Besluit van de colleges van burgemeester en wethouders van de gemeenten Amersfoort, Baarn, Barneveld, Brummen, Bunschoten, Ede, Epe, Ermelo, Leusden, Nijkerk, Putten, Renkum, Renswoude, Rhenen, Scherpenzeel, Soest, Veenendaal en Woudenberg en het college van dijkgraaf en heemraden van Waterschap Vallei en Veluwe tot vaststelling van de Centrumregeling Meten en Monitoren Afvalwaterketen en Grondwater Vallei en Veluwe

 

Partijen

 

College van burgemeester en wethouders van gemeente Amersfoort

College van burgemeester en wethouders van gemeente Baarn

College van burgemeester en wethouders van gemeente Barneveld

College van burgemeester en wethouders van gemeente Brummen

College van burgemeester en wethouders van gemeente Bunschoten

College van burgemeester en wethouders van gemeente Ede

College van burgemeester en wethouders van gemeente Epe

College van burgemeester en wethouders van gemeente Ermelo

College van burgemeester en wethouders van gemeente Leusden

College van burgemeester en wethouders van gemeente Nijkerk

College van burgemeester en wethouders van gemeente Putten

College van burgemeester en wethouders van gemeente Renkum

College van burgemeester en wethouders van gemeente Renswoude

College van burgemeester en wethouders van gemeente Rhenen

College van burgemeester en wethouders van gemeente Scherpenzeel

College van burgemeester en wethouders van gemeente Soest

College van burgemeester en wethouders van gemeente Veenendaal

College van burgemeester en wethouders van gemeente Woudenberg

 

En

 

College van dijkgraaf en heemraden van Waterschap Vallei en Veluwe

 

Ieder voor zover het zijn bevoegdheden betreft;

 

Overwegende dat:

  • -

    sinds 2008 gemeenten en Waterschap Vallei en Eem als rechtsvoorganger van Waterschap Vallei en Veluwe binnen het Platform Water Vallei en Eem samenwerken aan een meer doelmatige en efficiënte afvalwaterketen;

  • -

    dit sinds 2012 op basis van de samenwerkingsovereenkomst ‘Meten en monitoren’ gebeurt;

  • -

    sinds 2013 ook op basis van de samenwerkingsovereenkomst ‘Grondwatermeetnet’ wordt samengewerkt;

  • -

    beide overeenkomsten in 2016 zijn overgegaan in de ‘Samenwerkingsovereenkomst Meten en Monitoren in de Afvalwaterketen en Grondwater Bestuurlijk Platform Water Vallei en Eem’;

  • -

    in 2015 daarnaast voor andere gemeenten in het voormalige beheergebied van Waterschap Veluwe de samenwerkingsovereenkomst ‘Meten en Monitoren in de zuiveringskring WHEP’ is gesloten;

  • -

    alle gemeenten en het waterschap met de samenwerking voor ogen hebben het verbeteren van de 3K’s (kosten, kwaliteit en kwetsbaarheid) alsmede het vergroten van het innovatievermogen;

  • -

    ten behoeve van dit doel een uitvoeringsorganisatie Meten en Monitoren in het leven is geroepen;

  • -

    de samenwerking in de afgelopen jaren tot goede resultaten en zichtbare efficiencyslagen heeft geleid;

  • -

    de meerwaarde van de uitvoeringsorganisatie door alle partijen wordt onderkend;

  • -

    de vraag naar ondersteuning van de uitvoeringsorganisatie inmiddels is gegroeid;

  • -

    daarmee een volgende stap gewenst is, met een organisatie die de continuïteit en kwaliteit van de dienstverlening beter borgt;

  • -

    een centrumregeling passend is bij de aard van de taken en werkzaamheden van de gezamenlijke uitvoeringsorganisatie, en tevens ‘zo licht als mogelijk en zo zwaar als nodig’ is;

  • -

    onderhavige centrumregeling de samenwerkingsovereenkomsten ‘Meten en Monitoren in de zuiveringskring WHEP’ van 16 november 2015 en ‘Meten en Monitoren in de Afvalwaterketen en Grondwater Bestuurlijk Platform Water Vallei en Eem’ van 1 januari 2016 vervangt, waarmee deze samenwerkingsovereenkomsten komen te vervallen;

  • -

    partijen binnen de centrumregeling gebruik willen maken van Waterschap Vallei en Veluwe als centrumorganisatie.

Gelet op:

  • -

    het Bestuursakkoord Water;

  • -

    de toestemming van de raden van de deelnemende gemeenten en het algemeen bestuur van het waterschap als bedoeld in artikel 61 lid 2 Wgr.

Besluiten:

 

Tot het treffen van ‘Centrumregeling Meten en Monitoren Afvalwaterketen en Grondwater Vallei en Veluwe’

 

Waarvan de inhoud luidt als volgt:

Artikel 1. Begripsbepaling

In deze gemeenschappelijke regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    centrumregeling: de Centrumregeling Meten en Monitoren Afvalwaterketen en Grondwater Vallei en Veluwe;

  • b.

    deelnemende gemeenten: de gemeenten die mandateren als bedoeld in artikel 8 lid 4 Wgr, te weten Amersfoort, Baarn, Barneveld, Bunschoten, Brummen, Ede, Epe, Ermelo, Leusden, Nijkerk, Putten, Renkum, Renswoude, Rhenen, Scherpenzeel, Soest, Veenendaal, Woudenberg;

  • c.

    waterschap: Waterschap Vallei en Veluwe;

  • d.

    Wgr: Wet gemeenschappelijke regelingen;

  • e.

    centrumorganisatie: Waterschap Vallei en Veluwe, waarbij het de taken uitvoert overeenkomstig artikel 61 lid 1 en 2 Wgr en artikel 4 van deze regeling;

  • f.

    bestuurlijk overleg: overleg tussen de gezamenlijke portefeuillehouders van de deelnemende gemeenten en de heemraad van het waterschap;

  • g.

    uitvoeringsteam (UVT): het team dat door de centrumorganisatie wordt ingericht voor de uitvoering van de taken waarop de centrumregeling ziet.

Artikel 2. Doelstelling en uitgangspunten van de centrumregeling

De deelnemende gemeenten en het waterschap werken door middel van deze centrumregeling aan de doelstellingen zoals verwoord onder lid 1 tot en met lid 3 en uitgangspunten zoals verwoord onder lid 4 tot en met lid 6:

  • 1.

    Het regulier aan gemeenten en waterschap verschaffen van op meet- en monitoringsgegevens gebaseerde informatie over en inzicht in hoe de gemeentelijke rioolstelsels, het systeem van de afvalwaterketen als geheel, het stedelijk oppervlaktewatersysteem en het grondwater functioneren.

  • 2.

    Het in opdracht van een deelnemende gemeente of van het waterschap op basis van de verzamelde data uitbrengen van advies met betrekking tot de afvalwaterketen, het stedelijk oppervlaktewatersysteem en het grondwater.

  • 3.

    Door de taken van gemeenten en waterschap te bundelen wordt de kwaliteit geborgd, wordt er bespaard op kosten en wordt de kwetsbaarheid bij de partners ten aanzien van de personele inzet verminderd. Ook wordt door deze aanpak de innovatie in de uitvoering van het beheer en onderhoud bevorderd.

  • 4.

    Deze centrumregeling is gericht op meten, monitoren en daaraan verbonden advisering zoals omschreven in artikel 4 ten behoeve van de deelnemende gemeenten en het waterschap.

  • 5.

    De samenwerking wordt zodanig ingericht dat zij garant staat voor continuïteit en duurzaamheid van de informatievoorziening met betrekking tot het functioneren van de gemeentelijke rioolstelsels, het systeem van de afvalwaterketen als geheel, het stedelijk oppervlaktewatersysteem en het grondwater.

  • 6.

    De deelnemende gemeenten en het waterschap behouden hun eigen bestuurlijke structuur, bevoegdheden en verantwoordelijkheden, gericht op een goede invulling van hun zorgplicht met betrekking tot de inzameling en afvoer van afvalwater, het transport en de verwerking van afvalwater, het stedelijk oppervlaktewaterbeheer en het grondwaterbeheer.

Artikel 3. Centrumconstructie

  • 1.

    De centrumorganisatie is verantwoordelijk voor de uitvoering van de taken zoals deze zijn genoemd in artikel 4 van deze regeling.

  • 2.

    In het kader van hetgeen is bepaald in het eerste lid verlenen de deelnemende gemeenten de centrumorganisatie mandaat.

  • 3.

    De centrumorganisatie aanvaardt de opdracht tot uitvoering van de in het eerste lid genoemde taken onder mandaat en richt daartoe een uitvoeringsteam (UVT) in binnen de eigen organisatie.

Artikel 4. Taken van de centrumorganisatie

  • 1.

    De taken van de centrumorganisatie omvatten het meten en monitoren van de gemeentelijke rioolstelsels, het systeem van de afvalwaterketen als geheel, het stedelijk oppervlaktewatersysteem en het grondwater, alsmede daaraan verbonden advisering in opdracht, voor in ieder geval de volgende onderdelen:

    • a.

      basistaken, waaronder:

      • -

        het invullen van een helpdeskfunctie voor het functioneel beheer van de meet- en monitoringsystemen die door de samenwerkende partners worden gebruikt;

      • -

        data-validatie, data-controle, data-analyse en gestandaardiseerde rapportages voor de meetnetten van de afvalwaterketen;

      • -

        inzet ten behoeve van optimalisatie van het beheer van de meetnetten van de afvalwaterketen;

      • -

        inzet ten behoeve van doorontwikkeling van de systemen voor inwinning, beheer en analyse van gegevens en voor informatievoorziening, onder meer met betrekking tot uniformering, standaardisering, cyber security en analysemethoden.

    • b.

      aanvullende dienstverlening in opdracht, waaronder:

      • -

        aanvullende assistentie met betrekking tot meetapparatuur, inrichting van het meetnet, en inwinning en beheer van data met betrekking tot de afvalwaterketen en het grondwater;

      • -

        aanvullende analyses, hydraulische berekeningen en rapportages betreffende de afvalwaterketen, het oppervlaktewatersysteem en het grondwater ter ondersteuning van werk- en planprocessen van gemeenten en waterschap.

  • 2.

    De basistaken worden uitgevoerd voor alle deelnemende gemeenten en het waterschap. Voor adviestaken als genoemd in lid 1 onder b van dit artikel dient een gemeente of het waterschap een aanvullende opdracht te verstrekken.

Artikel 5. Bestuurlijk overleg

  • 1.

    Het bestuurlijk overleg wijst uit zijn midden een voorzitter aan. De voorzitter stelt een ambtelijk secretaris aan. De voorzitter, de secretaris en de coördinator (van het door de centrumorganisatie voor de in artikel 4 van deze regeling genoemde taken ingerichte team (UVT)) bereiden de bijeenkomsten van het bestuurlijk overleg voor. De secretaris draagt zorg voor het verslag van het bestuurlijk overleg.

  • 2.

    Tenminste twee keer per jaar vindt er bestuurlijk overleg plaats over de uitvoering van de in artikel 4 van deze regeling genoemde taken. Het overleg is gericht op:

    • a.

      het monitoren van de uitvoering van de taken door de centrumorganisatie, zoals omschreven in artikel 4 van deze regeling en het bespreken van eventuele knelpunten die zich daarin voordoen;

    • b.

      informatie-uitwisseling over activiteiten van de deelnemende gemeenten en het waterschap op het terrein van deze regeling die voor de uitvoering van de in artikel 4 van deze regeling genoemde taken van belang zijn of kunnen zijn;

    • c.

      afstemming en het ontwikkelen van voorstellen over eventuele aanpassingen en verbeteringen die gewenst of nodig zijn in het belang van een effectieve en efficiënte uitvoering van de in artikel 4 van deze regeling genoemde taken.

  • 3.

    Bestuurlijk overleg vindt voorts plaats wanneer één van de portefeuillehouders of heemraad, onder opgaaf van redenen, zulks te kennen geeft in een aan de voorzitter van het bestuurlijk overleg gericht, schriftelijk verzoek.

Artikel 6. Jaarplan

  • 1.

    De centrumorganisatie stelt jaarlijks een jaarplan op, om de afspraken over de uitvoering van taken door de centrumorganisatie concreet uit te werken en te actualiseren.

  • 2.

    In het jaarplan worden in ieder geval afspraken vastgelegd met betrekking tot:

    • a.

      basistaken:

      • -

        per taaksoort zoals genoemd in artikel 4 lid 1 onder a van deze regeling de daarvoor benodigde personele inzet en de daaraan verbonden kosten;

      • -

        de kosten van licenties, beheer en onderhoud van specifieke systemen die de centrumorganisatie ten behoeve van de basistaken nodig heeft voor data-analyse en informatievoorziening;

      • -

        de kostentoerekening aan de deelnemende gemeenten en het waterschap.

    • b.

      aanvullende dienstverlening in opdracht:

      • -

        voor de adviestaken in opdracht van deelnemende gemeenten en het waterschap per opdrachtgever de geplande personele inzet en de daaraan verbonden kosten.

  • 3.

    Het jaarplan bevat tevens een beknopte doorkijk naar verwachte ontwikkelingen in eerstvolgende jaren.

  • 4.

    De centrumorganisatie bespreekt het jaarplan ambtelijk met de individuele gemeenten, alvorens dit wordt goedgekeurd door het bestuurlijk overleg.

  • 5.

    Het jaarplan wordt elk jaar uiterlijk op 1 oktober voorafgaand aan het kalenderjaar waarop het jaarplan betrekking heeft goedgekeurd.

Artikel 7. Dienstverleningshandvest

Het bestuurlijk overleg stelt met betrekking tot de uitvoering van de in artikel 4 van deze regeling genoemde taken een dienstverleningshandvest vast, met in ieder geval de volgende onderdelen:

  • a.

    verplichtingen van de centrumorganisatie en van de deelnemende gemeenten met betrekking tot de taakuitvoering;

  • b.

    beschikbaarheid en gebruik van de data en de resultaten van analyses;

  • c.

    informatie en verantwoording door de centrumorganisatie;

  • d.

    kostentoerekening;

  • e.

    facturering.

Artikel 8. Toetreden

  • 1.

    Andere gemeenten kunnen toetreden tot deze centrumregeling indien daartoe door de deelnemende gemeenten en het waterschap met tenminste tweederdemeerderheid wordt besloten, door middel van gelijkluidende besluiten van de colleges van burgemeester en wethouders van de deelnemende gemeenten en het college van dijkgraaf en heemraden van het waterschap.

  • 2.

    Het college van dijkgraaf en heemraden van de centrumorganisatie regelt de gevolgen van de toetreding en kan hieraan voorwaarden verbinden.

Artikel 9. Wijzigen

  • 1.

    De centrumregeling kan worden gewijzigd indien daartoe met tenminste tweederdemeerderheid wordt besloten, door middel van gelijkluidende besluiten van de colleges van burgemeester en wethouders van de deelnemende gemeenten en het college van dijkgraaf en heemraden van het waterschap na daartoe verkregen toestemming van de desbetreffende raden en het algemeen bestuur van het waterschap.

  • 2.

    Het college van dijkgraaf en heemraden van de centrumorganisatie regelt de gevolgen van de wijziging van de centrumregeling.

Artikel 10. Uittreden

  • 1.

    Een aan de centrumregeling deelnemende gemeente kan uit de centrumregeling treden door een daartoe strekkend besluit van het college van burgemeester en wethouders van die gemeente en na verkregen toestemming van de desbetreffende raad. Deze besluiten worden direct ter kennisname van de andere colleges van burgemeester en wethouders van de deelnemende gemeenten en het college van dijkgraaf en heemraden van het waterschap gebracht.

  • 2.

    Een deelnemende gemeente kan uitsluitend per 1 januari van een kalenderjaar uittreden. Het voornemen tot uittreding wordt door de deelnemende gemeente minimaal zes maanden van tevoren schriftelijk kenbaar gemaakt aan de centrumorganisatie.

  • 3.

    De centrumorganisatie regelt in overleg met de deelnemende gemeenten de financiële gevolgen en de overige gevolgen van uittreding. De directe en indirecte kosten die rechtstreeks voortvloeien uit de uittreding komen ten laste van de uittredende gemeente(n).

Artikel 11. Tussentijdse opheffing of definitieve beëindiging

  • 1.

    De centrumregeling kan tussentijds worden opgeheven of definitief worden beëindigd indien daartoe wordt besloten bij unanimiteit, door middel van gelijkluidende besluiten van de colleges van burgemeester en wethouders van de deelnemende gemeenten en het college van dijkgraaf en heemraden van het waterschap na daartoe verkregen toestemming van de desbetreffende raden en het algemeen bestuur van het waterschap.

  • 2.

    De centrumorganisatie regelt in overleg met de deelnemende gemeenten de financiële gevolgen en overige gevolgen van tussentijdse opheffing of definitieve beëindiging. De directe en indirecte kosten die rechtstreeks voortvloeien uit de tussentijdse opheffing of definitieve beëindiging worden gezamenlijk gedragen en aan de deelnemende partijen toegerekend volgens de kostenverdeelsleutel volgens het door het bestuurlijk overleg vastgestelde dienstverleningshandvest.

Artikel 12. Looptijd

  • 1.

    Deze centrumregeling treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking, werkt terug tot 1 januari 2021 en heeft een looptijd tot en met 31 december 2025.

  • 2.

    De centrumregeling wordt daarna behoudens uittreding, tussentijdse opheffing of definitieve beëindiging stilzwijgend met telkens een periode van 5 jaar verlengd.

Artikel 13. Kennisgeving

Gemeente Barneveld draagt zorg voor het bepaalde in artikel 62a Wgr.

Artikel 14. Geschillen

Onverminderd het bepaalde in artikel 28 Wgr, verplichten de deelnemende gemeenten en het waterschap zich om in geval van geschillen over de inhoud en uitvoering van deze regeling met elkaar in overleg te treden, waarbij zal worden getracht dergelijke geschillen in der minne te beslechten.

Artikel 15. Slotbepaling

In alle gevallen waarin deze regeling niet voorziet, treden de deelnemende gemeenten en het waterschap met elkaar in overleg.

Artikel 16. Citeertitel

Deze centrumregeling wordt aangehaald als: Centrumregeling Meten en Monitoren Afvalwaterketen en Grondwater Vallei en Veluwe.

 

Aldus besloten door:

College van burgemeester en wethouders van gemeente Amersfoort, d.d. 18 december 2020

De secretaris,

De burgemeester,

College van burgemeester en wethouders van gemeente Baarn, d.d. 19 januari 2021

De secretaris,

De burgemeester,

College van burgemeester en wethouders van gemeente Barneveld, d.d. 15 december 2020

De secretaris,

De burgemeester,

College van burgemeester en wethouders van gemeente Brummen, d.d. 26 januari 2021

De secretaris,

De burgemeester,

College van burgemeester en wethouders van gemeente Bunschoten, d.d. 3 november 2020

De secretaris,

De burgemeester,

College van burgemeester en wethouders van gemeente Ede, d.d. 5 januari 2021

De secretaris,

De burgemeester,

College van burgemeester en wethouders van gemeente Epe d.d. 6 juli 2021

De secretaris,

De burgemeester,

College van burgemeester en wethouders van gemeente Ermelo, d.d. 14 januari 2021

De secretaris,

De burgemeester,

College van burgemeester en wethouders van gemeente Leusden, d.d. 2 februari 2021

De secretaris,

De burgemeester,

College van burgemeester en wethouders van gemeente Nijkerk, d.d. 11 februari 2021

De secretaris,

De burgemeester,

College van burgemeester en wethouders van gemeente Putten, d.d. 15 december 2020

De secretaris,

De burgemeester,

College van burgemeester en wethouders van gemeente Renkum, d.d. 28 januari 2021

De secretaris,

De burgemeester,

College van burgemeester en wethouders van gemeente Renswoude, d.d. 1 juni 2021

De secretaris,

De burgemeester,

College van burgemeester en wethouders van gemeente Rhenen, d.d. 9 februari 2021

De secretaris,

De burgemeester,

College van burgemeester en wethouders van gemeente Scherpenzeel, d.d. 26 januari 2021

De secretaris,

De burgemeester,

College van burgemeester en wethouders van gemeente Soest, d.d. 5 januari 2021

De secretaris,

De burgemeester,

College van burgemeester en wethouders van gemeente Veenendaal, d.d. 8 december 2020

De secretaris,

De burgemeester,

College van burgemeester en wethouders van gemeente Woudenberg, d.d. 23 januari 2021

De secretaris,

De burgemeester,

College van dijkgraaf en heemraden van Waterschap Vallei en Veluwe, d.d. 7 december 2020

De secretaris,

De dijkgraaf,

Naar boven