Verordening tot wijziging van de Algemene plaatselijke verordening Papendrecht, 1e wijziging

De raad van de gemeente Papendrecht;

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 25 mei 2021;

 

gelet op artikel 149 Gemeentewet;

 

besluit:

 

vast te stellen de navolgende

Verordening tot wijziging van de Algemene plaatselijke verordening Papendrecht, 1e wijziging

Artikel I  

In de Algemene Plaatselijke Verordening Papendrecht wordt ingevoegd:

Afdeling 6a "Toezicht op kamerverhuurbedrijven"

Artikel II  

In hoofdstuk 2 afdeling 6a 'Toezicht op kamerverhuurbedrijven' worden de volgende bepalingen opgenomen:

 

Artikel 2:37 a Definities

In deze afdeling wordt verstaan onder:

beheerder: de natuurlijke persoon die door de exploitant is aangesteld voor de feitelijke leiding van een kamerverhuurbedrijf;

exploitant: de natuurlijke persoon of de bestuurder van een rechtspersoon of, voor zover van toepassing, de tot vertegenwoordiging van die rechtspersoon bevoegde natuurlijk persoon, voor wiens rekening en risico een kamerverhuurbedrijf wordt uitgeoefend;

huishouden: een alleenstaande, dan wel twee of meer personen die een duurzame gemeenschappelijke huishouding voeren of willen gaan voeren.

kamerverhuurbedrijf: een gebouw of gedeelte van een gebouw dat door een natuurlijke of een rechtspersoon bedrijfsmatig, of in een omvang alsof die bedrijfsmatig is, wordt verhuurd als onzelfstandige woonruimte voor de huisvesting van drie of meer personen. Hieronder vallen niet woonruimtes die deel uitmaken van een seniorencomplex, verzorgingstehuizen, of andere (te) huizen met een maatschappelijke bestemming, zolang deze worden verhuurd overeenkomstig de specifieke functies van de genoemde woonvormen.

onzelfstandige woonruimte: woonruimte, die geen eigen toegang heeft en die niet door een huishouden kan worden bewoond, zonder dat dit daarbij afhankelijk is van wezenlijke voorzieningen buiten die woonruimte;

woonruimte: besloten ruimte die, al dan niet tezamen met een of meer andere ruimten, bestemd of geschikt is voor bewoning door een huishouden;

 

Artikel 2:37 b Exploitatie kamerverhuurbedrijf 

  • 1.

    Het is verboden een kamerverhuurbedrijf te exploiteren zonder vergunning van de burgemeester of in afwijking van de aan die vergunning verbonden voorschriften.

  • 2.

    De aanvraag om een vergunning moet worden ingediend met een door de burgemeester vastgesteld formulier.

  • 3.

    Onverminderd artikel 1:8 weigert de burgemeester de vergunning als de exploitatie van het kamerverhuurbedrijf in strijd is met een geldend bestemmingsplan, beheersverordening, of voorbereidingsbesluit; 

  • 4.

    Onverminderd de artikelen 1:6 en 1:8 kan de burgemeester de vergunning geheel of gedeeltelijk weigeren, voor onbepaalde tijd geheel of gedeeltelijk intrekken, tijdelijk opschorten of wijzigen, indien naar zijn oordeel:

    • a.

      het verlenen of in stand laten van de vergunning zal leiden tot een onaanvaardbare druk op de leefbaarheid in de directe omgeving van het pand waarvoor de vergunning is aangevraagd;

    • b.

      de exploitant of beheerder betrokken is of ernstige nalatigheid kan worden verweten bij activiteiten of strafbare feiten in of vanuit het gebouw, of toestaat of gedoogt dat in het gebouw strafbare feiten of activiteiten worden gepleegd, waarmee de openbare orde nadelig wordt beïnvloed;

    • c.

      de exploitant of beheerder in enig opzicht van slecht levensgedrag is;

    • d.

      er aanwijzingen zijn dat in een kamerverhuurbedrijf personen woonachtig zijn, die werkzaam zijn of zullen zijn in strijd met het bij of krachtens de Wet arbeid Vreemdelingen of Vreemdelingenwet 2000 bepaalde;

    • e.

      redelijkerwijs moet worden aangenomen dat de feitelijke situatie niet met het in de aanvraag vermelde in overeenstemming is of zal zijn;

    • f.

      vast staat of redelijkerwijs moet worden aangenomen dat niet voldaan kan worden aan de eisen van goed verhuurderschap.

  • 5.

    De vergunning is persoonsgebonden en niet overdraagbaar

  • 6.

    Paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) is niet van toepassing op de vergunning.

Artikel III Overgangsbepaling

De exploitant van een kamerverhuurbedrijf dat aantoonbaar bestaat op het moment van inwerkingtreding van deze afdeling overreedt het verbod van artikel 2:37b niet eerder dan zes maanden na die inwerkingtreding en niet eerder dan nadat is beslist op een aanvraag om vergunning in de zin van deze afdeling, mits de aanvraag daarvoor binnen de genoemde periode van zes maanden is ingediend.

Artikel IV Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking op 15 juli 2021.

Artikel V Citeertitel

Dit besluit kan worden aangehaald als "Verordening tot wijziging van de Algemene plaatselijke verordening Papendrecht, 1e wijziging".

 

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 1 juli 2021.

De griffier, De voorzitter

G. van Egmond A.M.M. Jetten

Naar boven