Wijzigingsbesluit Wijziging APV terrassen

De raad van de gemeente Nijmegen, 24 november 2021,

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 12 oktober 2021,

 

gelet op: artikel 149 van de Gemeentewet,

 

Besluit

Vast te stellen de volgende wijzigingen van de Algemene Plaatselijke Verordening:

 

Artikel 2.3.1.4a komt als volgt te luiden;

Artikel 2.3.1.4a Definities terrasvergunningen

In deze paragraaf wordt verstaan onder;

  • a.

    Terras: een buitenruimte (lokaliteit) deel uitmakend van een horecabedrijf, inrichting of instelling waar zit- en/of sta-gelegenheid wordt geboden, voorzien van terrasmeubilair en waar tegen vergoeding dranken worden geschonken en/of spijzen voor directe consumptie ter plaatse worden verstrekt.

  • b.

    Pand: het pand ten behoeve waarvan de terrasvergunning wordt aangevraagd.

 

Artikel 2.3.1.5 komt als volgt te luiden;

Artikel 2.3.1.5. Terrasvergunningen

  • 1.

    Het is verboden om zonder vergunning van de burgemeester een terras te hebben, voor zover deze zich op de weg bevindt.

  • 2.

    In afwijking van artikel 2.1.5.1. beslist de burgemeester op een vergunningaanvraag voor een terras.

  • 3.

    In afwijking van het bepaalde in artikel 1.10, is een vergunning zoals genoemd in het eerste lid gebonden aan het pand waarin een horecabedrijf, kiosk of maatschappelijke en recreatieve instelling wordt uitgeoefend

  • 4.

    Indien deze vergunning geen voorschriften omtrent de sluitingstijden bevat, is het verboden het terras te hebben tussen 01.00 en 09.00 uur.

  • 5.

    Onverminderd het bepaalde in artikel 1.15 weigert de burgemeester de vergunning;

  • a.

    Indien de vergunningaanvraag geen betrekking heeft op een terras, te gebruiken door een horecabedrijf, kiosk of maatschappelijke of recreatieve instelling;

  • b.

    indien de weg, waarop de aanvraag ziet, niet in de directe nabijheid van het pand is gelegen;

  • c.

    indien een kwantitatieve of territoriale beperking als gevolg van bijzondere omstandigheden in de gemeente of in een deel van de gemeente noodzakelijk is in verband met een dwingende reden van algemeen belang. Het college kan hiervoor nadere regels vaststellen waarbij het college mag afwijken van het bepaalde in hoofdstuk 1.

  • 6.

    Onverminderd het bepaalde in artikel 1.15 kan de burgemeester de vergunning zoals bedoeld in het eerste lid weigeren:

  • a.

    indien het beoogde gebruik schade toebrengt aan de weg dan wel gevaar oplevert voor de bruikbaarheid van de weg of voor het doelmatig en veilig gebruik daarvan;

  • b.

    indien dat gebruik een belemmering kan worden voor het doelmatig beheer en onderhoud van de weg;

  • c.

    ter bescherming van het woon- en leefklimaat in de nabije omgeving van het terras;

  • 7.

    Op de aanvraag om een vergunning, bedoeld in het eerste lid, is paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) niet van toepassing.

 

Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2022.

 

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 24 november 2021,

De raadsgriffier,

Drs. S.J. Ruta

De voorzitter,

Drs. H.M.F. Bruls

Naar boven