Verkeersbesluit Esther Vergeerstraat

Kenmerk: 21BW000497

 

 

Burgemeester en Wethouders van Schiedam,

  •  

Gelet op:

 

  • artikel 18, lid 1 onder d van de Wegenverkeerswet 1994 (hierna: WVW 1994), ingevolge verkeersbesluiten worden genomen door burgemeester en wethouders voor zover zij betreffen het verkeer op wegen, welke niet in beheer zijn bij het Rijk, de provincie of een waterschap;

  • de maatregel wordt genomen op basis van de belangen van artikel 2 van de Wegenverkeerswet 1994 (later te noemen WVW 1994)

  • in het algemeen belang van het verzekeren van de veiligheid op de weg;

  • het beschermen van weggebruikers en passagiers.;

  • artikel 15, lid 1 van de WVW 1994 ingevolge de plaatsing of verwijdering van de bij algemene maatregel van bestuur aangewezen verkeerstekens en onderborden, voor zover daarvoor een gebod of verbod ontstaat, geschiedt krachtens een verkeersbesluit;

  • artikel 12 onder a van het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer (hierna: BABW), dat het plaatsen of verwijderen van borden model C02, C03, C04R en OB52 van Bijlage 1 van het Regelement verkeersregels en Verkeerstekens (hierna: RVV 1990) moet geschieden krachtens een verkeersbesluit;

  • artikel 24 van het BABW ingevolge verkeersbesluiten worden genomen na overleg met een gemachtigde van de korpschef van de politie Rijnmond.

 

Overwegende dat:

  •  

  • de Esther Vergeerstraat gelegen is binnen de bebouwde kom en in eigendom, beheer en onderhoud is bij de gemeente Schiedam;

  • er vanwege de huidige verkeerssituatie in de in aanbouw zijnde wijk waarin de Esther Vergeerstraat is gelegen, er nu tijdelijk éénrichting verkeer in oostelijke richting, uitgezonderd fietsverkeer, is ingesteld op de Esther Vergeerstraat;

  • de weggebruikers, waaronder kinderen op de fiets, inmiddels gewend zijn aan het éénrichtingverkeer in deze straat;

  • het huidige éénrichtingverkeer leidt tot een veilige en overzichtelijke verkeerssituatie;

  • uit metingen blijkt dat het huidig éénrichtingverkeer niet leidt tot te hoge snelheden van het autoverkeer;

  • - er conform een verkeersbesluit gepubliceerd op 29 november 2018 op het deel van de Olympiaweg gelegen ten zuiden van de nog te realiseren singel éénrichtingverkeer in oostelijke richting zal worden ingesteld zodra de wijk is afgebouwd;

  • - het instellen van permanent éénrichtingverkeer op de Esther Vergeerstraat daarom niet zal leiden tot onnodig omrijden voor autoverkeer;

  • - er bij toestaan van autoverkeer in beide rijrichtingen op de Esther Vergeerstraat verwacht mag worden dat op het deel van de Olympiaweg gelegen ten westen van de westelijke aansluiting van de Esther Vergeerstraat op de Olympiaweg het in te stellen éénrichtingverkeer in oostelijke richting op dat deel van de Olympiaweg door een deel van het autoverkeer zal worden genegeerd;

  • - het deel van de Olympiaweg gelegen ten zuiden van de nog te realiseren singel ook zal dienen als belangrijke (school-)fietsroute;

  • - door het permanent maken van het éénrichtingverkeer in oostelijke richting op de Esther Vergeerstraat verwacht mag worden dat de hoeveelheid autoverkeer op dit deel van de Olympiaweg minder zal worden hetgeen de verkeersveiligheid hier zal verhogen;

  • - het gezien de breedte van de Esther Vergeerstraat mogelijk en wenselijk is het fietsverkeer uit te zonderen van het in te stellen éénrichting verkeer;

  • - het daarom gewenst is het huidige tijdelijke éénrichtingverkeer, met uitzondering van fietsverkeer, op de Esther Vergeerstraat permanent in te stellen;

  •  

  •  

  • Nemen, gelet op het voorgaand, het volgende

  •  

Besluit:

  • het instellen van een verplichte rijrichting in oostelijke richting op de Esther Vergeerstraat, uitgezonderd fietsverkeer, door middel van het plaatsen van borden model C02, C03, C04R en OB52 van Bijlage 1 van het RVV 1990.

  •  

  •  

  •  

Bezwaar:

  • Tegen dit besluit kan iedere belanghebbende op grond van het bepaalde in de Algemene wet bestuursrecht binnen 6 weken na de dag van openbare kennisgeving een gemotiveerd bezwaarschrift indienen bij het college van burgemeester en wethouders van Schiedam, Postbus 1501, 3100 EA Schiedam, onder vermelding van ‘bezwaarschrift’. Het bezwaarschrift moet ondertekend zijn en tenminste de naam en het adres van de indiener, de dagtekening, een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar is gericht en de gronden van het bezwaar bevatten.

  •  

  •  

  •  

  •  

  • Het indienen van een bezwaarschrift schorst de werking van dit besluit niet. Degenen die een bezwaarschrift hebben ingediend kunnen, indien er sprake is van spoedeisend belang, tevens op grond van artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht, bij de president van de Arrondissementsrechtbank Rotterdam , sector bestuursrecht, Postbus 50950, 3007 BL Rotterdam, vragen een voorlopige voorziening te treffen. Voor het behandelen van een dergelijk verzoek wordt griffierecht geheven.

  •  

  • burgemeester en wethouders van Schiedam,

  • namens dezen,

  • teammanager Ruimtelijke Ontwikkeling en Beleid

  •  

  •  

  • mr. P.J. Dullaart

  •  

  •  

Naar boven