Gemeente Stadskanaal: Wijziging Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Stadskanaal 2008 (nr. Z-20-074256/D/21/226913)

 

De raad van de gemeente Stadskanaal;

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 26 november 2021, nr. Z-20-074256/D/21/226913;

 

gelet op artikel 149 van de Gemeentewet;

 

b e s l u i t :

 

de volgende wijziging van de Algemene Plaatselijke Verordening 2008 (APV) van de gemeente Stadskanaal vast te stellen.

 

 

 

Artikel I Wijziging van de verordening

A

Artikel 2.2.2, tweede lid, over kleine evenementen wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    In onderdeel a wordt “50 personen” vervangen door “150 personen”.

  • 2.

    Na onderdeel h wordt een onderdeel toegevoegd luidende: i. slechts kleine objecten worden geplaatst met een oppervlakte van minder dan 25 vierkante meter per object.

 

B

Hoofdstuk 2 Afdeling 3, paragraaf 1a wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    De titel van paragraaf 1a “Toezicht op paracommerciële rechtspersonen” wordt vervangen door “Regulering paracommerciële rechtspersonen en overige aangelegenheden uit de Alcoholwet”

Artikel 2.3.1a.1 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    “artikel 1 van de Drank- en Horecawet” wordt vervangen door “artikel 1 van de Alcoholwet”

Artikel 2.3.1.3b, tweede lid, wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    In onderdeel a wordt “Drank en horecawet” vervangen door “Alcoholwet”

Artikel 2.3.1.5a wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    “artikel 3 van de Drank- en Horecawet” wordt vervangen door “artikel 3 van de Alcoholwet”

Artikel 2.4.8, tweede lid, wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    In onderdeel a wordt “artikel 2.3.1.1, eerste lid” vervangen door “artikel 1 van de Alcoholwet”

  • 2.

    In onderdeel b wordt “artikel 35 van de Drank- en Horecawet” vervangen door “artikel 35 van de Alcoholwet”

Artikel 3.7, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    In onder i, onderdeel 1 wordt “Drank- en Horecawet” vervangen door “Alcoholwet”

 

C

In artikel 2.2.3 Ordeverstoring bij een evenement wordt een tweede, derde en vierde lid toegevoegd, luidende:

  • 1.

    Tweede lid: Het is verboden bij een evenement zichtbaar goederen te dragen, bij zich te hebben of te vervoeren die uiterlijke kenmerken hebben van een organisatie die bij rechterlijke uitspraak of bestuurlijk besluit verboden is verklaard of is ontbonden vanwege een doel of werkzaamheid in strijd met de openbare orde.

  • 2.

    Derde lid: Het verbod in het tweede lid geldt niet voor zover in het daarin geregelde onderwerp wordt voorzien door het Wetboek van Strafrecht.

  • 3.

    Vierde lid: Het is verboden bij evenementen lachgas als bedoeld in artikel 2:48 a lid 1 te gebruiken, voorbereidingen daartoe te verrichten, of al dan niet tegen betaling aan te bieden.

 

D

Na artikel 4.2.2, wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 4.2.4 Verbod oplaten ballonnen

  • 1.

    Onder “ballon” wordt verstaan: een licht omhulsel, van welk materiaal dan ook, gevuld met helium, hete lucht afkomstig van vuur, een brandstofelement of andere gassen.

  • 2.

    Het is verboden om ballonnen op te laten in de open lucht. Het is tevens verboden het oplaten van ballonnen in de open lucht te organiseren.

  • 3.

    Het verbod uit het eerste en tweede lid is niet van toepassing op:

    • a.

      vaartuigen als bedoeld in de Wet luchtvaart; en/of

    • b.

      ballonnen waarbij de richting en/of hoogte door menselijk ingrijpen wordt bepaald; en/of

    • c.

      ballonnen, die noodzakelijk zijn voor bijvoorbeeld meteorologische of andere wetenschappelijke waarnemingen.

 

E

Na artikel 2.4.7 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 2.4.7a Verbod op zichtbare uitingen van verboden organisaties

  • 1.

    Het is verboden op openbare plaatsen of in voor het publiek openstaande gebouwen en daarbij behorende erven zichtbaar goederen te dragen, bij zich te hebben of te vervoeren die uiterlijke kenmerken vertonen - of daarmee sterke gelijkenis hebben - van een organisatie die bij rechterlijke uitspraak of bestuurlijk besluit verboden is verklaard of is ontbonden vanwege een werkzaamheid of doel in strijd met de openbare orde.

  • 2.

    Het verbod geldt niet voor zover in het daarin geregelde onderwerp wordt voorzien door het Wetboek van Strafrecht.

 

F

Artikel 2.7.1a wordt als volgt gewijzigd:

Artikel 2.7.1a Openlijk drugsgebruik

Het is verboden op of aan de weg, op een andere openbare plaats of in een voor publiek toegankelijk gebouw middelen als bedoeld in de artikelen 2 of 3 van de Opiumwet of daarop gelijkende waar te gebruiken, toe te dienen, dan wel voorbereidingen daartoe te verrichten of ten behoeve van dat gebruik voorwerpen of stoffen voorhanden te hebben.

 

G.

Na artikel 2.7.1.a worden artikelen 2.7.2 en 2.7.3 ingevoegd, luidende:

Artikel 2.7.2. Verboden gebruik lachgas

Het is verboden op een openbare plaats, op openbaar water of in een voor publiek openstaande gebouwen lachgas of daarop gelijkende waar met een ballon of enig ander hulpmiddel te gebruiken, toe te dienen, of ten behoeve van dat gebruik voorwerpen of stoffen voorhanden te hebben indien hinder ontstaat voor personen of de openbare orde, de openbare veiligheid, de volksgezondheid of het milieu in gevaar komt.

Artikel 2.7.3 Handel in lachgas

Het is verboden zich op een openbare plaats op te houden met het kennelijke doel om lachgas aan te bieden en al dan niet tegen betaling, te leveren aan het publiek, of daarbij behulpzaam te zijn.

 

H

Na artikel 4.2.4 word een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 4.2.5 Hinderlijke rookgassen

  • 1.

    Het is verboden om hinderlijke rookgassen te verspreiden in de open lucht op een sportterrein of het terrein van een speeltuin of in de open lucht van een openbare plaats die op minder dan 5 meter afstand is gelegen van het sportterrein of speeltuin.

  • 2.

    Dit verbod is niet van toepassing op gevallen waarin de Tabaks- en rookwarenwet voorziet.

 

I

Artikel 6.1, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    Eerste lid: Overtreding van het bij of krachtens de volgende artikelen bepaalde en de op grond van artikel 1:4 daarbij gegeven voorschriften en beperkingen wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste drie maanden of geldboete van de tweede categorie: artikelen 2.1.1.1, 2.1.1.2, 2.1.1.4, 2.1.2.2, 2.1.5.2, 2.1.5.3, 2.2.2, 2.2.3, 2.3.1.2, 2.3.1.3a, 2.3.1.3b, 2.3.1.5, 2.3.1.5a, 2.3.1.6, 2.3.1.7, 2.3.1a.2, 2.3.1a.3, 2.3.2.2, 2.4.1, 2.4.2, 2.4.4, 2.4.7a, 2.4.19, 2.4.20, 2.4.22, 2.5.2, 2.5.3, 2.5.5, 2.6.3, 2.6.3a, 2.7.1, 2.7.1a, 2.7.2, 2.7.3, 2.8.1, 2.9.1, 3.3, 3.10, 3.12, 3.13, 3.14, 3.17, 3.18, 3.21, 3.22, 4.1.3, 4.1.4, 4.1.4a, 4.1.5, 4.2.4, 4.3.2, 4.5.2, 5.1.9, 5.1.10, 5.2.11a.

 

In artikel 6.1 wordt na het eerste lid een tweede lid toegevoegd:

  • 2.

    Tweede lid: Overtreding van het bij of krachtens de volgende artikelen bepaalde en de op grond van artikel 1:4 daarbij gegeven voorschriften en beperkingen wordt gestraft met een geldboete van de eerste categorie: artikelen 2.1.5.1, 2.1.6.3, 2.4.7, 2.4.8, 2.4.9, 2.4.10, 2.4.11, 2.4.13, 2.4.17, 2.4.18, 2.4.25, 4.1.5a, 4.2.2, 4.3.8, 4.4.1, 4.4.2, 5.1.2, 5.1.3, 5.1.4, 5.1.5, 5.1.6, 5.1.7, 5.1.8, 5.2.1, 5.2.2.2, 5.2.3.2, 5.2.3.3, 5.2.4, 5.3.1, 5.3.2, 5.3.4, 5.3.5, 5.4.2, 5.4.2a, 5.4.2b, 5.5.1, 5.6.2, 5.6.3.

In artikel 6.1 wordt het tweede lid verplaatst naar het derde lid:

  • 3.

    Derde lid: In afwijking van het eerste en tweede lid is artikel 1a van de Wet op de economische delicten van toepassing op overtreding van het bepaalde bij of krachtens de artikelen 2.1.5.1, vierde lid, 2.1.5.2, tweede lid en 4.3.2, eerste lid van deze verordening.

 

Artikel II Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking op de dag na die waarop het is bekend gemaakt.

 

 

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 13 december 2021.

De raad

de heer K. Willems

raadsgriffier

Naar boven