Eerste wijziging van het Reglement burgerlijke stand 2021

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Wassenaar,

gelet op artikel 16, van Boek I van het Burgerlijk Wetboek;

overwegende dat de hierboven genoemde wettelijke grondslag het aanwijzen van (bijzondere) ambtenaren van de burgerlijke stand betreft;

besluiten de Eerste wijziging van het Reglement burgerlijke stand 2021 vast te stellen.

Artikel I. Wijziging van artikel 1 (Begripsbepaling)

Het reglement verstaat onder:

• a. de Wet: Boek I van het Burgerlijk Wetboek;

• b. het besluit: Besluit burgerlijke stand 1994 als gewijzigd bij besluit van 19 december 1994;

• c. ambtenaar van de burgerlijke stand: een persoon als zodanig door het college aangewezen;

• d. buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand: een persoon als zodanig door het college aangewezen;

• e. gemeentehuis: Het Raadhuis “De Paauw”, Raadhuislaan 22 te Wassenaar, het gemeentekantoor Johan de Wittstraat 45 te Wassenaar en alle locaties welke bij besluit als zodanig worden aangewezen.

Artikel II. Wijziging van artikel 2 (Ambtenaar van de burgerlijke stand, buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand)

De tekst komt als volgt te luiden:

• 1. Burgemeester en wethouders kunnen ambtenaren in dienst van de gemeente Wassenaar aanwijzen als ambtenaar van de burgerlijke stand;

• 2. Burgemeester en wethouders kunnen als buitengewoon ambtenaren van de burgerlijke stand aanwijzen:

  • a. personen, al dan niet werkzaam bij de gemeente Wassenaar, voor het structureel voltrekken van huwelijken;

  • b. personen voor het éénmalig voltrekken van een huwelijk die, die op het moment van het voltrekken van het huwelijk, reeds in een andere gemeente aangewezen zijn als (buitengewoon) ambtenaar van de burgerlijke stand;

  • c. raadsleden van de gemeente Wassenaar;

  • d. leden van het college van burgemeester en wethouders;

  • e. en personen die naar het oordeel van het college in aanmerking komen voor aanwijzing als buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand.

Artikel III. Wijziging van artikel 3 (Beëindiging van de aanwijzing)

De tekst komt als volgt te luiden:

• 1. De aanwijzing eindigt met ingang van de datum waarop de uitoefening van de functie als ambtenaar van de burgerlijke stand eindigt.

• 2. De buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand wordt aangewezen voor een periode van ten hoogste vier jaar met uitzondering van:

  • a. leden van de raad, voor de periode dat zij aaneengesloten deel uitmaken van de raad.

  • b. de leden van het college van burgemeester en wethouders, voor de periode dat zij hun ambt uitoefenen.

• 3. Onverlet het bepaalde in lid 2 eindigt de aanwijzing als buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand in principe bij het bereiken van het zeventigste levensjaar, maar wordt eventueel naar het oordeel van het college van burgemeester en wethouders (telkens) met een periode van ten hoogste twee jaar verlengd.

Artikel IV. Wijziging van artikel 4 (Plichten (buitengewoon) ambtenaar van de burgerlijke stand

• 1. Bij de huwelijksvoltrekking draagt de (buitengewoon) ambtenaar van de burgerlijke stand een door de gemeente ter beschikking gestelde toga.

• 2. Te allen tijde houdt de (buitengewoon) ambtenaar van de burgerlijke stand zich aan de aanwijzingen of instructies gegeven door de leidinggevende binnen het domein Dienstverlening.

Artikel V. Wijziging van artikel 5 (Vergoeding voor de werkzaamheden van de buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand)

• 1. De buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand ontvangt, behoudens het bepaalde in het tweede en derde lid, voor ieder door hem afzonderlijk voltrokken huwelijk een vergoeding op basis van een arbeidsrechtelijke overeenkomst.

• 2. Raadsleden en leden van het college van burgemeester en wethouders ontvangen geen vergoeding voor de werkzaamheden als buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand.

• 3. De buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand die aangewezen wordt voor het voltrekken van één huwelijk, kan geen aanspraak maken op een vergoeding.

Artikel VI. Inwerkingtreding en terugwerkende kracht

Dit besluit treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking en werkt dan terug tot en met 1 september 2021.

Aldus vastgesteld in de vergadering van 31 augustus 2021,

de secretaris,

drs. H.I.P. Oppatja

de burgemeester,

drs. L.A. de Lange