Beheersverordening begraafplaats Duinrust gemeente Beverwijk 2022

De raad van de gemeente Beverwijk,

 

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders

d.d. 06 oktober 2021, nummer INT-20-59909;

 

gehoord de Raadscommissie;

 

gelet op ar artikel 149 van de Gemeentewet, en atikel 33 van de Wet op de lijkbezorging;

 

besluit:

 

vast te stellen de volgende verordening:

 

Beheersverordening begraafplaats Duinrust gemeente Beverwijk 2022

 

HOOFDSTUK 1 INLEIDENDE BEPALINGEN

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

 

begraafplaats:

de algemene begraafplaats “Duinrust” te Beverwijk;

particulier graf:

een graf, grafkelder daaronder begrepen, waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:

  • -

    het doen begraven en begraven houden van lijken;

  • -

    het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

  • -

    het doen verstrooien van as;

algemeen graf:

een graf bij de gemeente in beheer waarin aan een ieder gelegenheid wordt geboden tot het doen begraven van lijken;

particulier urnengraf:

een graf, waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:

  • -

    het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

  • -

    het doen verstrooien van as;

particuliere urnennis:

een nis waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

particulier wandgraf:

een bovengronds graf in een daarvoor bestemde wand op de begraafplaats, in beheer bij de gemeente, waarvoor aan een natuurlijk- of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot het begraven van één lijk;

bosgraf:

een graf waarin twee personen naast elkaar worden begraven in een natuurlijke omgeving;

bosgraf in bloemenweide:

een graf waarin twee personen boven elkaar worden begraven in de bloemenweide;

bosurnengraf:

een graf waarin een biologisch afbreekbare urn of as zonder urn rechtstreeks in de grond wordt begraven. De as wordt teruggeven aan de natuur;

grafkelder:

een betonnen of gemetselde constructie waarin één of meerdere lijken worden begraven of asbussen worden bijgezet; grafkelders kunnen onderdeel zijn van een muur of wand;

urn:

een voorwerp ter berging van één of meer asbussen;

asbus:

een bus ter berging van as van een overledene;

verstrooiingsplaats:

een plaats waarop as wordt verstrooid;

grafbedekking:

gedenkteken en/of grafbeplanting op een graf of gedenkplaats;

gedenkplaats:

een plaats ingericht om overledenen te gedenken;

foetusgraf:

een graf voor het begraven van foetussen tot 24 weken;

kindergraf:

een graf voor het begraven van kinderen tot 12 jaar;

gedenkteken:

voorwerp op het graf voor het aanbrengen van opschriften of figuren, daaronder begrepen kettingen en hekwerken;

sluitplaat:

standaard sluitplaat voor particuliere urnennis;

grafbeplanting:

winterharde beplanting welke door de rechthebbende op een graf wordt aangebracht;

beheerder:

de ambtenaar die belast is met de dagelijkse leiding van de begraafplaats of degene die hem vervangt;

rechthebbende:

natuurlijk persoon of rechtspersoon aan wie een uitsluitend recht is verleend op een particulier graf

belanghebbende:

natuurlijk persoon of rechtspersoon aan wie een recht tot gebruik van een ruimte in een algemeen graf is verleend, dan wel degene die redelijkerwijs geacht kan worden in diens plaats te zijn getreden

 

Artikel 2 Uitbreiding begrippen particulier en algemeen graf

  • 1.

    Voor de toepassing van het bij of krachtens deze verordening bepaalde wordt, voor zover van belang onder 'particulier graf' mede verstaan: particulier urnengraf, particuliere urnennis, particulier wandgraf, particulier bosgraf, particulier bosgraf in bloemenweide, particulier bosurnengraf, particuliere verstrooiingsplaats en particuliere gedenkplaats.

  • 2.

    Voor de toepassing van het bij of krachtens deze verordening bepaalde wordt, voor zover van belang onder 'algemeen graf' mede verstaan: algemene verstrooiingsplaats.

HOOFDSTUK 2 OPENSTELLING, ORDE EN RUST OP DE BEGRAAFPLAATS

Artikel 3 Openstellingstijden begraafplaats

  • 1.

    De tijden gedurende welke de begraafplaats voor het publiek zal zijn opengesteld zijn vastgelegd in de nadere regels begraafplaats Duinrust gemeente Beverwijk 2022;

  • 2.

    Ter handhaving van de orde en rust op de begraafplaats kunnen de toegangen tijdelijk worden gesloten.

  • 3.

    Het is verboden gedurende de tijd dat de begraafplaats niet voor het publiek geopend is, zich daarop te bevinden, anders dan voor het bijwonen van een begrafenis of de bezorging van as.

Artikel 4 Ordemaatregelen

  • 1.

    Het is aan steenhouwers, hoveniers en daarmede gelijk te stellen personen verboden, anders dan met toestemming van burgemeester en wethouders, werkzaamheden voor derden aan grafbedekkingen op de begraafplaats te verrichten.

  • 2.

    Het is verboden met motorrijtuigen op de begraafplaats te rijden:

    • a.

      elders dan op de daartoe aangewezen rijwegen anders dan voor een begrafenis of voor het vervoeren van materialen;

    • b.

      sneller dan 10 km per uur;

  • 3.

    Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het verbod, bedoeld in de aanhef en onder a van lid 2.

  • 4.

    Het is verboden;

    • -

      met (brom)fietsen of andere motorrijwielen op de begraafplaats te rijden of deze met zich mee te voeren;honden of andere dieren onaangelijnd mee te nemen;

    • -

      op de graven te lopen of te zitten en gereedschappen of andere niet tot de graven behorende voorwerpen neer te leggen;

    • -

      de begraafplaats te verontreinigen;

    • -

      zonder toestemming of opdracht van nabestaanden een uitvaart te fotograferen, te filmen of anderszins te registreren;

    • -

      as te verstrooien of andere vormen van lijkbezorging te bezigen anders dan na toestemming van burgemeester en wethouders.

  • 5.

    Bezoekers, personeel van uitvaartondernemingen en personen die werkzaamheden op de begraafplaats hebben te verrichten, zijn verplicht zich in het belang van de orde, rust en netheid te houden aan de aanwijzingen van de beheerder.

  • 6.

    Degenen die zich niet aan de in het vijfde lid bedoelde aanwijzing houden, moeten zich op eerste aanzegging van de beheerder van de begraafplaats verwijderen.

Artikel 5 Plechtigheden

  • 1.

    Dodenherdenkingen, onthullingen van gedenktekens en dergelijke plechtigheden op de begraafplaats moeten vijf dagen tevoren worden gemeld aan de beheerder onder opgave van datum en uur van de plechtigheid en de wijze waarop de plechtigheid zal plaatsvinden.

  • 2.

    De deelnemers aan de plechtigheid, bedoeld in het eerste lid moeten zich in het belang van de orde, rust en netheid houden aan de aanwijzingen van de beheerder.

Artikel 6 Opgravingen en ruimen

Het opgraven van lijken en het ruimen van graven is slechts toegestaan indien daarbij geen andere personen aanwezig zijn dan degenen die met deze werkzaamheden zijn belast.

HOOFDSTUK 3 VOORSCHRIFTEN VOOR LIJKBEZORGING

Artikel 7 Kennisgeving begraven en asbezorging, openen en sluiten van het graf

  • 1.

    Degene, die wil doen begraven, as wil doen bijzetten of as wil doen verstrooien, geeft daarvan uiterlijk om 09.00 uur van de werkdag voorafgaande aan die waarop de begraving, bijzetting of verstrooiing zal plaatsvinden, schriftelijk kennis aan de beheerder. De zaterdag geldt voor de toepassing van deze bepaling niet als werkdag. Indien de burgemeester toestemming heeft gegeven om het lijk binnen 36 uur na het overlijden te begraven moet de kennisgeving aan de beheerder zo tijdig mogelijk worden gedaan.

  • 2.

    Het lijk, dan wel het omhulsel en de asbus of urn moeten zijn voorzien van een duurzaam identiteitskenmerk. De gegevens van het kenmerk moeten overeenstemmen met de administratie van de begraafplaats.

  • 3.

    Het openen van een graf ter begraving of voor het bezorgen van as, en het daarna sluiten van een graf, alsmede het bedienen van de hulpmiddelen mag uitsluitend geschieden door het personeel van de begraafplaats op aanwijzingen en onder toezicht van de beheerder. De nabestaanden kunnen deze werkzaamheden onder toezicht van de beheerder geheel of gedeeltelijk zelf verrichten indien zij hun wens daartoe uiterlijk om 09.00 uur van de voorafgaande werkdag mondeling of schriftelijk aan de beheerder hebben kenbaar gemaakt. De zaterdag geldt voor de toepassing van deze bepaling niet als werkdag. Zij dienen bij deze werkzaamheden de aanwijzingen van de beheerder op te volgen.

Artikel 8 Gebouwen en muziekinstallatie

  • 1.

    Het gebruik van de ontvangstruimten, de aula, de buitenaula, alsmede van de muziekinstallatie moet uiterlijk om 09.00 uur van de werkdag voorafgaande aan de dag waarop van de ruimte of de aula gebruik zal worden gemaakt, worden aangevraagd bij de beheerder.

  • 2.

    Muziek dient uiterlijk om 09.00 uur van de werkdag voorafgaande aan de dag van de begrafenis of crematieplechtigheid in het bezit van de beheerder te zijn.

  • 3.

    Beeldmateriaal dient uiterlijk 48 uur vooraf aan de dag van de begrafenis of crematieplechtigheid in het bezit van de beheerder te zijn.

  • 4.

    De ruimten en de muziekinstallatie staan voor iedere plechtigheid gedurende een per keer vooraf te bepalen tijdsduur ter beschikking van de aanvrager.

Artikel 9 Over te leggen stukken

  • 1.

    Begraving mag slechts geschieden indien van tevoren het verlof tot begraven of de bezorging van as is overgelegd aan de beheerder.

  • 2.

    Indien de begraving of de bezorging van as in een particulier graf zal plaatsvinden, dient een machtiging daartoe aan de beheerder te worden overgelegd ondertekend door de rechthebbende of, indien deze is overleden, door degene die in de uitvaart voorziet.

  • 3.

    Begraving of bijzetting in een particulier graf waarvan de uitgiftetermijn binnen de wettelijke minimum grafrusttermijn afloopt, kan alleen plaatsvinden onder gelijktijdige verlenging van de uitgiftetermijn met een zodanige periode dat de alsdan resterende uitgiftetermijn ten minste gelijk is aan de wettelijke minimum grafrusttermijn. De verlenging dient te worden aangevraagd door de rechthebbende of, indien deze is overleden, door een van de andere personen, genoemd in Artikel 14, tweede lid.

  • 4.

    De in het vorige lid bedoelde periode van verlenging wordt naar boven toe afgerond op gehele jaren.

  • 5.

    De beheerder onderzoekt de genoegzaamheid van de overgelegde stukken.

Artikel 10 Tijden van begraven en asbezorging

  • 1.

    De tijd van begraven en het bezorgen van as is vastgelegd in de Nadere regels begraafplaats Duinrust gemeente Beverwijk 2022.

HOOFDSTUK 4 INDELING EN UITGIFTE DER GRAVEN

Artikel 11 Indeling graven en asbezorging

  • 1.

    Op de begraafplaats kunnen worden uitgegeven:

    • a.

      particuliere graven

    • b.

      particuliere wandgraven

    • c.

      particuliere bosgraven

    • d.

      particuliere bosgraven in bloemenweide

    • e.

      particuliere bosurnengraven

    • f.

      particulier urnennissen

    • g.

      particuliere urnengraven

    • h.

      particuliere verstrooiingsplaatsen

    • i.

      particulier gedenkplaatsen

    • j.

      algemene graven

    • k.

      algemene verstrooiingsplaats.

Artikel 12 Volgorde van uitgifte

  • 1.

    De particuliere graven worden slechts voor directe begraving en in volgorde van ligging uitgegeven.

  • 2.

    Burgemeester en wethouders kunnen een particulier graf toewijzen anders dan voor directe begraving en buiten de volgorde van uitgifte, indien dit wegens de situatie op de begraafplaats niet bezwaarlijk is.

Artikel 13 Grafkelder

Burgemeester en wethouders kunnen aan de rechthebbende op een particulier graf vergunning verlenen tot het daarin voor eigen rekening doen aanbrengen van een grafkelder overeenkomstig de door hen te stellen voorwaarden.

Artikel 14 Overschrijving van verleende rechten

  • 1.

    Het recht op een particulier graf kan op aanvraag verzoek van de rechthebbende worden overgeschreven ten name van de echtgenoot of levenspartner dan wel een bloedverwant of aanverwant tot en met de derde graad. Overschrijving op aanvraag van de rechthebbende ten name van een ander dan de vorengenoemde personen is slechts mogelijk, indien daarvoor gewichtige redenen bestaan.

  • 2.

    Na het overlijden van de rechthebbende kan het particulier graf worden overgeschreven op naam van de echtgenoot of levenspartner dan wel een bloed-of aanverwant tot en met de derde graad, mits de aanvraag hiertoe schriftelijk wordt gedaan binnen één jaar na het overlijden van de rechthebbende. Overschrijving ten name van een ander dan de in de vorige zin bedoelde personen is slechts mogelijk, indien daarvoor gewichtige redenen bestaan.

  • 3.

    Indien na het overlijden van de rechthebbende de aanvraag tot overschrijving aan burgemeester en wethouders niet wordt gedaan binnen de in het tweede lid van dit artikel gestelde termijn, zijn burgemeester en wethouders bevoegd het recht op het eigen graf te doen vervallen.

  • 4.

    Na het verstrijken van de in het tweede lid genoemde termijn van een jaar kunnen burgemeester en wethouders het particulier graf alsnog op naam stellen van een nieuwe rechthebbende, tenzij dit recht betrekking heeft op een particulier graf dat inmiddels is geruimd.

Artikel 15 Afstand doen van graven

Zonder aanspraak te kunnen maken op enige vergoeding kan de rechthebbende schriftelijk afstand doen ten behoeve van de gemeente van het recht op het particulier graf. Van de ontvangst van zodanige verklaring doen burgemeester en wethouders schriftelijk mededeling aan de rechthebbende.

HOOFDSTUK 5 GRAFBEDEKKINGEN

Artikel 16 Vergunning grafbedekking

  • 1.

    Voor het hebben van een grafbedekking is de schriftelijke vergunning nodig van burgemeester en wethouders.

  • 2.

    De rechthebbende van het particulier graf vraagt de vergunning voor het hebben van een grafbedekking aan.

  • 3.

    Bij de schriftelijke aanvraag voor een vergunning tot het hebben van een gedenkteken behoort een werktekening te worden ingediend.

  • 4.

    Voor het tijdelijk verwijderen van een grafbedekking dient een schriftelijke verklaring, ondertekend door de rechthebbende, te worden overlegd aan de beheerder.

  • 5.

    Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het door hen vastgestelde uitvoeringsbesluit.

  • 6.

    Burgemeester en wethouders kunnen de vergunning weigeren indien:

    • a.

      niet voldaan wordt aan het door hen vastgestelde uitvoeringsbesluit;

    • b.

      de grafbedekking afbreuk doet aan het aanzien van de begraafplaats;

    • c.

      de duurzaamheid van de materialen onvoldoende is;

    • d.

      de constructie van de grafbedekking ondeugdelijk is.

Artikel 17 Verwijdering grafbedekking

  • 1.

    De grafbedekking kan na het verstrijken van de graftermijn door burgemeester en wethouders worden verwijderd.

  • 2.

    Het voornemen tot verwijdering van de grafbedekking wordt gedurende ten minste een jaar voorafgaande aan het tijdstip waarop de grafbedekking zal worden verwijderd op een op het te ruimen graf te plaatsen bordje door burgemeester en wethouders bekend gemaakt, tenzij het adres van de rechthebbende bij burgemeester en wethouders bekend is. In dat geval maken zij hem uiterlijk een jaar voor het genoemde tijdstip per brief hun voornemen bekend.

  • 3.

    Op grond van een daartoe door de rechthebbende bij burgemeester en wethouders ingediende aanvraag, blijft de grafbedekking na verwijdering nog gedurende dertien weken ter beschikking van degene van wie een vergunning als bedoeld in Artikel 16 was verleend. De aanvraag kan worden ingediend gedurende de in het tweede lid genoemde termijn.

  • 4.

    De grafbedekking vervalt aan de gemeente indien:

    • -

      geen verzoek op grond van het derde lid is ingediend en de termijn waarbinnen dit verzoek had kunnen worden ingediend is verstreken;

    • -

      de grafbedekking niet binnen drie maanden nadat deze van het graf is verwijderd, is afgehaald.

  • 5.

    Burgemeester en wethouders zijn bevoegd een grafbedekking voor haar rekening en risico tijdelijk weg te nemen, indien dit voor het beheer van de begraafplaats noodzakelijk is.

Artikel 18 Onderhoud door de rechthebbende

  • 1.

    De rechthebbende is verplicht de grafbedekking behoorlijk te onderhouden of te herstellen.

  • 2.

    Indien hij nalaat de grafbedekking behoorlijk te onderhouden of te herstellen, kunnen burgemeester en wethouders de hiervoor in aanmerking komende voorwerpen of zo nodig de gehele grafbedekking doen verwijderen. Het verwijderde blijft gedurende dertien weken ter beschikking van de rechthebbende en vervalt daarna aan de gemeente, zonder dat deze tot enige vergoeding verplicht is.

  • 3.

    De verwijdering vindt niet plaats dan nadat de rechthebbende behoorlijk per brief is opgeroepen om te worden ingelicht over de toestand van de grafbedekking. De oproeping geschiedt door mededeling op het mededelingenbord op de begraafplaats als het adres van de rechthebbende niet bekend is. Bij het graf wordt een verwijzing naar de mededeling aangebracht.

  • 4.

    Burgemeester en wethouders kan de rechthebbende per aanschrijving verplichten een beschadiging aan de grafbedekking te herstellen indien de beschadiging zodanig is dat deze naar het oordeel van burgemeester en wethouders het uiterlijk aanzien van de begraafplaats schaadt of indien de beschadiging van de grafbedekking gevaar oplevert voor derden

Artikel 19 Onderhoud door de gemeente

Omtrent het onderhoud van de begraafplaats en de graven kunnen Burgemeester en wethouders nadere regels vaststellen.

HOOFDSTUK 6 RUIMING VAN GRAVEN EN URNENGRAVEN

Artikel 20 Ruiming, bezorging van overblijfselen en as

  • 1.

    Het voornemen van burgemeester en wethouders om een graf te ruimen wordt gedurende ten minste een jaar voorafgaande aan het tijdstip waarop het graf geruimd zal worden, op een bij het te ruimen graf te plaatsen verwijzing naar de administratie en door vermelding op het informatiebord van de begraafplaats, ter kennis van de belanghebbenden gebracht, tenzij het adres van de rechthebbende op het graf aan hen bekend is. In dat geval maken zij hem uiterlijk een jaar voorafgaande aan het bedoelde tijdstip per brief hun voornemen bekend.

  • 2.

    De bij de ruiming van het graf nog aanwezige overblijfselen van lijken worden begraven en de as wordt verstrooid op een van de daartoe bestemde, afgesloten gedeelten van de begraafplaats.

  • 3.

    Nabestaanden van een overledene die begraven is in een algemeen graf kunnen gedurende de in het eerste lid bedoelde termijn bij de beheerder een aanvraag indienen om bij ruiming de overblijfselen, indien mogelijk, bijeen te doen brengen voor herbegraving elders, of crematie.

  • 4.

    Nabestaanden van een overledene waarvan een asbus al of niet met een urn is bijgezet in een algemeen graf kunnen de beheerder vragen om deze ter beschikking te houden voor herbegraving of verstrooiing elders.

  • 5.

    De rechthebbende op een particulier graf, kan de beheerder schriftelijk verzoeken om de overblijfselen te doen verzamelen om deze weer in dezelfde grafruimte te doen plaatsen dan wel om deze elders opnieuw te doen begraven of te cremeren.

  • 6.

    De rechthebbende op een particulier urnengraf of urnennis kan de beheerder vragen deze ter beschikking te houden om elders bij te zetten of te doen verstrooien.

HOOFDSTUK 7 GEDEELTE VOOR KERKGENOOTSCHAP

Artikel 21 Afwijkende regels en kennisgeving onderhoudsbehoefte van graven

  • 1.

    Burgemeester en wethouders kunnen na overleg met het bestuur van het kerkgenootschap ten aanzien van de openstelling van het gedeelte, de indeling van graven, de onderverdeling van graven in categorieën en de eisen voor de grafbedekking op het ter beschikking van het kerkgenootschap gestelde deel van de begraafplaats nadere regels stellen die afwijken van de regels krachtens Artikel 3, eerste lid, Artikel 11 en Artikel 16.

  • 2.

    Het bestuur van het kerkgenootschap kan bij burgemeester en wethouders een aanvraag indienen om hem mede te delen, dat er onderhoud of herstel door de rechthebbende nodig is van de grafbedekking op een of meer graven op het deel van de begraafplaats dat aan het kerkgenootschap ter beschikking is gesteld.

  • 3.

    Op grond van het in de tweede lid genoemde aanvraag delen burgemeester en wethouders het bestuur van het kerkgenootschap mede, dat de grafbedekking van een of meer graven onderhoud en herstel behoeft. De mededeling laat de bevoegdheid van burgemeester en wethouders onverlet om de rechthebbende op de graven mede te delen dat de grafbedekking moet worden onderhouden of hersteld.

HOOFDSTUK 8 IN STAND HOUDEN HISTORISCHE GRAVEN EN OPVALLENDE GRAFBEDEKKING

Artikel 22 Lijst

  • 1.

    Burgemeester en wethouders houden een lijst bij van graven die van historische betekenis zijn of waarvan de grafbedekking een opvallende kwaliteit heeft.

  • 2.

    Alvorens tot ruiming van graven wordt overgegaan onderzoeken burgemeester en wethouders of er graven zijn die in aanmerking komen om op de lijst te worden bijgeschreven.

  • 3.

    De gemeenteraad beslist over het ruimen van graven en het verwijderen van grafbedekkingen die op de in het eerste lid bedoelde lijst staan.

HOOFDSTUK 9 INRICHTING REGISTER

Artikel 23 Voorschriften register

  • 1.

    Burgemeester en wethouders stellen voorschriften vast voor het register van de begraven lijken en de bezorgde as.

  • 2.

    Het register wordt bijgehouden door de beheerder.

HOOFDSTUK 10 SLOTBEPALINGEN

Artikel 24 Vangnetbepaling

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd om nadere regels te stellen met betrekking tot de uitvoering van deze regeling voor zover daarin in deze regeling nog niet is voorzien.

Artikel 25 Overgangsbepaling

De rechten en verplichtingen met betrekking tot eigen graven die voortvloeien uit de ingevolge Artikel 27 ingetrokken verordening, worden geacht ingevolge deze verordening te zijn ontstaan.

Artikel 26 Strafbepaling

Hij die handelt in strijd met Artikel 3, lid 3 en Artikel 4, lid 1 en 2 wordt gestraft met een geldboete van de eerste categorie.

Artikel 27 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2022, met ingang van welke datum de bestaande Beheersverordening begraafplaats "Duinrust" 2007 vastgesteld bij raadsbesluit nr. 2002/5990 van 23 januari 2007, gewijzigd bij raadsbesluit nr. 2007/13940, van 22 februari 2007 komt te vervallen.

Artikel 28 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als ‘Beheersverordening begraafplaats Duinrust gemeente Beverwijk 2022’.

Beverwijk,

de Raad voornoemd,

de griffier,

de Voorzitter,

Naar boven