Gemeenteblad van Utrecht
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Utrecht | Gemeenteblad 2021, 25482 | Beleidsregels |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Utrecht | Gemeenteblad 2021, 25482 | Beleidsregels |
Nadere regel artikel 5:14a Algemene plaatselijke verordening Utrecht 2010, vergunningplicht commercieel aanbieden voertuigen
Burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht;
Gelet op 5:14a van de Algemene plaatselijke verordening Utrecht 2010; overwegende
dat op grond van artikel 5:14a van de Algemene plaatselijke verordening Utrecht 2010 vergunning kan worden verleend voor het commercieel aanbieden van voertuigen op openbare plaatsen;
dat een beperkt aantal vergunningen voor het commercieel aanbieden van deelvoertuigen in de openbare ruimte kan worden verleend om te voorkomen dat er negatieve gevolgen ontstaan voor de kwaliteit, leefbaarheid, veiligheid van die openbare ruimte;
dat daarom in deze nadere regel wordt bepaald voor welke voertuigen vergunning kan worden verleend, hoeveel vergunningen beschikbaar worden gesteld en voor hoeveel voertuigen vergunning wordt verleend;
dat deze nadere regel procedureregels bevat om te bepalen wie in aanmerking komt voor een vergunning in het geval er meerdere aanvragers in aanmerking willen komen voor een vergunning en daarmee de gestelde maximale hoeveelheid wordt overschreden.
besluiten vast te stellen de volgende nadere regel behorende bij artikel 5:14a Algemene plaatselijke verordening Utrecht 2010, verbod commercieel aanbieden voertuigen.
Deze nadere regel verstaat onder:
Voertuigcategorieën: hetgeen daaronder wordt verstaan volgens de definitie in deze nadere regel of indien dit niet is bepaald, hetgeen hieronder wordt verstaan in artikel 1 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 of de Wegenverkeerswet of indien deze regelgeving geen uitsluitsel geeft, hetgeen daaronder verstaan wordt in het dagelijks gebruik.
Het doel van deze nadere regel is om te bepalen voor welke voertuigen vergunning kan worden verleend op grond van artikel 5:14a APV, hoeveel vergunningen beschikbaar worden gesteld en voor hoeveel voertuigen vergunning wordt verleend, wat de maximale vergunningduur is per categorie voertuigen en aan wie vergunning wordt verleend in het geval er meerdere aanvragers in aanmerking willen komen voor een vergunning.
Artikel 3 Vergunningen- en voertuigenplafond
Artikel 6 Weigeringsgronden voor vergunningen voor deelvoertuigen
de voertuigen zijn digitaal te vinden, te boeken en te betalen via een app in iOS en Android (en evt. andere gangbare besturingssysstemen) in de Nederlandse en Engelse taal. Ook storingen, schade en klachten moeten via de app gemeld kunnen worden. Locaties van beschikbare (niet in gebruik zijnde of gereserveerde) voertuigen worden real-time en nauwkeurig weergegeven;
kwantitatieve data: Aantallen unieke gebruikers, actieve gebruikers, aantal kilometers per rit, aantal ritten per dag, gemiddelde duur gebruik per rit, tijdstip (start, einde), locatie herkomst en bestemming, aantal beschikbare voertuigen per buurtcode/ in gebruik zijnde voertuigen per wijk en postcode, aantal defecte voertuigen, aantal en locaties vernielde voertuigen, aantal ontvangen meldingen, klachten en oplostijd hiervan, geanonimiseerde verplaatsingsgegevens;
kwalitatieve data: informatie die verzameld wordt door aanbieder via enquêtes onder (potentiële) klanten over in ieder geval: relatie met autobezit en -gebruik, modalshift en verbetering van aanbod. In het geval de gemeente Utrecht zelf kwalitatief onderzoek wil doen in het kader van monitoring en evaluatie, verzendt de vergunninghouder de enquête naar zijn klanten.
Artikel 7 Verdelingsprocedure schaarse vergunningen voor deelvoertuigen
Het college voert na afloop van de indieningstermijn uit artikel 4, lid 3 een vergelijkende toets uit indien er, meerdere complete aanvragen zijn ingediend die voldoen aan hetgeen is bepaald in en krachtens artikel 3 en 4 en waarop geen weigeringsgronden van toepassing zijn en die tezamen het vergunningenplafond overschrijden.
Indien aanvragen een gelijk aantal punten hebben dan wordt vergunning verleend aan de aanvrager die op het eerste onderdeel van de beoordeling in artikel 8 het hoogst scoort. Indien daarna nog steeds niet op basis van de puntentelling kan worden uitgemaakt op welke aanvraag een vergunning kan worden verleend, wordt met behulp van een loting bepaald op welke aanvraag een vergunning wordt verleend.
Indien op basis van het vergunningenplafond twee vergunningen kunnen worden verleend en de twee hoogst scorende aanvragen gezamenlijk het voertuigenplafond overschrijden wordt de hoogst scorende aanvraag toegekend. Voor de resterende aantallen van het voertuigenplafond wordt de eerstvolgende hoogst scorende in de gelegenheid gesteld zijn vergunningaanvraag op de aantallen aan te passen tot het voertuigenplafond bereikt is.
Als de vergunninghouder(s) 100% van het aantal vergunde voertuigen exploiteert en het voertuigenplafond nog niet is bereikt, wordt elke vergunninghouder ieder jaar, gedurende de looptijd van zijn vergunning, in de gelegenheid gesteld om een aanvulling op zijn vergunning te verkrijgen om extra voertuigen aan te bieden tot maximaal het voertuigenplafond. Als meerdere vergunninghouders hiervoor in aanmerking willen komen en daarmee het voertuigenplafond wordt bereikt of overschreden, dan wordt het resterende aantal voertuigen naar rato verdeeld. De extra voertuigen moeten voldoen aan dezelfde voorwaarden als gesteld in artikel 6, lid 2.
Artikel 8 Beoordelingscriteria en puntentelling voor de vergelijkende toets voor schaarse vergunningen
4. De beoordelingscommissie komt tot haar oordeel door de aanvragen in een vergadering te beoordelen, waarbij gezocht wordt naar een gezamenlijk oordeel over het toe te kennen aantal punten. Komt de commissie niet tot een gezamenlijk oordeel dan beslist de voorzitter op basis van de beraadslaging over het toe te kennen aantal punten.
6. In de beslissing op de aanvraag ontvangt iedere aanvrager informatie over het aan hem toegekende aantal punten op de verschillende onderdelen, een motivering van het toegekende aantal punten, het totaal aantal punten van de aanvragers aan wie vergunning wordt verleend en een beschrijving van de kenmerkende voordelen van de aanvraag of aanvragen die als beste zijn beoordeeld. De inschrijvers die een vergunning krijgen moeten er rekening mee houden dat hun inschrijvingen openbaar worden gemaakt, nu grote delen daarvan onderdeel gaan uitmaken van hun vergunning.
Aldus vastgesteld door burgemeester en wethouders van Utrecht in hun vergadering van 27 oktober 2020, onder voorbehoud van vaststelling van het Besluit tot wijziging van de Algemene plaatselijke verordening Utrecht 2010, vergunningplicht commercieel aanbieden voertuigen.
De gemeenteraad van Utrecht heeft deze verordening vastgesteld op 17 december 2020.
De secretaris, de burgemeester,
G.G.H.M. Haanen P.E.J. den Oudsten
In deze ‘nadere regel artikel 5:14a Algemene plaatselijke verordening Utrecht 2010, vergunningplicht commercieel aanbieden voertuigen’ wordt vastgelegd hoe de vergunningprocedure verloopt, voor welke categorie voertuigen vergunningen worden verleend, voor hoeveel vergunninghouders en voor hoeveel voertuigen en kunnen per categorie voertuigen specifieke (kwaliteits)eisen worden gesteld. Op deze manier kan worden voorkomen dat er negatieve gevolgen ontstaan voor de kwaliteit, leefbaarheid, veiligheid van de openbare ruimte.
Uit de monitor 2019 blijkt dat de druk op de openbare ruimte hoog is. Op daluren is er een tekort van 4300 stallingsplekken dat in piekuren kan oplopen tot 11.000. Vooral in de binnenstad is de ruimte schaars. Daarbij is het vanuit ervaringen in Utrecht (pilot deelfietsen) en andere grote steden bekend dat de meeste ritten met deelfietsen en deelscooters in het centrum van de stad beginnen of eindigen, dus juist op de plek waar de ruimte schaars is. Gelet op het gebruik, het uiterlijk aanzien en de toegankelijkheid van de openbare ruimte is daarom per voertuigcategorie een maximum gesteld.
Utrecht wil actieve mobiliteit stimuleren, daarom is het voertuigenplafond voor fietsen het hoogst. Daarna komt de elektrische fiets met trapondersteuning en daarna de elektrische deelbromfiets. Met deze combinatie van voertuigen worden meerdere type gebruikers voor deelmobiliteit aangesproken.
De voertuigenplafonds zijn onder andere gebaseerd op de gesprekken die zijn gevoerd met aanbieders, een digitale beleidstoets en op de ervaringen in andere grote steden.
Naast een voertuigenplafond wordt per voertuigcategorie ook een vergunningenplafond gehanteerd. Dit betekent dat per voertuigcategorie is bepaald hoeveel vergunningen maximaal kunnen worden verleend. Te veel aanbieders zou nadelig kunnen zijn voor de herkenbaarheid, de toegankelijkheid en de continuïteit voor gebruikers. Daarom is aan te bevelen dat het aantal aanbieders beperkt is.
Daarnaast concurreren aanbieders vaak met elkaar om de beste plekken, waarbij ze proberen om een overmaat aan voertuigen te plaatsen om zo de zichtbaarheid voor de eigen dienstverlening te vergroten. Bij te veel aanbieders heeft dit een negatief effect op het aanzien van de openbare ruimte en kan dit zorgen voor overlast en verrommeling.
Ook is in dit innovatieve stadium van de ontwikkeling van deelmobiliteit een beperking in het aantal aanbieders wenselijk, om ervoor te zorgen dat aanbieders kunnen investeren in innovatie en kwaliteit.
De bakfiets vormt nog een bijzonderheid. In principe is er ruimte voor 100 bakfietsen en één vergunninghouder. Voordat deze APV werd vastgesteld is deze ruimte via een privaatrechtelijke concessie toegekend aan één aanbieder. Deze aanbieder mag specifieke plekken in de openbare ruimte gebruiken om de deelbakfietsen aan te bieden. Die plekken worden bij wijze van overgangsregeling uitgezonderd van de vergunningplicht. Door de exploitatie van deze bakfietsen is er op dit moment geen ruimte voor uitgifte van een vergunning voor het commercieel aanbieden van deelbakfietsen. Daarom is dit plafond op nul gezet. Nadat de lopende concessie is afgelopen is de verwachting dat een eventuele volgende aanbieder van deelbakfietens onder de vergunningplicht zal komen te vallen.
In de tabel staat de vergunningsduur vermeld met mogelijke verlenging. De gemeente kan besluiten de vergunning te verlengen als alles goed verloopt, er geen beleidswijzigingen voorzien zijn, of als het aanpassen van het beleid om meer tijd vraagt dan de eerste vergunningsperiode.
De markt van deelmobiliteit ontwikkelt zich snel. Als gemeente willen wij zo veel mogelijk leren over de effecten van het gebruik van deelmobiliteit. Inzicht in data is daarbij cruciaal. Om een wir-war aan databronnen en systemen te voorkomen, starten we met het bestaande dashboard van het CROW (Dashboard Deelfiets). Inmiddels werken we samen met andere gemeenten aan een open datastandaard, onder de werktitel: City Data Standard (CDS). Deze standaard is bedoeld voor de uitwisseling van deze data tussen marktpartij en lokale overheden. Op het moment dat de datastandaard (CDS) gereed is, hanteren we een overgangstermijn van twee maanden voor de vergunninghouder. Belangrijk is dat de historische data bewaard blijven en overgeheveld worden naar het CDS.
Vanuit het oogpunt van continuïteit voor de gebruikers en de vergunninghouder en eenduidigheid en herkenbaarheid in het straatbeeld mogen de vergunninghouders de aantallen voertuigen ophogen tot het voertuigenplafond bereikt is.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2021-25482.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.