Beleidsregels peutervoorziening en voorschoolse educatie gemeente Zevenaar 2021

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Zevenaar;

 

gelet op de bepalingen in de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen, het Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie, de Wet op het primair onderwijs en het “Onderzoekskader voor het toezicht op de voorschoolse educatie en het primair onderwijs”, de Algemene subsidieverordening gemeente Zevenaar 2020;

 

overwegende;

 

dat één van de vervolgstappen van de vaststelling van het opstellen van ‘Beleidsregels peutervoorziening en voorschoolse educatie 2021’ is, waarin de subsidieregels zijn uitgewerkt;

 

dat de regels betrekking hebben op het stellen van voorwaarden bij het subsidiëren van de peutervoorziening aan peuters van ouders die niet onder de Wko vallen, en/of voor het aanbieden van voorschoolse educatie aan doelgroeppeuters;

 

dat de mogelijkheid moet worden geboden aan alle kinderopvangaanbieders in de gemeente Zevenaar om voor de periode vanaf 1 januari 2021 een subsidieaanvraag voor peuteropvang en/of voorschoolse educatie in te dienen

besluiten:

 

vast te stellen

 

de Beleidsregels peutervoorziening en voorschoolse educatie gemeente Zevenaar 2021

Artikel 1 Begripsbepalingen

  • a.

    Aanbieder: aanbieder van peuteropvang en VVE die is opgenomen in het Landelijk Register Kinderopvang (LRK).

  • b.

    Doelgroeppeuter: peuter die op basis van door rijk en gemeente bepaalde criteria een VVE-indicatie heeft gekregen door de jeugdgezondheidszorg van de VGGM.

  • c.

    Inkomensverklaring: de Verklaring Geregistreerd Inkomen (VGI), te verkrijgen bij de Belastingdienst.

  • d.

    LRK: Landelijk Register Kinderopvang waarin aanbieders van peuteropvang en VVE die voldoen aan de Wko zijn opgenomen.

  • e.

    Ouderbijdrage: de inkomensafhankelijke bijdrage die door de ouders betaald wordt aan de aanbieder.

  • f.

    Ouderbijdragetabel: adviestabel ouderbijdragen van de VNG 2021.

  • g.

    Peutervoorziening: een aanbod educatieve voorschoolse opvang , gericht op ontwikkelingsstimulering en voorbereiding op de basisschool. De peutervoorziening moet voldoen aan de eisen uit de Wet Kinderopvang.

  • h.

    Peuterplaats regulier: plek van twee dagdelen per week, van 3,5 uur of 4 uur per dagdeel, voor peuters vanaf 2 jaar tot het moment waarop zij uitstromen naar de basisschool, verspreid over 2 werkdagen, gedurende respectievelijk 46 of 40 weken per jaar.

  • i.

    Peuterplaats VVE: plek van vier dagdelen per week, van 3,5 of 4 uur per dagdeel gedurende respectievelijk 40 of 46 weken per jaar, voor doelgroeppeuters vanaf 2 jaar tot het moment waarop zij uitstromen naar de basisschool.

  • j.

    Semesterformulier: een door de gemeente verstrekt digitaal berekeningsformulier waarin aan de hand van de verwachte afname van de peutervoorziening en/of VVE de hoogte van de subsidie wordt berekend.

  • k.

    Voorschoolse educatie: uitvoering van een door het college gesubsidieerd programma voor doelgroeppeuters dat gericht is op het verbeteren van de voorwaarden voor het met succes instromen in het basisonderwijs (zie Wko, artikel 1.1).

  • l.

    VVE: Voor- en vroegschoolse educatie.

  • m.

    VVE-programma: een programma dat is aangemeld bij of is opgenomen in de databank Effectieve Jeugdinterventies van het Nederlands Jeugdinstituut.

  • n.

    VVE-registratie: een registratie in het LRK waaruit blijkt dat de aanbieder voldoet aan de wettelijke kwaliteitseisen voor het aanbieden van VVE.

Artikel 2 Subsidie voor deelname peuters aan de peutervoorziening

  • 1.

    De aanbieder kan alleen subsidie aanvragen bij de gemeente voor de deelname van een peuter aan een peutervoorziening wanneer aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:

    • a.

      de ouders/verzorgers van de peuter komen (aantoonbaar) niet in aanmerking voor kinderopvangtoeslag;

    • b.

      de peuter is woonachtig in de gemeente Zevenaar;

    • c.

      voorafgaand aan de start van de peuteropvang is een overeenkomst opgesteld en ondertekend door de aanbieder en de ouder(s).

  • 2.

    De subsidie bedraagt € 8,46 per uur in het jaar 2021 en is gelijk aan de maximale uurvergoeding kinderopvangtoeslag die de belastingdienst in het betreffende subsidiejaar hanteert per geplaatste peuter voor maximaal 2 dagdelen per week gedurende minimaal 40 weken maximaal 46 weken per jaar, minus de ouderbijdrage.

  • 3.

    De peutervoorziening is toegankelijk voor kinderen van 2 jaar tot 4 jaar of tot het moment dat het kind naar de basisschool gaat.

  • 4.

    Voor de afname van subsidiabele peuteropvang betalen de ouder(s) alleen de ouderbijdrage volgens de ouderbijdragetabel.

  • 5.

    Wanneer ouder(s) meer dan 7 uur (op basis van 46 weken opvang) of 8 uur (op basis van 40 weken opvang) subsidiabele peuteropvang afnemen, betalen zij deze extra uren zelf, tenzij het voorschoolse educatie betreft.

Artikel 3 Subsidie voor deelname peuters aan voorschoolse educatie

  • 1.

    Deze subsidie wordt alleen verstrekt voor extra VVE aanbod aan peuters die door de VGGM een VVE-indicatie hebben gekregen en woonachtig zijn in de gemeente Zevenaar.

  • 2.

    De subsidie bedraagt € 10,52 per uur (prijspeil 2020 met index 3,5%). Dit bedrag wordt jaarlijks geïndexeerd.

  • 3.

    De deelname aan VVE betreft vier dagdelen per week, voor minimaal 40 weken en maximaal 46 weken per jaar.

  • 4.

    Voor een VVE-subsidie komen alleen het derde en vierde dagdeel in aanmerking, aanvullend op deelname van twee dagdelen peuteropvang en het bijbehorende uurtarief zoals omschreven in artikel 2.

  • 5.

    Voor het derde en vierde dagdeel VVE betalen de ouder(s) geen ouderbijdrage aan de VVE-aanbieder.

  • 6.

    Aanbieders zijn verplicht bij plaatsing van een peuter op een beschikbaar gekomen peuterplek doelgroeppeuters voorrang te geven.

Artikel 4 Kwaliteitseisen aan aanbieders

  • 1.

    Om in aanmerking te komen voor subsidie voor de peutervoorziening dienen aanbieders te voldoen aan de volgende eisen:

    • a.

      Er is geen sprake van het herhaaldelijk niet correct opvolgen van overtredingen ten aanzien van de wettelijke basiskwaliteit door de aanbieder;

    • b.

      Er wordt gewerkt met een kind-volgsysteem;

    • c.

      Er worden gegevens aangeleverd voor monitoring;

    • d.

      Er wordt gewerkt met het door de gemeente vastgestelde overdrachtsprotocol.

  • 2.

    Om in aanmerking te komen voor subsidie voor voorschoolse educatie dienen aanbieders te voldoen aan de volgende aanvullende eisen:

    • a.

      De locatie is geregistreerd in het LRK met een VVE registratie;

    • b.

      Er wordt gewerkt met een VVE programma dat is aangemeld bij of is opgenomen in de databank Effectieve Jeugdinterventies van het Nederlands Jeugdinstituut;

    • c.

      Als op een locatie geen doelgroeppeuters meer kunnen worden opgenomen worden zij zo spoedig mogelijk doorverwezen naar andere locaties of aanbieders;

    • d.

      Aanbieders krijgen twee jaar de tijd om hun personeel te scholen in VVE;

    • e.

      Aanbieders participeren in het scholingsplan dat in overleg met de gemeente is opgesteld.

Artikel 5 Ouderbijdrage

  • 1.

    De aanbieder int de ouderbijdrage bij de ouder(s) en is zelf verantwoordelijk voor een eventueel debiteurenverlies.

  • 2.

    De aanbieder is verantwoordelijk voor het schriftelijk toetsen en vaststellen van de hoogte van de ouderbijdrage voor peuteropvang aan de hand van onderstaande documenten:

    • a.

      de door de ouder(s) aan de aanbieder overgelegde meest recente inkomensverklaring(en);

    • b.

      de VNG adviestabel ouderbijdrage 2021.

  • 3.

    Wanneer op enig moment blijkt dat de inkomenssituatie van ouder(s) dusdanig wijzigt of gewijzigd is dat één van onderstaande situatie geldt:

    • a.

      de ouder(s) komen niet meer in aanmerking voor kinderopvangtoeslag waardoor er subsidie aangevraagd kan worden bij de gemeente;

    • b.

      de ouder(s) komen in aanmerking voor kinderopvangtoeslag waardoor er geen subsidie meer aangevraagd kan worden bij de gemeente;

    • c.

      de ouder(s) vallen in een lagere of hogere inkomenscategorie in de adviestabel ouderbijdrage waardoor de ouderbijdrage wijzigt.

    wordt de ouderbijdrage zo spoedig mogelijk opnieuw getoetst.

  • 4.

    Indien de ouderbijdrage opnieuw getoetst wordt zoals bedoeld in lid 3 dan wordt deze verwerkt door de aanbieder in het semesterformulier zoals omschreven in artikel 6.

Artikel 6 Subsidieaanvraag

  • 1.

    De subsidie zoals bedoeld in artikel 2 en 3 wordt door de aanbieder bij de gemeente aangevraagd middels het semesterformulier subsidie peuteropvang Gemeente Zevenaar, en door de gemeente aan de aanbieder uitgekeerd.

  • 2.

    In november en mei vraagt de aanbieder de subsidie voor het eerst volgende semester aan bij de gemeente.

  • 3.

    De (VVE-)aanbieder is verantwoordelijk voor de volledigheid en juistheid van de ingevulde subsidieaanvraag peuteropvang/VVE.

Artikel 7 Subsidieverlening

  • 1.

    Per semester wordt aan de hand van het semesterformulier in twee voorschotten de subsidie verleend door de gemeente.

  • 2.

    De subsidie kan pas worden verleend als het betreffende semesterformulier door de aanbieder bij de gemeente is ingeleverd.

  • 3.

    Betaling van het eerste semester vindt plaats in januari en april, en betaling van het tweede semester in juli en oktober.

  • 4.

    De hoogte van de door de aanbieder te ontvangen subsidie wordt gebaseerd op:

    • a.

      het aantal uren dat peuteropvang en/of VVE afgenomen wordt;

    • b.

      het uurtarief dat door de gemeente is vastgesteld;

    • c.

      de hoogte van de te ontvangen ouderbijdrage.

Artikel 8 Subsidievaststelling

  • 1.

    De vaststelling van de subsidie vindt plaats op basis van het werkelijke aantal bezette peuterplaatsen (daaronder wordt hier begrepen het aantal afgenomen uren peutervoorziening en voorschoolse educatie), het werkelijk gehanteerde uurtarief en de totaal in rekening gebrachte ouderbijdragen. Om de rechtmatigheid van de besteding van de subsidie vast te stellen wordt om de volgende gegevens gevraagd:

  • 1a.

    Bij subsidies tot 50.000 euro dient de subsidieontvanger, na afloop van het subsidiejaar, een aanvraag tot vaststelling in. Deze aanvraag bevat in ieder geval een:

    • -

      Jaarverslag met inhoudelijke toelichting waaruit blijkt in hoeverre de gesubsidieerde activiteiten zijn verricht en aan de verplichting is voldaan;

    • -

      Overzicht van de gesubsidieerde activiteiten en de hieraan verbonden uitgaven en inkomsten, in de vorm van een financieel verslag of jaarrekening;

    • -

      Ingevuld formulier ‘Jaaroverzicht subsidie Peutervoorzieningen en Voorschoolse educatie gemeente Zevenaar’.

  • 1b.

    Bij subsidies boven 50.000 euro, dient de subsidieontvanger, na afloop van het subsidiejaar, een aanvraag tot vaststelling in. Deze aanvraag bevat in ieder geval een:

    • -

      Jaarverslag met inhoudelijke toelichting waaruit blijkt in hoeverre de gesubsidieerde activiteiten zijn verricht en aan de verplichting is voldaan;

    • -

      Overzicht van de gesubsidieerde activiteiten en de hieraan verbonden uitgaven en inkomsten, in de vorm van een financieel verslag of jaarrekening;

    • -

      Ingevuld formulier ‘Jaaroverzicht subsidie Peutervoorzieningen en Voorschoolse educatie gemeente Zevenaar’;

    • -

      Een controleverklaring, opgesteld door een onafhankelijk accountant.

  • 2.

    Vaststelling kan een terugvordering tot gevolg hebben als de aanbieder minder bezette peuterplaatsen heeft gerealiseerd dan het aantal waarop de hoogte van de subsidieverlening was gebaseerd.

  • 3.

    Jaarlijks wordt door de gemeente in oktober duidelijkheid verschaft over de gehanteerde uurtarieven van het daaropvolgende kalenderjaar.

Artikel 9 Weigeringsgrond

In aanvulling op artikel 16 van de Algemene subsidieverordening gemeente Zevenaar 2020 kan de subsidie worden geweigerd indien herhaaldelijk wordt geconstateerd dat de wettelijke basiskwaliteit van de aanbieder niet op orde is.

Artikel 10 Hardheidsclausule

In bijzondere omstandigheden kan het college gemotiveerd van de beleidsregels afwijken, indien toepassing ervan niet in verhouding staat tot de met deze beleidsregels te dienen doelen.

Artikel 11 Citeertitel

Deze regels worden aangehaald als “Beleidsregels peutervoorziening en voorschoolse educatie gemeente Zevenaar 2021”.

Artikel 12 Inwerkingtreding

Deze beleidsregels treden in werking op 1 januari 2021.

De beleidsregels “Peutervoorziening en voorschoolse educatie gemeente Zevenaar 2020” komen per 1 januari 2021 te vervallen.

 

Vastgesteld bij besluit van burgemeester en wethouders van Zevenaar d.d. 5-1-2021.

Burgemeester en wethouders van Zevenaar,

burgemeester.

secretaris.

Naar boven