Verkeersbesluit Westvest - Korte Haven

Kenmerk: 21BW000575

Burgemeester en Wethouders van Schiedam,

Gelet op:

• artikel 18, lid 1 onder d van de Wegenverkeerswet 1994 (hierna: WVW 1994), ingevolge verkeersbesluiten worden genomen door burgemeester en wethouders voor zover zij betreffen het verkeer op wegen, welke niet in beheer zijn bij het Rijk, de provincie of een waterschap;

• De maatregel wordt genomen op basis van de belangen van artikel 2 van de Wegenverkeerswet 1994 (later te noemen WVW 1994);

• In het algemeen belang van het verzekeren van de veiligheid op de weg;

• Het beschermen van weggebruikers en passagiers;

• het in stand houden van de weg en het waarborgen van de bruikbaarheid daarvan;

• het zoveel mogelijk waarborgen van de vrijheid van het verkeer;

• artikel 15, lid 1 van de WVW 1994 ingevolge de plaatsing of verwijdering van de bij algemene maatregel van bestuur aangewezen verkeerstekens en onderborden, voor zover daarvoor een gebod of verbod ontstaat, geschiedt krachtens een verkeersbesluit;

• artikel 15, lid 2 van de WVW 1994 ingevolge maatregelen op een weg of wijziging van de inrichting van de weg of het aanbrengen of verwijderen van voorzieningen, indien de maatregelen leiden tot beperking van het aantal categorieën weggebruikers dat van een weg of weggedeelte gebruik kan maken geschiedt krachtens een verkeersbesluit;

• artikel 12 onder a van het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer (hierna: BABW), dat het plaatsen of verwijderen van borden model G12a, A01,B06,B05,C21,D05r,F05,F06 van Bijlage 1 van het Regelement verkeersregels en Verkeerstekens (hierna: RVV 1990) moet geschieden krachtens een verkeersbesluit;

• artikel 34 in het geval van tijdelijke omstandigheden;

• artikel 37 van het BABW in verband met de tijdelijkheid van de maatregel welke naar verwachting langer gaat duren dan 4 maanden;

• artikel 24 van het BABW ingevolge verkeersbesluiten worden genomen na overleg met een gemachtigde van de korpschef van de politie Rijnmond.

• Overwegende dat:

• in de weg van de Westvest, tussen de Korte Haven noordzijde en Korte Haven zuidzijde een zogenaamde spuisluis is gelegen;

• deze spuisluis in de gemeentelijke administratie is opgenomen als brug 67;

• de spuisluis een gemeentelijk monument is en dateert uit de 18e eeuw;

• in verband met de geplande werkzaamheden in de omgeving, is de status van de voormalige spuisluis onderzocht;

• hieruit is gebleken, dat er beperkingen zijn aan de belastbaarheid van de constructie;

• indien er geen maatregelen worden getroffen, er schade kan ontstaan aan de constructie, en daarmee aan de weg, waardoor de bruikbaarheid ernstig zou worden beperkt;

• de te treffen maatregelen mede dienen om de veiligheid van weggebruikers te waarborgen;

• het gebied, waar de brug toegang toe biedt, is ingeklemd door de havens van de Korte Haven, Lange Haven en Nieuwe Haven;

• er geen andere toegangen zijn, voor motorvoertuigen, tot het gebied;

• hierdoor kan het gebied alleen bereikt worden door motorvoertuigen, via de weg over de spuisluis;

• het wenselijk is het gebied zo veel mogelijk bereikbaar te houden;

• door een voorziening het scheepvaartverkeer door de spuisluis doorgang kan vinden;

• er een tijdelijke ontlastvoorziening ( later te noemen brug ) wordt geplaatst over de bestaande weg van de spuisluis;

• deze brug een tijdelijke voorziening is, maar het een maatregel is die langer duurt dan 4 maanden;

• het een maatregel is, om het herstel van de originele spuisluis ( brug 67 ) voor te bereiden;

• deze ontlastvoorziening niet, het in Nederland geldende treingewicht( totaal maximum massa) van 50 ton kan dragen, maar beperkt is tot een totaal maximum massa van 40 ton;

• de totale breedte van de ontlastconstructie over de spuisluis is 3,72 meter;

• deze is voorzien van een open leuningconstructie;

• uitgaande van een breedte van een personenauto, in eenrichting, met een maximale voertuigbreedte van 2,55 meter, met een vrije obstakel vrije ruimte van ongeveer een meter, bij een snelheid van 15 kilometer per uur, is de breedte van de constructie voldoende; ( bron CROW/ ASVV 2021);

• dat de voorziening voldoet aan de eisen van bereikbaarheid van de hulpdiensten, o.a. vastgelegd in de “Handreiking blusmiddelen en bereikbaarheid”;

• de fietsers en bromfietser langs de brug geleid worden via een “fietspad “ om voor deze categorie een zo veilig mogelijke passage te waarborgen;

• de bestuurders op de Westvest, uit oogpunt van doorstroming, op de Westvest voorrang krijgen op bestuurders, die de Westvest naderen over de Korte Haven noordzijde of zuidzijde;

• het instellen van een voorrangssituatie, bedoeld om onwenselijke situaties, zoals opstoppingen op het aanliggend wegennet, te voorkomen;

• het verkeersaanbod op de Korte Haven noord- en zuidzijde dusdanig laag is, dat er nagenoeg geen hinder zal ontstaan op de aansluiting van deze wegen op de Westvest;

• omdat er onvoldoende ruimte is, door plaatsing van de brug, het voor bestuurders, komende vanaf de Korte Haven noordzijde, niet toegestaan is om linksaf te slaan,

• dat de afzetting en bebording van de voorziening gebeurt conform de minimale eisen van de richtlijnen van het CROW richtlijn 96b en verkeersborden conform het Regelement Verkeersregels en Verkeertekens 1990;

• dat de voortgang van de werkzaamheden te volgen zijn via de website van de gemeente Schiedam en de website van de aannemer;

• dat de voortgang en de afsluitingen landelijk zijn te volgen via Melvin

• https://melvin.ndw.nu/public;sw=51.901,4.371;ne=51.947,4.388.

• Nemen, gelet op het voorgaand, het volgende

Besluit:

• het plaatsen van een tijdelijke ontlastconstructie over brug 67;

• plaatsing van een voorrangsregeling op de tijdelijke brug, met dien verstande dat motorvoertuigen uit de richting van de Vlaardingerstraat voorrang hebben op bestuurders van motorvoertuigen uit tegenovergestelde richting, aangeven door middel van borden conform model F05 en F06 van bijlage 1 het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990 ( hierna RVV 1990);

• het instellen van een maximum snelheid bij het passeren van de brug, van 15 kilometer per uur, door middel van model bord A1 met opschrift 15 van bijlage 1 van het RVV 1990;

• het plaatsen van een gewichtsbeperking voor vrachtauto’s, die de brug passeren, door middel van bord conform model C07 van bijlage 1 van het RVV 1990 met onderbord max 40 ton;

• het instellen van twee (brom)fietspaden aan weerszijden van de brug, bedoeld voor fietsers en bromfietser, door middel van borden G12a van Bijlage 1 van het RVV 1990;

• het instellen van een voorrangsregeling voor het verkeer op de Westvest, ten opzicht van het verkeer op de Korte Haven noord- en zuidzijde, door middel van borden conform model B05 en B06 van bijlage 1 van het RVV1990;

• het instellen van een verplichte rijrichting voor bestuurders van voertuigen, met uitzondering van fietsers en bromfietsers door middel van een bord conform model D05-r met onderbord OB 54 van bijlage 1 van het RVV 1990.

Bezwaar:

• Tegen dit besluit kan iedere belanghebbende op grond van het bepaalde in de Algemene wet bestuursrecht binnen 6 weken na de dag van openbare kennisgeving een gemotiveerd bezwaarschrift indienen bij het college van burgemeester en wethouders van Schiedam, Postbus 1501, 3100 EA Schiedam, onder vermelding van ‘bezwaarschrift’. Het bezwaarschrift moet ondertekend zijn en tenminste de naam en het adres van de indiener, de dagtekening, een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar is gericht en de gronden van het bezwaar bevatten.

• Het indienen van een bezwaarschrift schorst de werking van dit besluit niet. Degenen die een bezwaarschrift hebben ingediend kunnen, indien er sprake is van spoedeisend belang, tevens op grond van artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht, bij de president van de Arrondissementsrechtbank Rotterdam , sector bestuursrecht, Postbus 50950, 3007 BL Rotterdam, vragen een voorlopige voorziening te treffen. Voor het behandelen van een dergelijk verzoek wordt griffierecht geheven.

• burgemeester en wethouders van Schiedam,

• namens dezen,

• teammanager Ruimtelijke Ontwikkeling en Beleid

• mr. P.J. Dullaart