Jaarverslag VTH 2020 - Gemeente Landerd - afdeling Ruimte

1. Inleiding

Dit jaaroverzicht geeft inzicht in de uitvoering van onze VTH-taken in 2020. Het verslag heeft betrekking op de VTH-taken in het omgevingsrecht en aanverwante taken zoals openbare ruimte, veiligheid (waaronder brandveiligheid), horecawetgeving en evenementen.

 

Het aantal nieuwe vergunningaanvragen is in 2020 na genoeg hetzelfde gebleven als in 2019. We zien in 2020 een kleine daling in het aantal ingediende meldingen t.o.v. 2019. Wat betreft de APV-zaken is aan het einde van het jaar een toename in 0-evenementen te zien en een afname in ABC-evenementen. Evenementen hebben in 2020 (thans een groot deel van 2020) geen doorgang kunnen vinden. Corona heeft veel impact gehad op de werkzaamheden van deze medewerker(s).

 

In 2020 zijn er op veel en uiteenlopende onderwerpen handhavingsacties uitgevoerd. Vaak ging het daarbij om de “normale routinematige” zaken. Dit betrof dan bijvoorbeeld bouwen zonder of in afwijking van een vergunning, overtreding milieuvoorschriften door bedrijven, illegale woonsituaties in bijgebouwen en op recreatieterreinen, niet voldoen aan brandveiligheidseisen, wildcrossen, plaatsing reclameborden, illegale bedrijfsactiviteiten. De handhavingsacties varieerden van controles, hercontroles, aanspreken van- en overleg met overtreders, tot mondelinge en schriftelijke waarschuwingen, boetes en opleggen van dwangsommen.

 

Veel extra uren zijn besteed aan bijzondere projecten en situaties, zoals het project “Vitale en toekomstbestendige recreatieparken”. Andere zaken welke de handhavers hebben beziggehouden zijn onder meer de corona-maatregelen, actualiseren van het inrichtingenbestand, de voorbereiding op de invoering van de Omgevingswet en de Wet Kwaliteitsborging en natuurlijk de eerste stappen naar de nieuwe gemeente Maashorst.

 

1.1 Wettelijke basis/jaarlijks terugkerend proces

In hoofdstuk 5 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) is bepaald dat bij algemene maatregel van bestuur regels worden gesteld met betrekking tot een strategische, programmatische en onderling afgestemde uitvoering van de met de Wabo gerelateerde handhavingsbevoegdheden door bestuursorganen. De bedoelde regels zijn opgenomen in het Besluit omgevingsrecht (Bor).

 

In hoofdstuk 7 van het Bor is de verplichting vastgelegd om het VTH-beleid vast te stellen op basis van een analyse van problemen. Het actuele VTH-beleidsplan betreft de periode 2020- 2023. In het beleidsplan zijn voor de VTH taken de doelstellingen beschreven, in hoofdzaak:

 

Het behouden en verbeteren van veiligheid, gezondheid en ruimtelijke kwaliteit, het behouden en verbeteren van het naleefgedrag en de doeltreffendheid en efficiëntie van het handhaven.

 

Er zijn erg veel wettelijke VTH-taken. Omdat voor formele aanvragen van een omgevingsvergunning geldt dat zij in behandeling genomen moéten worden waarbij de wet de manier (procedure) voor de behandeling bepaalt, is er bij vergunningverlening minder keuze en variatie in de aanpak. Bij handhaving geldt dat er per zaak gekeken kan worden of, hoe en in welke mate wij toezicht of handhavingstaken uit voeren. Het is niet realistisch en doeltreffend om alle zaken op het “hoogste niveau” uit te voeren. Dit zou onevenredig veel capaciteit vragen. Het beleidsplan bevat daarom een risicoanalyse op basis waarvan prioriteiten voor de handhavingstaken zijn vastgesteld. Ook voor vergunningverlening is een prioritering in de taken gemaakt.

Het jaarlijkse uitvoeringsprogramma wordt afgestemd op de risicoanalyse/prioritering uit het VTH-beleidsplan.

 

Periodiek moet het bevoegde gezag rapporteren over de uitvoering van de uitgevoerde VTH- activiteiten. Deze rapportage wordt bekendgemaakt aan de gemeenteraad. Met voorliggend jaaroverzicht wordt aan die verplichting voldaan.

 

1.2 Vergunningverlening

Het VTH-beleidsplan bevat onder andere een prioritering van de vergunningverleningstaken. Deze prioritering wordt jaarlijks opnieuw vastgesteld in het uitvoeringsprogramma. Formele aanvragen kunnen een reguliere of een uitgebreide procedure volgen en de wet bepaalt welke procedure van toepassing is. Bij een aanvraag met een reguliere procedure geldt dat de vergunning van “van rechtswege” wordt verleend wanneer de termijn voorbij is zonder dat er een besluit op de aanvraag is genomen. Zoals hierboven en in het beleidsplan wordt toegelicht is hier weinig tot geen keuzevrijheid in de uitvoering van de vergunningverleningstaken. Wel zijn er ook andere taken en zaaktypen waarbij de wet de aanpak/werkwijze niet voorschrijft. Hierbij kan het gaan om zaken als een verzoek voor het nemen van een principebesluit, inrichting van werkprocessen, meldingen, kwaliteit van het werk, de wijze waarop overleggen worden gevoerd en werkzaamheden rondom de door de gemeente voorgenomen herindeling met de gemeente Uden en werkzaamheden i.v.m. nieuwe wetgeving. Maar ook kan gedacht worden aan het maken van de VTH-documenten en aanvragen op basis van de Algemeen plaatselijke verordening (hierna: APV). Bij een melding kan bijvoorbeeld gedacht worden aan een milieumelding of melding brandveiligheid. Wanneer gesproken wordt over “nieuwe wetgeving” gaat het, momenteel, om de voorbereidingen op de komst van de Omgevingswet en de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen.

 

1.3 Handhavingsstrategie

Het VTH-beleidsplan beschrijft ook de handhavingsstrategie. Dit omvat onder meer de handhavingsinstrumenten, de vormen van toezicht en de werkwijze daarbij, de wijze van bestuursrechtelijk en/of strafrechtelijk optreden en voorwaarden voor eventueel gedogen.

 

Landerd hanteert de Landelijke handhavingsstrategie (LHS). Het doel van de LHS is bestuurlijk bevoegde gezagen, de omgevingsdiensten, de landelijke inspecties, de politie en het OM passend te laten optreden bij iedere bevinding, in vergelijkbare situaties vergelijkbare keuzes te laten maken en interventies op vergelijkbare wijze toe te laten passen.

 

De landelijke handhavingsstrategie bevat een concreet stappenplan. Deze “interventiematrix” helpt handhavers bij het typeren van de ernst van de bevinding. Daarbij wordt ook het gedrag van de overtreder betrokken (van “onbedoeld/goedwillend” tot ”bewust”, “calculerend” tot “crimineel”). De interventiematrix geeft houvast bij het bepalen van de interventie/sanctie die in de betreffende situatie passend is.

 

De handhavingsstrategie geeft ook inzicht in afspraken, handelwijzen, afstemming en informatie-uitwisseling tussen de verschillende instanties na de constatering van een overtreding.

 

1.4 Kwaliteitseisen Wabo

Het Besluit omgevingsrecht bevat kwaliteitseisen voor de organisatie van de bestuurlijk handhavende instanties. De organisatie moet zodanig zijn ingericht dat het handhavingsbeleid op adequate, effectieve en zorgvuldige wijze kan worden uitgevoerd. Het gaat zowel om kwantitatieve eisen als om kwalitatieve eisen. Bijvoorbeeld de personeelsformatie, vastleggen van taken en verantwoordelijkheden, specifieke deskundigheden, functiescheiding, beschrijving van werkprocessen, borging van (m.n. financiële) middelen, registratie van handhavingsactiviteiten, rapportage en evaluatie van inzet, prestaties en resultaten.

 

De kwaliteitscriteria maken inzichtelijk welke kwaliteit burgers, bedrijven en instellingen, maar ook overheden onderling en opdrachtgevers mogen verwachten bij de uitvoering of de invulling van de vergunningen-, toezicht- en handhavings-(vth)taken. De eisen gelden ook voor de omgevingsdiensten. Vanaf 2018 gelden de kwaliteitscriteria niet meer alleen voor handhaving, maar voor alle VTH-taken (vergunningen, toezicht en handhaving).

 

De gemeenteraad van Landerd heeft een Verordening Kwaliteit vergunningverlening, toezicht en handhaving vastgesteld. Verdere invulling, invoering en toepassing van de kwaliteitscriteria op de VTH-taken heeft plaatsgevonden o.m. door opstelling het VTH- beleidsplan).

 

1.5 Interbestuurlijk toezicht.

Gedeputeerde Staten van de provincie houden toezicht op de Brabantse gemeenten, waterschappen en gemeenschappelijke regelingen. Dit ligt vast in de Wet revitalisering generiek toezicht. Er zijn verschillende toezichtgebieden, waaronder het omgevingsrecht. Hieronder valt ook het toezicht op de uitvoering van de VTH-taken overeenkomstig de kwaliteitseisen.

 

De provincie Noord-Brabant geeft invulling aan de toezichttaak via systematisch toezicht (algemeen, voor alle gemeenten), reality-checks (toetsing van uitvoeringspraktijk aan beleid en programma’s) en via thema-onderzoeken (specifieke onderwerpen, beperkt aantal gemeenten).

 

De toezichttaak wordt uitgevoerd door het team “IBT Omgevingsrecht”. Gelet wordt onder meer op de tijdige vaststelling van de handhavingsdocumenten, op de borging van voldoende financiële en personele middelen en op een adequate uitvoering van de handhavingstaken.

 

Om de provincie in staat te stellen om de coördinerende taak uit te voeren worden het VTH- beleidsplan, het VTH-uitvoeringsprogramma en het VTH-jaarverslag aan de provincie toegestuurd. Het uitvoeringsprogramma dient jaarlijks vóór 1 februari te worden ingezonden en het jaarverslag vóór 1 mei.

Beoordeling VTH-documenten voorgaand jaar

In 2020 is in het kader van het systematisch onderzoek de tijdigheid, de actualiteit en de kwaliteit van de handhavingsdocumenten bij de gemeenten onderzocht. Het eindoordeel voor Landerd is ontvangen op 07 juli 2020.

 

Het eindoordeel na onderzoek van de documenten van 2019 is dat de gemeente Landerd (met een score van 96,15 punten) voldoet aan de kwaliteitseisen. Omdat wij het niet hebben gehaald om de evaluatie over 2019 op tijd vast te stellen hebben wij dat toetsingsonderdeel niet de volle score weten te behalen. Echter omdat wij minder dan een maand te laat waren is toch de helft van de te verkrijgen punten toegekend.

 

Het eindoordeel van de provincie over 2019, is op 16 oktober 2020, ter kennis gebracht van de gemeenteraad.

 

1.6 Omgevingsdienst

De gemeente Landerd heeft een groot aantal vergunning- en toezichttaken (zowel verplichte als onverplichte) overgedragen aan de Omgevingsdienst Brabant Noord (ODBN). Dit betreft in hoofzaak het milieutoezicht en het sloop (asbest)toezicht. Via een dienstverlenings- overeenkomst zijn afspraken gemaakt over de omvang en wijze van uitvoering van de taken en de financiële vergoedingen. In uitwerkingsdocumenten, zoals een mandaatbesluit, is de uitvoering van taken verder verankerd.

 

Jaarlijks worden concrete werkafspraken met de ODBN gemaakt en wordt een uitvoeringsprogramma opgesteld. Daarin zijn ook de handhavingsprioriteiten van de ODBN opgenomen. Ook in 2020 betrof dit onder meer veehouderijen en volksgezondheid, transitie zorgvuldige veehouderij, toezicht risicorelevante bedrijven, asbestsaneringen en energiebesparing bij bedrijven. De afspraken en prioriteiten worden verwerkt in het uitvoeringsprogramma.

 

Periodiek rapporteert de ODBN aan de gemeente over de stand van de uitvoering van de afgesproken werkzaamheden en taken. Daaraan gekoppeld vindt periodiek overleg plaats met de ODBN waarin afspraken zo nodig worden benadrukt of bijgesteld. De verantwoordingsrapportage van de ODBN over uitvoering van het werkprogramma 2020 voor de gemeente Landerd is als bijlage bij dit verslag gevoegd.

 

Het ODBN is dit jaar op een paar grote projecten extra ingezet. De werkzaamheden betroffen hier voornamelijk juridische ondersteuning. Kijkend naar voorgaand jaar is er sprake van een toename van 64,8% aan juridische werkzaamheden.

In 2020 is er sprake van een afnamen van de toezicht en handhavingstaken t.o.v. 2019 (namelijk 88,8%). De collega voor bouwtoezicht en asbest was in 2020 niet (volledig) in dienst van de gemeente. Dit is inmiddels wel het geval waardoor wij verwachten dat we in 2021 een verdere daling zien. Voor toezicht en handhaving.

Voor het taakveld vergunningverlening is door het ODBN een kleine afname in de werkzaamheden te zien. Het gaat hier om 93,8% t.o.v. voorafgaand jaar.

Regionaal Operationeel Kader

Door de Omgevingsdienst is in 2016 het Regionaal Operationeel Kader (ROK) opgesteld. Op basis van het ROK wordt de beschikbare capaciteit voor het milieutoezicht daar ingezet waar de risico’s op- en van niet-naleving het grootst zijn. Sinds 2019 is het ROK nagenoeg geheel leidend voor de planning. In afwijking hiervan/ daarnaast kunnen er nog speciale projecten worden uitgevoerd. Een voorbeeld daarvan is het project Intensivering Toezicht Veehouderijen.

 

1.7 Samen Sterk in Brabant (SSiB).

In het project “Samen Sterk in Brabant”(SSiB) werken provincie, gemeenten, waterschappen, politie en terreinbeheerders samen aan een veilig en schoon buitengebied. Het team van toezichthouders met Boa-bevoegdheden is daarvoor versterkt. Het team is 24 uur per dag en zeven dagen per week beschikbaar voor toezicht in het buitengebied.

 

Omdat het SSiB programma een doorlooptijd kende tot 2021 en het wenselijk is gebleken om dit programma door te zetten is in 2020 een nieuw SSiB meerjarenprogramma opgesteld voor de periode 2021-2023.

 

De speerpunten in het programma betreffen:

  • 1.

    Afvaldumping: dumpen, lozen, verbranden en vernielen van huis- en bedrijfsafval, asbest en drugsresten.

  • 2.

    Stroperij: stropen van wild, vogels en vissen, vernielen of plukken van (beschermde) planten, aantasten van natuur en dierenwelzijn.

  • 3.

    Wildcross: crossen met motoren en quads in bos en natuurgebieden, waaronder Natura 2000-gebieden.

Convenant Groene Handhaving

In 2017 is, onder meer door de gemeente Landerd, het Convenant Groene Handhaving ondertekend. Deze overeenkomst regelt dat buitengewoon opsporingsambtenaren (Boa’s) over gemeentegrenzen heen kunnen optreden. De wettelijke mogelijkheden voor opsporingsambtenaren van gemeenten, waterschappen en natuur-beherende organisaties zijn daardoor niet meer beperkt tot het grond- of beheergebied van de eigen werkgever.

Overtreders houden ook geen rekening met eigendoms- en gemeentegrenzen. De aanpak volgens het convenant vergroot de veiligheid, effectiviteit en efficiëntie van de gezamenlijke boa-inzet. Het convenant is bedoeld om Boa’s domein I en II te kunnen laten handhaven op elkaars grondgebied en eigendom.

 

1.8 Handhaving in De Maashorst

Door het bestuurlijk regieteam van de Stichting Maashorst in Uitvoering is opdracht verstrekt om een handhavingsplan voor het Maashorstgebied voor te bereiden. Doel is om op basis van uniforme regels voor het hele gebied adequaat te kunnen optreden tegen ongewenst gedrag.

 

Het plan start met het opstellen van de noodzakelijke regels. Voor zover deze al in de plaatselijke verordeningen van de betrokken gemeenten zijn opgenomen, worden deze zoveel mogelijk op elkaar afgestemd.

 

Na opstelling van de regels moet een handhavingsstructuur voor het Maashorstgebied worden opgezet, inclusief de benodigde toezichtcapaciteit. Ook moet er een gezamenlijk, uniform beleid komen voor afgifte van vergunningen voor evenementen/activiteiten in het gebied. Een en ander gebeurt in overleg met de betrokken partijen (gemeenten Uden, Oss, Bernheze en Landerd, Staatsbosbeheer, Waterschap Aa en Maas). De concrete uitwerking van het handhavingsplan is nog niet gereed.

 

1.9 Toezichtstrategie regionale brandweer

Het toezicht op naleving van brandveiligheidseisen wordt voor Landerd uitgeoefend door de regionale brandweer Brabant-Noord. De regionale brandweer heeft in samenwerking met de gemeenten een risicogerichte toezichtstrategie brandveiligheid opgesteld. Met deze strategie wordt de toezichtcapaciteit van de brandweer efficiënter en uniform ingezet. Het college van B&W van Landerd heeft de strategie op 22 november 2016 vastgesteld. Vanaf 2017 wordt de strategie toegepast. In het najaar van 2018 is een evaluatiebijeenkomst gehouden met de deelnemende gemeenten. Daar is in het algemeen een positief beeld uitgekomen van de toepassing van de strategie. Er zijn in 2018 op enkele punten verbeteringen voorgesteld en doorgevoerd. De toezichtstrategie is verlengd tot en met 2021.

 

De risicobeheersing is primair gericht op het voorkomen of beperken van slachtoffers van brand en secundair op het voorkomen van onherstelbare schade en/of grote maatschappelijke ontwrichting door brand. Op basis van gebouwen-categorieën worden controlefrequentie en intensiteit van het toezicht bepaald. Dit wordt uitgewerkt in uitvoeringsplannen waarin ook rekening wordt gehouden met onvoorziene gebeurtenissen of omstandigheden.

 

1.10 Wetgeving

 

1.10.1 Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb)

De Wet Kwaliteitsborging voorziet in overdracht van toetsing en toezicht op bouwprojecten van de gemeente aan private partijen. Dat heeft uiteraard ook grote invloed op de organisatie van de gemeentelijke afdeling VTH. Hiervoor zijn we in 2020 pilotprojecten gestart.

 

1.10.2 Omgevingswet

De gemeente Landerd heeft een programmamanager voor de implementatie van deze wet aangesteld. Het programma bestaat uit verschillende projecten, één van deze projecten is het project ‘VTH onder de omgevingswet’. Het doel van dit project is om te komen tot integrale werkprocessen die voldoen aan de eisen en procedures van de wet (en de Wkb). Het personeel moet in staat worden gesteld om de VTH-taken uit te kunnen voeren en dat betekent dat zij over de juiste kennis, vaardigheden en middelen moeten beschikken.

Algemeen is de verwachting dat na invoering van de wet aanvragen sneller en doeltreffender behandeld kunnen worden en dat handhaving van het omgevingsrecht nog meer betekenis krijgt.

2. Capaciteit

 

2.1 Beschikbare capaciteit 2020

Het bestuur past de nodige flexibiliteit toe bij de formatieomvang door waar nodig tijdelijk extra personeel in te huren.

In 2020 is de totale capaciteit van het VTH-team geraamd op 14,44 fte. Dit is inclusief de flexibele schil van tijdelijke bezetting (4,33 fte). Dit is als volgt onder te verdelen:

Tabel 1 Capaciteit 2020

Vergunningverlening

6,83

fte

Front office

0,78

fte

Wabo aanvragen

5,17

fte

AVP aanvragen

0,89

fte

Toezicht en handhaving

4,06

fte

Toezicht

1,50

fte

Juridisch

1,67

fte

Algemene beleidstaken

0,89

fte

Overig

3,56

fte

Ondersteuning

2,11

fte

Bedrijfsvoering

0,50

fte

Leidinggevende taken

0,94

fte

Totaal

14,44

fte

Vergunningverlening

Hierbij geldt voor vergunningverlening en de overige functies dat het hier om het gemiddelde van de beschikbare capaciteit in 2020 gaat. Dit heeft twee redenen:

  • 1.

    Een prognose/ inschatting van de werkvoorraad voor komend jaar kan (nog) niet gemaakt worden. Capaciteit wordt daarom beschikbaar gesteld aan de hand van de werkvoorraad van voorgaande periode en huidige openstaande zaken.

  • 2.

    In 2020 zijn er perioden geweest dat er niet een volledige bezetting was i.v.m. personele wisselingen. Dit had voornamelijk betrekking op de ingehuurde capaciteit.

Toezicht en handhaving

De gemeente Landerd heeft het volledige milieutoezicht (zowel de verplichte basistaken als de overige (verzoek) taken) bij de ODBN neergelegd. Daarnaast is ook het slooptoezicht aan de ODBN opgedragen (asbest als verplichte taak, overige sloopwerkzaamheden als verzoektaak) en nog een klein deel van het bouwtoezicht. Voor het milieutoezicht had de ODBN in 2020 voor Landerd met inachtneming van de vastgestelde budgetten in beginsel 2203 uur beschikbaar en voor het bouw- en slooptoezicht 640 uur. Het bouwtoezicht werd in 2020 hoofdzakelijk door de gemeente zelf uitgevoerd. Daarvoor waren (naast de uren van de ODBN) 1155 uren geraamd.

 

De taken van de buitengewoon opsporingsambtenaar (boa) rond toezicht openbare ruimte, evenementen en horeca worden ook meegenomen in de handhavingscyclus. Hiervoor was 640 uur geraamd in het handhavingsprogramma 2020.

 

Voor resterende toezichttaken, zoals algemeen toezicht naleving regels bestemmingsplannen en controles naar aanleiding van klachten, waren voor 2020 binnen de gemeentelijke organisatie (afdeling Ruimte, team Vergunningen, toezicht en handhaving), 294 uren gereserveerd.

Tabel 2 Overzicht geplande/ beschikbare capaciteit handhaving 2020

Toezicht en handhaving

Geraamd

Gerealiseerd

Toezicht (odbn, boa en gemeente)

5212 uur

6051 uur

Juridisch (gemeente)

1792 uur

2038 uur

Algemene beleidstaken (gemeente)

710 uur

728 uur

Totaal

7714 uur

8817 uur

 

2.2 Toelichting realisatie uren 2020 en planning 2021 toezicht en handhaving

De in deze paragraaf genoemde uren (geraamde uren) zijn in het uitvoeringsprogramma 2020 uitgewerkt. Per nader uit gespecificeerd onderdeel wordt in deze paragraaf een korte toelichting gegeven en worden de daarvoor geraamde en gerealiseerde uren tegen over elkaar gezet.

 

2.2.1 Bouw- en slooptoezicht

Geraamd: 1795, gerealiseerd: 1795 uur

 

Het aantal toezichturen voor bouwen en slopen voor 2021 is vastgesteld op ±1750. Dit is afgestemd op het gemiddelde van de afgelopen 3 jaren en op aantal en aard van de nog openstaande bouw/sloop-aanvragen en vergunningen.

 

2.2.2 Milieutoezicht

Geraamd: 2203, gerealiseerd 1956 uur

 

In 2020 zijn door de ODBN van de geplande uren voor milieutoezicht, 88,8 procent gerealiseerd. Als gevolg van de coronacrisis konden niet alle controles fysiek worden uitgevoerd. In die gevallen werden administratieve controles gedaan. Op een later tijdstip worden de fysieke controles alsnog uitgevoerd. Voor 2021 zijn ca. 2070 uren geraamd voor het milieutoezicht door de ODBN. Dit is volgens de met de ODBN gemaakte werkafspraken.

 

2.2.3 Overige toezichttaken

Geraamd: 1134, gerealiseerd ca.2300 uur

 

De overige toezichttaken betreffen het algemeen toezicht naleving omgevingsrecht (o.m. gebruiksvoorschriften bestemmingsplannen), naleving voorschriften tijdelijke vergunningen, reclame, werken en werkzaamheden, kapvergunningen en aandeel gemeente in behandeling klachten en meldingen (140 uur geraamd). Daarnaast het gemeentelijke aandeel in het toezicht brandveiligheid (60 uur geraamd) en de Boa-taken (640 uur geraamd). Met uitzondering van de Boa-taken, zijn deze toezichttaken in hoofdzaak conform planning uitgevoerd.

 

Naast het reguliere, geplande toezicht, zijn extra boa-uren ingezet voor:

-

Toezicht permanente bewoning op recreatieparken:

ca. 480 uur

-

Toezicht naleving corona-maatregelen:

ca. 400 uur

-

Handhaving verbod wildcrossen in natuurgebieden:

ca. 320 uur

 

Deze uren verklaren de overschrijding in 2020 van de geraamde uren voor overige toezichttaken.

 

2.2.4 Juridisch

Geraamd 1792, gerealiseerd ca. 2038 uur

 

Voor repressieve handhavingstaken (overleg, informele brieven, handhavingsbeschikkingen, juridische procedures (bezwaar, beroep, hoger beroep) en effectuering/afronding waren voor 2020 1792 uren geraamd, waarvan 120 voor ondersteuning door de ODBN bij milieuprocedures.

 

De geraamde uren zijn overschreden. Dit is het gevolg van extra uren juridische ondersteuning via inhuur voor het project Vitale en toekomstbestendige recreatieterreinen. Het totaalaantal uren voor juridische handhavingsstaken (gemeente en ODBN) is voor 2020 vastgesteld op ca. 2152, excl. de extra uren voor de recreatieterreinen (ca. 288).

 

De ramingen zijn, met inachtneming van de beschikbare capaciteit, gebaseerd op een aantal van ca. 120 af te handelen handhavingszaken. Dit komt overeen met het aantal zaken in de afgelopen jaren gemiddeld werd afgehandeld. Tot en met 2020 was het aantal geraamde/beschikbare uren niet toereikend om alle zaken op de meest optimale wijze af te handelen. Vanaf 2021 is voor tenminste 2 dagen per week capaciteit toegevoegd voor de juridische handhavingstaken, deels om deelname aan het generatiepact van enkele medewerkers te compenseren.

 

Afhandeling van alle zaken binnen de beschikbare juridische capaciteit kan alleen als een belangrijk deel van de zaken in overleg met betrokkenen, zonder omvangrijke juridische procedures wordt opgelost (mét inachtneming van de handhavingsstrategie). Hiervoor biedt ook mediation in sommige gevallen uitkomst. Op deze wijze wordt naar schatting in 80% van de handhavingszaken een oplossing bereikt.

 

2.2.5 Coördinerende taken/ Scharnierfunctie

Geraamd 710, gerealiseerd 664 uur

 

Voor de afstemming tussen het team handhaving van de gemeente en de ODBN, de planning, voortgangscontroles, budgetbewaking, overleg enz. is in het programma voor 20120 rekening gehouden met inzet van 110 uren (“scharnierfunctie”). In werkelijkheid zijn daaraan in het verslagjaar 104 uren besteed. In het handhavingsprogramma voor 2021 zijn voor deze taak 100 uren geraamd.

Voor overige coördinerende-, algemene- en beleidstaken was 600 uur geraamd. Hiervan zijn ca. 560 uur gerealiseerd.

 

2.2.6 Capaciteit 2021

De totale capaciteit voor handhavingstaken in het eerder vastgestelde programma voor 2021 is gepland op 7989 uur. Dit is exclusief de tijdelijk beschikbare extra uren voor boa-taken (recreatieterreinen, wildcrossen en corona).

 

2.3 Inzet capaciteit toezicht.

Met inachtneming van het handhavingsprogramma voor het verslagjaar is de beschikbare toezichtcapaciteit in 2020 vooral ingezet voor:

  • Toezicht op uitvoering van vergunde bouwplannen met inachtneming van het toezichtprotocol (vooral constructie en brandveiligheid)

  • Toezicht bouwen zonder vergunning en naleving voorschriften vergunningsvrij bouwen

  • Bouwtoezicht op de recreatieverblijfsterreinen (campings/bungalowparken)

  • Toezicht op sloopwerken, in het bijzonder slopen waarbij asbest wordt verwijderd

  • Inspectie bouwwerken/adressen voor de BAG (Basisregistratie Adressen en Gebouwen)

  • Controles permanente bewoning op recreatieterreinen (aangepast aan projectplan “Vitale en toekomstbestendige recreatieparken”).

  • Algemeen toezicht naleving planologische gebruiksvoorschriften gebouwen en gronden (m.n. wonen/huisvesting arbeidsmigranten en bedrijfsactiviteiten)

  • Toezicht en rapportage uitvoering werken en werkzaamheden (zoals afgraven, egaliseren)

  • Brandveiligheidscontroles bij instellingen en bedrijven (beperkt, als ondersteuning van de regionale brandweer)

  • Toezicht op plaatsing reclameborden conform het daarvoor vastgesteld beleid

  • Controle (door ODBN) milieu-inrichtingen/bedrijven/ intensivering toezicht veehouderijen

  • Toezicht naleving Besluit bodemkwaliteit (o.a. verplaatsen/hergebruiken partijen grond)

  • Onderzoek n.a.v. klachten/meldingen (geur, geluid en afval)

  • Hercontroles op naleving eisen/termijnen tijdelijke vergunningen, ontheffingen, gedoogbesluiten e.d.

  • Hercontroles naleving beplantingsvoorwaarden bouwplannen

  • Toezicht openbare ruimte (boa-taken), o.a. verkeersveiligheid rond scholen, parkeeroverlast, dumpen afval, hondenpoep en aanlijnen van honden, overlast hangjongeren, wildcrossen.

  • Naleving corona-maatregelen

Sommige toezichttaken hadden met inachtneming van het handhavingsbeleid en het handhavings-programma, een lagere prioriteit. Dit betrof (net als de voorafgaande jaren) onder andere toezicht naleving monumentenwetgeving, toezicht kwaliteit bestaande bouw, naleving milieuvoorschriften bij bedrijven uit de categorie A, uitvoering Afvalstoffenverordening, gemeentelijke gebouwen en terreinen.

 

Een lage prioritering betekent niet vanzelfsprekend dat aan de betreffende onderwerpen helemaal geen aandacht is besteed. In het geval van extreme situaties, meldingen of klachten of wanneer door derden wordt gevraagd om handhaving worden zaken met betrekking tot deze onderwerpen in afwijking van prioritering en programma toch opgepakt.

 

Voor de inzet van de ODBN worden jaarlijks concrete afspraken gemaakt via het werkprogramma voor Landerd. Over de uitvoering /voortgang van het werkprogramma wordt periodiek (ca. 4 x per jaar) overleg gevoerd tussen betrokken medewerkers van de ODBN en de gemeente.

 

2.4 Inzet capaciteit repressieve handhaving/juridische taken

De repressieve handhavingstaken betreffen de handelingen en (juridische) procedures om overtredingen ongedaan te (laten) maken (zoals overleg met belanghebbenden, informatie- en waarschuwingsbrieven (met termijnen), dwangsombesluiten, bezwaarprocedures en beroepsprocedures bij rechtbank en Raad van State, invorderingsprocedures etc.). Daarvoor zijn in het verslagjaar ca.2038 uren ingezet (= ca. 1,46 fte). Dit betreft de maximaal bij de gemeente beschikbare uren (ca. 1850) plus de uren voor ondersteuning milieuhandhaving door de ODBN.

 

Op 1 januari 2020 waren 115 handhavingszaken in behandeling. In de loop van het jaar zijn 52 nieuwe handhavingszaken aan de orde gekomen. Dit betekent dat in 2020, 167 handhavingszaken aan de orde zijn geweest. Van die zaken werden er 102 afgehandeld en afgesloten.

 

Een groot aantal handhavingszaken betrof geconstateerde milieuovertredingen naar aanleiding van reguliere controles door de ODBN. In die gevallen wordt in de regel door de ODBN een brief met hersteltermijn gestuurd. Na afloop wordt een hercontrole gehouden. Is het probleem dan niet opgelost, dan wordt via de gemeente de formele dwangsomprocedure gestart. In uitzonderingsgevallen wordt, bij overtredingen met ernstige gevolgen direct de formele handhavingsbeschikking vastgesteld. Dit is overeenkomstig de landelijke handhavingsstrategie.

 

De repressieve/juridische handhavingsinzet had daarnaast hoofdzakelijk betrekking op:

  • Wonen (o.m. recreatieterreinen, arbeidsmigranten)

  • Bouwactiviteiten

  • Bedrijfsactiviteiten

  • Brandveiligheid

  • Grond- en bestratingswerkzaamheden

  • Opslag goederen en materialen

  • Beplantingsvoorwaarden

  • Kappen van houtopstanden

  • Dumpen drugs- en ander afval

  • Wildcrossen

  • Reclameborden

  • Geluidsoverlast

  • Ingebruikneming en oneigenlijk gebruik gemeentegrond

Zie ook verderop het cijfermatige overzicht van de handhavingszaken welke in 2020 aan de orde waren.

 

2.5 Inzet capaciteit beleid/algemeen.

De in 2020 uitgevoerde werkzaamheden voor de algemene en beleidsmatige taken hadden in hoofdlijnen betrekking op:

  • Prioritering/planning/voortgangsbewaking/registratie handhavingstaken gemeente

  • Scharnierfunctie ODBN (o.a. planning, werkafspraken, voortgangsbewaking, budgettering, registratie, overleg)

  • Handhavingsdeel VTH-programma en VTH-jaarverslag

  • Overleg team, afdeling, portefeuillehouder

  • Cursussen/trainingen, m.n. omgevingswet

  • Periodiek overleg ondermijning en brandveiligheid

  • Inbreng projectplan recreatieterreinen

  • Voortgang plan van aanpak wildcrossen

  • Overleg actualisering nota arbeidsmigranten

  • Afstemming met Beleid en Vergunningen

  • Voorbereiding nieuwe gemeente Maashorst

2.6 Inzet Front office

De frontoffice is doorgaans het eerste aanspraakpunt. Wanneer initiatiefnemers vragen hebben (mag dit volgens de regels? Heb ik hier een vergunning voor nodig? Hoe moet ik dat dan regelen? ect) is de frontoffice het eerste contact moment.

 

Taken zijn onder andere:

  • Vergunningsvrij check

  • Eerste aanspreekpunt

  • Aanspreekpunt zaaksysteem

  • Statistieken bijhouden

  • Bekendmakingen/publicaties voor vergunningen

2.7 Inzet vergunningverlening Wabo

De achterstand op het taakveld vergunningverlening is in 2020 niet volledig ingehaald. Van invloed hierop is:

  • 1.

    Coronacrisis

  • 2.

    Door personele wisselingen en nieuw, minder ervaren, personeel

Taken zijn onder andere:

  • Aanvragen behandelen volgens bij wet bepaalde procedures;

  • Adviesrol aan bestuur t.b.v. besluitvorming op aanvragen;

  • Contactpersoon voor initiatiefnemers;

  • Integrale aanpak en afstemming door o.a. adviesvragen uitzetten & adviezen op elkaar af te stemmen;

  • Redigeren vergunning met bijbehorende documenten;

  • Overzicht behouden bij meldingen (meldingen worden door externe partijen behandeld, echter dient de vergunningverlener op de hoogte te zijn en te signaleren wanneer meldingen niet tijdig of afwijkend van afspraken worden behandeld);

  • Behandelen aanvragen om principebesluit;

  • Juridische toetsing;

  • Deelname aan werkgroepen en projecten als werkgroep-/projectlid.

2.8 Inzet vergunningverlening APV

De APV-taken worden in hoofdlijn door één collega opgepakt. Omdat niet alle aanvragen en zaaktypen die voortvloeien uit de APV in 0,8 fte uitgevoerd kunnen worden hebben wij sinds 2019 een klein deel van de uitvoerende taak zoals de administratieve behandeling en verwerking van een melding of kennisgeving bij een van onze ondersteuners neergelegd.

De werkdruk was flink verhoogd door de omgevingswet, herindeling en coronacrisis.

De aanvragen/ zaaktypen die voort kunnen vloeien vanuit de APV zijn:

  • 0-evenementen

  • ABC-evenementen

  • Bibob onderzoeken

  • Collectevergunning

  • Drank en horecawet ontheffing

  • Evenementen meerjaren melding

  • Geluidswagen

  • Horecavergunning

  • Kampeerontheffing (niet op kampeerterreinen)

  • Kampvuur

  • Kansspelen

  • Kerstboomverbranding

  • Marktstandplaats

  • Militaire oefening

  • Reclameborden (=geen ontheffing/vergunning)

  • Sluitingsuur horeca ontheffing

  • Speelautomatenvergunning

  • Standplaatsvergunning

  • Verklaring van geen bezwaar luchtvaartvoertuigen

  • Winkeltijdenwet ontheffing

  • Ingetrokken

Hierbij zijn in 2020 nog de werkzaamheden m.b.t. corona bijgekomen. De voornaamste, en meest omvattende werkzaamheden betroffen het actief informeren en te woord staan van bedrijven die zich aan nieuwe en steeds wijzigende regels moesten houden. Hierbij kan gedacht worden aan de tijdelijke sluiting van horeca. In de zomer mocht de horeca op het terras wel geopend zijn. Om de horeca tegemoet te komen en goed aan de regels te kunnen voldoen is maatwerk geleverd om te kijken voor tijdelijke vergroting van de terrassen bij de horecabedrijven.

 

2.9 Ondersteuning

Het gaat hier vooral om administratieve ondersteuning. Hierbij kan gedacht worden aan:

  • Inboeken nieuwe aanvragen

  • Inboeken ontvangen bestanden

  • Verzenden besluiten reguliere procedure

  • Redigeren huisnummerbesluiten

  • Inplannen afspraken met groepen

  • Anonimiseren van bestanden in het kader van de AVG

  • Administratieve ondersteuning APV

Hierbij geldt dat ondersteuning voor de volledige afdeling wordt ingezet. Deze fte’s zijn dus niet specifiek voor vergunningverlening maar ook deels voor het team beleid en projecten.

 

2.10 Bedrijfsvoering

In de 2e helft van 2019 zijn wij hiermee van start gegaan. Hiervoor is gekozen omdat we destijds te maken hadden met een achterstand op het gebied van het VTH-beleid en bijbehorende documenten. Taken die voor het VTH-team worden uitgevoerd zijn o.a.

  • Integraal VTH-beleidsplan

  • Integraal VTH-uitvoeringsprogramma

  • Integraal VTH-jaarverslag

  • Juridische ondersteuning in de vorm van:

    • Juridische check/ toepassing “4-ogen principe”/tegenlezen formele documenten

    • Juridische vraagstukken van collega’s oppakken

    • Bijspringen bij/ toelichten van uitgebreide procedure aan collega’s

  • Implementatie Omgevingswet voor onderdeel vergunningverlening (werkprocessen)

  • Regionale werkgroep werkprocessen vergunningverlening

  • Afstemming met gemeente Uden (veelal in het kader van de omgevingswet)

2.11 Leidinggevende taken

Onze teamleider faciliteert en adviseert team VTH in hun werk. De teamleider houdt overzicht over de lopende zaken, de verdeling hiervan, hakt knopen door en houdt de verbinding met het bestuur. Ook ondersteunt zij het team bij complexe zaken en stuurt zij zaken aan op het gebeid van veiligheid. Tevens is de teamleider verantwoordelijk voor de te nemen gemandateerde besluiten en de ondertekening hiervan. Voor deze functie is 0,94 fte beschikbaar. Omdat aspect veiligheid niet binnen de VTH-taken valt wordt hier niet nader op in gegaan. Taken van de teamleider zijn onder andere:

  • Aansturen team VTH

  • Opzetten en aansturen projecten (bv. project recreatieparken)

  • Schakel tussen uitvoering beleid en bestuur

  • Sparringpartner bij complexe aanvragen/zaken

  • Besluitvorming volgens mandaat

  • Afstemming met ketenpartners (werkafspraken en inkoop)

  • Afstemming met externe partijen (werkafspraken en inkoop)

I.v.m. de komst van corona was een coördinator coronabeleid voor volledige organisatie noodzakelijk. Dit is door de teamleider VTH opgepakt/uitgevoerd. Deze inzet betekent dat er minder tijd was voor de reguliere taken van de leidinggevende.

3. Bijzondere situaties/ projecten/aandachtspunten

Bij een aantal thema’s en/of onderwerpen worden bijzondere aandachtspunten of zogenaamde speerpunten aangegeven in het uitvoeringsprogramma. Aanleiding kan bijvoorbeeld zijn de actualiteit van de problematiek, geconstateerde achterstanden, initiatieven/speerpunten van andere instanties zoals provincie of omgevingsdienst enz. Enkele van deze onderwerpen worden hierna kort toegelicht.

 

3.1 Intensivering Toezicht veehouderijen

In het handhavingsprogramma van Landerd voor 2020 en het werkprogramma voor 2020 van de Omgevingsdienst is het toezicht op veehouderijen in het kader van de vermindering van uitstoot van fijnstof, ammoniak en geur opnieuw als bijzonder aandachtspunt aangemerkt. Voor Landerd betekende dit dat ook in 2020 bij de reguliere milieucontroles op veehouderijen bijzondere aandacht is besteed aan de uitvoering van de hierop gerichte maatregelen.

 

In het kader van de transitie naar een zorgvuldige veehouderij heeft de provincie het initiatief genomen voor het project “intensivering toezicht veehouderijen (ITV). Landerd doet mee aan het project. In het kader daarvan worden alle veehouderijen in een periode van 3 jaar op uniforme wijze gecontroleerd op naleving van milieuvoorschriften. Tegelijk worden gegevens verzameld over asbesthoudende daken (met het oog op de sanering uiterlijk 01 januari 2028) en over vrijkomende agrarische bebouwing. In Landerd gaat het om ca. 170 bedrijven. Het project zou in 2020 worden afgesloten, maar als gevolg van de corona-beperkingen is het niet gelukt om alle ITV-controles in 2020 af te ronden. Daarom is de uitvoering van het project verlengd tot 1 juli 2021.Na afloop wordt een eindrapport opgesteld waarin alle resultaten van het project worden opgenomen. Zie ook paragraaf 4.3.2.

 

3.2 Regionaal Operationeel kader (ROK) Omgevingsdienst

Het toezicht op de naleving van de milieuvoorschriften bij bedrijven wordt uitgevoerd overeenkomstig het Regionaal Operationeel Kader (ROK). Dit heeft tot doel om de beschikbare capaciteit voor het milieutoezicht daarin te zetten waar de risico’s op- en van niet-naleving het grootst zijn. Met een regionale probleemanalyse worden onder meer omgevingsfactoren en naleefgedrag verder en beter verwerkt bij het bepalen van de inzet van capaciteit en het inzetten van alternatieve instrumenten bovenop of in plaats van inspecties.

 

Met inachtneming van de probleemanalyse worden bedrijven ingedeeld in verschillende risicoklassen (hoog, gemiddeld, laag). Voor de hoog-risicoklasse zijn en worden vanaf 2018 toezichtprotocollen opgesteld. Daarin ligt de focus primair op veiligheid en volksgezondheid. Het gaat hierbij onder meer om de veehouderijen en om bedrijven met een hoog veiligheidsrisico.

 

Het toezicht voor de risicoklasse gemiddeld wordt zoveel mogelijk branchegericht uitgevoerd. Door de ODBN is hiervoor een meerjarenplanning gemaakt. In 20230 is voor de gemeente Landerd uitvoering gegeven aan de volgende brancheprojecten:

  • Bouwnijverheid

  • Metaal- en elektrotechnische bedrijven

  • Garagebedrijven, autodemontage en LPG-tankstations

  • Loonwerkers

Het aantal beschikbare uren voor de bedrijfscontroles (incl. veehouderijen) was 1742 in 2020. In het uitvoeringsprogramma voor 2021 is dit opgehoogd naar 1955 uur.

 

3.3 Toezicht slopen met asbest

Het toezicht op slopen inclusief asbestsaneringen is, net als het toezicht op naleving milieuvoorschriften door bedrijven, als (verplichte) basistaak opgedragen aan de ODBN. Het slopen met asbest is in het uitvoeringsprogramma aangemerkt als bijzonder aandachtspunt.

 

Op basis van de gerealiseerde uren in 2018 en 2019 én de prognose van het aantal sloopactiviteiten zijn in het werkprogramma van het ODBN voor 2020 400 uren opgenomen. In 2021 blijft dit aantal uren gelijk.

 

Op 04 juni 2019 is de datum van het verbod op asbestdaken, dat per 31december 2024 in zou gaan, uitgesteld. Het verbod zal nu naar verwachting per 01 januari 2028 van kracht worden. Met ondersteuning van de ODBN werkte een 7-tal gemeenten, waaronder Landerd, samen met de bedoeling om tijdig voorbereid te zijn op de invoering en handhaving van het verbod. In eerste instantie richten de activiteiten zich op inventarisatie en communicatie. De voorbereidingen voor de inventarisatie van asbestdaken waren nagenoeg afgerond maar in verband met de opgeschorte inwerkingtreding van het verbod is ook de uitvoering van de inventarisatie opgeschort. De ontwikkelingen worden afgewacht en wanneer deze aanleiding geven om de inventarisatie uit te voeren zal dit worden gedaan. Eventueel te ondernemen acties worden dan gebaseerd op dan geldende, actuele gegevens.

Het communicatietraject is beperkt uitgevoerd. In het algemeen wordt gecommuniceerd dat het verstandig is om asbest te verwijderen.

 

3.4 Brandveiligheid

Gedetailleerde cijfers van de brandveiligheidscontroles in 2020 waren bij opstelling van dit jaarverslag nog niet beschikbaar.

In 2020 is het toezicht op brandveiligheid uitgevoerd door de regionale brandweer volgens de in 2017 vastgestelde risicogerichte strategie. Dit betreft het brandveilig inrichten en gebruik van gebouwen, zoals woon-zorgcomplexen, scholen, sporthallen.

Daarnaast wordt de brandweer onder meer ingeschakeld bij incidentele controles tijdens de oprichting van (complexere) verblijfsgebouwen, bij ingebruikneming van (nieuwe of verbouwde) horecabedrijven of bij constatering van risicovolle illegale huisvestingssituaties, bijvoorbeeld van arbeidsmigranten.

 

3.5 Huisvesting arbeidsmigranten

Landerd heeft beleid voor huisvesting van arbeidsmigranten. Het beleid is in 2020 geactualiseerd. Doel is om kwalitatief goede huisvesting mogelijk te maken voor arbeidsmigranten. Het vernieuwde beleid zet, naast huisvesting in reguliere woonruimten, meer dan voorheen in op huisvesting op het terrein van de werkgever. Daar kan het toezicht en beheer beter geregeld worden. Het gaat dan om arbeidsmigranten die voor korte termijn hier werken en onderdak nodig hebben. Huisvesting in reguliere woonruimte is beperkt tot 6 personen per woning (was 8). Hiervoor is een ontheffing van het bestemmingsplan nodig zodat de gemeente vooraf kan toetsen of aan de eisen (waaronder brandveiligheid) wordt voldaan. Huisvesting op recreatieterrein was beperkt toegestaan. In het nieuwe beleid wordt dit niet meer als wenselijk gezien.

Met name waar het gaat om huisvesting in reguliere woonruimte worden de laatste jaren meer overtredingen geconstateerd. In 2020 waren 10 situaties aan de orde waarin men niet beschikte over de vereiste ontheffing en/of te veel personen werden gehuisvest en/of niet voldaan werd aan alle eisen. Waar nodig met het oog op veilige, verantwoorde huisvesting, worden direct maatregelen getroffen (onder meer in samenwerking met de brandweer).

 

3.6 Recreatieterreinen

Handhaving van de regels voor de recreatie-verblijfsterreinen is in 2020 voortgezet op basis van het eerder vastgestelde plan van aanpak. Met name waar het betrof brandveiligheid en illegale bouw. In het kader van de brandveiligheid hebben alle terreinen in de afgelopen jaren een geactualiseerde gebruiksvergunning gevraagd en gekregen, met voorschriften, gebaseerd op de landelijke gehanteerde brandveiligheidseisen voor recreatieterreinen.

Periodiek worden alle terreinen door de regionale brandweer samen met de gemeente gecontroleerd op de naleving van die voorschriften.

 

De recreatieterreinen worden regelmatig gecontroleerd op naleving van de bouwregels, afhankelijk van de omvang van het terrein en/of het aantal eerder geconstateerde afwijkingen. Dit betekent nu dat 4 campings elke 2 maanden worden gecontroleerd, 2 campings elke 3 maanden en 2 camping soms, zonder vaste termijn.

Illegale bouwactiviteiten worden direct en consequent aangepakt. Deze aanpak zal er mede aan bijgedragen hebben dat er nauwelijks nog illegale bouwactiviteiten op de recreatieterreinen worden vastgesteld. In 2020 is door medewerkers van bouwtoezicht wel enkele aanwijzingen gegeven over bouwen in overeenstemming met de regels, maar zijn geen handhavingprocedures aan de orde geweest.

 

In oktober 2018 heeft de provincie de uitkomsten openbaar gemaakt van een vitaliteitsonderzoek verblijfsrecreatie in Noord-Brabant. De resultaten en aanbevelingen uit dat onderzoek worden betrokken bij het project “Vitale en toekomstbestendige recreatieparken in Landerd”. In 2020 is voortvarend aan dit project verder gewerkt.

Een van de belangrijke onderwerpen in dit project betreft het permanent wonen. 2020 stond vooral in het teken van onderzoek en inventarisatie. In afwachting van de uitkomsten daarvan én vanwege de corona-situatie, zijn in 2020 slechts enkele nieuwe handhavingszaken tegen permanente bewoning gestart.

 

3.7 Evenementen, horeca en openbare ruimte

Deze thema’s hebben in hoofdzaak betrekking op de taken van de buitengewoon opsporingsambtenaar (boa). Ook onze collega(s) van vergunningverlening APV hebben met deze thema’s en onderwerpen te maken omdat zij ook werkzaamheden n.a.v. bijzondere wetten als bijvoorbeeld drank en horecawet verrichten.

 

In jaren voorafgaand aan 2020 is het houden van feesten en partijen, waaronder trouwerijen, op locaties waar dit planologisch niet is toegestaan een frequent terugkomend onderwerp geweest. Een ander voorbeeld waarover in voorgaande jaren veel te doen is geweest de gezamenlijke vuurwerkshow in Reek.

In 2020 hadden wij verwacht een nasleep van deze zaken te hebben, echter is door coronacrisis hier geen sprake van geweest. Wel verwachten we dat deze onderwerpen na de coronacrisis weer om aandacht, inzet en dus capaciteit zullen vragen.

 

3.8 Wildcrossen

Aan de aanpak van het wildcrossen is in het handhavingsbeleidsplan hoge prioriteit toegekend. In 2014 is gestart met een bredere aanpak van het wildcrossen in Landerd. Beoogd werd om ook met fysieke maatregelen het wildcrossen te ontmoedigen. De aandacht wordt hierbij in eerste instantie gericht op enkele locaties welke een aantrekkingskracht uitoefenen op de crossers. Dit betreft vooral de plassen van Hofmans, uit welke omgeving ook de meeste klachten worden ontvangen.

Het toezicht op- en de aanpak van het wildcrossen ligt vooral bij Samen Sterk in Brabant (SSiB). In 2017 is een “interventiearrangement wildcrossen” voor Brabant opgesteld.

Hiermee wordt door de deelnemers van SSiB de intentie uitgesproken om een bijdrage te leveren aan de aanpak van het wildcrossen (o.m. met bestuursrechtelijke middelen) en om samen te werken waar het gaat om handhavingsacties, communicatie en bieden van alternatieven.

 

Ter handhaving van het verbod op wildcrossen werden in 2020 door de gemeente Landerd 320 extra uren ingezet voor toezicht door boa’s, in het bijzonder rond de plassen van Hofmans.

 

Wildcrosser rijdt in op handhaver na controle bij plassen van Hofmans in Schaijk

 

SCHAIJK - Wildcrossers zorgen al jaren voor overlast rondom de plassen van Hoffmans in Schaijk. Zaterdag werd er daarom een gezamenlijke actie van politieagenten en boa's gehouden in het natuurgebied. Hierbij werd één crosser aangehouden, omdat hij op een handhaver inreed.

 

(Brabant Dagblad 15 november 2020).

 

Behalve het crossen op openbaar terrein levert ook crossen op particuliere terreinen vaak klachten op. Voor zover dat incidenteel gebeurt (bijvoorbeeld kortdurend na de maisoogst), is er te weinig reden om daar vanuit de gemeente handhavend tegen op te treden. Maar gebeurt het structureel waardoor een terrein langzaam maar zeker verandert van bijvoorbeeld agrarische grond naar crossterrein, dan wordt daar, op basis van het bestemmingsplan, wel actie tegen ondernomen. In 2020 zijn 3 locaties in beeld geweest waard dit speelde en zijn de eigenaren erop aangesproken.

 

3.9 Ondermijning/Opiumwet/ Drugsafval

Tweemaandelijks is er een signaleringsoverleg waarbij medewerkers van diverse afdelingen van de gemeente, toezichthouders, boa, politie, SSiB aanwezig zijn om signalen, incidenten, ontwikkelingen rondom ondermijnende criminaliteit, overlast, openbare orde en veiligheid te bespreken. In dit ondermijningsoverleg komen ook signalen aan de orde over panden waar mogelijk druggerelateerde activiteiten plaatsvinden. Artikel 13b van de Opiumwet geeft de burgemeester de bevoegdheid om bestuursrechtelijke maatregelen te treffen indien op erven of in woningen of andere gebouwen, drugs aanwezig zijn en/of worden verhandeld. In een beleidsnotitie is aangegeven in welke gevallen een pand gesloten kan worden en voor welke termijn.

 

In 2020 zijn er 5 zaken m.b.t. “drugs” geweest. Er zijn drie gebouwen voor 3 tot 9 maanden gesloten, een in Reek en twee in Zeeland. Tweemaal werd een dumping van drugsafval geconstateerd, aan het Hemelrijk in Schaijk en nabij de Spoorweg/Millsebaan in Zeeland. Totale opruimkosten bedroegen € 35.848,96. Voor een deel waren de kosten voor rekening van het waterschap. Na ontvangst van een subsidie van de provincie bleef er voor de gemeente Landerd een kostenpost van ca. € 9.000,-.

 

3.10 Reclame

(Te veel) reclameborden verrommelen het dorps- of landschapsbeeld. Ook kan de verkeersveiligheid in gevaar komen door plaatsing van borden op of aan de weg.

Er wordt terughoudend gehandhaafd als het gaat om kleine, tijdelijke reclame- en aankondigingsborden (sandwichborden), mits voldaan wordt aan algemene voorwaarden. Grotere en/of permanente reclame- of aankondigingsborden (billboards) op of aan de weg worden in beginsel niet toegestaan.

 

Meestal volstaat een telefoontje of mailtje naar de organisatie om borden welke niet voldoen aan de voorwaarden, te laten verwijderen. In andere gevallen wordt gemeentewerken gevraagd om de borden op te ruimen.

 

In 2020 werd 6 keer opgetreden wegens plaatsing reclameborden in strijd met de regels:

  • -

    2 maal grote, permanente borden met bedrijfsreclame (A50 en Past. v. Winkelstraat).

  • -

    2 maal grote borden ter aankondiging evenement (N277 en Peelweg)

  • -

    2 maal sandwichborden evenement en open dag (niet verwijderd na afloop)

Wegens de corona-crisis waren er in 2020 weinig evenementen en als gevolg daarvan zijn er ook nauwelijks aankondigingsborden geplaatst. We verwachten dat dit na de coronacrisis weer zal toenemen.

 

In 2020 is het evenementenbeleid voor Landerd aangepast. Handhaving heeft advies gegeven over de omschrijving van de regels voor reclame in relatie tot evenementen.

 

3.11 Dorpshuis Zeeland

Binnen dit project wordt een nieuw dorpshuis en een nieuwe sporthal voorzien. Het project ligt in het plangebied “Kerkstraat Oost”. Ook wordt hier woningbouw voorzien. Om deze projecten mogelijk te maken wordt een nieuw bestemmingsplan opgesteld. Team VTH is betrokken tijdens het voortraject van deze ontwikkeling en zal ook bij de volgende fase(n) betrokken te zijn. Vanuit vergunningverlening en handhaving kan goed meegedacht worden over de toetsbaar- en handhaafbaarheid van de bestemmingsplan regels.

In 2020 en 2021 zal VTH hier nog zeker bij betrokken zijn.

 

Figuur 1 Sfeerbeelden dorpshuis en sporthal

4. Handhaving in cijfers

Het overzicht in dit hoofdstuk betreft de geregistreerde getalsmatige gegevens over de handhaving in Landerd in 2020.

 

Het overzicht bestaat uit:

  • Toezicht op verleende vergunningen/ontvangen meldingen

  • Uitgevoerde controles per handhavingsthema met toelichting

  • Overzicht uitvoering boa-taken

  • Milieucontroles bij bedrijven

  • Overzicht klachten

  • Rapportage Samen Sterk in Brabant

  • De in 2020 afgehandelde handhavingszaken

  • De per 31 december 2020 nog lopende handhavingszaken

4.1 Toezicht op verleende vergunningen/ ontvangen meldingen

 

4.1.1 Afgegeven vergunningen/meldingen

De toezichttaken van de gemeente op het gebied van het omgevingsrecht betreffen in hoofdzaak het toezicht op uitvoering van bouwwerken volgens verleende vergunningen, het toezicht op uitvoering van gemelde sloopactiviteiten en het periodieke toezicht op de naleving van milieuvoorschriften bij inrichtingen met milieuvergunning c.q. melding volgens het Activiteitenbesluit.

Bouw

Het aantal vergunningen voor bouwactiviteiten was de laatste jaren toegenomen. In 2017 werden 115 vergunningen verleend. In 2018 en 2019 ongeveer 150 per jaar. In 2020 werden iets minder vergunningen voor bouwactiviteiten verleend: 135. Deze daling zou te maken kunnen hebben met de coronacrisis.

 

De toezichtlast wordt mede bepaald door de aard en omvang van de bouwwerken; een woning of een bedrijfsgebouw vraagt meer toezichturen dan een bijgebouw. Van de verleende vergunningen in 2020 waren er 21 voor een nieuwbouwwoning en 3 voor een woningcomplex –of project. Daarnaast 10 vergunningen voor grotere bedrijfsgebouwen, onder andere op bedrijventerrein Voederheil II.

 

Gelet op het aantal en de aard van de verleende vergunningen is, met inachtneming van het toezichtprotocol, het aantal benodigde uren bouwtoezicht voor 2021 vastgesteld op 1202 (was met 1207 nagenoeg gelijk in 2019). Zie ook uitvoeringsprogramma VTH 2021.

 

Er werden in 2020 drie vergunningen ingetrokken (wegens vervallen van de bouwplannen).

Sloop

In 2020 werden 111 meldingen van sloopwerken ingediend en geaccepteerd. Dat is ruim meer dan in 2019 (59), maar wel in overeenstemming met het gemiddelde over de laatste 4- 5 jaar. De meeste sloopmeldingen hebben betrekking op asbestverwijdering.

 

Op 31-12-2020 stonden nog 104 sloopactiviteiten (op basis van meldingen uit 2020 en eerdere jaren) op de controlelijst. In het uitvoeringsprogramma voor 2021 is het aantal uren voor toezicht op sloopactiviteiten vastgesteld op 400 (gelijk aan 2019).

Milieu

Op basis van het activiteitenbesluit Milieubeheer zijn in het verslagjaar 34 meldingen ontvangen en akkoord bevonden. Deze meldingen betreffen het (gewijzigd) in werking hebben van bedrijven c.q. uitvoeren van activiteiten waarop de milieuwetgeving van toepassing is. Daarnaast werden 5 omgevingsvergunningen verleend voor de activiteit milieu (enkelvoudige vergunningen, niet gekoppeld aan bouwactiviteiten).

Werkzaamheden

In 2020 zijn voor het uitvoeren van grondwerkzaamheden 2 omgevingsvergunningen (voorheen aanlegvergunningen) verleend.

Kap

Voor het kappen van houtopstanden werden in het verslagjaar 18 vergunningen verleend.

 

De Wabo-vergunningen en meldingen worden, nadat ze onherroepelijk zijn geworden, door het team Vergunningen overgedragen aan het team Toezicht en Handhaving. Ze worden vervolgens opgenomen in het voor de betreffende activiteit passende toezicht- en controletraject. Milieuactiviteiten en sloopwerkzaamheden worden in hoofdzaak gecontroleerd door de ODBN; De controle op bouwactiviteiten, werkzaamheden, kappen en naleving gebruiksvoorschriften wordt door de gemeentelijke toezichthouders uitgevoerd.

 

4.1.2. Gereed in 2020

In 2020 zijn 111 vergunde bouwactiviteiten na controle door bouwtoezicht, gereed gemeld. Dat waren er aanzienlijk minder dan in 2019: 159. Ook hierbij speelt de coronacrisis mogelijk een rol.

Van de goedgekeurde sloopactiviteiten werden er 132 gereed gemeld. In 2019 waren dat er 118. Het gaat ook hier in bijna alle gevallen om sloop met verwijdering van asbesthoudend materiaal.

Verder werden 22 vergunde vellingen van houtopstanden gerealiseerd en afgemeld en 5 grondwerkzaamheden waarvoor een omgevingsvergunning was verleend.

 

4.1.3. Nog in behandeling op 31/12-2020

De werkvoorraad (in uitvoering of nog niet begonnen) voor toezicht op vergunde activiteiten per 31 december 2020 betrof 290 vergunningen voor bouwactiviteiten, 104 vergunningen/meldingen voor sloopwerkzaamheden, 4 vergunningen voor uitvoering van grondwerkzaamheden en 12 kapvergunningen.

 

4.2 Overzicht controles diverse thema’s

Op de volgende pagina een overzicht van het aantal geplande/gerealiseerde controles op diverse handhavingsthema’s in 2020.

 

4.2.1. Rapportage handhaving 2020, overzicht controles diverse thema’s

Op de volgende pagina staat het overzicht in tabelvorm weergeven.

Tabel 3 Overzicht controles (diverse thema's) 2020

4.2.1. Rapportage handhaving 2020, overzicht controles diverse thema’s

Thema

Gepland

Gerealiseerd

Toelichting

Toezicht bouwen

Aantal te controleren vergunningen

264

ca. 300

In behandeling per 1-1-2020: 248

31-12-2020: 290

Aantal bouwcontroles

715

ca. 600

 

Controles bouwen zonder vergunning

57

27

Aantal in 2020 bezochte locaties

Toezicht sloop

Aantal te controleren sloopwerken

140

ca. 220

In behandeling per 1-1-2020: 144

31-12-2020: 120

Toezicht bestaande bouw

Aantal gecontroleerde bouwwerken

2

3

Betreft onderhoudstoestand bouwwerken(*1)

Toezicht gebruik

Aantal controles algemeen

42

35

In 2020 behandelde overtredingen

Permanente bewoning recreatieobjecten

20

Ca. 480

Zie toelichting(*2): projectmatige aanpak

Toezicht tijdelijke vergunningen

Aantal gecontroleerd

28

ca. 32

Toelichting(*3)

Toezicht reclame

Aantal controles

8

ca. 10

Aantal acties tegen illegaal geplaatste reclameborden(*4)

toezicht werken/werkzaamheden

Aantal controles

6

4

aantal behandelde overtredingen

toezicht monumenten

Aantal controles

0

1

(*5)

toezicht gem. gebouwen/terreinen

Aantal controles

0

0

wel: reguliere brand- veiligheids-en milieucontroles

toezicht houtopstanden

Aantal verleende en gecontroleerde vergunningen

6

30

 

Aantal overtredingen

4

2

illegale kap

toezicht brandveiligheid

Aantal gecontroleerde panden

 

 

Volgens risicogerichte strategie en planning regionale brandweer(*6)

evenementen/ horeca

Aantal uren

 

Extra toezicht corona

240

240

 

Ca. 500

Reguliere Boa-taken

 

(*7)

openbare ruimte

Aantal uren Extra toezicht wildcrossen

430

430

 

ca. 320

Reguliere Boa-taken

 

(*7)

 

4.2.2. Toelichting op rapportage

  • *1.

    In één situatie is een pand wegens acuut gevaar voor de veiligheid en gezondheid van de bewoners, door middel van bestuursdwang gesloten. Voor de bewoners is alternatieve woonruimte geregeld.

  • *2.

    Permanente bewoning recreatieobjecten

    Sinds 2012 zijn ca. 150-160 personen aangeschreven wegens illegale bewoning van een recreatieverblijf. In 2020 is vanwege de corona-situatie een pas op de plaats gemaakt waar het betreft het aanschrijven tot beëindiging van illegale woonsituaties. De controles op permanente bewoning in het kader van het project Vitale en Toekomstbestendige recreatieparken zijn wel onverminderd voortgezet. Hiervoor is extra boa-capaciteit ingezet. Waar een vermoeden is van permanente bewoning zijn vanaf begin 2020 gesprekken gevoerd met de mensen. Hiermee wordt beoogd een beter beeld te krijgen van de situatie op de recreatieterreinen op basis waarvan de vervolgaanpak wordt bepaald. In 2020 zijn in totaal 146 gesprekken gevoerd. De laatste gesprekken staan gepland voor het voorjaar van 2021.

  • *3.

    Tijdelijke vergunningen

    Tijdelijke vergunningen, ontheffingen e.d. worden apart geregistreerd met het oog op een doeltreffende controle. Controles zijn in hoofdzaak gericht op naleving van gestelde voorwaarden (bijv. rookmelders in tijdelijke woonruimte) en op het naleven van de gestelde termijnen (bijvoorbeeld voor instandhouding van een tijdelijk bouwwerk).

     

    Tijdelijk vergunde woonsituaties worden jaarlijks tweemaal gecontroleerd, o.m. op basis van de Basisregistratie Personen. Dat betrof voorheen veelal mantelzorgsituaties. Deze zijn vanaf 2014 in de meeste gevallen vergunningsvrij. Het gevolg daarvan is dat de gemeente daar geen of veel minder zicht op heeft. Dat belemmert het toezicht op de naleving van de regels voor mantelzorg.

  • *4.

    Reclameborden

    Door het jaar heen wordt regelmatig, direct en praktisch opgetreden ingeval van illegaal geplaatste reclameborden. Voor zover deze bekend zijn, wordt de overtreders telefonisch of per e-mail gevraagd om de borden binnen 1 of enkele dagen te verwijderen. Daarna wordt de dienst gemeentewerken gevraagd om de borden op te ruimen. Bij herhaling worden borden van de betreffende organisatie direct of zo snel mogelijk verwijderd.

    In 2020 werd actie ondernomen tegen (kleinere) sandwichborden van twee organisaties en vier grote reclameborden, waarvan een langs de A50.

  • *5.

    Monumenten

    Voor specifiek monumententoezicht zijn geen uren geraamd. De monumentencommissie signaleert soms dat er bij monumenten activiteiten plaatsvinden gericht op verbouwing/verandering van het monument. Wanneer er twijfel bestaat over de aard en reikwijdte van de activiteiten in relatie tot de monumentstatus van een pand, wordt bouwtoezicht gevraagd een controle uit te voeren

  • *6.

    Controles brandveiligheid

    Met inachtneming van de risicogerichte toezichtstrategie zijn in 2020 in Landerd door de Regionale Brandweer, soms samen met gemeentelijke toezichthouders, brandveiligheidscontroles uitgevoerd bij gebouwen. Vanwege de coronacrisis zijn er minder fysieke controles uitgevoerd. Sommige gebouwen waren buiten gebruik, maar, bijvoorbeeld bij zorginstellingen, was fysiek bezoek ongewenst.

    Bij de meeste controles worden kleine overtredingen geconstateerd. Vaak betreft dit onderhoud/keuring van brandblusmiddelen en brandmeldinstallaties. Er wordt schriftelijk een termijn gegeven om de tekortkomingen op te heffen. In 2020 betrof het 14 adressen. Bij 10 van deze adressen werd na hercontrole vastgesteld dat alsnog aan alle eisen wordt voldaan. De andere 4 moesten bij afsluiting van het jaar nog worden gecontroleerd. Indien nodig wordt na hercontrole een last onder dwangsom opgelegd. Deze situatie deed zich in 2020 niet voor.

    Behalve deze reguliere controles worden voorafgaand aan kerstmis en carnaval steekproefsgewijs controles uitgevoerd op brandveiligheid van bijzondere versieringen. Ook voert de brandweer controles uit op de veiligheid van tenten bij evenementen zoals de halfvastenfeesten in Zeeland. Vanwege de corona-crisis konden deze controles in 2020 achterwege blijven Tenslotte voert de brandweer samen met bouwtoezicht opleveringscontroles uit bij bouwwerken met bijzondere (zorg/publieks-) functies.

     

    Naar aanleiding van de brand in de Londense Grenfell Tower heeft het Ministerie van Binnenlandse Zaken alle gemeenten opgedragen om onderzoek te doen naar de brandveiligheid van gevels van risicovolle gebouwen. Dit onderzoek is in 2020 afgerond. Bij de inventarisatie bleek dat er in Landerd geen gebouwen zijn waarop deze situatie van toepassing is.

  • *7.

    Toezicht horeca, evenementen, openbare ruimte

    Dit betreft in hoofdzaak taken van de buitengewoon opsporingsambtenaar (boa). In het programma voor 2020 was het aantal uren voor boa-taken geraamd op 640. De Boa-taken zijn vanaf 2017 ondergebracht bij de gemeente Uden.

    In 2020 zijn bovenop de reguliere uren voor boa-taken, extra uren ingezet voor controle op de naleving van corona-maatregelen. Ook werden extra boa-uren ingezet voor de aanpak van het wildcrossen, in het bijzonder rond de plassen van Hofmans nabij de Palmstraat in Schaijk.

4.3 Toezicht Milieu-inrichtingen

 

4.3.1 Categorie-indeling en planning

Het milieurecht voor bedrijven (“inrichtingen”) is geregeld in de Wet milieubeheer (Wm) en de (Wabo). De meeste bedrijven vallen onder het Activiteitenbesluit milieubeheer. Dat besluit bevat algemene regels waaraan deze bedrijven moeten voldoen. Een omgevingsvergunning voor het onderdeel milieu is alleen nog bij uitzondering vereist, voor in het Besluit omgevingsrecht aangewezen inrichtingen.

Aantal bedrijven in Landerd

In 2019 is door de ODBN gestart met het actualiseren van het inrichtingenbestand. Eind 2020 is dit project afgerond. Door middel van actief beheer wordt voorkomen dat het inrichtingenbestand opnieuw verouderd. Dit betekent onder meer dat, in vervolg op de actualisering van het bestand, in 2021 werk gemaakt wordt van intrekking van niet- of slechts gedeeltelijk actieve vergunningen.

 

Het aantal milieu-inrichtingen in Landerd is op basis van de bekende gegevens ca. 500. Daarvan zijn er ca. 65 vergunning-plichtig (categorie C). Ca. 45 bedrijven vallen in de milieucategorie A (geen meldings- of vergunningplicht). De rest (het overgrote deel) behoort tot categorie B (meldingsplicht).

Controlefrequentie/planning

De basiscontrolefrequentie voor bedrijven in Landerd is als volgt vastgesteld:

Tabel 4 Basiscontrolefrequentie 2020

Bedrijfstype/categorie

Aantal bedrijven in Landerd

Toezichtsfrequentie In jaren

Toezicht in uren per bedrijf

(incl. hercontr.)

A

ca. 45

10

11,75

B

ca. 320

10

11,75

B+

ca. 65

4

15,75

C

ca. 40

3

21,75

C+

ca. 30

3

27,75

(+ betreft bedrijven waarvoor OBM verplicht is (omgevingsvergunning beperkte milieutoets)

 

Bij de berekening van de beschikbare uren is er van uit gegaan dat in 75% een eerste hercontrole nodig is en in 25% een tweede hercontrole. Op basis van het Regionaal Operationeel Kader (ROK) kan van deze basisfrequentie worden afgeweken. Met inachtneming van de basisfrequentie, het ROK en het beschikbare budget kunnen jaarlijks ca. 60 tot 70 bedrijven in Landerd worden gecontroleerd. Een deel van de beschikbare uren wordt gereserveerd voor ad hoc controles naar aanleiding van klachten en incidenten betreffende naleving milieuvoorschriften door bedrijven (niet geprogrammeerde controles). De controles op naleving van de milieuwetgeving worden voor de gemeente Landerd uitgevoerd door de Omgevingsdienst Brabant Noord.

 

Voor 2020 waren 63 controles gepland, inclusief de bedrijven welke hebben meegedaan aan de stoppersregeling voor varkens- en pluimveehouders. Deze bedrijven hadden tot 1-1-2020 de tijd om de activiteiten te stoppen.

Categorie A: 1

Categorie B: 38

Categorie B+: 17

Categorie C: 7

Categorie C+: 0

 

 

4.3.2 Uitgevoerde milieucontroles

In 2020 zijn in totaal 72 controles bij bedrijven afgerond. Bij het einde van het jaar waren nog 15 controles uit het programma voor 2020 in uitvoering. Van de gebudgetteerde uren voor geprogrammeerde controles in 2020 is, ondanks de corona-beperkingen, ca. 90% uitgevoerd. Hieronder een beknopt overzicht. Meer informatie in de uitgebreidere verantwoordingsrapportage van de ODBN welke is bijgevoegd.

 

Naast de geprogrammeerde controles zijn er onder meer controles uitgevoerd naar aanleiding van inrichting gebonden klachten, onvoorziene voorvallen en oplevering van nieuwe bedrijfsgebouwen. In 2020 betrof dit 23 controles, waaronder 5 in het kader van het Besluit Bodemkwaliteit. Daarnaast werd de ODBN in 30 situaties ingeschakeld voor het behandelen van overige overlast- en incidentmeldingen.

 

De mate van spontane naleving van de milieuregels bij bedrijven is in 2020 voor Landerd 34,8%. (tegenover 24% in 2019). Dit betekent dat 34,8% van de gecontroleerde bedrijven bij de eerste controle volledig voldoet aan de milieuregels. Dit is onder het gemiddelde (45,7%) in het werkgebied van de ODBN.

De cijfers in de volgende tabel betreffen alle milieu-inspecties van de ODBN in 2020, inclusief Besluit bodemkwaliteit en mobiel breken (puinbreekinstallaties).

Tabel 5 Milieu-inspecties ODBN 2020

Milieucontroles Landerd 2020

% in

2019

% in

2020

Aantal

2019

Aantal

2020

Inspecties

 

 

88

110

In orde

 

 

29

59

Niet in orde

 

 

59

51

Mate van spontane naleving

24

34,8

 

 

Overtredingen

 

 

145

105

Gemiddelde overtredingen per inspectie

 

 

2,5

2,1

Inspecties met ernstige overtredingen

 

 

15

3

Inschaling gedrag overtredingen

(volgens land. Handhavingsstrategie)

 

 

 

 

A. Goedwillend

16,6

7,6

24

8

B. Moet kunnen

81,4

90,5

118

95

C. Calculerend

2,1

1,9

3

2

D. Crimineel

0

 

0

0

Inschaling ernst overtredingen

(volgens land. Handhavingsstrategie)

 

 

 

 

1. Vrijwel nihil

6,9

19

10

20

2. Beperkt

68,3

78,1

99

82

3. Van belang

24.8

2,9

36

3

4. Aanzienlijk

0

 

0

0

 

Na de eerste controle wordt in de regel, bij geconstateerde tekortkomingen, door de ODBN een brief gestuurd waarin een hersteltermijn wordt bepaald. Indien bij hercontrole blijkt dat de aangegeven problemen niet zijn opgelost, wordt een dwangsomprocedure gestart. Bij zogenaamde categorie-1-overtredingen wordt direct na de eerste controle een dwangsomprocedure gestart. Dit is bijvoorbeeld het geval wanneer een veehouderij niet voldoet aan het Besluit huisvesting vanwege het ontbreken van een luchtwasser.

 

In 2020 werden 73 herinspecties uitgevoerd (56 n.a.v. geprogrammeerd toezicht en 17 n.a.v. incidentele toezicht). Op basis van de uitgevoerde milieucontroles/ hercontroles, is 20 keer een formele dwangsomprocedure gestart. In die gevallen worden belanghebbenden in kennis gesteld van het voornemen om een dwangsom op te leggen ter opheffing van de overtreding(en). Zij krijgen de gelegenheid om daarop te reageren én nog een laatste hersteltermijn. In de meeste gevallen is dat voldoende om de overtredingen (alsnog) te laten beëindigen. In 3 gevallen werd na bekendmaking van het voornemen, daadwerkelijk een last onder dwangsom opgelegd wegens overtreding van de milieuvoorschriften.

Branchegericht toezicht

Op basis van het ROK wordt een deel van het toezicht branchegericht gepland en uitgevoerd. Het gaat om bedrijven met een gemiddeld risico. In 2020 betrof het 9 metaalbewerkingsbedrijven, 2 LPG-tankstations, 12 garagebedrijven en 1 loonwerker. Deze controles zijn vanwege de corona-crisis in hoofdzaak telefonisch en administratief uitgevoerd. In 2021 wordt bekeken bij welke van deze bedrijven een diepgaandere, fysieke controle wenselijk is.

Project Intensivering toezicht veehouderijen (ITV)

Landerd neemt deel aan het project ITV. In een periode van 3 jaar (2018-2020) worden alle veehouderijen (ca. 160) gecontroleerd op naleving van de milieuvoorschriften.

 

Met name vanwege Corona-beperkingen is het niet gelukt alle ITV-inspecties in 2020 af te ronden. Daarom is besloten de uitvoering van ITV-inspecties te verlengen tot 1 juli 2021. Dit betekent dat ook het project ITV nog doorloopt tot 1 juli 2021. In verband met de doorloop naar 2021 heeft het projectteam ITV besloten voor 2020 geen project brede jaarrapportage te maken. Na afloop van het project op 1 juli 2021 wordt een eindrapport opgesteld waarin alle resultaten van het project worden opgenomen en waarin deze worden toegelicht en geduid.

 

Vanaf 2018 zijn vanuit het project Intensivering Toezicht Veehouderijen in Landerd 120 bedrijven gecontroleerd. In 32% van het aantal gecontroleerde bedrijven gevallen werd geen overtreding vastgesteld. Bij 13% van de overige bedrijven werden lichte overtredingen geconstateerd. Hierover wordt de ondernemer wel geïnformeerd maar er wordt geen hercontrole uitgevoerd.

78% kreeg een waarschuwing (de kans om de overtredingen binnen een bepaalde termijn te herstellen). Bij 9% werd enen formele handhavingsprocedure gestart (last onder dwangsom). Van elk van deze overtredingen is volgens de systematiek van de Landelijke Handhavingsstrategie (LHS) de zwaarte bepaald. Daarbij maakt de toezichthouder een inschatting van de mogelijke gevolgen voor het milieu en van het gedrag van de overtreder.

 

De zwaarte van de overtreding is bepalend voor het vervolg. Dit kan zijn:

  • -

    Geen vervolg: alleen informeren;

  • -

    Waarschuwing: bestuurlijke waarschuwing (hercontrole);

  • -

    Sanctie: bestuurlijk en/of strafrechtelijk optreden (voornemen last onder dwangsom, bestuurlijke strafbeschikking of proces-verbaal).

Van de controles met overtreding(en) heeft ongeveer 11% niet geleid tot een vervolgactie. In deze gevallen zijn bij de controle alleen lichte overtredingen aangetroffen.

Energiebesparing

Vanaf 1 juli 2019 geldt voor bedrijven naast een energiebesparingsplicht ook een informatieplicht. Door het toezicht op de informatieplicht wordt meer inzicht gekregen in welke bedrijven voldoen aan de energiebesparingsverplichtingen. Bij de reguliere controles bij vergunning-plichtige bedrijven wordt energie als thema meegenomen. Het toezicht wordt door het Rijk gesubsidieerd op grond van de VUE-regeling (Versterkte Uitvoering Energietoezicht).

 

In 2020 zijn door de ODBN 155 bedrijven in Landerd aangeschreven. Daarvan hebben 69 bedrijven een rapportage ingediend voor de informatieplicht. Bedrijven welke niet hebben gereageerd of nog niet voldoen aan de wettelijk verplichte maatregelen krijgen in 2021 een hercontrole.

 

4.4 Klachten

In het handhavingsprogramma 2020 was rekening gehouden met 50 te behandelen klachten op uiteenlopende onderwerpen binnen het vakgebied “omgevingsrecht”. Het aantal beschikbare toezichturen bij de gemeente Landerd voor de afhandeling daarvan werd vastgesteld op 100.

 

Daarnaast zijn in het werkprogramma van de ODBN uren geraamd voor incidentele (niet- inrichting gebonden) problemen welke niet als specifieke handhavingszaak worden geregistreerd. Deze klachten worden (via de ODBN) aangedragen door het Milieu Informatie- en Klachtenpunt van de provincie Noord-Brabant of worden gemeld bij het team toezicht en handhaving van de gemeente. Ook komen dergelijke klachten regelmatig via een MOR (Melding Openbare Ruimte) bij de gemeente binnen.

 

Wanneer de klachten betrekking hebben op het omgevingsrecht, worden ze doorgezet naar het team handhaving van de afdeling Ruimte. Milieu-gerelateerde klachten (geluid/stank) zijn in veel gevallen bij de omgevingsdienst neergelegd. Voor de afhandeling van dergelijke klachten heeft de ODBN het proces “omgevingszorg” vastgesteld. Hierin is ook voorzien in een 24-uurs bereikbaarheids- en beschikbaarheidsregeling.

 

Incidentele meldingen over kleine ergernissen in de openbare ruimte (bijvoorbeeld parkeren, hondenpoep) komen bij de Boa terecht. Deze zijn niet in onderstaand overzicht opgenomen.

 

In 2020 zijn 42 algemene klachten bij toezicht en handhaving van de afdeling Ruimte geregistreerd, waarvan 7 betreffende wildcrossen (vnl. rondom de “Plassen van Hofmans”). De klachten hebben hoofdzakelijk betrekking op stank, geluid, stoken en afval/verrommeling. Er werden meerdere klachten ontvangen over geluidsoverlast van het springterrein Reek.

Deze klachten worden doorgespeeld aan de bevoegde instantie: de Inspectie Leefomgeving en Transport.

Tabel 6 Onderwerpen en aantallen van klachten in 2020

Overzicht klachten 2020

Aantal

Stoken

1

Stank

8

Vervuiling/ afval/ rommel

9

Mestverspreiding

2

Geluid

12

Crossen

7

Overige

3

Totaal

42

 

4.5 Samen Sterk in Brabant

Samen Sterk in Brabant (SSiB) verzorgt toezicht en handhaving in het buitengebied. SSiB is organisatorisch onderdeel van de drie omgevingsdiensten in Noord-Brabant.

 

De natuurinspecteurs van SSiB zijn 24 uur per dag, 7 dagen per week beschikbaar in het buitengebied. Zij zien erop toe dat gebruikers het milieu niet te zwaar belasten en treden op bij overtredingen. Daarbij gaat het vooral om:

Dumpen, lozen, verbranden en vernielen van huis- en bedrijfsafval, asbest en drugsresten, stropen van wild, vogels en vissen, vernielen of plukken van (beschermde) planten, aantasten van natuur en dierenwelzijn, crossen met motoren en quads in bos- en natuurgebieden. In 2020 heeft SSiB ook een ondersteunende rol gespeeld voor het in goede banen leiden van de recreatiedrukte in de natuurgebieden.

 

Naast deze activiteiten speelt SSiB als aanjager ook een belangrijke rol in de samenwerking tussen alle betrokken partners. Kennis delen, informatie uitwisselen, de oog- en oorfunctie vergroten, acties afstemmen en uitvoeren. Door als overheden en organisaties gezamenlijk risico’s en bedreigingen aan te pakken, kunnen we een krachtige vuist maken.

 

De toezichthouders van SSiB werken regelmatig samen met de Boa en politie en voeren periodiek overleg met de gemeente over geconstateerde overtredingen, resultaten en nieuwe zaken/gewenste inzet. Ook wordt voor en met alle partners jaarlijks een ontmoetingsdag met een thema gehouden. Helaas kon deze in 2020 niet worden gehouden. In 2020 bestond het team van SSiB uit 14,1 fte (15 toezichthouders). Het aantal constateringen in heel Brabant loopt de laatste jaren door de intensieve inzet van SSiB flink op. Veel constateringen betreffen afvaldumpingen.

 

Binnen SSiB is een motorcross-expertteam operationeel. Dit team probeert in samenwerking met de politie door regelmatige handhavingsacties de overlast door wildcrossen te beperken. In 2020 is 90 maal opgetreden tegen wildcrossers.

 

Meer informatie over de jaarcijfers van SSiB over 2020 (aantal een aard van de constateringen, aantal waarschuwingen, aantal processen-verbaal etc.), en de werkzaamheden is te vinden in het bijgevoegde jaarverslag 2020 van SSiB.

 

4.6 Juridische behandeling van handhavingszaken in 2020

In 2020 zijn 102 geregistreerde handhavingszaken door de juridische medewerkers van de gemeente Landerd afgehandeld (afgerond). (V.w.b. milieu ondersteunt door de ODBN). In 2017 waren dit 135 zaken, 2018 134 zaken en in 2019 105 zaken. De terugloop in de laatste 2 jaar is onder meer het gevolg van de aanpak van permanente bewoning op recreatieterreinen. In relatie tot het project “vitale en toekomst-bestendige recreatieparken” én (m.n. 2020) vanwege de coronacrisis zijn de handhavings-procedures wegens permanente bewoning deels opgeschort.

Tabel 7 Juridische behandeling van zaken 2020

De afgehandelde zaken hadden betrekking op:

2019

2020

Buitengebied

67

60

Bebouwd gebied

15

22

Bedrijventerrein

6

12

Recreatieterrein

19

8

Verdeeld over de kerkdorpen:

2019

2020

Reek

12

8

Schaijk

52

45

Zeeland

43

49

 

De in 2020 afgehandelde zaken hadden in hoofdzaak betrekking op:

Tabel 8 Onderwerp afgehandelde zaken 2020

Onderwerp afgehandelde zaken

2019

2020

Illegale woonsituaties

22

11*

Reclameborden (voor zover geregistreerd)

1

1

Grondwerken

3

1

Naleving beplantingseisen

1

0

Kappen van houtopstanden

0

1

Naleving coronamaatregelen

0

1

Illegaal gebruik gebouwen/gronden

7

3

Brandveiligheid

4

9

Toestand bestaande bebouwing.

0

2

Opslag goederen/materialen

1

10

Bouwen/slopen zonder of in afwijking vergunning

11

10**

Plaatsing caravan(s)/ tenten

0

0

Illegale bedrijfsactiviteit

1

3

Overtreding milieuvoorschriften

48

44

Overlast door bijv. stank, geluid, stof

4

5

Overtreding Opiumwet

4

1

* Illegale woonsituaties waarvan 8 maal permanente bewoning van een recreatieverblijf en 2 maal huisvesting arbeidsmigranten.

** De tien in 2020 afgehandelde bouwzaken (bouwen zonder of in afwijking van een vergunning) kunnen uitgesplitst worden naar:

 

Bijgebouw/kleine bouwwerken bebouwd terrein

3

Wooncomplex

1

(Verbouw) woning

2

Bedrijfsruimte

1

Recreatieverblijf

0

Overige bouwwerken onbeb. terrein buitengebied

3

 

Met betrekking tot de in 2020 afgehandelde handhavingszaken geldt:

Tabel 9 Uitkomst afgehandelde handhavingszaken 2020

Bij de in 2020 afgehandelde handhavingszaken werd:

Aantal

De overtreding opgeheven na aanschrijving door de gemeente/ODBN

- 62 maal o.b.v. een informeel schriftelijk verzoek

- 19 maal o.b.v. de formele bekendmaking van het voornemen tot oplegging van een last onder dwangsom

- 12 maal o.b.v. een formele handhavingsbeschikking (last onder dwangsom)

93

De illegale situatie met een vergunning achteraf gelegaliseerd

2

De handhavingsactie gestaakt wegens geringe betekenis, gewijzigde inzichten/wetgeving of wegens beëindiging van de overtreding om andere reden

2

Een handhavingsverzoek van een derde afgewezen of ingetrokken

5

 

4.7 Openstaande handhavingszaken op 31 december 2020

Bij afsluiting van het jaar 2020 waren 115 handhavingszaken nog in behandeling. Daarvan zijn er 52 in 2020 aan de orde gekomen. De overige zaken betreffen procedures welke al eerder zijn gestart, maar nog doorlopen in 2020 (bijvoorbeeld omdat termijnen nog niet zijn verstreken of beroep is ingesteld; een formele handhavingsprocedure kan, incl. voorbereiding, beschikking, bezwaar, beroep, hoger beroep en eventueel effectuering (inning dwangsom) soms wel 3 jaar in beslag nemen).

Tabel 10 Nog lopende zaken (meegenomen naar 2021)

Onderwerpen nog lopende zaken (31 december 2020)

Aantal

Bouwen/slopen zonder vergunning of in afwijking vergunning

14

Overtreding gebruiksvoorschriften gronden en/of gebouwen (opslag goederen/materialen, stalling voertuigen e.d.)

9

Dumping drugsafval

0

Illegale bedrijfsactiviteiten

7

Naleving beplantingseisen

2

Illegale woonsituatie

19*

Grondwerken/werkzaamheden zonder vergunning

3

Overtreding brandveiligheidsvoorschriften

4

Bouwkundige gebreken

1

Overtreding milieuvoorschriften

50

Reclamebord

1

Bodemverontreiniging

1

Illegaal kappen

22

Overige

3

* 8 maal bewoning recreatieverblijf en 8 maal huisvesting arbeidsmigranten

 

In 35 van de lopende zaken is een formele handhavingsprocedure gestart:

  • -

    12 maal beschikking last onder dwangsom

  • -

    23 maal kennisgeving voornemen last onder dwangsom

Tabel 11 Procedurefase lopende zaken per 31-12-2020

Procedurefase lopende zaken per 31-12-2020:

Aantal

Vooronderzoek

7

Overleg met belanghebbende

11

Legaliseringsplan/verzoek in behandeling

16

Informele termijn gesteld voor opheffing illegale situatie

42

Voornemen last onder dwangsom formeel bekendgemaakt

23

Handhavingsbeschikking (last onder dwangsom) verzonden

12

Waarvan:

a. bezwarentermijn nog niet verstreken (2x)

b. bezwaarschrift in behandeling (1x)

c. beroep rechtbank (2x)

d. hoger beroep Raad van State (n.v.t.)

e. onherroepelijk, termijn nog niet verstreken (1x)

f. onherroepelijk, effectueringsfase (6x)

 

Voorlopig in afwachting andere ontwikkelingen

4

5. Vergunningverlening in cijfers

 

5.1 Opbouw data

In 2019 is voor het onderdeel vergunningverlening voor het eerst een evaluatie uitgevoerd (in het kader van de Wet VTH). Om een steeds betere opbouw van het beleid, programma en evaluatie voor VTH te hebben zijn wij gestart met het verzamelen van verschillende data.

Voor de wabo taken zijn wij in 2017 gestart met data verzamelen en voor de APV-taken zijn wij hier eind 2018/ begin 2019 mee gestart.

 

Alle VTH-documenten (beleid, uitvoeringsprogramma en jaarverslag) zijn organische documenten en zullen dus door de jaren heen uitbreiden, vollediger en concreter worden. Voor zowel het onderdeel Wabo als APV geldt dat we door de jaren heen data willen gaan verzamelen op een uniforme manier waardoor we, hopelijk, trends kunnen zien en prognoses kunnen gaan maken.

 

Zoals al eerder benoemd zullen wij per januari 2022 samen met gemeente Uden de nieuwe gemeente Maashorst vormen. De gevensopbouw tussen beide gemeente is ook niet gelijk. Vanaf die datum zal het verzamelen van de nodige data op een uniforme manier gedaan worden.

 

In de volgende paragrafen zullen de onderdelen Wabo en APV afzonderlijk worden behandeld.

 

5.2 Vergunningverlening Wabo

De Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) is de basis/ grondslag van de omgevingsvergunning. Voor de introductie van de omgevingsvergunning in 2010 kenden we verschillende vergunningen. Hierbij kan bijvoorbeeld gedacht worden aan een sloop-, kap- en bouwvergunning. Door de komst van de Wabo is een 25 tal vergunningen samengevoegd tot één omgevingsvergunning. De omgevingsvergunning kan bestaan uit één of meerdere (deel) activiteiten.

Ruim tien jaar later zijn we bezig met de voorbereidingen op de komst van, wederom, nieuwe wetgeving. Deze evaluatie is het op één na laatste jaarverslag waar wij zullen terugkijken op vergunningverlening onder de Wabo.

 

Bij ruimtelijke initiatieven worden globaal de volgende stappen gezet:

 

Figuur 2 Fasen/ stappen bij behandeling ruimtelijke initiatieven

 

Het team vergunningen is verantwoordelijk voor het beoordelen van de aanvraag, het doorlopen van de procedure en adviseren het college m.b.t. de besluitvorming. Bij de inhoudelijke beoordeling van de aanvraag worden collega’s uit andere disciplines (teams en/of afdelingen) betrokken. De juridische toets wordt door de casemanager zelf uitgevoerd. Bij afwijking van het beleid wordt de aanvraag besproken in een integraal (wabo) overleg.

Onze externe adviseurs zijn: Welstandcommissie, Monumentencommissie, Brandweer, Omgevingsdienst en GGD. Voor de bouwbesluit- en constructietoets wordt er samengewerkt met adviesbureaus/marktpartijen.

 

Het kan voorkomen dat iemand uit de omgeving of initiatiefnemer het niet eens is met het genomen besluit. Het ingestelde bezwaar wordt inhoudelijk behandeld door de vergunningverlener. De eventuele vervolgstap is het instellen van beroep. Ook beroepzaken worden door de vergunningverlener behandeld. De vergunningverleners krijgen wanneer nodig juridische ondersteuning van collega’s met juridische achtergrond of een externe partij.

 

Naast het behandelen van “wabo zaken” voert team vergunningen ook andere taken uit:

  • -

    Frontoffice

  • -

    Advies (veelal juridisch)

  • -

    Ondersteuning (veelal administratief)

Op twee teamleden na werken alle teamleden aan “wabo zaken”. Hiermee is dit onze grootste taak.

 

5.2.1 Uitgevoerde Wabo taken

Ingekomen zaken

De ingekomen Wabo zaken zijn in 2020 nagenoeg gelijk gebleven t.o.v. 2019. In aantallen zijn de aanvragen om een principeverzoek, omgevingsvergunning en een sloop melding de meest voorkomende zaken. Zoals hieronder te zien is er sprake van een kleine afname.

Dit is voor het komende jaar een gunstige ontwikkeling omdat de bestaande achterstand dan niet wordt vergroot. We zijn met de huidige capaciteit die we nu (2021) hebben richting de nieuwe gemeente de werkzaamheden op orde te hebben.

 

Het lijkt erop dat 2018 een piek jaar was als het gaat om formele aanvragen om omgevingsvergunningen. De jaren 2017, 2019 en 2020 zijn vergelijkbaar met elkaar wanneer gekeken wordt naar de aantallen. Kanttekening hierbij is dat het jaar waarin de aanvraag wordt ingediend de aanvraag niet per definitie wordt afgehandeld.

We zien de afgelopen jaren wel dat aanvragen steeds complexer worden. In dat geval is er meer behoefte aan integrale afstemming. Ook voor aanvrager blijkt het aanleveren van de nodige informatie niet altijd even gemakkelijk of snel te kunnen. De complexe aanvragen vragen dus ook om meer tijd. Na vergunningverlening vraagt het juridisch traject meer tijd dan voorheen.

 

Figuur 3 ingekomen Wabo zaken 2020

 

Meer concreet zijn de volgende cijfermatige ontwikkelingen in de afgelopen jaren vast te stellen.

Ingekomen zaken Wabo

2017

2018

2019

2020

Toe-/afname*

Vooroverleg (principeverzoek)

160

164

164

161

-

98%

Vergunningaanvragen

208

272

195

193

-2

99%

Melding brandveilig gebruik

9

15

9

6

-3

67%

Melding bodemenergie

6

6

9

6

-3

67%

Melding milieu

28

30

45

26

-19

58%

Melding sloop

124

154

143

138

-5

97%

Intrekking vergunning

2

1

4

3

-1

75%

Totaal aantal zaken

537

642

569

533

-36

94%

* % tov voorgaand jaar

Tabel 12 Ingekomen Wabo zaken (cijfermatig)

 

Het zaaktype “vergunningaanvragen” is voor ons team het meest interessante zaaktype omdat dit samen met het zaaktype “vooroverleg” de meeste werkzaamheden/ acties verlangd. Onder het kopje “afgehandelde zaken” worden de vergunning zaken nader opgesplitst.

Afgehandelde zaken

In 2020 zijn er minder vergunningaanvragen afgehandeld dan in 2019. Dit heeft voornamelijk te maken met de eerdergenoemde onderbezetting, het inwerken van nieuw minder ervaren personeel en de toenemende complexiteit van de aanvragen. Het gaat hier om een afname van ongeveer 17%.

Bij de te afhandelen van principeverzoeken zien we juist een toename t.o.v. 2019 (ongeveer 19%). Dit was nodig om bij te komen. Omdat dit zaaktype geen wettelijke/ harde termijn kent is bij eerdere onderbezetting binnen het team de prioritering toegepast waarbij formele aanvragen voorrang kregen op principeverzoeken. Dit passen wij alleen toen wanneer de werkdruk te hoog is om alle aanvragen tijdig te kunnen behandelen.

 

Daarbij komt dat de complexiteit van aanvragen is vergroot. Zoals eerder al is aangegeven vraagt dit om meer tijd. De aanvragen moeten immers goed en integraal worden getoetst.

 

Om de kwaliteit te waarborgen zijn wij sinds 2019 het “4 ogen” principe toe. Dit komt de kwaliteit van de besluiten ten goede echter betekent dit ook extra werkzaamheden per aanvraag.

 

In 2020 is er sprake geweest van één vergunning van rechtswege. Voor alle overige afgehandelde zaken is voldaan aan de wettelijke termijnen van de reguliere procedure

 

Figuur 4 Afgehandelde Wabo zaken 2020

 

Meer concreet zijn de volgende cijfermatige ontwikkelingen in de afgelopen jaren vast te stellen.

Tabel 13 Afgehandelde vergunningaanvragen Wabo 2020

Doorlooptijd zaken

Voor de zaken met een reguliere procedure geldt dat de doorlooptijd nagenoeg gelijk is gebleven. Bij één aanvraag is de wettelijke termijn niet gehaald. Voor de zaken met een uitgebreide procedure geldt een afname bij de enkelvoudige zaken. Een toename is te zien in de doorlooptijd van meervoudige zaken met een uitgebreide procedure. Hierin speelt mee de complexiteit van de zaken. Een van de complexe zaken had een startdatum in 2015. De toename in doorlooptijd is voornamelijk door deze zaak te verklaren.

 

Figuur 5 Doorlooptijd afgehandelde vergunningaanvragen Wabo 2020

 

5.3 Vergunningverlening APV

In de Algemene plaatselijke verordening (APV) staan de gemeentelijke regels met betrekking tot de openbare orde en veiligheid binnen de gemeente. Zo ook tot bescherming van het milieu, natuurschoon en zorg voor het uiterlijk aanzien van de gemeente. Vanuit deze regels volgen verschillende taken waar wij (VTH) uitvoering aan geven.

 

Voor ons team geldt dat twee collega’s zich hier mee bezighouden. De voornaamste zaaktype zijn: Evenementen-, Drank & Horeca -, en standplaatsvergunningen. Deze collega’s behandelen dus ook aanvragen n.a.v. bijzondere wetten zoals bijvoorbeeld de Drank en Horeca wet.

 

Voor de behandeling van aanvragen op basis van de APV geldt, tenzij in de APV anders is bepaald, een beslistermijn van acht weken.

 

5.3.1 Uitgevoerde APV-zaken

Voor de APV-zaken is minder data beschikbaar dan bij de wabo zaken. We kunnen in deze evaluatie daarom (nog) niet kijken naar de doorlooptijd van de zaken. Als het administratief mogelijk blijkt te zijn kunnen wij een aanpassing maken in het werkproces waardoor er meer data rondom de AVP bijgehouden kan worden.

 

In totaal is er een toename van het aantal ingediende zaken in 2020 (237) ten opzichte van 2019 (191). Deze toename is vooral te zien bij het zaaktype 0-evenementen. In 2019 ging het hier om 22 aanvragen en in 2020 om 68 aanvragen.

 

In 2020 zijn er in totaal 152 zaken afgehandeld (79), afgebroken (69) of ingetrokken (4). In voorgaand jaar waren er slechts 23 zaken afgebroken of geweigerd. Hier is dus het effect van corona op aanvragen duidelijk zichtbaar. Om dit goed zichtbaar te krijgen hebben we er jaar voor gekozen om het verschil tussen afgebroken zaken en geweigerde zaken expliciet te benoemen. Kantekening hierbij is dat dat eerdere data niet zo opgebouwd was. Dit betekent dat wij de eerdergenoemde scheiding niet visueel kunnen maken in onderstaande tabel.

 

Figuur 6 Afgehandelde APV-zaken 2020

 

Zoals in de VTH stukken van 2020 is aangegeven hebben wij vanaf 2020 een Bibob beleid. Dit beleid is in 2019 voorbereid en vastgesteld.

In 2020 hebben we dan ook meer/ vaker Bibob-toetsen uitgevoerd. Dit wordt gedaan in samenwerking met gemeente Uden. In 2019 zijn er 5 Bibob-toetsen uitgevoerd. In 2020 zijn er 11 Bibob toetsen uitgevoerd. Van deze toetsen zijn er 8 n.a.v. een Apv aanvraag uitgevoerd en 3 n.a.v. een Wabo aanvraag.

 

6. Communicatie

Dit jaaroverzicht wordt na vaststelling ter kennis gebracht van de gemeenteraad, overeenkomstig het bepaalde in artikel 7.7 van het Besluit omgevingsrecht. Tevens wordt de vaststelling van het jaaroverzicht bekendgemaakt op de in de gemeente Landerd gebruikelijke manier en wordt het vervolgens voor eenieder ter lezing ter inzage gelegd en op de website van de gemeente Landerd geplaatst.

 

In het kader van het interbestuurlijk toezicht omgevingsrecht wordt het overzicht toegestuurd aan Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Brabant.

7. Tot slot

In dit jaarverslag wordt hier en daar een doorkijk naar 2021 gegeven. Aanvullend hierop het volgende:

 

Wat vorig jaar nog niet voorzien was, is dat we een jaar later nog steeds met de coronacrisis te maken hebben. Verwachting is dat in de loop van 2021 de maatregelen die nu nog gelden stapsgewijs zullen afnemen en er zo stapsgewijs weer meer mogelijk gaat worden zoals het openen van horeca en organiseren van evenementen. In 2021 zullen dan ook nog steeds werkzaamheden als gevolg van de crisis verricht worden. Dit zal in ieder geval in het begin van 2021 het geval zijn.

Ook in 2021 betekent dit voor ons onder andere:

  • Een flexibele werkhouding en aanpassing in de werkwijze (bv. 100% digitaal en thuiswerken)

  • Deels andere/nieuwe werkzaamheden:

    • Crisisteam;

    • Vormgeven aan nieuwe werkwijze op korte-, midden- en lange termijn;

    • Nieuw type aanvragen in het kader van de ‘1,5 meter samenleving’;

    • Naleving nationale maatregelen (bv. aanschrijven geplande evenementen).

  • Uitstel van een aantal reguliere werkzaamheden (bv. geplande controles);

  • Veelvuldig contact met de samenleving.

Wij merken dat wij een personeelstekort hebben. Dit komt voornamelijk door inzet van capaciteit voor/ t.b.v.:

  • -

    De herindeling van onze gemeente;

  • -

    Het programma Omgevingswet;

  • -

    Wijziging in werkzaamheden, werkwijze en personele bezetting;

  • -

    Bijkomende projecten.

Dit is bestuurlijk al besproken en daarvoor gaan we in 2021 een prioritering in onze werkzaamheden aanbrengen. Dit zal o.a. gevolgen hebben voor de doorlooptijden van onze procedures.

Bijlagen:  

 

  • -

    Verantwoordingsrapportage ODBN-werkprogramma 2020 gemeente Landerd.

  • -

    Jaarverslag 2020 Samen Sterk in Brabant

Naar boven