Nadere regels standplaatsen 2021

Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Simpelveld houdende nadere regels omtrent het innemen of het hebben van een standplaats als bedoeld in hoofdstuk 2, afdeling 2 van de Verordening fysieke leefomgeving (Vfl).

 

Burgemeester en wethouders van Simpelveld,

 

Gelet op artikel 2.10, lid 5 van de Verordening fysieke leefomgeving,

 

Besluiten:

vast te stellen de Nadere regels standplaatsen 2021

Artikel 1 Begripsbepalingen

  • 1.

    In deze nadere regels wordt verstaan onder:

    • -

      winterseizoen: de aaneengesloten periode van 1 oktober tot 1 april;

    • -

      zomerseizoen: de aaneengesloten periode van 1 april tot 1 oktober;

    • -

      standplaats: een standplaats als bedoeld in artikel 2.9 van de Verordening fysieke leefomgeving;

    • -

      standplaatsvergunning: een standplaatsvergunning als bedoeld in artikel 2.10, eerste lid van de Verordening fysieke leefomgeving.

  • 2.

    De gemeente Simpelveld kent in het kader van deze nadere regels de volgende kernen waarvoor een standplaats kan worden verleend:

    • a.

      Bocholtz;

    • b.

      Simpelveld.

Artikel 2 Standplaatslocaties

  • 1.

    Uitsluitend voor de onderstaande locaties kan een standplaatsvergunning worden verleend, waarbij per locatie het daarbij onderstaand genoemde maximale aantal aan gelijktijdig in te nemen standplaatsen geldt:

    • a.

      Carpoolplaats, Gaasstraat/Nijswillerweg: max. 2 standplaatsen;

    • b.

      Markt Simpelveld, Markt: max. 1 standplaats;

    • c.

      Picknickplaats Hulsveld, St. Remigiusstraat: max. 2 standplaatsen;

    • d.

      Plein aan de Wilhelminastraat Bocholtz: max. 1 standplaats;

  • 2.

    Indien dringende omstandigheden daartoe aanleiding geven, kan het college van burgemeester en wethouders aan een standplaatshouder tijdelijk een andere standplaats toewijzen.

Artikel 3 Seizoenstandplaatsen

  • 1.

    Standplaatsvergunningen worden uitsluitend verleend voor de volgende seizoensgebonden artikelen of groep van artikelen:

    • a.

      kleine eet- en drinkwaren, zoals oliebollen en ijs;

    • b.

      kerstbomen.

  • 3.

    Burgemeester en wethouders kunnen als naar hun oordeel bijzondere omstandigheden daartoe aanleiding geven, een standplaats verlenen in afwijking van het eerste lid.

Artikel 4 Tijdelijke vergunning

  • 1.

    Een standplaatsvergunning wordt telkens verleend voor bepaalde tijd en voor maximaal één winterseizoen of één zomerseizoen.

  • 2.

    Standplaatsvergunningen worden verleend volgens de procedure als bepaald in deze nadere regels.

Artikel 5 Vergunningvoorschriften

  • 1.

    Naast hetgeen op grond van deze nadere regels heeft te gelden, kunnen aan een standplaatsvergunning voorschriften worden verbonden, deze zullen in elk geval betrekking hebben op de in bijlage 1 genoemde standaardvoorschriften.

  • 2.

    Aan een standplaatsvergunning kunnen onder meer beperkingen worden gesteld ten aanzien van:

    • a.

      de omvang van de in te nemen standplaats en bijbehorende objecten/voorwerpen;

    • b.

      de te treffen (brand)veiligheids- en/of milieumaatregelen.

Artikel 6 Tijdstip innemen standplaats

Alhoewel de Winkeltijdenwet en de krachtens deze wet vastgestelde Winkeltijdenverordening van toepassing is op de verkoop van goederen vanaf een standplaats, worden de tijden waarop een standplaats in bedrijf mag zijn in elk geval beperkt van 8:00 uur tot 20:00 uur.

Artikel 7 Openbare kennisgeving

  • 1.

    Het college maakt in de eerste week van april, voorafgaande aan het winterseizoen, bij algemene bekendmaking op de gemeentelijke website en in een huis-en-huisblad bekend dat aanvragen voor het dan aanstaande winterseizoen kunnen worden ingediend tot 1 juli van dat jaar;

  • 2.

    Het college maakt in de eerste week van oktober, voorafgaande aan het zomerseizoen, bij algemene bekendmaking op de gemeentelijke website en in een huis-en-huisblad bekend dat aanvragen voor het dan aanstaande zomerseizoen kunnen worden ingediend tot 1 januari van het eerstvolgende jaar;

  • 3.

    In de in lid 1 en 2 bedoelde bekendmaking wordt vermeld welk verdelingsprocedure van toepassing is, dan wel wordt verwezen naar de vindplaats ervan.

Artikel 8 Aanvraagprocedure en aanvraagtijdvlak

  • 1.

    Aanvragen voor een standplaats dienen schriftelijk te worden ingediend middels het daartoe door burgemeester en wethouders vastgestelde aanvraagformulier;

  • 2.

    Aanvragen voor de toewijzing van een standplaats in het winterseizoen dienen te zijn ontvangen vóór 1 juli van het kalenderjaar waarin het winterseizoen aanvangt;

  • 3.

    Aanvragen voor de toewijzing van een standplaats in het zomerseizoen dienen te zijn ontvangen vóór 1 januari van het kalenderjaar waarin het zomerseizoen aanvangt.

  • 4.

    Een aanvraag dient derhalve, indien wenselijk, door de aanvrager per seizoen te worden herhaald en ingediend vóór de in lid 2 en/of 3 bedoelde datum, waarbij geen rechten kunnen worden ontleend aan een reeds verkregen standplaatsvergunning.

  • 5.

    Een aanvraag die buiten de in lid 2 en 3 genoemde uiterlijke indieningsdatum wordt ontvangen kan buiten behandeling worden gelaten.

  • 6.

    Een aanvraagformulier dat niet volledig is ingevuld en/of voorzien van de benodigde bescheiden, wordt, mits het verzuim niet binnen een gestelde termijn is hersteld, buiten behandeling gelaten c.q. wordt de aanvrager de vergunning geweigerd.

  • 7.

    Om voor een standplaatsvergunning in aanmerking te komen, is vereist dat de aanvrager een handelingsbekwaam natuurlijk persoon is, die de leeftijd van 18 jaar heeft bereikt en een aanvraag om standplaatsvergunning heeft ingediend bij het college.

  • 8.

    Indien een aanvrager op grond van dit artikel niet in aanmerking komt voor vergunningverlening, wordt zijn plaats ingenomen door de eerst volgende gegadigde op de in artikel 9, lid 1 of 2 bedoelde lijst.

Artikel 9 Vergunningsprocedure

  • 1.

    Aanvragen worden op volgorde van ontvangst op een doorlopend te nummeren lijst geplaatst;

  • 2.

    De in lid 1 bedoelde lijst wordt tevens bijgehouden per productgroep

  • 3.

    De aanvrager ontvangt een schriftelijk ontvangstbewijs van de ingediende aanvraag, onder vermelding van de plaatsing op de in de lid 1 en 2 bedoelde lijsten.

  • 4.

    De in lid 1 en 2 bedoelde lijsten worden definitief vastgesteld voor aanvragen die betrekking hebben op het:

    • a.

      Winterseizoen: op 1 juli (dan wel de eerst volgende werkdag) van het jaar dat het winterseizoen aanvangt;

    • b.

      Zomerseizoen: op 2 januari (dan wel de eerst volgende werkdag) van het jaar dat het zomerseizoen aanvangt;

  • 5.

    Toewijzing van de standplaatsvergunning gebeurd tenminste:

    • a.

      met betrekking tot aanvragen voor het winterseizoen: vóór 1 september van het jaar dat het winterseizoen aanvangt;

    • b.

      met betrekking tot aanvragen voor het zomerseizoen: vóór 1 maart van het jaar dat het zomerseizoen aanvangt.

  • 6.

    De verlening van de standplaatsvergunningen wordt gepubliceerd op de gemeentelijke website en in een huis-aan-huisblad;

Artikel 10 Verdelingscriteria

  • 1.

    Voor het toewijzen van een standplaats voor het zomerseizoen respectievelijk het winterseizoen gelden de volgende verdelingscriteria:

    • a.

      Als er voor een bepaalde locatie, dag of dagen en tijdstip slechts één aanvraag is ontvangen, wordt, mits wordt voldaan aan deze nadere regels, er geen weigeringsgronden van toepassing zijn of andere juridische belemmeringen zich voordoen, de gevraagde standplaatsvergunning verleend;

    • b.

      Als er voor een bepaalde locatie, dag of dagen en tijdstip meerder aanvragen zijn ontvangen geldt de volgende prioritering in toekenning:

      • a.

        de hoogst geplaatste aanvrager op de in artikel 9, lid 1 bedoelde lijst geniet voorrang;

      • b.

        per locatie vindt geen gelijktijdige standplaats inneming van gelijksoortige aanbieders van artikelen of artikelgroepen plaats;

      • c.

        indien er aanbieders van meerdere productsoorten in aanmerking komen voor een standplaats op een locatie dan er beschikbaar is, geniet(en) de productgroep(en) waarvan de aanbieder(s) het hoogst is/zijn geplaatst op de in artikel 9, lid 1 bedoelde lijst voorrang.

  • 2.

    Indien een aanvrager de aanvraag (vroegtijdig) intrekt, de aanvraag niet vergunbaar is of de standplaatsvergunning op grond van artikel 1.6 van de Verordening fysieke leefomgeving wordt ingetrokken, komt de eerstvolgende gegadigde op de in artikel 9, lid 1 bedoelde lijst (alsnog) in aanmerking voor een standplaatsvergunning, met dien verstande dat aan de in de verdelingscriteria van lid 1 wordt voldaan.

Artikel 11 Citeertitel

Deze nadere regels worden aangehaald als: Nadere regels standplaatsen 2021

Simpelveld, 3 augustus 2021,

Burgemeester en wethouders gemeente Simpelveld,

mr. R. de Boer

burgemeester

mr. M. Liu

gemeentesecretaris

Bijlage 1 Standaard vergunningvoorschriften:

Alhoewel in het verbod om zonder vergunning een standplaats in te nemen, ook voortvloeit dat het verboden is om in afwijking van een verleende vergunning standplaats in te nemen, achten wij het raadzaam de volgende standaardvoorschriften aan een standplaatsvergunning te koppelen:

 

De vergunning wordt verleend onder de voorwaarden dat:

  • uitsluitend standplaats mag worden ingenomen door de vergunninghouder dan wel de in dit besluit genoemde personen;

  • uitsluitend standplaats mag worden ingenomen, overeenkomstig de bij dit besluit behorende gewaarmerkte locatie aanduiding;

    • o

      dit om te voorkomen dat:

      • een standplaats zodanig wordt ingenomen dat daarmee verkeersborden en/of verkeerslichten aan het oog worden onttrokken;

      • er verkeersonoverzichtelijke situaties ontstaan;

      • doorstroming van verkeersbanen wordt gehinderd (incl. voetpaden/trottoir);

      • er hinder ontstaat voor hulverleningsvoertuigen;

  • uitsluitend standplaats mag worden ingenomen tijdens [periode of dag(delen) en tijdstippen];

  • de standplaats voor geen andere verkoopinrichting mag worden ingenomen, dan bij dit besluit expliciet vergund;

  • op de standplaats geen andere artikelen in voorraad worden gehouden, uitgestald, te koop aangeboden en/of te verkocht dan bij dit besluit expliciet vergund;

  • de standplaats niet wordt voorzien van een terras;

  • er bij de standplaats waar voedingsmiddelen worden verkocht, gebruik wordt gemaakt van afvalbakken, zoals aangegeven op de bij dit besluit behorende gewaarmerkte situatietekening;

  • voor standplaatsen waar voedingsmiddelen worden bereid een milieumelding op grond van het Activiteitenbesluit milieubeheer is ingediend en geaccepteerd;

  • deze vergunning persoonsgebonden is en niet wordt overgedragen aan een ander, noch de standplaats wordt (onder-)verhuurd;

Naar boven