Beleidsregel tot tweede wijziging van de Beleidsregel vergunningverlening terrassen Den Haag 2016

Toelichting

Eerder is bij besluit van RIS308588 de Beleidsregel vergunningverlening terrassen Den Haag 2016 tijdelijk aangepast met daarin een einddatum voor vergunningverlening van 1 november 2021. Met het vaststellen van deze beleidsregel wordt de inhoud van de beleidsregel onder 10. iets aangepast en de einddatum nu gesteld op 1 mei 2022.

 

Besluitvorming

 

Het college van burgemeester en wethouders van Den Haag,

 

gelet op:

  • -

    artikel 4:81 e.v. van de Algemene wet bestuursrecht;

  • -

    artikel 2:10 van de Algemene plaatselijke verordening voor de gemeente Den Haag;

 

besluit:

 

vast te stellen de volgende Beleidsregel tot tweede wijziging van de Beleidsregel vergunningverlening terrassen Den Haag 2016:

 

Artikel I

De Beleidsregel vergunningverlening terrassen Den Haag 2016 wordt gewijzigd als volgt:

 

  • A

    De beleidsregel onder 10. wordt gewijzigd als volgt:

    10. Vergunningen voor het plaatsen van terrassen op parkeerplaatsen worden verleend voor de hele stad. Voor de wegen buiten de hoofdwinkelstructuur wordt daarbij voor maximaal één parkeerplaats een vergunning afgegeven.

    Vergunningen voor het plaatsen van terrassen op parkeerplaatsen worden verleend tot maximaal 1 mei 2022. Verder vindt er altijd een toets plaats op de belangen die worden vermeld in artikel 2:10, derde lid, van de Algemene plaatselijke verordening voor de gemeente Den Haag.

    Terrasafscheidingen zijn bij parkeerplaatsterrassen toegestaan aan de rijbaanzijde en aan beide koppen van het terras, maar niet aan de trottoirzijde. De maximale hoogte van de schotten is 90 cm, gemeten vanaf de grond.

    In verband met de bereikbaarheid van en het zicht op terrasboten kan afhankelijk van de parkeerdruk maximaal één parkeerplaats op de kade ter hoogte van de terrasboot worden vergund.

 

Artikel II

Deze Beleidsregel tot tweede wijziging van de Beleidsregel vergunningverlening terrassen Den Haag 2016 is treedt in werking op de dag na datum publicatie in Gemeenteblad en vervalt met ingang van 1 mei 2022.

 

Artikel III

De bepalingen die op grond van deze beleidsregel worden gewijzigd blijven van kracht voor de tijdvakken waarvoor zij hebben gegolden.

 

Den Haag, 5 oktober 2021

Het college van burgemeester en wethouders,

 

de secretaris,

Ilma Merx

 

de burgemeester,

Jan van Zanen

 

 

Naar boven