Subsidieregeling Leefbaarheidsinitiatieven Montferland 2022

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Montferland;

 

Gelet op artikel 3 van de Algemene Subsidieverordening Montferland 2018

BESLUIT

 

Vast te stellen de subsidieregeling “Leefbaarheidsinitiatieven Montferland 2022”

Artikel 1. Begripsbepalingen

  • a.

    College: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Montferland;

  • b.

    ASV: Algemene subsidieverordening gemeente Montferland 2018;

  • c.

    Incidentele subsidie: Subsidie verstrekt voor een activiteit met een eenmalig of experimenteel karakter;

  • d.

    Jaarlijkse subsidie: Subsidie verstrekt voor activiteiten met een jaarlijks terugkerend karakter;

  • e.

    Subsidiejaar: het jaar waarin de activiteiten waarvoor subsidie wordt gevraagd worden uitgevoerd;

  • f.

    Beschikking: een schriftelijk besluit van of namens burgemeester en wethouders waarin een beslissing op de subsidieaanvraag wordt vermeld;

  • g.

    Leefbaarheid: de mate waarin de sociale en fysieke leefomgeving aansluit bij de behoeften van de bewoners;

  • h.

    Leefbaarheidsinitiatief: activiteit die gericht is op de verbetering van de leefbaarheid in de gemeente Montferland;

  • i.

    Sociale Samenhang: de mate waarin inwoners een gezamenlijke identiteit of een gezamenlijk belang herkennen;

  • j.

    Organisatie: een in Montferland gevestigde rechtspersoon, ingeschreven bij de kamer van koophandel;

  • k.

    Gebied: een kern, dorp, stad of wijk in Montferland.

Artikel 2. Toepassingsbereik

Het bepaalde in deze subsidieregeling is alleen van toepassing op de verstrekking van subsidie door het college voor de in artikel 3 bedoelde activiteiten.

Artikel 3. Subsidiabele activiteiten

Subsidie op grond van deze regeling kan worden verstrekt voor leefbaarheidsinitiatieven die zich richten op:

  • a.

    de verbetering van de infrastructuur binnen het gebied;

  • b.

    de communicatie tussen de inwoners van het gebied;

  • c.

    het verlenen van diensten aan bewoners ter voorkoming van eenzaamheid en isolement;

  • d.

    het aanbieden van activiteiten gericht op zorg en dienstverlening aan bewoners;

  • e.

    belangenbehartiging van het gebied;

  • f.

    activiteiten ter bevordering van de sociale samenhang in het gebied;

  • g.

    het verfraaien van het gebied.

Artikel 4. Doelgroepen

Subsidie kan uitsluitend worden verstrekt aan organisaties als bedoeld in artikel 1 lid j.

Artikel 5. Subsidiegrondslagen

  • 5.1

    Voor activiteiten als bedoeld in artikel 3 van deze subsidieregeling kan per subsidieaanvrager een eenmalige subsidie worden verstrekt van € 2.000,- ongeacht in welk gebied de activiteiten worden uitgevoerd.

  • 5.1

    Voor de organisatiekosten van de in Montferland gevestigde wijk- en dorpsraden kan een jaarlijkse subsidie van € 750,00 worden verstrekt. Daarnaast kan 1 wijk- of dorpsraad per jaar een extra aanvraag indienen van € 1.000,- ten behoeve van een bijeenkomst waar alle wijk- en dorpsraden bijeen komen.

Artikel 6. Aanvragen van de subsidie

  • 6.1

    Een organisatie kan slechts eenmaal per jaar een subsidie aanvragen voor activiteiten als bedoeld in artikel 5.1. Een dergelijke aanvraag kan worden ingediend in de periode tussen 1 januari en 1 november van het subsidiejaar.

  • 6.2

    Een aanvraag om een subsidie als bedoeld in het vorige lid wordt uiterlijk 8 weken voor de geplande aanvangsdatum van de activiteiten ingediend bij de gemeente. Bij de aanvraag dienen de volgende stukken te worden toegevoegd:

    • a.

      Een omschrijving van de doelstelling van de activiteit(en) waaruit blijkt op welke manier deze bijdragen aan de leefbaarheid en de sociale samenhang in het gebied;

    • b.

      Een opsomming van de te maken kosten die noodzakelijk zijn om de activiteit(en) uit te kunnen voeren;

    • c.

      Een omschrijving van de groep waarop de activiteit zich richt;

    • d.

      Een omschrijving van de activiteit(en);

    • e.

      Een begroting waaruit blijkt dat het aannemelijk is dat met inachtneming van de gevraagde subsidie de activiteit (en) daadwerkelijk kan worden uitgevoerd.

  • 6.3

    Een aanvraag om subsidie als bedoeld in artikel 5 lid 2 wordt ingediend voor 1 oktober van het lopende subsidiejaar.

  • 6.4

    Subsidieaanvragen worden bij voorkeur digitaal ingediend met gebruikmaking van een door het college vastgesteld aanvraagformulier.

Artikel 7. Het beslissen op subsidieaanvragen
  • 7.1

    Het college neemt uiterlijk 6 weken na ontvangst van de subsidieaanvraag als bedoeld in artikel 5 lid 1 een besluit tot verlening dan wel weigering van de gevraagde subsidie.

  • 7.2

    Het college neemt voor 30 november van het lopende subsidiejaar een beslissing over subsidieaanvragen van de wijk- en dorpsraden als bedoeld in artikel 5 lid 2.

Artikel 8. Aanvullende Weigeringsgronden

Overeenkomstig artikel 9, tweede lid, aanhef en onder f, van de ASV kan subsidieverlening geweigerd worden als:

  • a.

    Met de activiteiten waarvoor subsidie is gevraagd is begonnen alvorens op de aanvraag is beschikt.

  • b.

    De kosten, die als noodzakelijk voor de activiteiten worden opgegeven, reeds voor het indienen van de subsidieaanvraag zijn gemaakt.

  • c.

    De activiteiten in belangrijke mate een politieke, godsdienstige of levensbeschouwelijke boodschap hebben.

  • d.

    Voor de activiteiten al op grond van een andere gemeentelijke subsidieregeling subsidie is verstrekt.

  • e.

    Het onwaarschijnlijk is dat met inachtneming van de toe te kennen subsidie de aanvraag kan worden uitgevoerd.

  • f.

    Als subsidieverlening overbodig is om de activiteiten te kunnen uitvoeren.

  • g.

    De aanvraag van subsidie bedoeld is voor de aanschaf van voedsel en dranken.

Artikel 9. Subsidieplafond

  • 9.1

    Het college stelt een subsidieplafond in voor de uitvoering van deze regeling. Dit subsidieplafond geldt voor het tijdvak 1 januari t/m 31 december van ieder kalenderjaar.

  • 9.2.

    Het college stelt een aanvullend subsidieplafond in voor de toekenning van de subsidies in de organisatiekosten van wijk en dorpsraden (art.5.2) . Ook dit subsidieplafond geldt voor het tijdvak 1 januari t/m 31 december van ieder kalenderjaar.

  • 9.3

    Aanvragen voor incidentele subsidies worden getoetst in volgorde van ontvangst aan de hand van deze subsidieregeling. Alle aanvragen die zijn ingekomen binnen het tijdvak als bedoeld in het vorige lid en voldoen aan de bepalingen van deze subsidieregeling zullen worden gehonoreerd tot een maximaal bedrag van € 2.000,00. per aanvraag.

  • 9.4

    Als een besluit tot subsidieverlening zou leiden tot overschrijding van het subsidieplafond als bedoeld in artikel 9.1. wordt toekenning van subsidie geweigerd voor dat deel van de gevraagde subsidie waarmee het subsidieplafond zou worden overschreden.

  • 9.5

    In geval een subsidieaanvraag wordt geweigerd wegens overschrijding van het subsidieplafond wordt de aanvrager in de gelegenheid gesteld de aanvraag door te schuiven naar het volgende kalenderjaar.

Artikel 10. De verlening van voorschotten

Als het college op grond van artikel 9 lid 1 een besluit tot subsidieverlening heeft genomen zal de verleende subsidie volledig als voorschot worden uitbetaald.

Artikel 11. De vaststelling van de subsidie

  • 11.1

    Voor activiteiten waarvoor subsidie is verleend op grond van artikel 7 lid 1 dient de aanvrager binnen 12 weken nadat de activiteiten zijn uitgevoerd een aanvraag tot subsidievaststelling in. Deze aanvraag gaat vergezeld van een verslag van de uitgevoerde activiteiten, de bereikte doelgroep en het effect van de activiteiten op de leefbaarheid. Tevens dient er een financiële verantwoording van de gemaakte kosten bijgevoegd te worden. Op basis hiervan stelt het college binnen zes weken na ontvangst van de aanvraag tot subsidievaststelling de subsidie vast, onder verrekening van eventueel verleende verschotten.

  • 11.2

    De subsidie in de organisatiekosten van de wijk- en dorpsraden wordt direct verleend en vastgesteld.

Artikel 12. Aanvullende procesregels

Het college van burgemeester en wethouders dient zo spoedig mogelijk schriftelijk in kennis gesteld te worden als de activiteiten waarvoor subsidie is verleend geen doorgang kunnen vinden op de wijze zoals in de subsidieaanvraag is vermeld.

Artikel 13. Slotbepalingen

  • 13.1

    Deze subsidieregeling wordt aangehaald als “Subsidieregeling leefbaarheidsinitiatieven Montferland 2022”.

  • 13.2

    De regeling treedt in werking op 1 januari 2022. Per gelijke datum wordt de subsidieregeling ondersteuning Leefbaarheidsinitiatieven Montferland 2021-2 ingetrokken.

 

Aldus vastgesteld door burgemeester en wethouders van Montferland op 30 november 2021.

Burgemeester en wethouders van Montferland,

De secretaris,

drs. M. Wagener

De burgemeester,

H.H. de Vries

Algemeen

 

Deze subsidieregeling heeft als doel initiatieven op het gebied van leefbaarheid binnen de gemeente Montferland te ondersteunen en bevorderen.

Aanleiding

In 2018 is eenmalig een leefbaarheidssubsidie ingesteld voor de kleine kernen. Hiervan is veelvuldig gebruik gemaakt en deze regeling heeft doorgaans ook bijgedragen aan de sociale cohesie binnen de kernen.

Mede op basis hiervan is deze nieuwe regeling opgesteld. Daarnaast biedt de regeling de mogelijkheid tot jaarlijkse vergoeding van organisatiekosten van de wijk- en dorpsraden.

De wijzigingen ten opzichte van de voorgaande subsidieregeling leefbaarheidsinitiatieven:

  • -

    enkele kleine tekstuele aanpassingen.

  • -

    art. 1.k. Gebied: een kern, dorp, stad of wijk in Montferland.

  • -

    art. 3.g. het verfraaien van het gebied.

  • -

    art. 5.1. verhoging van het bedrag per initiatief van € 1.500,-- naar 2.000,--.

  • -

    art. 6.3. Een aanvraag om subsidie als bedoeld in artikel 5 lid 2 wordt ingediend voor 1 oktober van het lopende subsidiejaar.

  • -

    art 9.4. verwijderd omdat dit al beschreven is bij art 6.1.

  • -

    art 11.1 aangevuld met het effect van de activiteiten op de leefbaarheid en een financiële verantwoording van de gemaakte kosten.

Artikelsgewijze toelichting

Art. 1 Begripsbepalingen

In dit artikel zijn de begrippen die in deze regeling worden gehanteerd nader gedefinieerd.

Art. 2 Toepassingsbereik

In artikel 2 wordt aangegeven dat deze subsidieregeling uitsluitend van toepassing is op de verstrekking van subsidies voor activiteiten die nader zijn aangeduid in artikel 3. Voor andere activiteiten gelden weer andere subsidieregelingen. De gemeente heeft per 1 januari 2022 inclusief de voorliggende regeling 7 subsidieregelingen. De subsidieregeling leefbaarheidsinitiatieven Montferland 2021-2 wordt met ingang van 1 januari 2022 ingetrokken. De voorliggende regeling kan worden gezien als vervanger van deze regeling.

Art. 3 Subsidiabele activiteiten

Dit artikel bevat een opsomming van de verschillende categorieën waarin de subsidiabele activiteiten kunnen worden ingedeeld. Er is bewust voor gekozen om de activiteiten zelf niet te benoemen. Leefbaarheid heeft te maken met de sociale en de fysieke leefomgeving. Met de vaststelling van deze regeling wil de gemeente ondersteuning van een breed scala aan activiteiten mogelijk maken.

Art. 4 Doelgroepen

Er is voor gekozen dat subsidie uitsluitend kan worden aangevraagd door in Montferland gevestigde rechtspersonen. Natuurlijke personen komen dus niet in aanmerking voor vertrekking van subsidie op grond van deze regeling. Deze keus is gemaakt vanwege het feit dat hiermee de verantwoording van de verleende subsidie wordt neergelegd bij het bestuur van de rechtspersoon en niet bij een individu. Hiermee wordt de rechtmatige besteding van verleende subsidies bevorderd.

 

Ook is gekozen voor in Montferland ingeschreven rechtspersonen om het lokale karakter van de regeling te benadrukken.

 

Bij de uitvoering van de regeling wordt geen rangordening per kern aangebracht. Aanvragen kunnen worden ingediend door rechtspersonen afkomstig uit de gehele gemeente.

Art. 5 Subsidiegrondslagen

In dit artikel wordt de hoogte aangegeven van de subsidies t.b.v. de in artikel 3 vermelde subsidiabele activiteiten. Voor incidentele subsidies als bedoeld in artikel 5 lid 1 wordt een subsidie van maximaal € 2.000,00 per aanvraag verstrekt. De subsidie kan ook op een lager bedrag worden vastgesteld als blijkt dat hiermee de subsidiabele activiteit kan worden uitgevoerd.

 

Voor de organisatiekosten van de wijk- en dorpsraden (art 5 lid 2) is een vaste waarderingsgrondslag van € 750,00 per organisatie opgenomen in de regeling. Dit is een jaarlijkse subsidie.

Art. 6 Het aanvragen van subsidie

Ook bij het aanvragen van subsidie wordt onderscheid gemaakt tussen activiteiten als bedoeld in artikel 5.1 (incidentele activiteiten) en artikel 5.2. (jaarlijkse subsidie in de organisatiekosten van de wijk- en dorpsraden). Een subsidieaanvraag voor incidentele activiteiten dient uiterlijk 8 weken voor het geplande tijdstip van uitvoering bij de gemeente te worden ingediend. Deze termijn is nodig om voor aanvang van de activiteit te kunnen beschikken op de aanvraag. Aangegeven is welke informatie moet worden aangeleverd bij de subsidieaanvraag. Er wordt naar gestreefd voor dit type aanvragen een digitaal aanvraagformulier beschikbaar te stellen.

 

In het subsidiejaar kan een aanvrager slechts eenmaal een aanvraag indienen. Wel is het mogelijk om de bestaande aanvraag aan te vullen of te verduidelijken. Wij gaan ervan uit dat aanvragers op een verzoek van de gemeente om verduidelijking c.q. aanvulling van hun subsidieaanvraag terstond reageren. Als aanvragers op dit punt in gebreke zijn kan de gemeente niet garanderen dat uiterlijk twee weken voor aanvang van de geplande activiteit de beschikking kan worden verzonden. In dat geval zal de behandeling van de aanvraag voor 4 weken worden verdaagd. Als de gemeente dan nog niet beschikt over de gevraagde aanvullende informatie zal de subsidieaanvraag worden afgewezen.

 

Aanvragen om subsidies als bedoeld in artikel 5.2. worden ingediend voor 1 oktober van het lopende subsidiejaar. Voor de jaarlijkse bijdrage in de organisatiekosten van de wijk- en dorpsraden wordt een simpele aanvraagprocedure ingeregeld op basis waarvan deze bijdrage direct kan worden vastgesteld en uitbetaald. Verantwoording achteraf van de uitgaven wordt niet gevraagd. Het jaar 2022 moet hierbij gezien worden als een overgangsjaar. Alle in 2021 bestaande wijk- en dorpsraden hebben voor het jaar 2022 reeds een jaarlijkse subsidie aangevraagd voor organisatiekosten.

Art. 7 Het beslissen op subsidieaanvragen

De beschikking kan inhouden dat de subsidie wordt geweigerd dan wel dat de subsidie wordt verleend. Zo nodig worden specifieke voorwaarden aan de subsidieverlening verbonden. Voor incidentele subsidies geldt dat de beschikking uiterlijk twee weken voor aanvang van de geplande activiteit wordt verzonden. Voor periodieke subsidie gebeurt dit voor het einde van het subsidiejaar.

Art. 8 Weigeringsgronden

Op een subsidieaanvraag wordt negatief beschikt (wordt subsidie geweigerd) als:

  • a.

    De activiteiten waarvoor subsidie wordt aangevraagd niet passen in de omschrijving hiervan in artikel 3 van deze subsidieregeling;

  • b.

    Indien de activiteiten waarvoor subsidie wordt aangevraagd niet of in onvoldoende mate bijdragen aan de leefbaarheid;

  • c.

    Eén van de aanvullende weigeringsgronden zoals bedoeld in artikel 8 aanwezig is;

  • d.

    Als honorering van de aanvraag zou leiden tot overschrijding van het subsidieplafond als bedoeld in artikel 9;

  • e.

    De aanvraag van subsidie bedoeld is voor de aanschaf van voedsel en dranken.

Art. 9 Subsidieplafond

Jaarlijks stelt de gemeenteraad bij de vaststelling van de gemeentebegroting het budget vast voor de uitvoering van deze subsidieregeling. Naar aanleiding van de vaststelling van de begroting stelt het college het subsidieplafond vast. Na vaststelling van het subsidieplafond wordt dit op de gebruikelijke wijze gepubliceerd. Dat betekent dat aanvragen om subsidie voor activiteiten -ook als deze activiteiten in principe subsidiabel zijn- worden geweigerd als toekenning zou leiden tot overschrijding van het subsidieplafond. Aanvragen worden behandeld in volgorde van binnenkomst.

Art. 10 De verlening van voorschotten

Als wordt besloten een subsidie te verlenen als bedoeld in artikel 5.1. zal deze subsidie direct na verzending van de beschikking volledig als voorschot worden uitbetaald. Subsidies als bedoeld in artikel 5.2. worden direct vastgesteld en uitbetaald. Voor deze subsidie wordt geen verantwoordingsverslag gevraagd.

Art. 11 De vaststelling van de subsidie

Voor subsidies die zijn verleend op grond van artikel 5.1 geldt dat binnen 12 weken na afloop van de uitgevoerde activiteiten de aanvrager een financiële verantwoording en een inhoudelijk verslag van de uitgevoerde activiteiten bij de gemeente indient. Op basis hiervan wordt de subsidie definitief vastgesteld, onder verrekening van de verleende voorschotten. Dat betekent dat als de subsidie op een lager bedrag wordt vastgesteld dan in het besluit tot subsidieverlening is vermeld, het verleende voorschot geheel of gedeeltelijk aan de gemeente moet worden terugbetaald. Lager vaststellen van de definitieve subsidie is mogelijk als de activiteiten niet of niet volledig overeenkomstig de subsidieaanvraag binnen het subsidiejaar hebben plaatsgevonden.

Art. 12 Aanvullende procesregels

Indien de activiteiten waarvoor subsidie is verleend geen doorgang kunnen vinden dient de aanvrager van de subsidie het college hiervan zo spoedig mogelijk op de hoogte te stellen. De subsidie kan dan worden teruggevorderd.

Subsidieregister

Alle besluiten tot subsidieverlening en subsidievaststelling die worden genomen op basis van deze subsidieregeling worden geregistreerd in het gemeentelijk subsidieregister. Dit register staat op de website van de gemeente en is dus voor een ieder te raadplegen.

Naar boven