Tarievenregeling drinkwater 2022, onderdeel van de Algemene Voorwaarden Drinkwater 2013 Amsterdam

Artikel 1 Tarief voor waterlevering met meter

  • 1.

    Het bedrijf bepaalt welk tarief wordt toegepast en vanaf welke datum dit tarief wordt berekend.

  • 2.

    De drinkwaterlevering gebeurt per kubieke meter (m3) naar aanwijzing van een meetinrichting die het bedrijf heeft geplaatst. Het tarief bestaat uit een verbruiksafhankelijk vastrecht en een verbruiksdeel. 1.

    De prijs van het vastrecht wordt per aansluiting bepaald op basis van het jaargebruik dat de meter aangeeft. Daarbij worden 4 categorieën onderscheiden:

     

    • a)

      Kleinverbruik 0 – 1.000 m3 € 82,82

    • b)

      Middenverbruik 1.000 – 10.000 m3 € 660,27

    • c)

      Grootverbruik 10.000 – 100.000 m3 € 5.350,37

    • d)

      Megaverbruik > 100.000 m3 € 43.355,58

    De prijs per m3 geleverd drinkwater: € 0,87

     

  • 3.

    Het bedrijf is bevoegd om de aansluiting en/of meteropstelling aan te passen aan het actuele verbruik. Indien de aanvrager/verbruiker te kennen geeft te willen beschikken over extra capaciteit, bij wijze van reservestelling of back-up voor een eigen watervoorziening, dan wordt hiervoor een vergoeding in rekening gebracht van € 2.000,00 per gereserveerde capaciteit/reservestelling van 100.000 m3 extra op jaarbasis. In alle gevallen bepaalt het bedrijf welk type watermeter wordt geplaatst.

  • 4.

    Aanvragers/verbruikers die drinkwater afnemen van het bedrijf en dit gebruiken als proces(industrie)water kunnen in bijzondere gevallen in aanmerking komen voor een afzonderlijke prijsstelling. Het is ter beoordeling van het bedrijfwanneer er sprake is van een bijzonder geval. De afzonderlijke prijsstelling wordt ter goedkeuring voorgelegd aan het college van B&W van de gemeente Amsterdam.

  • 5.

    Als door een lek aan een verborgen leidinggedeelte van de drinkwaterinstallatie een hoeveelheid water verloren is gegaan die als verbruik is gemeten, kan het bedrijf de berekende hoeveelheid weggelekt water tegen 50% van het normale tarief in rekening brengen. Voorwaarde is dat de aanvrager/verbruiker, naar het oordeel van het bedrijf, de nodige zorgvuldigheid heeft betracht bij het in standhouden van de betreffende leidingen en voor tijdig en afdoende herstel van het lek heeft gezorgd.

Artikel 2 Tarief voor waterlevering zonder meter

  • 1.

    De levering voor ongemeten huishoudelijk gebruik gebeurt per abonnement.

  • 2.

    Het abonnementsbedrag wordt bepaald door het totaal aantal berekeningseenheden in het perceel en moet vooraf betaald worden.

  • 3.

    Er worden geen nieuwe overeenkomsten aangegaan voor ongemeten leveringen, tenzij er geen meetinrichting geplaatst kan worden.

  • 4.

    Het tarief bestaat uit een vastrecht en een bepaald aantal berekeningseenheden:

    • a)

      Vastrecht per jaar € 80,45

    • b)

      Prijs per berekeningseenheid per jaar € 22,65

  • 5.

    Als berekeningseenheid geldt:

    • a)

      Een vertrek van 6 m2 of groter;

    • b)

      Een keuken;

    • c)

      Een badkuip;

    • d)

      Een tuin groter dan 65 m2;

    • e)

      Een garage.

  • 6.

    Het bedrijf bepaalt wat bij de toepassing van dit tarief onder de hiervoor genoemde begrippen wordt verstaan.

  • 7.

    Een vertrek met een oppervlakte van 30 m2 of groter kan –dit ter beoordeling van het bedrijf – worden berekend als twee vertrekken. Een keuken die onderdeel vormt van een groter vertrek wordt afzonderlijk berekend als dit vertrek tevens een woonfunctie heeft. Een eventuele wijziging van het aantal eenheden wordt doorgevoerd op de eerstvolgende factuur na de datum van de melding.

  • 8.

    Het maximaal aantal eenheden per woning dat in rekening wordt gebracht is negen eenheden.

  • 9.

    In de volgende situaties wijkt het tarief af zoals beschreven in artikel 2.4:

    • a)

      Bij een garage met een afzonderlijke aansluiting wordt vastrecht in rekening gebracht van € 80,45, maar worden geen eenheden in rekening gebracht;

    • b)

      Bij een HAT-eenheid met 1 berekeningseenheid wordt ¼ vastrecht (€ 20,11) en 1 berekeningseenheid in rekening gebracht;

    • c)

      Bij een woning, flat of appartement – maar geen HAT-eenheid - waarvoor twee berekeningseenheden zijn bepaald, wordt vastrecht (€ 80,45) en 75% van de twee berekeningseenheden (€ 33,98) in rekening gebracht.

  • 10.

    Voor woongebouwen die door een centrale warmwatervoorziening met een afzonderlijke aansluiting op, naar het oordeel van het bedrijf, voldoende wijze worden voorzien van warm water voor huishoudelijk gebruik, wordt het abonnementsbedrag verminderd. Deze vermindering wordt per aanvrager/verbruiker per centrale warmwatervoorziening vastgesteld. De korting bedraagt 40% van het abonnementsbedrag van de aangesloten woningen, het uiteindelijk door de klant te betalen bedrag wordt echter verhoogd met € 21,46 per aangesloten woning per jaar. Het verschuldigde vastrechtbedrag (€ 80,45) valt buiten deze regeling. Indien het warme water naar het oordeel van het bedrijf niet op voldoende wijze ter beschikking wordt gesteld, kan het percentage waarmee de abonnementsbedragen worden verminderd, verlaagd worden. De levering aan de centrale warmwatervoorziening gaat per m3, naar aanwijzing van de meetinrichting.

  • 11.

    Als in een perceel voor een speciaal doel water wordt gebruikt zonder dat het karakter van de bewoning is aangetast, kan het abonnementsbedrag worden verhoogd met één berekeningseenheid.

Artikel 3 Overgangsregeling

  • 1.

    De overgangsregeling wordt toegepast als het verbruik door het bedrijfwordt gemeten met een meetinrichting en uit de eerste rekening die volgt op de plaatsing van de meetinrichting blijkt dat het verschuldigde bedrag hoger is dan in de situatie dat geen meetinrichting zou zijn geplaatst.

  • 2.

    De overgangsregeling wordt als volgt toegepast:

    • a)

      In het eerste jaar na bemetering bestaat het te betalen bedrag voor 75% uit het dan geldende eenhedentarief en vastrecht en voor 25% uit het te betalen bedrag op basis van de verbruikte m3’s en vastrecht.

    • b)

      In het tweede jaar na bemetering bestaat het te betalen bedrag voor 50% uit het dan geldende eenhedentarief en vastrecht en voor 50% uit het te betalen bedrag op basis van de verbruikte m3’s en vastrecht.

    • c)

      In het derde jaar na bemetering bestaat het te betalen bedrag voor 25% uit het dan geldende eenhedentarief en vastrecht en voor 75% uit het te betalen bedrag op basis van de verbruikte m3’s en vastrecht.

    • d)

      Met ingang van het 4e jaar na bemetering wordt het te betalen bedrag volledig gebaseerd op de verbruikte m3’s en vastrecht.

  • 3.

    Deze percentages en bedragen gelden voor een geheel jaar, te rekenen vanaf het tijdstip dat de meetinrichting is geplaatst. Als de begin- en/of eindstand niet is afgelezen maar geschat, wordt deze regeling niet toegepast voor het betreffende jaar en de eventueel volgende jaren. Het te betalen bedrag wordt dan gebaseerd op de verbruikte m3’s en vastrecht.

  • 4.

    De overgangsregeling geldt niet als:

    • a)

      Aan de aanvrager/verbruiker niet ten minste één jaar water werd geleverd in het betreffende perceel op het moment van plaatsing van de meetinrichting;

    • b)

      Er sprake is van verhuizing.

  • 5.

    Er worden geen gezamenlijke of centrale meetinrichtingen geplaatst in percelen die meerdere zelfstandige woningen omvatten.

  • 6.

    De levering van water voor tijdelijke doeleinden vindt plaats tegen het tarief voor gemeten verbruik. In bijzondere gevallen kan het bedrijf deze levering ongemeten laten plaatsvinden en een geschatte hoeveelheid water in rekening brengen, verhoogd met de kosten die voor deze levering worden gemaakt.

Artikel 4 Tarieven voor brandblussing

  • 1.

    De aanvrager/verbruiker van een (aansluiting voor een) brandblusinstallatie is – onafhankelijk van het aantal aangesloten kranen of sproeiers – per jaar een vastrecht verschuldigd dat afhankelijk is van de diameter van de aansluiting. Daarbij worden 3 categorieën onderscheiden:

    • a)

      50 mm en kleiner € 82,82

    • b)

      80, 90 en 100 mm € 660,27

    • c)

      125 mm en groter € 1.022,56

  • 2.

    Er worden alleen afzonderlijke aansluitingen voor brandblusinstallaties afgegeven met een maximale capaciteit van 60 m3 per uur.

  • 3.

    Brandkranen, afsluiters voor de sproeiers, aftap- en controlekranen van de op deze aansluiting aangesloten blusinstallatie moeten door het bedrijf zijn verzegeld. Voor het aanbrengen van een zegel na verbreking bij brand die het bedrijf moet worden gemeld, of bij het testen van de installatie op deugdelijkheid in tegenwoordigheid van het bedrijf, is € 12,50 verschuldigd; voor het aanbrengen van een zegel buiten deze gevallen is € 12,50 of € 25,00 verschuldigd, dit ter beoordeling van het bedrijf.

Artikel 5 Tarieven voor verhuur van aansluitstukken op brandkranen en van waterwagens

  • 1.

    De tarieven voor het verhuur van aansluitstukken op brandkranen en van waterwagen zijn:

    • a)

      Verhuur van een aansluitstuk met capaciteit van 2,5 m3/uur € 200,00 per dag

    • b)

      Verhuur van een aansluitstuk met capaciteit van 20 m3/uur € 355,00 per dag

    • c)

      Verhuur van een waterwagen met een inhoud van 450 liter € 100,53 per dag

  • 2.

    Aanvragen voor huur dienen minimaal 2 werkdagen vóór aanvang van de gewenste ingangsdatum van de huur bij het bedrijf te worden gedaan. Huurgelden dienen bij de totstandkoming van de overeenkomst te worden voldaan.

  • 3.

    Verhuur vindt plaats op de overeengekomen tijden tussen 07:30 en 19:00 uur.

  • 4.

    Aansluitstukken worden uitsluitend geplaatst op de overeengekomen locatie op de brandkranen van het type BBK (AVK) en OBK.

  • 5.

    Tussentijdse bijvullen van waterwagens is niet mogelijk.

  • 6.

    Plaatsing en verwijdering van de gehuurde zaken geschiedt uitsluitend door het bedrijf.

Artikel 6 Tarieven voor extra kosten

  • 1.

    Bij het niet tijdig betalen van de verschuldigde bedragen op grond van de overeenkomst(en) met betrekking tot het tot stand brengen, in stand houden, uitbreiden of wijzigen van een aansluiting en/of de levering van drinkwater, inclusief deze tarievenregeling, en/of bij onderbreking van de levering door het bedrijf wegens het niet nakomen van de Algemene Voorwaarden Drinkwater 2013 gemeente Amsterdam door de aanvrager en/of verbruiker, zijn de aanvrager en/of verbruiker de volgende vergoedingen verschuldigd:

    • a)

      Administratiekosten bij een aanmaning € 10,00

    • b)

      Kosten bij een af- en heraansluiting zakelijke leveringen € 350,00

    • c)

      Kosten bij een af- en heraansluiting huishoudelijke leveringen € 70,00

  • 2.

    Als de aanvrager/verbruiker aangeeft de drinkwaterfactuur via de post te willen ontvangen zal hiervoor per verzending € 1,50 in rekening worden gebracht ter compensatie voor de ermee gemoeide kosten.

  • 3.

    Als een watermeter wordt geweigerd of bij herhaling niet wordt gereageerd op verzoeken van het bedrijf een afspraak te maken voor het plaatsen van een watermeter wordt een boete van € 138,00 in rekening gebracht.

  • 4.

    Als in een vierde achtereenvolgende jaar geen meterstand wordt doorgegeven en het bedrijf door middel van huisbezoek en een brief de aanvrager/verbruiker hierop vergeefs heeft gewezen wordt een boete van € 138,00 in rekening gebracht.

  • 5.

    De kosten voor verzegeling bedragen per perceel gedeelte € 172,00. Het bedrijf bepaalt naar eigen inzicht of een aanvraag tot verzegeling van een ongemeten levering wordt ingewilligd.

  • 6.

    Als de aan te sluiten drinkwaterinstallatie door een ander dan een erkende installateur wordt aangelegd, worden aan de aanvrager/verbruiker controlekosten in rekening gebracht van € 86,00 per controle-uur.

  • 7.

    Voor elke hercontrole zoals vermeld in artikel 6.2.3 van de Aansluitvoorwaarden Drinkwater 2013 is de betrokken installateur of aanvrager dan wel gebruiker een bijdrage van € 86,00 per uur verschuldigd.

Artikel 7 Omzetbelastingen en/of heffingen

Als de aan de aanvrager/verbruiker verleende diensten en leveringen onderworpen zijn aan omzetbelasting (Btw) en/of Belasting op Leidingwater (BoL), dan worden deze belastingen aan de aanvrager/verbruiker doorberekend.

Artikel 8 Inwerkingtreding

Deze tariefbepalingen treden in werking op 1 januari 2022.

Aldus vastgesteld in de vergadering van 16 november 2021.

De burgemeester

Femke Halsema

De gemeentesecretaris

Peter Teesink

Naar boven