Beleidsnota horecaterrassen gemeente Waddinxveen

Hoofdstuk 1 Algemeen

1.1 Aanleiding

De terrassen in de gemeente Waddinxveen leveren een bijdrage aan de recreatieve kwaliteit van de gemeente. Binnen de gemeente zijn diverse terrassen gelegen. Binnen de diversiteit aan terrassen valt een onderscheid te maken tussen:

• terras op privé-terrein zowel binnen als buiten de bebouwde omgeving;

• terras op gemeentegrond zowel binnen als buiten de bebouwde omgeving.

De behoefte aan een terrassenbeleid komt voort uit het volgende.

Er bestond tot op heden geen schriftelijk beleid voor horecaterrassen en de wijze waarop werd omgegaan met vergunningverlening en het stellen van voorwaarden was niet altijd eenduidig. Dit is uiteraard een onwenselijke situatie. Daarbij heeft inmiddels een groot deel van de Nesse een metamorfose ondergaan en is het wenselijk regels vast te stellen om de beeldkwaliteit van de nieuw ingerichte horecaboulevard te bewaken. Tot slot is in 2006 de exploitatievergunning opnieuw ingevoerd in de gemeente. Onderdeel van deze vergunning is het bij de horecagelegenheid behorende terras.

Door het vaststellen van een terrassenbeleid ontstaat er duidelijkheid voor de ondernemer en de gemeente. Tevens kan op duidelijke gronden worden gehandhaafd indien dit in bepaalde gevallen nodig mocht zijn.

Dit beleid is slechts van toepassing op terrassen bij horecagelegenheden.

1.2 Grondslag, bevoegdheid en juridisch kader

Ingevolge artikel 4:81, eerste lid van de Algemene Wet Bestuursrecht, kan een bestuursorgaan beleidsregels vaststellen met betrekking tot een hem toekomende of onder zijn verantwoordelijkheid uitgeoefende, dan wel door hem gedelegeerde bevoegdheid. In het geval van horeca en terrassen berust deze bevoegdheid bij de burgmeester zoals hierna uiteengezet.

Ingevolge artikel 2.3.1.2, eerste lid van de Algemene Plaatselijke Verordening Waddinxveen (hierna te noemen: APV) dient een horecabedrijf over een exploitatievergunning van de burgemeester te beschikken. Volgens de begripsomschrijving in artikel 2.3.1.1, tweede lid van de APV wordt onder horecabedrijf mede verstaan een bij dit bedrijf behorend terras.

De burgemeester is ingevolge de Gemeentewet bevoegd orgaan wanneer het gaat om openbare orde en veiligheid en openbare gelegenheden. Om die reden beslist de burgemeester over een horeca-exploitatievergunning en een eventueel terras. Ook als een terras op of aan de weg is gelegen, besluit de burgemeester over het gebruik van die weg, ondanks het feit dat het beheer van de openbare weg een collegebevoegdheid is (artikel 2.3.1.2, vijfde lid APV).

De burgemeester kan voorschriften verbinden aan een exploitatievergunning ter bescherming van de woon- en leefsituatie in de omgeving van het horecabedrijf en/of in het belang van de openbare orde en veiligheid (artikel 1.4 APV). Voor de terrassen gelegen op de openbare weg geldt daarbij nog in het bijzonder dat voorschriften opgelegd kunnen worden ter bescherming van het uiterlijk aanzien, de verzorging en onderhoud van het terras (artikel 2.3.1.2, vijfde lid APV).

Artikel 2.3.1.4 tweede lid van de APV geeft de burgemeester de bevoegdheid om door middel van een vergunningsvoorschrift andere sluitingstijden vast te stellen voor een tot een horecabedrijf behorend terras.

1.3 Doel en uitgangspunten

Doel

Het doel van de nota terrassenbeleid is helderheid te geven in beleid, regelgeving, uitvoering en handhaving.

Uitgangspunten

Of een terras kan worden toegestaan, is afhankelijk van de ruimte, het gebruik en/of de functie van een gebied.

De volgende uitgangspunten dienen te worden gehanteerd:

• A. het bewerkstelligen van een goede doorstroming van voetgangers, rolstoelgebruikers, voetgangers met kinderwagens en overige daarmee gelijk te stellen gebruikers, verzorgend en bevoorradend verkeer en calamiteitenverkeer;

• B. er mag geen tot weinig hinder of overlast ontstaan op de volgende manieren:

  • geluidhinder voor de omgeving;

  • belemmering van winkelend publiek en overige gebruikers van de weg;

  • belemmering van (nood)uitgang(en);

  • belemmering van de toegang tot woningen en andere gebouwen;

  • belemmering van het zicht op etalages van winkels;

• C. het terras dient een bijdrage leveren aan de ruimtelijke kwaliteit en mag de stedenbouwkundige en cultuurhistorische kwaliteit niet verstoren.

De uitgangspunten leiden tot een aantal concrete voorwaarden waaraan een terras moet voldoen, welke zijn uitgewerkt in hoofdstuk 2.

Hoofdstuk 2 Bepalingen ten aanzien van terrassen

2.1 Soorten terrassen

Er zijn verschillende soorten terrassen: terrassen gelegen op eigen grond en terrassen gelegen op gemeentegrond. Daarnaast is een onderscheid te maken in terrassen gelegen binnen een bewoonde omgeving en terrassen gelegen buiten een bewoonde omgeving. Het spreekt vanzelf dat een dergelijk onderscheid, gevolgen heeft voor de voorwaarden aan een vergunning (zie 2.3).

Het onderscheid heeft geen gevolgen voor de vergunningplicht: voor alle terrassen dient een vergunning te zijn afgegeven. Uiteraard maakt het voor de precarioheffing wel verschil of een terras op gemeentegrond of op eigen grond is gelegen.

Naast bovengenoemde indeling wordt in Waddinxveen momenteel nog een ander onderscheid aangebracht, namelijk tussen de terrassen gelegen aan de Nesse/Zuidkade en die in de rest van Waddinxveen. Dit onderscheid is van belang voor de duur van het terrassenseizoen (zie 2.2).

2.2. Duur terrassenseizoen

Met uitzondering van de terrassen die aan de Nesse/Zuidkade zijn gelegen op de horecaboulevard aan de Gouwe-oever, mogen terrassen het gehele jaar geopend zijn.

De terrassen aan de Gouwe-oever mogen geopend zijn in de periode van 1 maart tot 1 november.

2.3 Algemene bepalingen ten aanzien van terrassen

Ter voorkoming van overlast worden aan een vergunning voor een terras in ieder geval de volgende voorwaarden verbonden.

Algemene bepalingen terrassen

• 1. Een terras mag worden ingericht c.q. geëxploiteerd gedurende het hele jaar. Terrassen op de Nesse/Zuidkade aan de kant van de Gouwe mogen geëxploiteerd worden in de periode van 1 maart tot 1 november.

• 2. In deze periode mogen de horecabedrijven die zijn gelegen binnen een bewoonde omgeving hun terrassen tot uiterlijk 24.00 uur geopend houden. Horecabedrijven die zijn gelegen buiten een bewoonde omgeving mogen in dezelfde periode hun terrassen tot uiterlijk 01.00 uur geopend houden.

• 3. Op het terras gelegen binnen een bewoonde omgeving mag tot uiterlijk 22.00 uur beperkte achtergrondmuziek ten gehore worden gebracht dan wel vanuit de horeca-inrichting hoorbaar zijn. De voorschriften zoals bepaald in het besluit Horeca, sport en recreatie-inrichtingen zijn van toepassing.

• 4. Op een terras gelegen buiten een bewoonde omgeving mag tot sluitingstijd van het terras beperkte achtergrondmuziek ten gehore worden gebracht dan wel vanuit de horeca-inrichting hoorbaar zijn.

• 5. De horeca-exploitant dient alles te doen en na te laten wat redelijkerwijs gevergd kan worden om hinder en overlast veroorzaakt door op het terras aanwezige dan wel vetrekkende bezoekers te voorkomen.

• 6. Alle aanwijzingen van de politie en toezichthouders van de gemeente Waddinxveen dienen stipt te worden opgevolgd.

2.4 Aanvullende bepalingen ten aanzien van terrassen op gemeentegrond

Terrassen die zich bevinden op of aan de openbare weg en op gemeentegrond dienen te voldoen aan een aantal aanvullende voorwaarden in het belang van de veiligheid, ter bescherming van het uiterlijke aanzien in een gebied en ter voorkoming van overlast en/of schade.

Aanvullende bepalingen t.b.v. terrassen op gemeentegrond:

• 1. Het terras mag uitsluitend worden geplaatst zoals aangegeven op de bij de vergunning behorende tekening.

• 2. Het terras is niet breder dan de gevelbreedte van het pand ten behoeve waarvan het terras wordt geëxploiteerd.

• 3. Het terrasmeubilair dient ordelijk te worden geplaatst en in goede staat van onderhoud en kwaliteit te worden gehouden.

• 4. Voetgangers en overige verkeersdeelnemers mogen geen last ondervinden van het terras.

• 5. Het terrasmeubilair en overige voorzieningen, zoals een parasol of afscheidingswanden dienen zodanig te worden opgesteld dat de uitgang(en) en eventuele nooduitgangen vrij blijven. Er mogen geen obstakels voor de vluchtwegen geplaatst worden.

• 6. Buiten de openingstijden van het terras dient het terrasmeubilair zodanig opgesteld te worden dat het niet meer voor terras gebruikt kan worden.

• 7. Parasols dienen verplaatsbaar te zijn en mogen niet permanent verankerd worden in de grond.

• 8. Reclame op parasols mag niet schreeuwend zijn en bovendien niet groter zijn dan 20% van het oppervlak waarop ze zijn aangebracht.

• 9. Menuborden mogen alleen worden geplaatst binnen de oppervlakte van een terras in de vorm van losse, platte menuborden met een maximale oppervlakte van 1 m2 per zijde, e.e.a. tijdens openingstijden van het terras.

2.5 Aanvullende bepalingen ten aanzien van terrassen op de Nesse/Zuidkade

De Nesse is in het jaar 2006 heringericht. Hierbij werd en wordt een beeldkwaliteit nagestreefd van horecaboulevard met een klassieke uitstraling. Om de beeldkwaliteit te waarborgen, is het wenselijk eisen inzake het uiterlijk aanzien te stellen aan het gebruik van de openbare ruimte als terras. Voor de terrassen gelegen aan de Gouweoever op de Nesse gelden daarom de onderstaande aanvullende bepalingen:

Meubilair

• Tafels en stoelen dienen gemaakt te zijn van kwalitatief hoogwaardig en sfeervol materiaal. Plastic meubilair is niet toegestaan;

• Parasols mogen niet met de grond verankerd worden;

• Op de parasols is geen schreeuwende reclame aangebracht.

Terrasschermen

Indien exploitanten terrasschermen willen plaatsen, gelden de volgende eisen:

• De terrasschermen zijn maximaal 1, 50 m hoog.

• Terrasschermen mogen worden geplaatst

  • tussen de terrassen in;

  • aan de zijde van de Gouwe, maar nooit voor meer dan de helft van de breedte van het terras;

• De schermen zijn demontabel.

• De schermen zijn transparant met een zwarte lijst.

Menuborden

• eventuele menuborden worden uitsluitend binnen de grenzen van het terras geplaatst.

Overig

• Het terras dient voortdurend in goed staat van onderhoud te verkeren;

• Buiten het terrasseizoen, zijnde van 1 november tot 1 maart, dient het terrasmeubilair verwijderd te worden van het terras.

2.5 Specifieke voorwaarden

In deze beleidsnota kan worden aangegeven welke voorwaarden in ieder geval aan het exploiteren van een terras zijn verbonden. Dit neemt niet weg dat in een specifiek geval aanvullende eisen noodzakelijk zijn ter bescherming van de belangen die een terrasvergunning beogen te beschermen. Dit zal in een dergelijk geval duidelijk gemotiveerd moeten worden.

Hoofdstuk 3 Kosten, vergunningprocedure en handhaving

3.1 Leges en gebruiksvergoeding

Iedere horecagelegenheid dient over een exploitatievergunning te beschikken. Voor deze vergunning zijn legeskosten verschuldigd. Deze tarieven zijn opgenomen in de gemeentelijke Legesverordening.

Indien het terras is gelegen op gemeentegrond is een gebruiksvergoeding verschuldigd in de vorm van een precarioheffing. De tarieven hiervoor zijn opgenomen in de Verordening Precariobelasting van het lopende jaar.

3.2 Vergunningprocedure

Volgens het systeem van de APV maakt een terras deel uit van het horecabedrijf waarvoor de burgemeester een vergunning verleent of weigert. Wanneer een horeca-exploitatievergunning wordt aangevraagd, dient daarbij te worden aangegeven of er een terras zal worden geëxploiteerd.

Om een dergelijke aanvraag te kunnen beoordelen, dient bij de aanvraag inzicht gegeven te worden in de precieze situering van het terras ten opzichte van de inrichting en de directe omgeving.

Van ieder terras wordt een plattegrondtekening gemaakt. Deze tekening zal onderdeel uitmaken van de drank- en horecavergunning en de terrasvergunning.

3.3 Handhaving

De feitelijke handhaving zal in nauwe samenwerking tussen de gemeente en de politie gerealiseerd worden. De gemeente heeft naast de toezichthoudende taak een coördinerende rol. De politie zal de controle en handhaving inpassen in de dagelijkse werkzaamheden.

Het overtreden van bepalingen betreffende terrassen kan (gedeeltelijke) intrekking van de exploitatievergunning tot gevolg hebben. Maatregelen zoals bestuursdwang en dwangsommen of strengere bepalingen ten aanzien van de overtreder zijn tevens niet uitgesloten. De maatregel is afhankelijk van de ernst van de overtreding en situatie.

Bij de oplegging van de maatregel houdt de burgemeester rekening met de Algemene wet bestuursrecht, de nota Terrassenbeleid en de Algemene Plaatselijke Verordening Waddinxveen.

Hoofdstuk 4 Aanverwante regelgeving

4.1 Andere terrassen dan horecaterrassen

Indien een niet horecabedrijf een terras wil exploiteren, kan van een vergunningplicht slechts sprake zijn indien het beoogde terras op de openbare weg ligt: voor een terras gelegen op eigen grond niet behorende bij een horecabedrijf is immers geen bepaling opgenomen in de APV.

Voor zover dit zou kunnen voorkomen en voor zover dit überhaupt wenselijk is, is dit een bevoegdheid van het college: slechts over het gebruik van de weg dient te worden beslist op grond van artikel 2.1.5.1. Hierbij wordt opgemerkt dat er al heel snel sprake zal zijn van een onder de definitie van horecabedrijf vallende activiteit indien het gaat om het ter plaatse nuttigen van drink- en/of etenswaren.

4.2 Drank- en Horecawet (DHW)

In de Drank- en Horecawet van 1 november 2000 is expliciet bepaald dat een terras een onderdeel is van het horecabedrijf. Het is om deze reden dat een terras ook moet worden vermeld op de drank- en horecavergunning (artikel 29, lid 1 DHW). Alle terrassen moeten op de vergunning worden vermeld, ongeacht of het terras eigen grond of gemeentegrond betreft. Daarbij geldt dat het terras in de onmiddellijke nabijheid van de horecagelegenheid moet zijn gelegen.

Alleen waar het college van burgemeester en wethouders een terras toestaan kan vergunning worden verleend.

4.3 Besluit horeca-, sport-, en recreatie-inrichtingen

Volgens het systeem van de Wet milieubeheer geldt voor horecabedrijven het Besluit horeca-, sport-, en recreatie-inrichtingen. Dit betekent dat de algemene voorschriften betreffende geluidhinder en indirecte hinder ook van toepassing zijn op de terrassen. Zo zal binnen de geluidsgrenzen niet vlug levende muziek op het terras mogelijk zijn. Ook moet de ondernemer zodanige maatregelen treffen dat hinder, veroorzaakt door komende of vertrekkende bezoekers, wordt voorkomen dan wel zoveel mogelijk wordt beperkt.

Voor het overige is het mogelijk dat burgemeester en wethouders nadere eisen stellen op het gebied van geluidhinder en indirecte hinder. Zo kunnen nadere eisen worden gesteld ten aanzien van:

• de periode van openstelling van het terras;

• de situering van een terras en;

• het in acht nemen van gedragsregels, waaronder regels ten aanzien van komende en gaande bezoekers.