.

 

In de onderstaande tabel is een overzicht opgenomen van de hoeveelheden op hoofdlijnen.

 

Hiervoor geldt als peildatum februari 2021.

 

2.3 Kwaliteitsambitie

Ieder functiegebied of object (trottoir, gazon, lichtmast) kan een ander kwaliteitsniveau hebben.

 

De kwaliteitscatalogus openbare ruimte bevat vijf kwaliteitsniveaus, variërend van Zeer Hoog (A+) tot en met Zeer Laag (D). De provincie als toezichthouder ziet erop toe dat de gemeente als beheerder van de openbare ruimte aan zijn zorgplicht voldoet. Dit houdt in dat kapitaalvernietiging en/of onveilige situaties moeten worden voorkomen. In de gemeente Neder-Betuwe worden drie kwaliteitsniveaus gehanteerd: Hoog (A), Basis (B) en Laag (C).

 

Om één verzorgingsbeeld te realiseren werken alle disciplines op basis van gelijkwaardige kwaliteitseisen. Alle beheerdisciplines binnen de gemeentelijke organisatie doen dit volgens de landelijk vastgestelde beeldsystematiek van het CROW. Voor boombeheer wordt gewerkt met de richtlijnen conform het Handboek Bomen 2018 (van Norminstituut Bomen).

 

De gemeente Neder-Betuwe kiest voor een verzorgingsbeeld met verschillende kwaliteitsniveaus:

  • Accentueren van centrumgebieden en begraafplaatsen, kwaliteitsniveau Hoog (A) voor groen en wegen;

  • Komgebieden worden op een basisniveau (B) onderhouden voor groen en wegen;

  • Buitengebied wordt voor wegen op basisniveau (B) en voor groen op een extensief niveau (C) onderhouden.

De openbare ruimte wordt technisch gezien op één kwaliteitsniveau onderhouden. De gemeenteraad heeft in het IVOR vastgesteld dat onderhoud op kwaliteitsniveau Basis (B) het uitgangspunt is. Voor de technische staat wordt geen onderscheid gemaakt in functiegebieden. Een niveau Laag (C) of Zeer Laag (D) komen niet voor. Dit om te voorkomen dat we op langere termijn meer geld kwijt zullen zijn aan herstelmaatregelen. Het technisch onderhoud aan bermen en watergangen wordt uitgevoerd op basis van een vaste frequentie in plaats van op beeld.

 

2.4 Terugblik afgelopen beheerperiode

In deze korte terugblik wordt ingegaan op afgelopen beheerperiode. De Avri verzorgt een deel van het onderhoud in de openbare ruimte. Dat zich richt op het technisch onderhoud van groen, bomen, speeltoestellen, speelondergronden, afvalbakken, park- /straatmeubilair en overige plus het verzorgend onderhoud. In de jaarrapportage van 2020 toont de Avri aan wat zij het afgelopen beheerjaar heeft gedaan en hoe dit is verlopen.

 

Gestelde kwaliteitsnorm

 

In 2020 zijn er zeven schouwronden uitgevoerd om de kwaliteit van de openbare ruimte te kunnen volgen. De schouwen tonen aan dat het technisch en verzorgend onderhoud van groen, spelen, meubilair en overige ruimschoots voldoet aan de gestelde kwaliteitsnormen.

 

In het incidentele geval wordt niet aan de kwaliteitseis voldaan. Op sommige stukken straat of in beplanting is onkruid aanwezig, steken uitlopers uit de haag en staat het straatmeubilair scheef.

 

De resultaten zien er op hoofdlijnen als volgt uit:

  • 49% van alle beeldmeetlatten scoort boven het afgesproken niveau;

  • 50% van alle beeldmeetlatten scoort op het afgesproken niveau;

  • 1% van alle beeldmeetlatten scoort onder het afgesproken niveau.

Om inzicht te krijgen in het verloop van de kwaliteit van wegen is een kwaliteitsontwikkeling opgesteld. In deze kwaliteitsontwikkeling zijn alle weginspecties vertaald naar behaalde kwaliteitsniveaus. Onderstaand figuur geeft inzicht in het verloop van de totale kwaliteit over de afgelopen jaren. Het areaal scoort met een 5,8 onderin kwaliteitsniveau Basis (B).

 

De afgelopen jaren is de kwaliteit licht afgenomen door meer schade aan zwaar en gemiddeld belaste asfaltwegen.

 

Iedere twee jaar wordt in de gemeente Neder-Betuwe een weginspectie uitgevoerd. De volgende inspectie staat gepland voor 2021. Hieruit moet blijken of de kwaliteit over twee jaar op niveau is gebleven.

 

Het rioleringsstelsel voldoet momenteel aan de gestelde voorwaarden voor kwaliteit en is op orde. De vrijverval riolering is recent beoordeeld en geconstateerde defecten zijn gerepareerd. Wel zijn de kernen in praktijk gevoelig voor water op straat tijdens extreme neerslag. De civiele kunstwerken verkeren ook in een redelijk tot goede staat van onderhoud. Vier bruggen hebben een matig onderhoudsniveau door slijtage aan de asfaltdeklaag. Voor de openbare verlichting is recent ingestemd met een grootschalige toepassing van Ledverlichting. In de komende zeven jaar wordt een inhaalslag gemaakt in het vervangen van 75% van de ‘oudere’ openbare verlichting.

 

Meldingen

 

De jaarrapportage van de Avri laat zien dat het aantal klachten en meldingen in 2020 gelijk is gebleven ten opzichte van 2019. Ook de verdeling van de meldingen per kern ligt in lijn met 2019. De meeste meldingen komen uit de kern Dodewaard. De afhandelingstermijn bedroeg gemiddeld 6,2 kalenderdagen.

 

Het totaal aantal meldingen op wegen, verkeer en parkeren is in 2020 ongeveer gelijk gebleven ten opzichte van 2019. Het totaal aantal meldingen op groen is verder afgenomen. Er is sprake van een positieve trend ten opzichte vanaf 2018.

 

Qua straatmeubilair, speelterreinen en water is er een toename van meldingen. Dit gaat vooral over een scheefstaand verkeersbord, een kapot bankje of wateroverlast door verstopte riolering.

 

Beheersystemen

 

De gemeente Neder-Betuwe gebruikt verschillende beheersystemen voor de openbare ruimte.

 

Er wordt gewerkt met Geovisia, Kikker, PlayMapping, Tabula (BAG) en de Avri Geo-viewer.

 

In deze beheersystemen worden gegevens opgeslagen die te maken hebben met onder meer groenbeheer, wegbeheer, rioolbeheer en speeltoestellen. De Basiskaart Grootschalige Topografie (BGT) is een wettelijke verplichting binnen het stelsel van basisregistraties. In de BGT wordt geregeld dat topografische gegevens, zoals de ligging van gebouwen, wegen, water en terreinen eenduidig worden vastgelegd. De gemeente Neder-Betuwe is, mede door de komst van de BGT, in 2020 overgestapt naar een nieuw integraal beheersysteem (Geovisia). In het verder op orde brengen van de gegevens heeft het bijhouden en opwerken van de data continue aandacht.

 

Financieel

 

In de begroting voor 2022 is voor het beheer en onderhoud in totaal € 5,64 miljoen budget per jaar gereserveerd. Onder dit budget vallen de middelen voor uitvoering, dotaties in de voorzieningen en de kapitaallasten van de investeringen. Oftewel het volledige bedrag dat wordt vrijgemaakt voor alle assets in de openbare ruimte, zoals ook is opgenomen in de huidige beheerplannen. Voor verschillende assets beschikt de gemeente Neder-Betuwe over een voorziening, waarin een jaarlijkse storting wordt gedaan. Hiermee wordt geanticipeerd op de uitgaven voor groot onderhoud en worden fluctuerende uitgaven geëgaliseerd.

 

2.5 Beleving en gebruik

Naast de verzorgende en technische staat van de openbare ruimte worden beheer en onderhoud steeds vaker beoordeeld op basis van belevingseffecten. Het toetsen en evalueren van beheer vraagt een verschuiving in referentiekader, namelijk: meten vanuit het perspectief van de gebruiker in plaats van de beheerder. De focus wordt daarom gelegd op de (zichtbare) onderhoudsmaatregelen die zorgdragen voor een langdurige en duurzame instandhouding.

 

De input van inwoners (bijvoorbeeld via klachten en meldingen) kan gebruikt worden om richting te geven aan deze manier van beheer en onderhoud. Bijvoorbeeld door beeldverstorende en dreigende onveilige situaties als eerste aan te pakken. Deze doelgerichte inzet wordt georganiseerd met behulp van de inbreng van inwoners en van monitoring- en inspectiegegevens.

 

Inwonersenquête

 

De gemeente Neder-Betuwe vindt het belangrijk bij haar inwoners op te halen hoe zij de openbare ruimte ervaren en waaraan zij waarde hechten. In de voorbereiding is ervoor gekozen om acht thema’s in de enquête centraal te stellen:

  • 1.

    Identiteit

  • 2.

    Bruikbaarheid

  • 3.

    Uitstraling

  • 4.

    Klimaatadaptatie en duurzaamheid

  • 5.

    Biodiversiteit

  • 6.

    Veiligheid en gezondheid

  • 7.

    Mobiliteit en bereikbaarheid

  • 8.

    Participatie en zelfbeheer

Deze thema’s sluiten aan bij de visie op beheer en onderhoud en vormen de kapstok voor de uitvoering. Via de krant en social-media kanalen zijn mensen uitgenodigd om deel te nemen aan de digitale enquête. In totaal hebben 148 mensen de enquête ingevuld, waarbij sprake was van een goede verdeling tussen man en vrouw. De grotere dorpskernen hadden meer respondenten dan de kleinere dorpskernen en buurtschappen.

 

Samengevat zijn de belangrijkste uitkomsten uit de inwonersenquête:

  • De historische en landelijke uitstraling van de gemeente Neder-Betuwe wordt zeer belangrijk gevonden.

  • De meeste aandacht gaat uit naar veiligheid, biodiversiteit en mobiliteit en bereikbaarheid.

  • Aantrekkelijk en voldoende groen zijn belangrijk voor een prettige leefomgeving en dragen bij aan verschillende thema’s en maatschappelijke opgaven. Een deel van de respondenten vindt dat de gemeente Neder-Betuwe moet vergroenen en meer fruit- en laanbomen moet aanplanten.

  • De openbare ruimte is voor iedereen bruikbaar en toegankelijk: alle mensen verdienen een plek. Op het wensenlijstje staan voldoende zitbanken, parkeerplaatsen bij winkels en meer voorzieningen in het buitengebied.

  • De respondenten zijn niet ontevreden over het onderhoudsniveau van de openbare ruimte. Een kleine groep mensen geeft aan netter en beter onderhoud te willen zien.

  • Inzet op biodiversiteit en klimaat is gewenst: minder maaien, meer variatie in kleur en soorten en ruimte voor water(berging) zijn onderwerp van gesprek.

  • Veiligheid staat boven alles! Heb aandacht voor goed werkende openbare verlichting, let op overhangend groen en repareer de schades aan meubilair en trottoirs.

  • Respondenten willen betrokken worden bij de keuzes over beheer en vernieuwingen in de eigen wijk. Zij willen graag meepraten en meedenken.

3 Kaders en ontwikkelingen

 

Dit hoofdstuk beschrijft de wettelijke en gemeentelijke kaders voor het beheer van de openbare ruimte. Daarnaast worden de trends en ontwikkelingen weergegeven waar gemeenten in het algemeen mee te maken hebben.

 

3.1 Wettelijke kaders

Er is geen overkoepelend wettelijk kader waarin alle rechten en plichten met betrekking tot het beheer van de openbare ruimte zijn vastgelegd. De algemeen geldende wettelijke kaders zijn vastgelegd in het Nieuw Burgerlijk Wetboek. Verder is er specifieke wet- en regelgeving van onder andere het rijk, de provincie en het waterschap. In deze paragraaf wordt de overkoepelende wetgeving toegelicht. Wetgeving die van toepassing is op de afzonderlijke assets, wordt in de assetsheets opgesomd. Bijvoorbeeld het Warenwetbesluit attractie- en speeltoestellen, de Waterwet, de Wet milieubeheer en de Wet op de lijkbezorging.

 

Zorgplicht: een veilige openbare ruimte

 

Als algemeen uitgangspunt geldt er een zorgplicht voor het handhaven en bevorderen van de veiligheid in de openbare ruimte. Ten behoeve van de gemeentelijke zorgplicht moet worden aangetoond dat door inspecties en onderhoud een optimale zorg heeft plaatsgevonden. Bij onvoldoende bewijs kan de aansprakelijkstelling leiden tot het toekennen van een schadevergoeding. Dit staat opgenomen in artikel 6:174 van het Burgerlijk Wetboek.

 

Kapitaalgoederen in de Gemeentewet

 

De provincie houdt jaarlijks toezicht op de begroting en of sprake is van achterstallig onderhoud. In het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) is de verplichting opgenomen om in de begroting en jaarrekening een paragraaf Onderhoud Kapitaalgoederen op te nemen. Deze paragraaf dient ten minste in te gaan op het onderhoud van de kapitaalgoederen: groen, wegen, riolering, water en gebouwen. Het BBV bepaalt dat van de genoemde kapitaalgoederen in de begroting moet worden aangegeven:

 

  • Het beleidskader;

  • De uit de beleidskader voortvloeiende financiële gevolgen;

  • De vertaling van de financiële gevolgen in de begroting.

Omgevingswet

 

De nieuwe Omgevingswet bundelt wetten en regelingen over onder meer ruimte, infrastructuur, milieu, natuur en water. Met de Omgevingswet wordt het wettelijk kader voor verschillende aspecten van de fysieke leefomgeving vereenvoudigd. Er zijn minder regels en er is meer ruimte voor initiatieven. Vroegtijdige inwonersparticipatie vormt een belangrijke randvoorwaarde bij ruimtelijke initiatieven die onder de Omgevingswet vallen. De doelen van de wet zijn gesteld met het oog op duurzame ontwikkeling, bewoonbaarheid van het land en het beschermen en verbeteren van het leefmilieu.

 

3.2 Gemeentelijke kaders

Coalitieakkoord gemeente Neder-Betuwe

 

Het coalitieakkoord is het bestuurlijk vertrekpunt. In dit akkoord zijn de bestuurlijke ambities opgenomen en worden de plannen beschreven waaraan het college zich conformeert. Voor het coalitieakkoord vormt het zorgdragen voor een veilig en goed onderhouden wegennet een belangrijk punt. Daarnaast helpt het openbaar groen de uitstraling van Europees laanboomcentrum te vertolken en zet de gemeente Neder-Betuwe vol in op duurzame energie. De termijn van dit akkoord loopt tot de volgende gemeenteraadsverkiezing in 2022.

 

Programmabegroting

 

Op 10 november 2020 heeft de gemeenteraad de programmabegroting voor het jaar 2021 behandeld. De begroting is min of meer het ‘huishoudboekje’ van de gemeente Neder-Betuwe, waarin wordt aangegeven welke inkomsten worden verwacht en waar het beschikbare geld aan wordt uitgegeven. Voor het beheer en onderhoud gaan relatief grote bedragen om, als wordt gekeken naar het aandeel op de totale begroting.

 

Integrale Visie Openbare Ruimte (IVOR)

 

De IVOR formuleert de waarden, belangen, ambities, verantwoordelijkheden en sturing van het beheer in de openbare ruimte. Hiermee is het van groot belang voor de woon-, werk- en leefomgeving van de inwoners van de gemeente Neder-Betuwe. Het plan geeft richting om de openbare ruimte aan te laten sluiten op de strategische plannen en maatschappelijke behoeften.

 

Omgevingsvisie

 

De gemeente Neder-Betuwe is in 2018 gestart met het ontwikkelen van de omgevingsvisie. In deze omgevingsvisie worden de ambities en doelen voor de openbare ruimte voor de lange termijn vastgelegd. De omgevingsvisie is vormvrij: de gemeenteraad bepaalt het detailniveau, gebieden, sectoren en thema’s. Participatie en het belang dat de stakeholder bij een project heeft, hebben hierin een centrale plek. Via ansichtkaarten heeft de gemeente Neder-Betuwe haar inwoners om input gevraagd voor de totstandkoming van de visie. Inmiddels is begonnen met fase 2: het analyseren van de resultaten om uiteindelijk te komen tot de omgevingsvisie.

 

Landschapsontwikkelingsplan (LOP)

 

In het LOP (2009) is inzichtelijk gemaakt hoe de gemeente Neder-Betuwe de ontwikkeling van het landschap voor de komende tien jaar wil organiseren. De rapportage bestaat uit drie delen: de bevindingen, de visie en het uitvoeringsplan. In de afgelopen jaren is invulling gegeven aan de ambities uit dit plan. Hiervoor zijn verschillende objecten gerealiseerd in het landschap, waaronder meerdere klompenpaden en recreatieve wandel- en fietsroutes.

 

Het LOP heeft een aantal raakvlakken met dit integraal beheerkader. De thema’s en ambities die worden nagestreefd voor de openbare ruimte zijn ook van toepassing op het landschap. Delen II en III van het LOP worden geactualiseerd en de thema’s en doelen worden op elkaar afgestemd.

 

De fysieke objecten in het landschap, die zijn gerealiseerd in het kader van het LOP, zijn voor circa 90% niet in beheer en eigendom. Deze objecten staan hoofdzakelijk op gronden van derden en er liggen afspraken over het beheer en onderhoud. Vaak zijn hiervoor (landelijke) subsidies verworven of worden beperkte budgetten ingezet. Hoewel het LOP geen onderdeel is van dit integraal beheerkader zal bij de actualisatie van het LOP delen uit het integraal beheerkader worden geïntegreerd.

 

Thematisch en sectoraal beleid

 

Er is ook ander beleid gebruikt om verdere invulling te geven aan de assetsheets, thema’s en ambities. Dit beleid richt zich meer op de sectorale onderwerpen en opgaven. Een uitwerking hiervan is opgenomen in verschillende plannen:

 

  • Structuurvisie Neder-Betuwe 2018

  • Klimaatnota 2021-2025

  • Gemeentelijk rioleringsplan 2019-2023 (GRP)

  • Meerjaren vervangingsplan gemeentelijke essen en bomenbeleid

  • Uitvoeringsplan bomen 2019

  • Intergemeentelijke strategische visie laanbomencentrum Betuwe

De beleids- en beheerplannen die naar aanleiding van de vaststelling van dit integraal beheerplan komen te vervallen zijn:

 

  • Groenbeleidsplan 2017-2021

  • Beheerplan wegen 2018-2021

  • Beheerplan gladheidsbestrijding 2016-2021

  • Beheerplan kunstwerken 2019-2023

  • Beleids- en beheerplan openbare verlichting 2016-2020

3.3 Trends & ontwikkelingen voor gemeenten

De maatschappij verandert in een razend tempo, waarbij veel opgaven op gemeenten afkomen. Zo worden inwoners steeds ouder en vergrijst de bevolking, zijn er uitdagingen op het gebied van energie, duurzaamheid en klimaat en is de vraag naar ruimte voor wonen en groen groot.

 

In deze paragraaf wordt ingegaan op de ontwikkelingen waar gemeenten in het algemeen mee te maken hebben. Hoofdstuk 4 gaat specifiek in op de opgaven voor de gemeente Neder-Betuwe.

 

VNG: opgaven voor gemeenten

 

De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) heeft een aantal grote opgaven voor gemeenten op een rij gezet. Belangrijke ontwikkelingen voor de openbare ruimte betreffen klimaat, energie, herstructurering en bereikbaarheid. Voor het fysieke domein verwacht de VNG forse investeringen voor mobiliteit, woningbouw en water. Bij andere opgaven is juist aandacht voor gezondheid, financiën, participatie en maatschappelijke verandervraagstukken in het sociaal domein. Opgaven als gezondheid en klimaat kennen deels overlap en versterken elkaar.

 

Klimaat en duurzaamheid

 

Door extreme weersomstandigheden, toenemende hitte en hevige buien zijn waterveiligheid en hittestress belangrijke thema’s. Leefbare steden en dorpen waarin goed met water en klimaat wordt omgegaan; dat is waar gemeenten voortdurend aan werken. Veel gemeenten werken al actief aan het klimaatbestendig maken van de leefomgeving. Ze passen hun beleid aan en zetten in op vergroening en het tijdelijk opvangen en vasthouden van regenwater. Naar verwachting wordt medio 2021 de Regionale Adaptatiestrategie (RAS) voor het Rivierenland definitief vastgesteld. Het RAS is een strategie om vanaf 2020 klimaatadaptief te handelen en in 2050 klimaatadaptief ingericht te zijn. Aan deze RAS wordt een samenwerkingsagenda voor de uitvoering gekoppeld, waaruit later ook een lokale strategie volgt.

 

Bomen zijn in het bijzonder belangrijk voor een klimaatbestendige en gezonde leefomgeving. In februari 2019 is i-Tree gelanceerd in Nederland; een model waarmee baten van bomen in cijfers en geld uitgedrukt kunnen worden. Deze baten komen voort uit de ecosysteemdiensten die bomen leveren, zoals hemelwaterregulering, CO2-opname, afvang van vervuilende stoffen en verkoelende werking. Hiermee helpt het programma beleidsmakers en boombeheerders de bijdrage van bomen in klimaatvraagstukken te verkennen en onderbouwen.

 

Gemeenten en bedrijven werken samen aan een duurzame circulaire economie. Hergebruik van materialen en het toepassen van vrijkomende (organische) bouwstoffen zijn daarin belangrijk.

 

De uitvoering van een duurzaam inkoop- en aanbestedingsbeleid vormt een krachtig instrument om doelstellingen te realiseren, kosten te besparen en waarde over een langere termijn te vergroten. Voorbeelden hiervan zijn een meer duurzame verwerking van groenafval bij onderhoud en het gebruik van schone vervoersmiddelen.

 

Energietransitie

 

Nederland heeft zich geconformeerd aan het Klimaatakkoord en staat voor een energietransitie waarbij nieuwe, herbruikbare energiebronnen gewonnen moeten worden. Hiervoor stellen gemeenten warmteplannen op en maken ze keuzes hoe de energietransitie ingevuld wordt.

 

Voor het beheer van de openbare ruimte is het belangrijk aan te sluiten bij de energietransitie en planningen daarop af te stemmen. Door een goede afstemming vinden er synergievoordelen plaats, worden kosten bespaard en wordt de overlast voor inwoners en bedrijven beperkt.

 

De grootschalige opwek van zon- en windenergie is een belangrijk onderdeel van het Klimaatakkoord. Om de afspraken uit het Klimaatakkoord te halen moeten er veel meer windmolens en zonneparken bij. In de komende jaren worden in heel Nederland per regio Regionale Energiestrategieën (RES) opgesteld. Hierin staat beschreven hoeveel zon- en windenergie de regio kan realiseren en welke plekken hiervoor geschikt zijn. Alle gemeenten in Nederland dienen hier een bijdrage aan te leveren.

 

Vervangingsopgave

 

Komende decennia staat voor veel gemeenten een forse vervangingsopgave van de openbare ruimte te wachten. Een groot deel van de openbare ruimte is rond de jaren 60 van de vorige eeuw aangelegd en nadert het einde van de (technische) levensduur.

 

Wanneer de kapitaalgoederen in de openbare ruimte in een relatief korte periode worden vervangen, stijgen de maatschappelijke kosten onevenredig. Dit is een ongewenste situatie. Het is daarom belangrijk om in beeld te brengen hoe de vervanging het beste gerealiseerd kan worden, zonder dat de maatschappelijke kosten sterk stijgen.

 

De vervangingsopgave biedt kansen om de openbare ruimte toekomstbestendig te maken. Dit kan bijvoorbeeld door bij onderhoud en vervanging rekening te houden met bewonerswensen en synergievoordelen te creëren bij thema’s als klimaatadaptatie, energietransitie en mobiliteitsvraagstukken.

4 Thema’s en ambities

4.1 Werkwijze

Uit de algemene beleidskaders van de gemeente Neder-Betuwe komen acht richtinggevende thema’s voort. Deze thema’s vormen het uitgangspunt voor de ambities voor het beheer en inrichting van de openbare ruimte. Het thema veiligheid en gezondheid is in dit hoofdstuk opgesplitst in twee aparte productbladen.

  • Identiteit

  • Bruikbaarheid

  • Uitstraling

  • Klimaatadaptatie en duurzaamheid

De thema’s dragen bij aan het realiseren van de bestuurlijke en maatschappelijke doelen en vertellen waarom bepaalde beheeractiviteiten worden uitgevoerd. Om dit handen en voeten te geven worden in dit hoofdstuk een drietal vragen beantwoord:

  • Wat willen we bereiken?

  • Hoe denken inwoners erover?

  • Wat zijn de uitgangspunten voor beheer en inrichting?

In integrale werksessies met het projectteam is gesproken over de thema’s en ambities om te komen tot breed gedragen beleid. In een prioriteitenspel hebben alle deelnemers keuzes moeten maken voor wat betreft urgentie en belangrijkheid van taken voor nu en straks. De uitkomsten hiervan worden in hoofdstuk 5 nader toegelicht en uitgewerkt in een beheerstrategie. Daarin zijn alle meningen en behoeften zoveel mogelijk meegenomen. De gemeenteraad stelt het integraal beheerkader vast en ziet toe op de uitvoering van het beleid.

 

4.2 Identiteit

Wat willen we bereiken?

 

Hoe denken inwoners erover?

 

Inwoners hechten veel waarde aan het dorpse, open en landelijke karakter. De mensen geven aan te genieten van de rust en de omgeving. In de inwonersenquête laat 89% van de respondenten weten het thema identiteit heel belangrijk tot belangrijk te vinden. Van de respondenten geeft 64% aan iets te willen veranderen, voor 36% van de respondenten hoeft dit niet.

 

Wat zijn de uitgangspunten voor beheer en inrichting?

 

  • De karakteristieke, groene en landelijke uitstraling van het Betuwse rivierenlandschap als identiteitsdrager blijft behouden.

  • Historisch waardevolle elementen zoals boomgaarden, waterlopen, monumenten en dorpslinten worden teruggebracht, behouden en versterkt.

  • De opbouw en uitstraling van de dorpen wordt in stand gehouden. Nieuwe ontwikkelingen worden doorgevoerd met een knipoog naar het verleden.

  • Materialen, formaten en (straat)-profielen die van oudsher in de dorpen voorkomen worden gebruikt bij het onderhoud en vervanging. Ook moderne materialen en innovaties kunnen verwijzen naar de historie van een dorp of gebied.

  • De fruit- en laanbomensector is herkenbaar in het straatbeeld. De gemeente Neder-Betuwe is hét laanbomencentrum van Europa en is aantrekkelijk voor recreanten en toeristen.

4.3 Bruikbaarheid

Wat willen we bereiken?

 

Hoe denken inwoners erover?

 

Inwoners laten weten dat de openbare ruimte voor iedereen toegankelijk dient te zijn en het combineren van functies gestimuleerd moet worden. Uit de inwonersenquête blijkt dat 93% van de respondenten bruikbaarheid een heel belangrijk tot belangrijk thema vindt. Van de respondenten geeft 69% aan dat er ruimte is voor veranderingen, 31% vindt dit niet nodig.

 

Wat zijn de uitgangspunten voor beheer en inrichting?

 

  • De openbare ruimte wordt multifunctioneel ingericht. We hanteren hiervoor het uitgangsprincipe van dubbel ruimtegebruik. Dit betekent dat eenzelfde grond- of wateroppervlak voor meerdere doeleinden gebruikt kan worden.

  • De openbare ruimte is van en voor iedereen: jong en oud, man en vrouw, natuurliefhebber en sporter. Er is voldoende variatie qua inrichting en gebruiksmogelijkheden.

  • Dorpen kennen hun eigen accentverschillen die behouden en versterkt worden. Per functiegebied zijn er specifieke vormen van gebruik:

Bedrijventerreinen: brede wegen en functionele inrichting, structurerend groen dat zorgt voor samenhang plus uitstraling en wadi’s (beplante greppels met een doorlaatbare bodem) voor buffering en infiltratie van regenwater. In warme periodes zijn bedrijventerreinen de heetste gebieden. Daarom zoeken we de samenwerking op met ondernemers om hier passende maatregelen te treffen.

 

Op en rond schoolpleinen en kinderrijke woonwijken: veel groen, overzichtelijk, veilige oversteken, speeltoestellen maar ook informeel spelen en sportvoorzieningen.

 

Winkelcentra: hoogwaardige uitstraling, voldoende parkeergelegenheden voor bezoekers met de auto of fiets, voldoende zitgelegenheden en afvalbakken.

 

  • Inspelen op nieuwe vormen van gebruik door de inrichting van de openbare ruimte:

Levensloopbestendige openbare ruimte: de openbare ruimte beter inrichten voor ouderen en minder validen: ontmoetingsplekken, voldoende zitplekken, comfortabele wandelpaden, veilige oversteken etc.

 

Natuurlijk en avontuurlijk spelen: naast de (traditionele) speelplekken komt het accent te liggen op speelaanleidingen en natuurlijk spelen.

 

Meer sporten in de openbare ruimte: buitensporten, hardlopen, fietsen, wandelen en openbare fitnesstoestellen.

 

4.4 Uitstraling

Wat willen we bereiken?

 

Hoe denken inwoners erover?

 

De uitstraling van de gemeente Neder-Betuwe wordt breed gewaardeerd door de inwoners. Uitstraling bevordert de herkenbaarheid, de sfeer en het karakter van de openbare ruimte en daarmee de leefbaarheid. In de inwonersenquête laat 97% van de respondenten weten het thema uitstraling als heel belangrijk tot belangrijk te ervaren. Op het gebied van schoon, heel en veilig moeten de centrumgebieden er het meest verzorgd bijliggen. Gevolgd door de woongebieden, buitengebieden en bedrijventerreinen. Van de respondenten geeft 72% aan iets te willen veranderen op het gebied van uitstraling, 28% deelt die mening niet.

 

Wat zijn de uitgangspunten voor beheer en inrichting?

  • De uitstraling van een bepaald gebied wordt afgestemd op het gebruik en de identiteit van de directe omgeving.

  • Het openbaar groen bepaalt voor een deel de uitstraling van de verschillende wijken. In de openbare ruimte zijn veel fleurige en kleurige plekken die goed zijn voor mens en dier. Dit verdient de voorkeur boven een strakke en zakelijke uitstraling.

  • De openbare ruimte wordt voor technisch beheer op één onderhoudsniveau (niveau Basis) beheerd.

  • Voor verzorgend beheer gelden meer onderhoudsniveaus: een niveau Hoog (A) voor de centrumgebieden, een niveau Basis (B) voor de komgebieden en in het buitengebied de wegen op een niveau Basis (B) en het groen op een niveau Laag (C). De onderhoudsniveaus sluiten aan bij de resultaten uit de enquête en wat inwoners daarin belangrijk vinden. In de assetsheets is per asset de kwaliteit terug te vinden.

4.5 Klimaatadaptatie en duurzaamheid

Wat willen we bereiken?

 

Hoe denken inwoners erover?

 

De inwoners geven aan dat de aanpak rond klimaatadaptatie en duurzaamheid redelijk onbekend

 

blijft, terwijl er wel veel gebeurt. Werken aan bewustwording kan hieraan bijdragen. In de inwonersenquête geeft 90% van de respondenten aan klimaatadaptatie en duurzaamheid heel belangrijk tot belangrijk te vinden. Respondenten geven aan het probleem van klimaatverandering en een beter milieu te onderstrepen en steen in te willen ruilen voor groen. Als er wordt gevraagd te kiezen tussen de auto en verharding of groen en water, kiest 75% voor het laatste. Van de respondenten geeft 61% aan iets te willen veranderen.

 

Wat zijn de uitgangspunten voor beheer en inrichting?

  • De gemeente Neder-Betuwe stelt klimaatadaptatie als belangrijke randvoorwaarde bij het onderhoud en vervanging van de openbare ruimte (zie de menukaart met klimaatadaptieve maatregelen die hiervoor is opgesteld).

  • De openbare ruimte wordt gereed gemaakt voor de gevolgen van klimaatverandering. Bij elke ruimtelijke ontwikkeling worden de mogelijkheden voor klimaatadaptatie afgewogen. Zowel vanuit gemeentelijk perspectief voor de openbare ruimte, als voor particulieren en private partijen.

  • De gemeente Neder-Betuwe integreert functies in de openbare ruimte met voorzieningen voor klimaatadaptatie. Zo kan een goed ingerichte wadi eveneens waterbergen en daarnaast fungeren als speelplek voor kinderen. Hierbij wordt gezocht naar mogelijkheden en kansen.

  • Er is voldoende ruimte voor waterberging en waterafvoer door het aanleggen van extra droogvallende waterbergingen en verruiming van waterpartijen.

  • Waterberging en buffering van (hemel)water moet zichtbaar zijn in de openbare ruimte en samengaan met het versterken van de landelijke karakteristiek. De voorzieningen zijn bij voorkeur zichtbaar en bovengronds. Deze zijn robuuster van aard en dragen mede bij aan het bewustzijn van de inwoners.

  • Groen draagt bij aan een aantrekkelijk en gezond leefklimaat. Hitte wordt teruggedrongen door de openbare ruimte te vergroenen, schaduwplekken te creëren en door samen op te trekken met stakeholders (onder meer op bedrijventerreinen).

  • In de werkprocessen is ruim aandacht voor klimaatadaptatie en worden veel maatregelen standaard toegepast. Er wordt integraal gewerkt om zo ‘werk met werk’ te maken.

  • Materialen kennen een lange levensduur en zijn zoveel mogelijk recyclebaar zonder waardevermindering.

  • In het inkoopbeleid van de gemeente zijn circulaire doelen en uitgangspunten omtrent duurzaamheid opgenomen, zoals emissievrij transport, circulaire afvalverwerking en het gebruik van elektrische voertuigen of voertuigen op alternatieve brandstoffen.

  • Het areaal aan openbare verlichting wordt binnen vijf jaar voorzien van ledverlichting en mogelijkheid tot dimmen.

  • De gemeente Neder-Betuwe creëert meer bewustzijn, stimuleert klimaatadaptief gedrag en stelt inwoners in staat om daadwerkelijk ander gedrag te laten zien. Initiatieven die bijdragen aan het klimaatbestendig maken van de leefomgeving worden ondersteund.

4.6 Biodiversiteit

Wat willen we bereiken?

 

Hoe denken inwoners erover?

 

De inwoners willen vergroenen en de biodiversiteit beschermen en versterken. Uit de enquête blijkt dat een groot deel van de mensen vindt dat het groenonderhoud beter kan en dat er op bepaalde plekken best meer groen mag staan. Andere inwoners zijn juist wel weer tevreden met de huidige situatie. In de inwonersenquête laat 93% van de respondenten weten het thema biodiversiteit als heel belangrijk tot belangrijk te ervaren. Van de respondenten wil 69% iets veranderen op het gebied van dit thema.

 

Wat zijn de uitgangspunten voor beheer en inrichting?

  • Op aangewezen plekken worden bomen aangeplant die passen bij het karakter van de gemeente Neder-Betuwe, zoals fruit- en laanbomen. Het onderhoud van de fruitbomen wordt uitgevoerd door inwoners en vrijwilligers.

  • Het aanbod van groen is kleurrijk en gevarieerd. Verschillende (inheemse) bomen, planten en grassen wisselen elkaar af. De blik is gericht op het stimuleren van meer drachtplanten.

  • Het bomenbestand is weerbaar tegen ziekten en plaagsoorten en verleid natuurlijke vijanden om in het gebied te blijven. De sortimentskeuze en het type onderhoud moeten hieraan bijdragen en problemen zoveel mogelijk oplossen (zoals de eikenprocessierups).

  • Er is voldoende natuurlijk groen aanwezig met mogelijkheid tot beleving van flora en fauna. De natuur staat hier voorop, mensen zijn te gast!

  • Voor het bestrijden van onkruid wordt gebruik gemaakt van chemievrije technieken en methoden.

  • Vrijkomend slootvuil wordt overal afgevoerd om verrijking en ophoging van bermen te voorkomen.

  • De gemeente Neder-Betuwe stimuleert initiatieven om (bedreigde) dier- en plantensoorten te beschermen en indien nodig opnieuw te introduceren. Een voorbeeld hiervan is de intentieovereenkomst ‘Bij Bewust Betuwe’. Samen met inwoners, bedrijven, stichtingen en organisaties wordt er actief gewerkt aan het beschermen en verhogen van de biodiversiteit.

4.7 Veiligheid

Wat willen we bereiken?

 

Hoe denken inwoners erover?

 

Veiligheid is hét belangrijkste thema volgens de respondenten. Mensen voelen zich prettiger en veiliger in een opgeknapte en schoongehouden omgeving. Een verloederde buurt met veel zwerfvuil, kapotte straatverlichting en verwaarloosd groen zorgt eerder voor een gevoel van onveiligheid. Bovendien blijft een verzorgde en hele omgeving langer schoon en onaangetast.

 

In de enquête laat 88% van de respondenten weten het thema veiligheid heel belangrijk tot belangrijk te vinden. Er wordt aandacht gevraagd voor kwetsbare groepen in het verkeer, zoals kinderen, fietsers, ouderen en mensen met een handicap. Van de respondenten geeft 54% aan iets te willen veranderen.

 

Wat zijn de uitgangspunten voor beheer en inrichting?

  • De openbare ruimte is schoon, heel en veilig en wordt op het afgesproken kwaliteitsniveau onderhouden. Verloedering door zwerfafval en onkruid wordt tegengegaan.

  • Er is voldoende verlichting rondom nacht- en avondroutes.

  • De routes zijn veilig, overzichtelijk en duidelijk herkenbaar voor iedereen. Er is extra aandacht voor de schoolomgeving en voor de doelgroep kinderen en ouderen.

  • Er wordt structureel en planmatig onderhoud uitgevoerd en geïnspecteerd om te voldoen aan de wettelijke zorgplicht en te zorgen voor een veilige openbare ruimte.

4.8 Gezondheid

Wat willen we bereiken?

 

Hoe denken inwoners erover?

 

Inwoners zijn van mening dat goed groenbeheer bijdraagt aan een betere lichamelijke en psychische gezondheid. Als de openbare ruimte van goede kwaliteit is, kan dit een positieve invloed hebben op de gezondheid. De grootste gezondheidswinst is in de openbare ruimte te behalen: de openbare ruimte is dan doel en middel tegelijk.

 

In de inwonersenquête zegt 95% van de respondenten een gezonde leefomgeving als heel belangrijk tot belangrijk te ervaren. Als respondenten wordt gevraagd te kiezen tussen een betere bereikbaarheid of een gezonde inrichting van de openbare ruimte, kiest 60% voor de gezonde inrichting. Van de respondenten geeft 57% aan iets te willen veranderen.

 

Wat zijn de uitgangspunten voor beheer en inrichting?

  • Groen nodigt uit tot sporten, bewegen en recreëren. Het helpt mensen om hun bewegingspatroon te veranderen en gezonder te gaan leven. De plannen sluiten aan op de sport- en beweegvisie 2019-2030. Daarin staat het stimuleren van bewegen centraal.

  • Voldoende groen verbetert de luchtkwaliteit, brengt verkoeling op warme dagen en zorgt ervoor dat we ons buiten prettig voelen. Met het softwareprogramma i-Tree worden de effecten van bomen op de omgeving meetbaar gemaakt.

  • De openbare ruimte bevat voldoende uitdagingen voor buitensporters. Hierbij wordt rekening gehouden met de verscheidenheid aan manieren waarop de openbare ruimte gebruikt wordt. Er wordt ingezet op een goede en duurzame sport- en beweeginfrastructuur.

  • Inwoners kunnen elkaar buiten ontmoeten en samenkomen. Er zijn voldoende ontmoetingsplekken en rustplaatsen voor senioren en mensen die slecht ter been zijn.

  • De openbare ruimte is schoon en hygiënisch. Met het transporteren van huishoudelijk afvalwater en het opruimen van zwerfafval wordt bewust omgegaan.

4.9 Mobiliteit en bereikbaarheid

Wat willen we bereiken?

 

Hoe denken inwoners erover?

 

De inwoners zijn tevreden over het wegennet en de bereikbaarheid. Een goede doorstroming is belangrijk om op een plek te blijven wonen. Naast de auto worden het belang van een veilig fiets- en wandelnetwerk en duidelijk parkeerbeleid benadrukt. In de inwonersenquête geeft 93% van de respondenten aan mobiliteit en bereikbaarheid een heel belangrijk tot belangrijk thema te vinden. Van de respondenten zegt 58% iets te willen veranderen, van 42% hoeft dit niet.

 

Wat zijn de uitgangspunten voor beheer en inrichting?

  • De openbare ruimte stimuleert en faciliteert het gebruik van schone en duurzame vervoersmiddelen, zoals de elektrische auto en fiets.

  • Mobiliteit en bereikbaarheid kent een gebiedsgerichte aanpak:

Op bedrijventerreinen liggen brede wegen en is de openbare ruimte functioneel ingericht.

 

In de winkelvoorzieningen/dorpscentra zijn voldoende auto- en fietsparkeerplaatsen.

 

Rondom verzorgingstehuizen en zorgcomplexen liggen brede en comfortabele trottoirs en zijn de wegen zoveel mogelijk vrij van paaltjes en andere obstakels.

  • De gemeente Neder-Betuwe heeft de verkeersveiligheid hoog in het vaandel staan en neemt maatregelen om deze te verbeteren (bijvoorbeeld door snelheidsremmende maatregelen). Ook is er extra aandacht voor een verkeersvriendelijke omgeving die zichzelf zo veel mogelijk handhaaft en het juiste verkeersgedrag stimuleert.

  • Bij onderhoud en vervanging wordt actief gekeken naar de mogelijkheid om meer ruimte te bieden aan voetgangers en fietsers.

4.10 Participatie en zelfbeheer

Wat willen we bereiken?

 

Hoe denken inwoners erover?

 

Inwoners willen meedenken over de eigen wijk en betrokken worden bij de planvorming.

 

Het animo om mee te werken aan zelfbeheer projecten is laag. De respondenten willen liever meedenken dan meedoen. Meerdere bewoners zien het als plicht van de gemeente Neder-Betuwe om te zorgen voor goed onderhoud. In de inwonersenquête laat 37% van de respondenten weten iets te willen veranderen. Dit toont aan dat de deelnemers redelijk tevreden zijn met de huidige gang van zaken.

 

Wat zijn de uitgangspunten voor beheer en inrichting?

  • De inwoners worden vroegtijdig en actief betrokken bij de planvorming en uitvoering.

  • De gemeente Neder-Betuwe communiceert en informeert inwoners duidelijk over welke werkzaamheden worden verricht in de openbare ruimte, bijvoorbeeld via de BouwApp.

  • De mate waarin inwoners worden betrokken of geïnformeerd is afhankelijk van het type werk dat wordt uitgevoerd. Hierbij wordt volgens de participatieladder gewerkt en verschillende participatievormen toegepast, zoals informeren, meedenken of meedoen. Er wordt in een vroegtijdig stadium transparant gecommuniceerd over de mogelijkheden.

  • Initiatieven vanuit inwoners worden gestimuleerd en gefaciliteerd door materiaal beschikbaar te stellen. Hierbij kan worden gedacht aan afvalprikkers, bezems en schoffels.

  • Wensen voor de inrichting worden op projectniveau opgehaald. In de eerste plaats worden de kaders bepaald door conceptschetsen uit te werken en inwoners om reactie te vragen (zie hiervoor ook het IVOR-stappenplan).

  • Bij klachten en meldingen van inwoners wordt er snel en adequaat gereageerd.

  • Bedrijven die opdrachten doen voor de gemeente Neder-Betuwe zetten zelfstandig in op social return door mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt bij het werkproces te betrekken.

5 Beheerstrategie

5.1 Focus en prioritering

Bij het beheer en onderhoud van de openbare ruimte is een strategie nodig waaraan de gemeente Neder-Betuwe zich committeert gedurende alle activiteiten die worden uitgevoerd. Zeker in de bestaande openbare ruimte kan het lastig zijn de ideale situatie ten aanzien van alle functies en thema’s te realiseren.

 

De openbare ruimte is beperkt, de gebruiksdruk is hoog, er worden breed en veelomvattende ambities nagestreefd en bezuinigingen zijn soms niet onvermijdelijk. Het lukt simpelweg niet om alles in één keer te bewerkstelligen. Daarom kiezen we voor een beheerstrategie die aansluit bij de thema’s die de gemeente Neder-Betuwe en haar inwoners belangrijk vinden.

 

Uit ervaring blijkt dat sommige thema’s op dit moment voldoende tot uiting komen en andere meer aandacht verdienen. In de inwonersenquête is aan de respondenten voorgelegd welk thema zij het meest belangrijk vinden. Daarin wordt veiligheid verreweg het meest genoemd.

 

Ook zeggen de respondenten veel waarde te hechten aan mobiliteit en bereikbaarheid, klimaatadaptatie en duurzaamheid en biodiversiteit.

 

In de onderstaande afbeelding is te zien hoe belangrijk het wordt gevonden dat de gemeente Neder-Betuwe aandacht besteed aan elk van deze thema’s.

 

In afbeelding 13 is weergegeven hoe de stand van zaken is voor de gemeente Neder-Betuwe op dit moment en welk gat daartussen te overbruggen is in de komende jaren. De scores zijn bepaald op basis van input uit verschillende ambtelijke werksessies. Uit de scores voor nu blijkt dat op het gebied van veiligheid en gezondheid en mobiliteit en bereikbaarheid mooie stappen worden gezet. Voor de thema’s klimaatadaptatie en duurzaamheid en biodiversiteit heeft de gemeente Neder-Betuwe nog voldoende uitdaging om zich via dit integraal beheerkader op te richten.

 

Met de resultaten uit de inwonersenquête en ambtelijke werksessies wordt bevestigd welke thema’s belangrijk zijn en waar in de komende beleidsperiode aan gewerkt moet worden. Voor de komende jaren zetten we in op de grote opgaven: klimaatadaptatie en duurzaamheid en biodiversiteit. Veiligheid en gezondheid en uitstraling blijven daarbij continu onder de aandacht. Deze thema’s zijn minstens zo belangrijk voor een prettige en leefbare openbare ruimte. Vanuit die focus en aan de hand van bovengenoemde thema’s wordt het vervolgtraject ingezet.

 

De basis voor gemaakte keuzes is gevormd door de uitkomsten van:

  • Een gedegen inventarisatie en analyse van relevante beleidsnotities en wetgeving;

  • De evaluatie van het vigerende beleid en de bestaande ontwikkelingen ten aanzien van het beheer en onderhoud van de openbare ruimte;

  • De resultaten van de inwonersenquête;

  • Gevoerd overleg met het projectteam en meerdere besprekingen met zowel ambtenaren als vakspecialisten van diverse afdelingen van de gemeente Neder-Betuwe.

5.2 Werkwijze

De gemeente Neder-Betuwe kiest voor een integrale en kwaliteitsgestuurde aanpak van het beheer. Dit betekent dat:

  • We als organisatie in ontwikkeling zijn en de lange termijn in het vizier hebben;

  • Op basis van de afgesproken beeldkwaliteit opgaven in beeld brengen;

  • Inrichting en beheer waar mogelijk laten aansluiten bij de lokale wensen en gebruikers;

  • Inrichting en beheer een bijdrage laten leveren aan de acht thema’s in dit integraal beheerkader. De komende periode met name gericht op klimaatadaptatie en duurzaamheid en biodiversiteit;

  • Voor alle assets dezelfde taal spreken om een juiste balans tussen prestaties, risico’s en kosten te vinden;

  • Ruimte voor maatwerk houden zodat voor elk type asset recht kan worden gedaan aan de specifieke behoeften en uitdagingen;

  • We beheren met gezond verstand, met oog voor ontwikkeling en samenwerking;

  • Integrale projecten borgen in het meerjarenplan, zowel onderhoud, vervanging als reconstructie. Die tevens controleerbaar en herleidbaar moeten zijn;

  • Afstemmen met andere belanghebbenden (sociaal domein, woningbouw, stakeholders etc.) en bijsturen waar nodig;

  • Steeds meer van kwaliteitsgestuurd beheer naar effectgestuurd beheer gaan, om met beheerkeuzes beter in te spelen op veranderende ambities en aanwezige opgaven, dit vraagt omslag in werkwijze, maar ook in cultuur en denkwijze;

  • Ontbrekende assets in 2022 toevoegen: verkeersvoorzieningen en begraafplaatsen;

  • En de basis verder uitbouwen (software, beheerdata, kwaliteitsinzichten etc.).

5.3 Uitvoering

De kern van het implementeren en bewaken van de uitvoering is het aantoonbaar en consequent afwegen van prestaties, risico’s en uitgaven in relatie tot de doelen van de organisatie. De PDCA-cyclus wordt hiervoor door de beheerders als hulpmiddel gebruikt (zie ook afbeelding 2).

 

Het beheer van de openbare ruimte wordt voor een deel uitgevoerd volgens de Dienstverleningsovereenkomst (DVO) met de Avri. In de DVO zijn kwaliteitsafspraken gemaakt over het uitvoeren van de taken in het kader van beheer en onderhoud. De adviserende en overkoepelende taken van de Avri bij de vier opdrachtgevende gemeenten, kunnen de gemeente Neder-Betuwe schaalvoordeel opleveren, bijvoorbeeld door regionaal boombeheer. De DVO wordt jaarlijks met de Avri geëvalueerd, aangevuld en voortgezet bij tevredenheid van beide partijen.

 

Door de korte lijnen weten medewerkers van de Avri en de gemeente Neder-Betuwe elkaar snel te vinden. Toch kunnen de gemeente Neder-Betuwe en de Avri door beter samen te werken en meer vertrouwen in elkaar te hebben, betere kwaliteit gaan maken en goedkoper gaan werken. Zo zijn er stappen te zetten in het aanscherpen van interne procedures en werkprocessen en zullen de taken geënt moeten worden op de doelen uit dit rapport. Doel van de samenwerking met de Avri is dat de gemeente Neder-Betuwe ontzorgd wordt en er door schaalvoordeel ook financieel voordeel te behalen is.

 

De gemeente Neder-Betuwe wil haar assets op natuurlijke momenten vervangen en waar dat kan zoveel mogelijk werk-met-werk maken. Hierbij zoekt het de samenwerking op met lokale aannemers en partijen. Zij kennen de omgeving, wonen dichtbij het werk en hebben extra belang bij een openbare ruimte die voldoet aan de gestelde ambities. Om het beheren en begroten van de werkzaamheden makkelijker te maken wordt de komende jaren verder ingezet op digitale middelen, een goed geïmplementeerd en bijgehouden beheersysteem en digitale kaarten.

 

6 Financiën

 

In dit hoofdstuk wordt inzicht gegeven in de financiën van het IBOR. Welke middelen zijn beschikbaar? Welke afwijkingen zijn er geconstateerd tussen benodigde en beschikbare middelen? En welke aandachtspunten zijn er voor vervolg?

 

6.1 Beschikbare middelen 2022 - 2025

Op de begroting voor 2022 en de meerjarenraming 2023 – 2025 zijn middelen beschikbaar om invulling te geven aan het IBOR. In totaal is in 2022 circa 5,64 miljoen euro beschikbaar.

 

In de begroting van 2022 is een aantal wijzigingen doorgevoerd ten opzichte van 2021. Wijzigingen van budgetten in 2022 hebben te maken met heroverwegingen, tussentijdse bestuursrapportages of de uniforme werkbegroting Avri (kadernota). Deze zijn allemaal verwerkt in onderstaande overzichten.

 

In onderstaande overzichten wordt onderscheid gemaakt tussen exploitatielasten (incl. dotaties aan de voorziening) en kapitaallasten (ten behoeve van investeringen). De verschillende programma’s en taakvelden zijn samengevoegd per asset. Op de assetsheets is per asset een gedetailleerd overzicht opgenomen van de financiën.

 

6.1.1 Exploitatie

Op de exploitatie zijn middelen beschikbaar om invulling te geven aan verzorgend en technisch onderhoud en jaarlijks terugkerende kosten.

 

Exploitatie 2022 2023 2024 2025

Totaal Wegen en verhardingen € 1.307.269 € 1.307.269 € 1.307.269 € 1.307.269

Totaal Civieltechnische kunstwerken € 55.000 € 55.000 € 55.000 € 55.000

Totaal Openbare Verlichting € 264.838 € 255.838 € 255.838 € 265.838

Totaal Afval en Schoon € 540.000 € 540.000 € 540.000 € 540.000

Totaal Riolering en Water € 946.097 € 922.890 € 1.053.770 € 1.068.782

Totaal Groen en bomen € 1.193.000 € 1.193.000 € 1.193.000 € 1.193.000

Totaal Spelen € 165.000 € 165.000 € 165.000 € 165.000

Totaal Meubilair en overige € 28.000 € 28.000 € 28.000 € 28.000

Totaal Verkeersvoorzieningen € 67.891 € 67.891 € 67.891 € 67.891

Totaal Begraafplaatsen € 216.805 € 216.805 € 216.805 € 216.805

Totaal exploitatie € 4.783.901 € 4.751.694 € 4.882.573 € 4.907.586

 

Voor het groot onderhoud van de Wegen/Civieltechnische kunstwerken (combi voorziening), Riolering, en Spelen maakt de gemeente Neder-Betuwe gebruik van een voorziening. Het verloop van deze voorzieningen is weergegeven in bijlage 3.

 

6.1.2 Kapitaallasten

In onderstaande overzicht zijn de geprognotiseerde kapitaallasten (t.b.v. investeringen) opgenomen. De gemeente heeft keuzevrijheid in het vaststellen van afschrijvingsbeleid, de gemeente Neder-Betuwe heeft het beleid vastgelegd in de Financiële verordening. Deze is als basis gebruikt voor berekening van de onderstaande kapitaallasten.

 

Kapitaallasten 2022 2023 2024 2025

Totaal Wegen en verhardingen € 157.129 € 156.054 € 154.978 € 169.502

Totaal Civieltechnische kunstwerken € - € - € - € -

Totaal Openbare Verlichting € 47.496 € 66.371 € 86.187 € 101.939

Totaal Afval en Schoon € - € - € - € -

Totaal Riolering en water € 646.753 € 657.662 € 662.894 € 667.751

Totaal Groen en bomen € 5.700 € 5.653 € 5.605 € 5.558

Totaal Spelen * * * *

Totaal Meubilair en overige € - € - € - € -

Totaal kapitaallasten € 857.079 € 885.738 € 909.664 € 944.750

* vervangingen van speeltoestellen vallen onder drempelbedrag investeringen en lopen via de voorziening Spelen

 

6.1.3 Totaal beschikbare middelen voor IBOR

De tabel laat het totaal aan beschikbare middelen voor het IBOR zien.

Kapitaallasten 2022 2023 2024 2025

Totaal exploitatie € 4.783.901 € 4.751.694 € 4.882.573 € 4.907.586

Totaal kapitaallasten € 857.079 € 885.738 € 909.664 € 944.750

Totaal beschikbare middelen € 5.640.980 € 5.637.432 € 5.792.237 € 5.852.336

 

6.2 Afwijkingen benodigde middelen versus beschikbare middelen

De in het beheerkader uitgewerkte thema’s en ambities zijn per asset uitgewerkt, hiermee is de budgetbehoefte voor de komende periode in beeld gekomen. Uitgangspunt bij het opstellen en implementeren van het IBOR is dat dit kostenneutraal of kostenefficiënter wordt ingevuld. Hierdoor kan mogelijk niet aan alle benoemde ambities en thema’s (volledig) invulling worden gegeven.

 

De volgende afwijkingen tussen benodigd en beschikbaar budget zijn in beeld gekomen;

 

  • In de jaren 2019 t/m 2021 is er € 450.000 vrijgemaakt om meer bermverharding aan te brengen om de verkeersveiligheid te vergroten. Dit budget is vanaf 2022 niet meer beschikbaar, ondanks dat het probleem nog niet overal volledig is opgelost. Dit zorgt voor een verhoogd risico voor de weggebruiker. Er volgt in 2022 een uitgewerkt voorstel om aanvullende bermverhardingen in beeld te brengen.

  • De kapitaallasten van de vervangingen van civieltechnische kunstwerken zijn nog niet in de meerjarenraming verwerkt, conform de huidige IBOR-kaders.

  • De kosten voor de baggeropgave van de gemeente Neder-Betuwe worden op dit moment in beeld gebracht. Er zijn nog geen middelen gereserveerd om invulling te geven aan deze opgave. In 2022 wordt de baggeropgave toegevoegd aan de assetsheet Riolering en Water en komt dit op de raadsagenda.

  • De onttrekking uit de bestemmingsreserve essentaksterfte bedraagt € 79.000 en loopt door tot en met 2022. Om na 2022 de essentaksterfte goed in beeld te krijgen, wordt er een nieuwe nulmeting uitgevoerd. Op basis van de uitkomsten moet blijken of er langer aanvullend budget nodig is. Mocht er aanvullend budget nodig zijn, dan volgt een uitgewerkt voorstel om invulling te geven aan de essentaksterfte problematiek.

  • Om de vervanging van groen en bomen te kunnen uitvoeren zijn structurele middelen noodzakelijk. Op meerdere plekken in de gemeente is het groen op, goed beheer is niet meer mogelijk. De juiste maatregel is het vervangen van het groen. In 2022 wordt de groenkwaliteit in beeld gebracht, hieruit volgt een uitgewerkt voorstel voor een vervangingsbudget groen. In het voorstel wordt ook ingegaan op de benodigde personele middelen om deze werkzaamheden vorm te geven. Dit investeringsbudget is nog niet opgenomen in de kapitaallastenberekening voor de komende periode.

  • De assets Verkeersvoorzieningen en Begraafplaatsen zijn nog niet nader uitgewerkt. Hierdoor is nog geen inzicht in de benodigde middelen versus de beschikbare middelen.

  • Voor investeringen wordt gewerkt met een investeringsprogramma/projectenplanning. Bepaalde projecten zijn uitgesteld naar 2025. Op basis van de beschikbare aanlegjaren komt er na 2025 een vervangingspiek in beeld, voor de bovengrondse openbare ruimte is de impact hiervan nog niet verwerkt in de meerjarenraming. In de komende periode wordt een Meerjaren Investeringsprogramma (MJIP) Openbare Ruimte opgesteld.

6.3 Aandachtspunten

Naast bovenstaande gedetailleerde afwijkingen is er een aantal aandachtpunten die de komende jaren financiële impact kunnen hebben:

  • In 2021 is een nieuwe weginspectie uitgevoerd. Verwachting is dat de maatregelen die hieruit volgen passen binnen de kaders en middelen van de voorziening (zie bijlage 3). Daadwerkelijke invulling komt in de loop van 2022 in beeld.

  • De gemeente Neder-Betuwe gaat de komende jaren verder met het implementeren van de IBOR thema’s en ambities. Er wordt altijd gezocht naar integrale samenwerking en synergievoordeel, maar in sommige gevallen is dit niet haalbaar/realiseerbaar.

  • De budgetten staan sinds een aantal jaar onder druk. Dit zorgt ervoor dat er binnen de bestaande budgetten weinig ruimte is om flexibel invulling te geven aan de thema’s en ambities.

  • Niet alle assets zijn volledig en actueel in beeld. De omvang en kwaliteit van het areaal kan afwijken van de huidige inzichten. Met name meubilair en overige is gebaseerd op inschattingen. De vervangingsvraag van hekwerken is niet opgenomen in de begroting.

Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van 9 december 2021

de griffier,

E. van der Neut

de voorzitter,

A.J. Kottelenberg

Naar boven