Verordening tot 1e wijziging van de Beheersverordening gemeentelijke begraafplaatsen Schouwen-Duiveland 2016

De raad van de gemeente Schouwen-Duiveland;

 

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d 17 november 2020;

 

gelet op

- artikel 35 van de Wet op de lijkbezorging,

- artikel 149 van de Gemeentewet en

 

overwegende mitVV VV86C9A3814694DF4BBBB2F4A6271E77F1 \* MERGEFORMAT dat het noodzakelijk is dat de Beheersverordening gemeentelijke begraafplaatsen Schouwen-Duiveland 2016 wordt geactualiseerd.

 

besluit vast te stellen de Verordening tot 1e wijziging van de Beheersverordening gemeentelijke begraafplaatsen Schouwen-Duiveland 2016.

 

 

Artikel 1  

De Beheersverordening gemeentelijke begraafplaatsen Schouwen-Duiveland 2016 wordt gewijzigd als volgt.

 

A. Artikel 1, sub c. komt te luiden:

c. algemeen graf: een graf bij de gemeente in beheer waarin gelegenheid wordt geboden tot het doen begraven van lijken.

 

B. Artikel 1, sub o komt te luiden:

o. particuliere waterurn: een particulier urnengraf, waarin een urn met de as van één of twee crematies

is bijgezet, waarbij als gevolg van natuurlijke omstandigheden de aanwezige as uitspoelt in/op het

graf;

 

C. Artikel 1, lid p, q, r en t vernummering wegens toevoeging onderdeel o.

 

D. Artikel 6, komt te luiden:

1. Op de begraafplaatsen kunnen worden uitgegeven:

Algemene graven;

Particuliere graven, particuliere urnengraven en particuliere graven geschikt voor het

plaatsen van waterurnen;

Urnennissen.

2. In algemene graven kan een door het college te bepalen aantal lijken worden begraven.

3. Rechthebbenden en gebruikers zijn verplicht adreswijzigingen tijdig aan de administrateur door

te geven. Indien een rechthebbende of gebruiker verzuimt een dergelijke aangifte te doen, kan

deze zich niet beroepen op het niet of niet tijdig ontvangen van aanwijzingen of mededelingen

ingevolge deze verordening of de verordening met betrekking tot de begrafenisrechten.

4. Op een aantal begraafplaatsen, te weten Dorpsweg te Bruinisse, Burgemeester van Veenstraat te

Nieuwerkerk, worden geen nieuwe graven meer uitgegeven.

5. Het college bepaalt bij nader vast te stellen regels hoeveel stoffelijke overblijfselen en hoeveel asbussen met of zonder urnen er kunnen worden bijgezet in de particuliere graven, urnennissen en het aantal stoffelijke overblijfselen in de vorm van as in waterurnen geplaatst kunnen worden. Het college bepaalt tevens de afmetingen en de uitgifteduur van de particuliere graven.

6. Uitsluitend op de strooivelden mag as worden verstrooid. Verstrooiingsplaatsen zijn door het college

aangewezen. Een asverstrooiing vindt enkel plaats onder toezicht van de beheerder.

7. In afwijking van het bepaalde in het zesde lid mag verstrooiing via een waterurn plaatsvinden door

middel van plaatsing op een particulier urnengraf.

8. Aan het grafrecht is de verplichting tot het betalen van onderhoudsrechten verbonden. Dat geldt

voor de rechthebbenden van particuliere graven en eveneens voor de gebruikers van algemene

graven.

 

E. Artikel 9 komt te luiden:

1. Het uitsluitend recht tot begraven in particuliere graven en particuliere grafkelders wordt verleend voor

dertig jaren. Dit recht kan op aanvraag van de rechthebbende door het college telkens worden verlengd met tien jaar. De rechthebbende wordt binnen twaalf maanden voordat het recht is verlopen in kennis gesteld van de verlengingsmogelijkheid.

2. Het gebruiksrecht voor het bijzetten van een urn in een urnennis of het plaatsen van een waterurn wordt verleend voor vijf, vijftien of dertig jaren. Dit recht kan op aanvraag van de rechthebbende door het college telkens worden verlengd met vijf of tien jaar, mits gedaan binnen twee jaar voor het verstrijken van de termijn.

3. Het gebruiksrecht voor een algemeen graf wordt verleend voor 15 jaren zonder de mogelijkheid tot

verlenging.

4. Het gebruiksrecht voor een algemeen graf waarin begraven wordt krachtens artikel 21 van de Wet op

de lijkbezorging wordt verleend voor 10 zonder de mogelijkheid tot verlenging.

5. Gebruikers van algemene graven waarvoor een gebruiksrecht van 15 jaar is verleend, worden in het

veertiende jaar aangeschreven over het aflopen van de termijn van het gebruiksrecht.

 

F. Artikel 14 komt te luiden:

1. Voor het plaatsen van een grafbedekking, een afdekplaat voor een urnennis of het plaatsen van

een waterurn is een schriftelijke vergunning nodig van het college.

2. Het plaatsen van een grafmonument dient minimaal twee werkdagen voorafgaand aan de

plaatsing telefonisch gemeld worden via de servicelijn of aan de betreffende beheerder van de

begraafplaats. De zaterdag en zondag geldt voor de toepassing van deze bepaling niet als

werkdag.

3. De rechthebbende van een particulier graf vraagt de vergunning voor het plaatsen van een

grafbedekking aan.

4. Rechthebbende van het particuliere graf wordt aangemerkt als de eigenaar van het grafmonument, tenzij hij of zij aangeeft dit niet te zijn.

5. De rechthebbende van een particuliere urnennis vraagt de vergunning voor het plaatsen van een

afdekplaat van een urnennis aan.

6. Rechthebbende van de particuliere urnennis wordt aangemerkt als de eigenaar van de afdekplaat, tenzij

hij of zij aangeeft dit niet te zijn.

7. De gebruiker van een algemeen graf vraagt de vergunning voor het plaatsen van een grafbedekking aan.

8. De gebruiker van het algemene graf wordt aangemerkt als de eigenaar van het grafmonument,

tenzij hij of zij aangeeft dit niet te zijn.

9. Een eigenaar van een grafmonument is door zijn instemming met de plaatsing van het monument

gebonden aan de bepalingen van deze verordening en de bijbehorende nadere regels.

10. Het college kan nadere regels vaststellen omtrent de wijze van aanvragen van de vergunning, de

aard en de afmetingen van de grafbedekking en de wijze van aanbrengen.

11. Het college kan de vergunning weigeren indien:

a. niet voldaan wordt aan de vastgestelde nadere regels, genoemd in het derde lid;

b. de grafbedekking afbreuk doet aan het aanzien van de begraafplaats;

c. de duurzaamheid van de materialen onvoldoende is;

d. de constructie van de grafbedekking ondeugdelijk is.

e. de tekst of afbeelding op het gedenkteken naar het oordeel van het college aanstootgevend of kwetsend kan zijn.

12. Grafbedekking die in strijd met deze verordening of een uitvoeringsbesluit voor de grafbedekkingen is

geplaatst, dient door de rechthebbende of eigenaar te worden verwijderd, ongeacht of de strijdigheid

met de regels door zijn toedoen of medeweten is ontstaan.

13. Het bepaalde in artikel 15, lid 7 is overeenkomstig van toepassing.

 

 

In de toelichting op de beheersverordening:

 

O. Artikel 1, onderdeel c. komt te luiden:

Algemene graven worden slechts uitgegeven voor directe teraardebestelling. Een algemeen graf

kenmerkt zich daarnaast doordat de gebruiker geen zeggenschap heeft over wie er verder in het graf

wordt begraven. In of op een algemeen graf kunnen geen asbussen worden bijgezet en geen

verstrooiingen plaatsvinden. Algemene graven worden in de gemeente Schouwen-Duiveland voor

vijftien jaren uitgegeven tenzij het betreft de uitgifte van een algemeen graf voor een begraving

krachtens artikel 21 van de Wet op de lijkbezorging. Dn bedraagt de uitgiftetermijn 10 jaren (wettelijke

grafrusttermijn).

 

P. Artikel, onderdeel o. komt te luiden:

Het principe van een waterurn is een bol die regenwater doorlaat en zodoende geeft de urn de as

geleidelijk af aan de aarde. Door een speciaal systeem wordt de as heel geleidelijk met het water

afgevoerd en opgenomen door het grondwater. Het duurt gemiddeld tien jaar voordat de as volledig is

afgegeven aan de aarde.

 

Q. Artikel 1, lid p en t vernummering wegens toevoeging lid o.

 

R. Artikel 14, toevoeging lid 3, en 7

 

S. Artikel 14, toevoeging lid 8.

 

 

Artikel II

 

Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2021.

 

Vastgesteld door de raad van de gemeente Schouwen-Duiveland in zijn openbare vergadering van mitVV VV2E0A35864561BC4C966B61B61AC7B725 \* MERGEFORMAT 17 december 2020.

Griffier, voorzitter,

Naar boven