Gemeenteblad van Utrecht
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Utrecht | Gemeenteblad 2021, 201501 | Overige besluiten van algemene strekking |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Utrecht | Gemeenteblad 2021, 201501 | Overige besluiten van algemene strekking |
Nadere regel subsidie Utrechtse uitstaptrajecten voor sekswerkers gemeente Utrecht
Burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht;
gelet op artikel 156 lid 3 Gemeentewet;
gelet op artikel 3 lid 2 van de Algemene Subsidieverordening gemeente Utrecht;
de gemeente Utrecht het belangrijk vindt om sekswerkers die de seksbranche willen verlaten, daarbij te ondersteunen;
Besluiten vast te stellen de volgende Nadere regel subsidie Utrechtse uitstaptrajecten voor sekswerkers gemeente Utrecht.
Deze nadere regel verstaat onder:
Onderaannemer: een organisatie die, op grond van een bindende overeenkomst met de hoofdaannemer gehouden kan worden om in opdracht van en namens en voor rekening en risico van subsidieontvanger op grond van deze regeling werkzaamheden te verrichten met betrekking tot de uitvoering van de subsidiabele taken voor ten hoogste 49%.
Prostitutiehulp- en dienstverlening gericht op uitstap gaat over hulp- en dienstverlening gericht op stabilisatie en/of verbetering van de leefsituatie. Naast verbetering van de leefsituatie door inzet op verschillende leefgebieden, ontstaat hiermee ook ruimte en veiligheid om over de toekomst na te denken en te overwegen om een uitstaptraject te starten.
Social return: benutting van de inkoopkracht om een sociale impact te creëren. Hiertoe vraagt de gemeente opdrachtnemers een bijdrage te leveren aan de werkgelegenheid voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt, of aan andere activiteiten met een sociale impact bij voorkeur in Utrecht of regio.
Uitstaptraject: een traject op maat voor sekswerkers die de branche willen verlaten. Arbeidsintensieve en complexe hulpvragen kunnen aan bod komen. Dit kunnen vragen op diverse leefgebieden zijn, bijvoorbeeld op het gebied van financiën, veiligheid, huisvesting, sociaal functioneren, opleiding en werk. Deelname aan dit traject gebeurt op basis van vrijwilligheid.
Met deze middelen leveren wij een bijdrage aan de hulp- en dienstverlening aan sekswerkers die de seksbranche willen verlaten. Uit zowel de praktijk als de wetenschappelijke literatuur is bekend dat overstappen van werken in de prostitutie naar ander werk of andere dagbesteding buiten de seksbranche allerlei belemmeringen kent en dus zeer complex kan zijn.
Een uitstapprogramma is een programma waarbinnen individuele sekswerkers begeleiding krijgen bij het vinden van werk of dagbesteding buiten de prostitutie. De individuele trajecten hebben nadrukkelijk als doel om de stap naar ander werk of andere dagbesteding te vergemakkelijken en bieden specialistische begeleiding en ondersteuning op maat zo lang dat nodig is. Aansluitend op, of gedurende een specialistisch traject worden reguliere aanbieders betrokken voor activiteiten die zij regulier kunnen uitvoeren. De hieronder omschreven uitgangspunten zijn altijd de basis van de trajecten.
Artikel 3 Eisen aan de subsidieaanvrager
De subsidie kan worden aangevraagd door een rechtspersoon met volledige rechtsbevoegdheid die voor de uitvoering van de activiteiten kan samenwerken met een of meer onderaannemers.
Artikel 5 Subsidiabele activiteiten
De volgende activiteiten komen voor subsidie in aanmerking:
Artikel 6 Eisen aan de subsidieaanvraag
Voor de subsidieaanvraag gelden de volgende eisen.
De aanvraag van de subsidie wordt op de voorgeschreven wijze ingediend ter attentie van burgemeester en wethouders. Uit de aanvraag moet blijken dat wordt voldaan aan de eisen zoals gesteld in artikel 3 en artikel 10. De aanvraag gaat vergezeld met het onderstaande:
Een correcte, duidelijke begroting per jaarschijf die past binnen het maximaal beschikbare budget voor deze regeling, aansluitend bij de subsidiabele activiteiten in artikel 5. De subsidiabele activiteiten in het plan van aanpak zijn 1-op-1 te relateren aan de begroting. De aanvrager geeft in elk geval inzicht in:
Artikel 7 Indieningstermijn subsidieaanvraag
Alle aanvragen voor de periode 1 januari 2022 tot en met 31 december 2024 moeten uiterlijk 14 september 2021 om 24:00 uur worden ingediend bij burgemeester en wethouders.
De aanvrager dient de aanvraag in bij het subsidieportaal via DigID, te vinden op www.utrecht.nl/subsidie. De aanvrager maakt hierbij gebruik van het daarvoor bestemde digitale aanvraagformulier. Dit formulier is te vinden op www.utrecht.nl/subsidie.
Artikel 8 Beoordeling subsidieaanvraag
De aanvragen die tijdig en volledig zijn ontvangen worden op basis van de volgende criteria beoordeeld en met elkaar vergeleken. Per criterium krijgt de aanvraag een waardering met een score die maximaal het aantal punten is zoals hieronder vermeld. De organisatie met de meeste punten krijgt de subsidie verleend.
Criterium 1: Invulling die de aanvraag geeft aan de zeven uitgangspunten genoemd onder artikel 2: beleidsdoelstelling (maximaal 30 punten).
Beoordeling: de mate waarin de aanvraag invulling geeft aan de zeven uitgangspunten zoals genoemd in artikel 2.
De beschrijving krijgt een hogere waardering als deze:
Criterium 2 : Invulling die de aanvraag geeft aan activiteiten die gericht zijn op stabilisatie van de leefsituatie van sekswerkers en activiteiten die gericht zijn op opleiding, toeleiding naar ander werk/andere bronnen van inkomsten of het vinden van ander werk, met een aanpak voor belemmerende factoren op verschillende leefgebieden (maximaal 30 punten).
Beoordeling: de beschrijving krijgt een hogere waardering als:
Criterium 3: Outreachend werken in Utrecht (maximaal 25 punten).
Beoordeling: de wijze waarop invulling wordt gegeven aan de verschillende vormen van outreachend werken en de diversiteit aan doelgroepen waarop men zich richt.
De beschrijving krijgt een hogere waardering als deze:
Criterium 4 : Efficiënte en effectieve inzet van middelen (maximaal 15 punten).
Het gaat hierbij om de hoogte van het aangevraagde subsidiebedrag en de mate waarin er een logisch verband bestaat tussen de activiteiten en de daarbij benodigde middelen.
In deze realistische begroting geeft de subsidieaanvrager inzicht in de verschillende begrotingsposten. De efficiënte inzet van middelen/ kosteneffectiviteit wordt beoordeeld op de volgende subcriteria:
Bij de besluitvorming geldt de volgende procedure:
Voor de criteria van de kwalitatieve toets worden punten toegekend als genoemd in artikel 8 waarbij de maximale totaalscore 100 punten is. Een aanvraag die met het hoogst aantal punten wordt gewaardeerd, en waarbij voor elk afzonderlijk criterium minimaal 60% van het maximaal te halen aantal punten is gescoord, komt in aanmerking voor de subsidie.
Onderdeel van de beoordeling is een gesprek dat voorafgaand aan de nieuwe subsidieperiode met alle aanvragers wordt gevoerd. Voor dit gesprek wordt de beoogde directie van de organisatie uitgenodigd om het plan van aanpak zoals benoemd in artikel 6 lid b en c te presenteren. Deze gesprekken hebben een gelijke agenda.
Bij de besluitvorming wordt de volgende procedure gehanteerd: de tijdig en volledig ontvangen aanvragen worden op basis van de in artikel 8 benoemde criteria cijfermatig beoordeeld en met elkaar vergeleken; op basis van deze beoordeling besluiten burgemeester en wethouders voor 1 januari 2022 over de aanvraag.
Artikel 10 Verplichtingen aan subsidieverlening
In het plan van aanpak zoals genoemd in artikel 6 van deze nadere regel toont de aanvrager aan hoe hij/zij aan onderstaande verplichtingen voldoet.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2021-201501.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.