Verordening tot 2e wijziging van de verordening op de heffing en de invordering van leges 2021

Burgemeester en wethouders van de gemeente Deventer;

 

gelet op de artikelen 156, tweede lid, aanhef en onderdeel h, 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b van de Gemeentewet, de artikelen 2, tweede en derde lid, en 7 van de Paspoortwet en artikel 10 van de verordening op de heffing en de invordering van leges 2021

 

BESLUIT

 

Vast te stellen:

 

De verordening tot 2e wijziging van de verordening op de heffing en de invordering van leges 2021.

Artikel 1  

 

  • A.

    In artikel 2 vervalt de aanduiding ‘1’ voor het eerste lid en vervalt het tweede lid.

  • B.

    De onderdelen 1.2.5, 1.2.6 en 1.2.7 van de tarieventabel worden vervangen door:

     

    1.2.5

    van een Nederlandse identiteitskaart:

    1.2.5.1

    voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

    € 67,58

    1.2.5.2

    voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt.

    € 36,46

    1.2.6

    van een vervangende Nederlandse identiteitskaart voor een persoon met een uitreisverbod, ongeacht de leeftijd van de betrokken persoon

    € 32,91

    1.2.7

    voor de versnelde uitreiking van een spoedlevering van een in de onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.5 genoemde documenten, zijnde een toeslag op de in die onderdelen genoemde bedragen:

    € 50,91

    1.2.8

    Voor het bezorgen van een in de onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.5 genoemd document, zijnde een toeslag op de in de onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.5 genoemde bedragen:

    € 16,06

  • C.

    Hoofdstuk 4 van titel 1 van de tarieventabel wordt gewijzigd als volgt:

     

    • 1.

      In het opschrift van hoofdstuk 4 wordt ‘uit’ vervangen door ‘in het kader van’.

    • 2.

      In de onderdelen 1.4.1 en 1.4.3 wordt ‘één of meer gegevens’ vervangen door ‘verstrekking van één of meer gegevens’.

  • D.

    In Hoofdstuk 1 van titel 3 van de tarieventabel wordt ‘Drank- en Horecawet’ telkens vervangen door ‘Alcoholwet’.

  • E.

    De nummering van titel 2, hoofdstuk 3.6 wordt vervangen door:

     

    2.3.6

    Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten

    2.3.6.1

    Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een rijks-, provinciaal of gemeentelijk monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f of artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo in samenhang met de provinciale erfgoedverordening of hoofdstuk 4 Erfgoed van de Verordening fysieke leefomgeving, of ingeval sprake is van een bouwactiviteit in een beschermd stads- of dorpsgezicht anders dan aan of bij een monument, bedraagt het tarief:

    2.3.6.1.1

    Indien het tevens betreft een vergunningplichtige activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo en onverminderd het bepaalde in artikel 2.3.1: voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument dan wel voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:

    2.3.6.1.1.1

    indien de bouwkosten minder dan € 5.000,-- bedragen

    € 12,65

    2.3.6.1.1.2

    indien de bouwkosten € 5.000,- of meer bedragen van de bouwkosten met een maximum van € 580,-

    0,58 %

    2.3.6.2

    voor het geheel of gedeeltelijk slopen van een monument of het geheel of gedeeltelijk slopen van een bouwwerk anders dan een monument in een beschermd stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid onder h, of artikel 2.2. eerste lid, onder c van de Wabo in samenhang met de provinciale erfgoedverordening of hoofdstuk 4 Erfgoed van de Verordening fysieke leefomgeving, indien de te verwachten hoeveelheid sloopafval bedraagt:

    2.3.6.2.1

    - minder dan 100 m³

    € 267,00

    2.3.6.2.2

    - 100 m³ of meer doch minder dan 1000 m³

    € 759,00

    2.3.6.2.3

    - 1000 m³ of meer

    € 1.891,00

Artikel 2  

Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking. Deze dag is tevens de datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat de bepalingen die in gevolge deze verordening worden gewijzigd van toepassing blijven op belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    In afwijking van het eerste lid is de datum van inwerkingtreding en ingang van de heffing van:

    Artikel 1 A de dag dat het voorstel van Rijkswet tot wijziging van de Paspoortwet in verband met de uitvoering van Verordening (EU) 2019/1157 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 betreffende de versterking van de beveiliging van identiteitskaarten van burgers van de Unie en van verblijfsdocumenten afgegeven aan burgers van de Unie en hun familieleden die hun recht van vrij verkeer uitoefenen (PbEU 2019, L 188) (uitvoering verordening identiteitskaarten) (Kamerstukken II 2019/20, 35552 (R2148), nr. 2) tot rijkswet wordt verheven en in werking treedt.

    Artikel 1 D de dag dat artikel I, onderdeel EE, van de Wet van 16 december 2020 tot wijziging van de Drank- en Horecawet in verband met het Nationaal Preventieakkoord en evaluatie van de wet (Stb. 2021, 26) in werking treedt

  • 3.

    Deze verordening kan worden aange¬haald als de " Verordening tot 2e wijziging van de verordening op de heffing en de invordering van leges 2021”.

Aldus besloten tijdens de collegevergadering van 20 juli 2021

Burgemeester en wethouders van Deventer,

de secretaris,

M.A. Kossen

de burgemeester,

R.C. König

Naar boven