Verordening op de heffing en de invordering van Leges 2022 en de bijbehorende tarieventabel

De raad van de gemeente Beverwijk;

 

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 12 oktober 2021, nummer INT-21-61058;

 

gehoord de Raadscommissie;

 

gelet op artikel 156, eerste en tweede lid, aanhef en

onderdeel h, en 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet en de artikelen 2, tweede lid, en 7 van de Paspoortwet;

 

besluit:

 

 

vast te stellen de volgende verordening:

 

Verordening op de heffing en de invordering van Leges 2022 en de bijbehorende tarieventabel (Legesverordening 2022).

Artikel 1 Definities

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • -

    dag: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • -

    week: een aaneengesloten periode van zeven dagen.

  • -

    maand: het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand, met dien verstande dat als de ne dag in een kalendermaand 30 of 31 januari is, de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand altijd de laatste dag van de maand februari is;

  • -

    jaar: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;

  • -

    kalenderjaar: de periode van 1 januari tot en met 31 december;

Artikel 2 Belastbaar feit

  • 1.

    Onder de naam "leges" worden rechten geheven voor:

    • a.

      het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een dienst of het nemen van een besluit;

    • b.

      het verlenen van een dienst op aanvraag,

    • c.

      het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een document;

  • een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager of degene voor wie de aanvraag is gedaan.

Artikel 4 Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • 1.

    Het afgeven van bewijzen van onvermogen;

  • 2.

    Attestatiën de vita het afgeven van stukken, nodig voor de ontvangst van pensioenen, lijfrenten, wachtgelden, loon en bezoldiging;

  • 3.

    Het uitreiken aan belanghebbenden van beschikkingen of afschriften daarvan, houdende aanstelling, benoeming, bevordering, ontslag, toekenning van bezoldiging, vergoeding of toelage, dan wel verandering hiervan, betrekkelijk enige gemeentelijke functie of dienstverrichting jegens de gemeente;

  • 4.

    Raadpleging van de dubbele der leggers en plans van het kadaster, indien de raadpleging geschiedt ten behoeve van de rijksdienst, de provinciale dienst of de dienst van een waterschap, veenschap of veenpolder;

  • 5.

    Diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;

  • 6.

    Diensten met betrekking tot een aanvraag tot verlening of gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning of wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning, voor zover die aanvraag betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een inrichting als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder e, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;

  • 7.

    Het in behandeling nemen van een aanvraag tot verlening van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onderdeel i, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, voor zover het een activiteit betreft bedoeld in artikel 2.2a van het Besluit omgevingsrecht (omgevingsvergunning beperkte milieutoets).

  • 8.

    Diensten die ingevolge wettelijk voorschrift zijn vrijgesteld van rechtenheffing of kosteloos moeten worden verleend.

Artikel 5 Maatstaven van heffing en tarieven

  • 1.

    De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2.

    Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet bedraagt het tarief de som van de bedragen die op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor zover het projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van deze besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, derde lid, van de Crisis- en herstelwet.

  • 3.

    Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 Wijze van heffing

De leges worden geheven door middel van een mondelinge kennisgeving, een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, een zegel, een nota, of andere schriftuur, of een kennisgeving langs elektronische weg. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving of langs elektronische weg aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7 Termijnen van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 2 maanden na de dagtekening van de kennisgeving.

    • c.

      langs elektronische weg in het aanvraagproces wordt gedaan onverwijld, dan wel als die mogelijkheid wordt geboden binnen veertien dagen na het indienen van de aanvraag langs elektronische weg;

    • d.

      langs elektroniche weg na indiening van de aanvraag wordt gedaan, binnen veertien dagen na dagtekening van de kennisgeving.

  • 2.

    De Algemene Termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8 Vermindering of teruggaaf

  • 1.

    Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in die tarieventabel opgenomen bepaling.

  • 2.

    Voor de toepassing van artikel 28, vierde lid, van de Invorderingswet 1990 wordt de teruggaaf van leges, bedoeld in het eerste lid, aangemerkt als een vermindering van de belastingaanslag.

Artikel 9 Overdracht van bevoegdheden

Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:

  • a.

    van zuiver redactionele aard zijn;

  • b.

    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:

    • 1.

      hoofdstuk 2 (reisdocumenten);

    • 2.

      hoofdstuk 3 (rijbewijzen);

    • 3.

      hoofdstuk 4 (papieren verstrekking uit de Basisregistratie Personen en verklaring omtrent het gedrag);

    • 4.

      hoofdstuk 12 (kansspelen);

een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 10 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    De Legesverordening 2021 van 12 november 2020 (INT-20-56247) en de Legesverordening 2021, eerste wijziging van 15 december 2020 (C-20-26889) wordt met ingang van 1 januari 2022 ingetrokken, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in het vierde lid opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.

  • 3.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 4.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2022.

  • 5.

    Deze verordening wordt aangehaald als “Legesverordening 2022”.

Beverwijk,

de raad voornoemd,

de griffier,

de voorzitter,

Bijlage 1 TARIEVENTABEL LEGES 2022 behorende bij raadsbesluitnummer: INT-21-61058 en documentnummer INT-21-61085

Tarieventabel, behorende bij en deel uitmakende van de "Legesverordening 2022".

 

Titel 1 Algemene dienstverlening

 

Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand

1.1.1

Voor het voltrekken van een huwelijk of het aangaan van een geregistreerd partnerschap bedraagt het tarief:

1.1.1.1

In de raadszaal van het stadhuis op:

1.1.1.2

maandag tot en met vrijdag om 9:30, 10:30, 11:30, 13:30, 14:30 en 15:30 uur:

€514,65

1.1.1.3

De raadszaal kan niet gebruikt worden voor een huwelijksvoltrekking of het aangaan van een geregistreerd partnerschap buiten deze tijdstippen en op dagen waarop de gemeente gesloten is.

1.1.1.4

In een ander ingevolge artikel 63 van het Nieuw Burgerlijk Wetboek aangewezen gebouw op:

1.1.1.5

maandag tot en met vrijdag tussen 9:00 en 16:30 uur:

€600,45

1.1.1.6

zaterdag, zondag, feestdag of andere dag waarop de gemeente gesloten is tussen 9:00 en 16:30 uur:

€857,85

1.1.1.7

Op een tijdstip buiten de genoemde periode wordt een toeslag in rekening gebracht van:

€143,00

1.1.1.8

In een bijzonder gebouw als bedoeld in artikel 64 van het Nieuw Burgerlijk Wetboek:

€514,65

1.1.1.9

In een ruimte van het stadhuis bij een huwelijk of geregistreerd partnerschap op maandag- en donderdagochtend om 9.30u zonder ceremonie in de aanwezigheid van maximaal 15 personen:

€118,65

1.1.1.10

In een ruimte van het stadhuis bij een huwelijk of geregistreerd partnerschap op maandag- en donderdagochtend om 9.15u zonder ceremonie, waarvan geen van de partners woonachtig is in Beverwijk:

€118,65

1.1.1.11

In de in 1.1.1.1 tot en met 1.1.1.10 genoemde tarieven zijn de leges voor een trouwboekje of een boekje vermeldende het geregistreerd partnerschap begrepen.

1.1.2

Voor het afgeven van een trouwboekje in geval het huwelijk of het geregistreerd partnerschap kosteloos wordt voltrokken c.q. aangegaan:

€30,05

1.1.3

Het tarief voor een duplicaat trouwboekje bedraagt:

€30,05

1.1.4

 

Indien de huwelijksvoltrekking of de registratie van het partnerschap in het stadhuis of aangewezen gebouw geen doorgang vindt, wordt teruggaaf van de geheven leges verleend onder aftrek van:

€114,40

1.1.5

Indien de huwelijksvoltrekking of de registratie van het partnerschap vermeld onder 1.1.1.9 en 1.1.1.10 geen doorgang vindt, worden hiervoor administratiekosten gerekend van:

€53,70

1.1.5.1

Indien een kosteloze huwelijksvoltrekking of de registratie van het partnerschap, zoals bedoeld in artikel 4 van de Wet rechten burgerlijke stand geen doorgang vindt, worden hiervoor administratiekosten gerekend van:

€53,70

1.1.6

Het tarief voor het omzetten van een partnerschap naar een huwelijk (lokethandeling) bedraagt:

€80,55

1.1.7

1.1.8

Indien een ceremonie wordt gewenst, gelden de tarieven genoemd onder 1.1.1.1 tot en met 1.1.1.10.

Het benoemen van een buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand die in een andere gemeente dan Beverwijk werkzaam is als ambtenaar burgerlijke stand of als bijzondere ambtenaar burgerlijke stand:

€139,50

1.1.9

Voor het ter beschikking stellen van getuige(n) namens de gemeente bij een huwelijksvoltrekking of voltrekking van een geregistreerd partnerschap bedraagt het tarief (alleen mogelijk bij kosteloze voltrekkingen en bij huwelijken of partnerschappen genoemd onder 1.1.1.9 en 1.1.1.10

per getuige (met een maximum van 2):

€29,05

 

Hoofdstuk 2 Reisdocumenten

1.2

Het tarief bedraagt voor het behandelen van een aanvraag tot:

1.2.1

het verstrekken van een nationaal paspoort of een nationaal zakenpaspoort of een faciliteitenpaspoort of een tweede paspoort (geldigheidsduur 10 jaar):

€74,75

1.2.2

het verstrekken van een nationaal paspoort of een nationaal zakenpaspoort of een faciliteitenpaspoort of een tweede paspoort (geldigheidsduur 5 jaar) (t/m 17 jaar):

€56,55

1.2.3

het verstrekken van een Nederlandse identiteitskaart (NIK) als bedoeld in artikel 2, tweede lid, van de Paspoortwet (geldigheidsduur 10 jaar):

€64,00

1.2.4

het verstrekken van een Nederlandse identiteitskaart (NIK) als bedoeld in artikel 2, tweede lid, van de Paspoortwet jeugdtarief (geldigheidsduur 5 jaar) (t/m 17jaar):

€32,90

1.2.5

het verstrekken van een reisdocument voor vluchtelingen en vreemdelingen (geldigheidsduur 5 jaar):

€56,55

1.2.6

 

Voor de aanvraag van een identiteitskaart als bedoeld in artikel

23b van de paspoortwet.

€32,90

1.2.7

Van een vervangende Nederlandse identiteitskaart voor een persoon met een uitreisverbod, ongeacht de leeftijd van de betrokken persoon.

€32,90

1.2.8

de tarieven als genoemd in de onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.7 worden bij een versnelde uitreiking vermeerderd met een bedrag van:

€50,90

 

Hoofdstuk 3 Rijbewijzen

1.3

Het tarief bedraagt voor het behandelen van een aanvraag tot:

1.3.1

de afgifte of vernieuwing, dan wel de omwisseling van een rijbewijs:

€41,00

1.3.2

Het tarief als genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt bij een spoed-levering vermeerderd met een bedrag van:

€34,10

1.3.3

Indien een aanvraag van een rijbewijs wordt gedaan ter vervanging van een vermist c.q. zoekgeraakt rijbewijs, wordt het onder 1.3.1 genoemde bedrag verhoogd met:

€21,85

tenzij uit een overlegd proces verbaal of verklaring van vermissing blijkt dat sprake is geweest van een misdrijf.

 

Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de Basisregistratie Personen.

1.4.1

Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt onder een verstrekking verstaan verstrekking van één of meer gegevens over één persoon waarvoor óf de (geautomatiseerde) Basisregistratie Personen en/óf de (op papier of microfiche staande) bevolkingsadministratie moet worden geraadpleegd.

NB. In veel gevallen wordt de verstrekking in de vorm van een uittreksel gegeven. Attestatie de vita/bewijs in leven zijn bestemd voor pensioen doeleinden gratis verstrekken.

1.4.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.4.2.1

per verstrekking:

€13,55

1.4.2.2

Als voorafgaand een geldbedrag in depot is gestort, per verstrekking:

€10,75

1.4.2.3

Indien het depot genoemd in 1.4.2.2 geen voldoende saldo meer heeft, geldt het tarief genoemd onder 1.4.2.1.

1.4.2.4

Het depot genoemd in 1.4.2.2 is niet overdraagbaar.

1.4.2.5

tot het verstrekken van een meertalig modelformulier woon- en/of verblijfplaats als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van verordening (EU) nr. 2016/1191 van het Europees Parlement en de Raad van 6 juli 2016 betreffende de bevordering van het vrije verkeer van burgers door vereenvoudigde overlegging van bepaalde openbare documenten in de Europese Unie en tot wijziging van Verordening nr. 1024/2012 (PbEU 2016, L200)

€ 13,55

1.4.3

Het tarief voor het op aanvraag doornemen van bestanden om te komen tot één of meer bijzondere verstrekkingen van welke aard dan ook (bijv. erfrecht- en genealogie-onderzoeken) bedraagt:

1.4.3.1

Bij geautomatiseerde bestanden:

1.4.3.1.1

voor het maken van de selectie (d.w.z. het schrijven van het zoekprogramma), per kwartier:

€19,40

1.4.3.1.2

voor het uitvoeren van de selectie, per keer:

€16,25

1.4.3.2

Bij niet geautomatiseerde bestanden:

1.4.3.2.1

voor het met de hand doorlopen van bestanden en de uitvoer van de gegevens, per kwartier:

€19,40

1.4.3.3

Voor de output van een selectie wordt het in 1.4.3.1.2 genoemde bedrag verhoogd met het bedrag zoals genoemd in de punten 1.15.1.7 tot en met 1.15.1.9.

1.4.4

Ook indien de gevraagde verstrekkingen niet of niet volledig kunnen worden gegeven, is een recht verschuldigd, berekend overeenkomstig de bepalingen van dit hoofdstuk. Als één verstrekking wordt ook beschouwd de naam van elk persoon c.q. het adres of de woonplaats, waarover de verstrekking wordt gevraagd.

1.4.5

De op grond van het bepaalde in dit hoofdstuk verkregen verstrekkingen mogen, behoudens voorafgaande schriftelijke toestemming van het college van burgemeester en wethouders, door of vanwege de aanvrager niet worden gepubliceerd of anderszins bekend gemaakt, noch aan derden worden verstrekt of medegedeeld, noch ten behoeve van derden worden verwerkt of gebruikt. Deze bepaling is niet van toepassing op verstrekkingen bestemd voor ambtelijke doeleinden.

1.4.6

Indien het college van burgemeester en wethouders de in 1.4.5 bedoelde toestemming verlenen, is met betrekking tot het doen van verstrekkingen, bedoeld in 1.4.2 t/m 1.4.3.2.1, het drievoud van het normale tarief verschuldigd.

1.4.7

Het tarief bedraagt voor:

1.4.7.1

het legaliseren van een handtekening:

€13,55

1.4.7.2

het waarmerken van documenten (ook ‘gewaarmerkt kopie’ genoemd):

€13,55

1.4.8

Voor zover een onder 1.4.2.1 genoemde verstrekking digitaal wordt aangevraagd, wordt het aldaar genoemde tarief verminderd met een bedrag van:

€6,90

1.4.9

Een verklaring omtrent het gedrag

€41,35

1.4.10

Voor het in behandeling nemen van een verzoek tot het

afleggen van een optie ter verkrijging van het Nederlandschap, alsmede voor de behandeling van een naturalisatieverzoek worden de tarieven geheven conform het op het moment van aanvraag geldend Besluit optie en naturalisatiegelden conform de Rijkswet op het Nederlanderschap.

 

Hoofdstuk 5 Verstrekkingen uit het Kiezersregister

VERVALLEN

 

Hoofdstuk 6 Bestuursstukken

1.6.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

1.6.1.1

een exemplaar van de gemeentebegroting met memorie van toelichting, voor zover de voorraad strekt:

€17,20

1.6.1.2

een exemplaar van de jaarstukken, zolang de voorraad strekt:

€17,20

1.6.1.3

Per raadsvergadering wordt een aantal setjes zoals bedoeld onder 1.6.1.2 ter inzage gelegd. Deze setjes kunnen, voor zover de voorraad strekt, gratis worden afgehaald.

1.6.2

een gedrukt exemplaar van de Algemene plaatselijke verordening 2019 (hierna Apv 2019):

€21,50

1.6.3

een gedrukt exemplaar van de bouwverordening en de bij deze verordening behorende nadere regelen:

€82,15

 

Hoofdstuk 7 Vastgoedinformatie

VERVALLEN

 

Hoofdstuk 8 Kinderopvang

1.8

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot:

1.8.1

het in exploitatie nemen van een kindercentrum of gastouderbureau als bedoeld in artikel 1.45, eerste lid, Wet kinderopvang:

€658,50

1.8.2

het bieden van gastouderopvang als bedoeld in artikel 1.45, tweede lid Wet kinderopvang:

€216,70

 

Hoofdstuk 9 Gemeentearchief

1.9.1

Het tarief bedraagt ter zake van het doen van nasporingen in de in het gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan besteed kwartier

€18,95

1.9.2

Het tarief bedraagt ter zake van handelingen, als opzoeken, ophalen en ter inzage geven van een inlichting betreffende bouwvergunningen, per inlichting / perceel

€18,95

 

Hoofdstuk 10 Gereserveerd

 

Hoofdstuk 11 Winkeltijdenwet

1.11

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.11.1

voor een ontheffing op grond van hoofdstuk 7 van de Apv 2019.

€131,00

1.11.2

tot het intrekken of wijzigen van een in onderdeel 1.11.1 bedoelde ontheffing:

€128,95

 

Hoofdstuk 12 Kansspelen

1.12.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen (WOK):

1.12.1.1

Voor onbepaalde tijd voor één speelautomaat

€226,50

1.12.1.2

Voor onbepaalde tijd voor twee of meer speelautomaten, voor iedere speelautomaat

€90,50

en voor iedere aanvraag een bedrag van

€136,00

1.12.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning)

€18,60

1.12.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een exploitatievergunning zoals bedoeld in artikel 30c WOK jo. art. artikel 2 Speelautomatenhallenverordening 2018 (speelautomatenhal)

€1.815,12

1.12.4

Bij de indiening van de aanvraag van een exploitatievergunning is de aanvrager tevens een vergoeding voor de kosten verbonden aan het toezicht op de naleving door hem van de bij of krachtens titel VA van de wet (WOK) vastgestelde voorschriften verschuldigd ten bedrage van

€453,78

maal het aantal jaren waarvoor de vergunning geldt.

1.12.5

Het wijzigen van de vergunning in verband met nieuwe beheerders

€120,15

 

Hoofdstuk 13 Ondergrondse infrastructuur

1.13.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van:

1.13.1.1

een melding in verband met het verkrijgen van instemming omtrent tijdstip, plaats en werkwijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 5.4 van de Telecommunicatiewet dan wel de Algemene verordening ondergrondse infrastructuur (AVOI) voor een tracé van maximaal 25 meter

€155,65

1.13.1.2

Een melding in verband met het verkrijgen van instemming omtrent tijdstip, plaats en werkwijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 5.4 van de Telecommunicatiewet dan wel de AVOI voor een tracé langer dan 25 meter;

€533,80

1.13.1.3

Het tarief als bedoeld in 1.13.1.2 voor tracés van meer dan 100 meter wordt verhoogd met:

€0,20

per strekkende meter.

1.13.2

De in 1.13.1 genoemde bedragen worden voorts:

1.13.2.1

indien met betrekking tot een melding overleg moet plaatsvinden tussen gemeente, andere beheerders van openbare grond en de aanbieder van het netwerk, per kwartier of gedeelte daarvan dat met het overleg is gemoeid, verhoogd met

€23,90

1.13.2.2

Indien een beschermingswerk, ondersteuningswerk, signaalinrichting of inrichting die bestemd is om daarin verbindingen tot stand te brengen, geplaatst wordt waarvoor een afzonderlijke plaatsbepaling noodzakelijk is, wordt het tarief zoals genoemd in artikel 1.13.1.1 of 1.13.1.2 verhoogd met

€71,05

1.13.3

Het tarief voor het verwerken van een vervallen of ingetrokken melding waarvoor reeds goedkeuring is verstrekt, bedraagt

€43,75

 

Hoofdstuk 14 Verkeer en vervoer

1.14.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.14.1.1

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 voor en direct samenhangend met de uitvoering van bijzondere transporten:

€39,00

1.14.1.2

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 anders dan bedoeld in onderdeel 1.14.1.1 voor één dag of dagdeel:

€32,65

1.14.1.3

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 anders dan bedoeld in onderdeel 1.14.1.1:

€94,50

1.14.1.4

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 7.1 van het Voertuigreglement:

€131,00

1.14.1.5

tot het verkrijgen van een aanstelling als verkeersregelaar (niet voor evenementen) zoals bedoeld in de Regeling verkeersregelaars 2009

€61,10

1.14.2.1

tot het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW), per kaart:

€62,25

1.14.2.2

voor het ten behoeve van de aanvrager plaatsen van een verkeersbord waarmee een gehandicaptenparkeerplaats wordt aangegeven als bedoeld in artikel 29 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW):

€62,25

1.14.3

Indien een aanvraag van de in punt 1.14.2.1 genoemde gehandicaptenparkeerkaart wordt gedaan ter vervanging van een vermiste c.q. zoekgeraakte kaart, wordt het in 1.14.2.1 genoemde bedrag verhoogd met:

€22,05

tenzij uit een overlegd proces verbaal of verklaring van vermissing blijkt dat sprake is geweest van een misdrijf.

1.14.4

Indien een aanvrager zonder tijdige afmelding niet verschijnt op de afspraak voor het geneeskundig onderzoek t.b.v. het beoordelen van een aanvraag van een gehandicaptenparkeerkaart of gereserveerde gehandicaptenparkeerkaart (verricht door de Gemeentelijke Gezondheidsdienst dan wel - bij externe advisering - door een vanwege het gemeentelijk gezag aangewezen deskundige):

€75,20

 

Hoofdstuk 15 Diversen

1.15.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

1.15.1.1

gewaarmerkte afschriften van stukken of beschikkingen voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per stuk:

€13,85

1.15.1.2

fotokopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen:

a. in formaat A4-formaat of kleiner, per bladzijde

€0,15

b. in digitale vorm, in formaat A3 of groter, per bladzijde; in geval van dienstverlening of levering door derden, worden de werkelijke kosten in rekening gebracht.

1.15.1.3

een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina:

€0,15

1.15.1.4

stukken of uittreksels, welke op aanvraag van de aanvrager moeten worden opgemaakt, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina:

€0,15

1.15.2

Voor de inzameling van het afval op de basisscholen (zoals besloten bij collegebesluit C-17-03450) bedraagt het tarief per jaar, wanneer een school een leerlingenaantal heeft:

1.15.2.1

van 0 tot 200 leerlingen

€375,95

1.15.2.2

van 200 tot 400 leerlingen

€644,35

1.15.2.3

van 400 tot 600 leerlingen

€880,65

1.15.2.4

van 600 tot 800 leerlingen

€993,40

 

Hoofdstuk 16 In deze titel niet genoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

1.16.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, niet in deze titel genoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

€131,00

 

 

Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevingsvergunning

 

Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen

2.1.1

Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:

2.1.1.1

aanlegkosten:

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt. 2012, 1567), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft;

2.1.1.2

bouwkosten:

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt. 2012, 1567), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de kosten die voortvloeien uit aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het bouwen) van de bouwwerken, de omzetbelasting daarin niet begrepen, en indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet begrepen;

2.1.1.3

sloopkosten:

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt. 2012, 1567), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de sloopkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien het slopen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder sloopkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het slopen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft;

2.1.1.4

Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

2.1.2

In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.

2.1.3

In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.

2.1.4

De heffingsambtenaar stelt de hoogte van de aanlegkosten, bouwkosten en sloopkosten vast, die als grondslag dient voor de legesaanslag.

 

Hoofdstuk 2 Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag

2.2

het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag

2.2.1

voor een schetsplan in verband met het verkrijgen van een ambtelijke indicatie of een voorgenomen regulier project als bedoeld in 2.3.3.1 of 2.3.3.2 vergunbaar is, waarbij dit bedrag in mindering wordt gebracht bij een daadwerkelijke aanvraag:

€111,25

2.2.2

voor een schetsplan in verband met het verkrijgen van een ambtelijke indicatie of een voorgenomen project als bedoeld in 2.3.3.3 vergunbaar is:

25%

van de daadwerkelijke leges voor die activiteit, waarbij dit bedrag in mindering wordt gebracht bij een daadwerkelijke aanvraag.

 

Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning

 

2.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

2.3.1

Bouwactiviteiten

2.3.1.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.1.1.1

indien de bouwkosten minder dan € 7.500,00 bedragen:

€240,95

2.3.1.1.2

indien de bouwkosten € 7.501,00 tot € 25.000,00 bedragen:

van de bouwkosten

3,50%

2.3.1.1.3

indien de bouwkosten € 25.001,00 tot 100.000,00 bedragen:

van de bouwkosten met een minimum van € 875,00

3,00%

2.3.1.1.4

indien de bouwkosten € 100.001,00 of meer bedragen:

van de bouwkosten met een minimum van € 3.000,00 en een maximum van € 1.000.000,00

2,50%

Extra welstandstoets

2.3.1.2

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien zich tijdens de beoordeling van de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wijzigingen voordoen in het bouwplan en daarvoor een nieuwe welstandstoets noodzakelijk is:

€0,00

Beoordeling bodemrapport

2.3.1.3

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld:

2.3.1.3.1

voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport:

€72,25

2.3.1.3.2

voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport:

€72,25

Verplicht advies agrarische commissie

2.3.1.4

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van de agrarische commissie wordt beoordeeld:

€0,00.

Achteraf ingediende aanvraag

2.3.1.5

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 wordt het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit verhoogd met:

50%

van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges.

Beoordeling aanvullende gegevens

2.3.1.6

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van aanvullende gegevens die worden ingediend nadat de in dat onderdeel bedoelde aanvraag al in behandeling is genomen:

€0,00

2.3.2

Aanlegactiviteiten

2.3.2.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde of werkzaamheden als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b van de Wabo, bedraagt het tarief:

€240,95

Beoordeling bodemrapport

2.3.2.2

Onderdeel 2.3.1.3.2 vindt overeenkomstige toepassing met betrekking tot de in onderdeel 2.3.2.1 bedoelde aanvraag, tenzij onderdeel 2.3.1.3.2 zelf toepassing vindt.

2.3.3

Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1:

2.3.3.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

van de bouwkosten met een minimum van €232,95 en een maximum van €1.100,00

0,05%

2.3.3.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):

van de bouwkosten met een minimum van €232,95 en een maximum van € 1.100,00

0,05%

2.3.3.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):

€3.891,80

2.3.3.4

indien artikel 2.23 van de Wabo en of artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking):

van de bouwkosten met een minimum van €232,95 en een maximum van € 1.100,00

0,05%

2.3.3.5

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):

van de bouwkosten met een minimum van €232,95 en een maximum van € 1.100,00

0,05%

2.3.3.6

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):

€1.988,15

2.3.3.7

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):

€3.891,80

2.3.3.8

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

€662,65

2.3.4

Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.4.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

€662,65

2.3.4.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):

€662,65

2.3.4.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):

€3.891,80

2.3.4.4

indien artikel 2.23 van de Wabo en of artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking):

€132,50

2.3.4.5

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):

€662,65

2.3.4.6

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):

€3.831,80

2.3.4.7

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):

€3.831,80

2.3.4.8

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

€662,65

2.3.5

In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief wanneer het object een gebruiksoppervlakte heeft:

2.3.5.1

van 0 tot 100 m2

€662,65

2.3.5.2

van 100 m2 tot 500 m2

plus over het totale aantal m2, per m2

€662,65

€2,17

2.3.5.3

van 500 m2 tot 2000 m2

plus over het totale aantal m2, per m2

€1.687,70

€0,78

2.3.5.4

van 2000 m2 tot 5000 m2

plus over het totale aantal m2, per m2

€3.253,95

€0,62

2.3.5.5

van 5000 m2 tot 50.000m2

plus over het totale aantal m2, per m2

€6.085,35

€0,02

2.3.5.6

van 50.000 m2 of meer

€6.687,95

2.3.5.7

voor het uitvoeren van een her controle van een bouwwerk of inrichting, indien dit het gevolg is van het niet naleven van de gebruiksvoorschriften;

€128,15

2.3.5.8

Indien het een aanvraag betreft voor een tijdelijk object:

€251,60

2.3.5.9

Voor het overige door het brandweerpersoneel doen of behulpzaam zijn bij het doen van nasporingen van stukken en of het verstrekken van inlichtingen: voor elk kwartier daaraan besteed, gedeelten van een kwartier voor een geheel gerekend:

€16,00

 

2.3.6

Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten

2.3.6.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking tot een krachtens provinciale verordening of de Erfgoedverordening Gemeente Beverwijk aangewezen monument, waarvoor op grond van die provinciale verordening of van de gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:

2.3.6.1.1

voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument:

€0,00

2.3.6.1.2

voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:

€0,00

2.3.6.2

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder h, van de Wabo, op het slopen van een bouwwerk in een krachtens provinciale verordening of de gemeentelijke verordening aangewezen stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder c, van de Wabo, waarvoor op grond van die provinciale verordening of van die gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:

€0,00

 

2.3.7

Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads- of dorpsgezicht

2.3.7.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

 

indien het sloopafval een volume heeft van maximaal 100 m3:

€228,90

 

indien het sloopafval een volume heeft dat groter is dan 100 m3 met een maximum van 250 m3:

€457,90

 

indien het sloopafval een volume heeft dat groter is dan 250 m3:

€686,75

Beoordeling bodemrapport

2.3.7.2

Onderdeel 2.3.1.3.2 vindt overeenkomstige toepassing met betrekking tot de in onderdeel 2.3.7.1 bedoelde aanvraag, tenzij de onderdelen 2.3.1.3.2 of 2.3.2.2 zelf toepassing vinden.

2.3.7.3

Asbesthoudende materialen

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.7.1 wordt het tarief, indien de in die onderdelen bedoelde aanvraag betrekking heeft op een bouwwerk waarin asbest of een asbesthoudend product aanwezig is, verhoogd met:

€120,55

Aanleggen of veranderen weg

2.3.8

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2.11 van de Apv 2019 een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€90,30

2.3.9

VERVALLEN

2.3.10

VERVALLEN

 

2.3.11

VERVALLEN

2.3.12

Projecten of handelingen in het kader van de Wet natuurbescherming (bescherming van een Natura 2000-gebied)

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een project of het verrichten van een andere handeling als bedoeld in art. 2.1, eerste lid, onder j, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€237,95

2.3.13

Handelingen in het kader van de Wet natuurbescherming (bescherming van soorten)

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een handeling als bedoeld in art. 2.1, eerste lid, onder k, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€237,95

2.3.14

Andere activiteiten

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling:

2.3.14.1

behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€240,95

2.3.14.2

behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschap verordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.14.2.1

als het een gemeentelijke verordening betreft:

€240,95

2.3.14.2.2

als het een provinciale of waterschap verordening betreft:

€240,95

2.3.15

Omgevingsvergunning in twee fasen

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.15.1

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;

2.3.15.2

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.

2.3.16

Advies

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wettelijk voorschrift aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning:

€240,95

2.3.17

Verklaring van geen bedenkingen

2.3.17.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo:

 

2.3.17.1.1

indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven:

€240,95

2.3.17.1.2

indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven:

€240,95

 

Hoofdstuk 4 Vermindering

2.4.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning is voorafgegaan door een aanvraag om vooroverleg of beoordeling van een conceptaanvraag als bedoeld in hoofdstuk 2, waarop de eerstgenoemde aanvraag betrekking heeft, worden de ter zake van het vooroverleg of de beoordeling van de conceptaanvraag geheven leges in mindering gebracht op de leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning bedoeld in hoofdstuk 3.

zie hoofdstuk2

 

Hoofdstuk 5 Teruggaaf

2.5.1

Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

 

 

 

tot 1 maand na in behandeling name van de aanvraag:

75 %

 

na 1 maand na in behandeling name van de aanvraag:

25 %

 

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges

 

2.5.2

Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen een half jaar na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt:

25 %

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

2.5.3

Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

2.5.3.1

Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 of 2.3.7 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen een half jaar na weigering van de vergunning of na vernietiging van de beschikking bij rechterlijke uitspraak. De teruggaaf bedraagt:

25 %

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

2.5.3.2

Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.5.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak.

2.5.4

Minimumbedrag voor teruggaaf

Een bedrag minder dan €100 wordt niet teruggegeven.

2.5.5

Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen

Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.16 en 2.3.17 wordt geen teruggaaf verleend.

 

Hoofdstuk 6 Intrekking omgevingsvergunning

2.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.33, tweede lid, onder b, van de Wabo, tenzij onderdeel 2.5.2 van toepassing is:

€0,00

 

Hoofdstuk 7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

2.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project:

€0,00

 

Hoofdstuk 8 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten

2.8

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening:

€5.003,70

 

Hoofdstuk 9 Sloopmelding

2.9

VERVALLEN

 

Hoofdstuk 10 In deze titel niet benoemde beschikking

2.10

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde beschikking:

€240,95

 

Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn

 

Hoofdstuk 1 Horeca

3.1.1

Vergunningen, ontheffingen, toestemmingen en verloven:

3.1.1.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning ingevolge artikel 3, van de Alcoholwet

€318,05

3.1.1.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het exploiteren van een alcoholvrij horecabedrijf, als bedoeld in artikel 2:28 Apv 2019

€318,05

3.1.1.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het exploiteren van een alcoholvrij horecabedrijf, als bedoeld in artikel 2:28 Apv 2019, dat op 1 september 2018 reeds werd geëxploiteerd in Beverwijk

€0,00

van het voor de vergunning geheven legesbedrag.

3.1.1.4

Het wijzigen van de omschrijving van de in een vergunning aangewezen lokaliteit overeenkomstig de verandering (artikel 30 van de Alcoholwet en artikel 2:28 jo 1:6 Apv 2019)

€198,85

3.1.1.5

Het wijzigen van het aanhangsel bij een op grond van artikel 3 van de Alcoholwet of artikel 2:28 van de Apv 2019 verleende vergunning, in verband met een nieuwe leidinggevende (artikel 30a van de Alcoholwet en artikel 1:6 Apv 2019)

€127,00

3.1.1.6

Indien na het in behandeling nemen van een aanvraag, bedoeld in 3.1.1.1. deze aanvraag wordt ingetrokken of indien de gevraagde vergunning niet wordt verleend, wordt op verzoek teruggaaf van

de geheven leges verleend.

25%

3.1.1.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing op grond van artikel 35 van de Alcoholwet

€166,05

3.1.1.8

Indien de houder van een ontheffing op grond van artikel 35 van de Alcoholwet verzoekt om wijziging van de ontheffing, bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van dat verzoek van het voor de ontheffing geheven legesbedrag.

50%

3.1.1.9

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing op grond van artikel 4, vierde lid van de Alcoholwet (ontheffing para commerciële verordening)

€166,05

 

Hoofdstuk 2 Organiseren evenementen of markten

3.2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het organiseren van een evenement als bedoeld in hoofdstuk 2 van de Apv 2019 (evenementenvergunning), indien het betreft:

3.2.1.1

een grootschalig evenement of een evenement met verhoogd risicoprofiel, zoals bedoeld in artikel 2:24, lid 1 onder B van de Apv 2019.

€660,30

3.2.1.2

een middelgroot evenement, zoals bedoeld in artikel 2:24, lid 1 onder C van de Apv 2019

€330,05

3.2.1.3

een klein evenement, zoals bedoeld in artikel 2:24, lid 1 onder D van de Apv 2019

€0,00

3.2.1.4

een evenement, waarvoor een gecoördineerde afhandeling van de aanvraag vereist is, in verband met samenloop met andere evenementen of activiteiten

€1.013,30

3.2.1.5

Indien de burgemeester te behoeve van het evenement verkeersregelaars dient aan te stellen op grond van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer en de Regeling verkeersregelaars 2009, worden tarieven als bedoeld in artikel 3.2.1.1, 3.2.1.2 en 3.2.1.4 van deze tarieventabel verhoogd met

€71,75

3.2.1.6

Indien de houder van een evenementenvergunning verzoekt om wijziging van de vergunning zoals bedoeld in artikel 1:6 onder e van de Apv 2019, bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van dat verzoek,

50%

van het voor de vergunning geheven legesbedrag.

3.2.2

Vervallen

 

Hoofdstuk 3 Prostitutiebedrijven

3.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

3.3.1

een exploitatievergunning of wijziging van een exploitatievergunning als bedoeld in artikel 3:4 van de Apv 2019

3.3.1.1

voor een seksinrichting

€769,15

3.3.1.2

voor een escortbedrijf

€769,15

3.3.2

wijziging van een exploitatievergunning in verband met uitsluitend een wijziging van het beheer in een seksinrichting of escortbedrijf, als bedoeld in artikel 3:4 van de Apv 2019:

3.3.2.1

voor een seksinrichting

€423,95

3.3.2.2

voor een escortbedrijf

€423,95

 

Hoofdstuk 4 Uitoefenen bedrijf

3.2.1

Vergunningen, ontheffingen, toestemmingen en verloven:

3.2.1.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het exploiteren van bedrijf, als bedoeld in artikel 2:65c Apv 2019

€318,05

3.2.1.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het exploiteren van een bedrijf, als bedoeld in artikel 2:65c Apv 2019, dat op 1 februari 2021 reeds werd geëxploiteerd in Beverwijk

€0,00

van het voor de vergunning geheven legesbedrag.

3.2.1.3

Het wijzigen van het aanhangsel bij een op grond van 2:65c van de Apv 2019 verleende vergunning, in verband met een nieuwe beheerder (artikel 1:6 Apv 2019)

€127,00

3.2.1.4

Indien na het in behandeling nemen van een aanvraag, bedoeld in 3.2.1.1. deze aanvraag wordt ingetrokken of indien de gevraagde vergunning niet wordt verleend, wordt op verzoek teruggaaf van

de geheven leges verleend.

25%

 

Hoofdstuk 5 Overige vergunningen, ontheffingen of beschikkingen

3.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van:

3.5.1

een vergunning voor het innemen van een standplaats als bedoeld in artikel 5.18 van de Apv 2019,

a. voor een nieuwe standplaats voor onbepaalde tijd

€294,60

b. een tijdelijke standplaats voor één dag of dagdeel

€32,65

c. voor een tijdelijke standplaats meer dan één dag

€94,50

d. voor een tijdelijke standplaats, waarbij een gecoördineerde afhandeling van de aanvraag vereist is, in verband met samenloop met evenementen of andere activiteiten

€294,60

3.5.1.1

Indien de houder van een standplaatsvergunning verzoekt om wijziging van de vergunning, zoals bedoeld in artikel 1:6 onder e van de Apv 2019, bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van dat verzoek

50%

van het voor de vergunning geheven legesbedrag.

3.5.2

een ontheffing als bedoeld in artikel 2.10 van de Apv 2019, betreffende het gebruik van de weg of een weggedeelte, anders dan de publieke functie ervan voor één dag of dagdeel

€32,65

3.5.2.1

een ontheffing als bedoeld in artikel 2.10 van de Apv 2019, betreffende het gebruik van de weg of een weggedeelte, anders dan de publieke functie ervan

€94,50

3.5.2.2

een ontheffing als bedoeld in artikel 2.10 van de Apv 2019, betreffende het gebruik van de weg of een weggedeelte, anders dan de publieke functie ervan, waarbij een gecoördineerde afhandeling van een aanvraag vereist is, in verband met samenloop met evenementen of andere activiteiten

€281,55

3.5.2.3

Indien de houder van een ontheffing als bedoeld in artikel 2.10 van de Apv 2019, verzoekt om wijzing van de vergunning zoals bedoeld in artikel 1:6 onder e van de Apv 2019, bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van dat verzoek

50%

van het voor de ontheffing geheven legesbedrag.

3.5.3

Vervallen

 

Hoofdstuk 6 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

3.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

€131,00

 

Beverwijk,

de raad voornoemd,

de griffier,

de voorzitter,

Naar boven