Gemeenteblad van Leidschendam-Voorburg
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Leidschendam-Voorburg | Gemeenteblad 2021, 192995 | Verordeningen |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Leidschendam-Voorburg | Gemeenteblad 2021, 192995 | Verordeningen |
Wijzigingsverordening Huisvestingsverordening Leidschendam-Voorburg 2019
De raad van de gemeente Leidschendam-Voorburg,
gezien het voorstel van het college d.d. 16 februari 2021 (2015),
gelet op het bepaalde in artikel 3.7 van de Wet ruimtelijke ordening;
gelet op artikel 4 lid 1 van de Huisvestingswet 2014;
gelet op de Beleidsnota woningsplitsing en kamerverhuur Leidschendam-Voorburg 2021;
2. De Verordening tot wijziging van de Huisvestingsverordening Leidschendam-Voorburg 2019 vast te stellen, zoals de tekst van Bijlage 1 bij dit raadsbesluit.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Leidschendam-Voorburg van 6 april 2021.
de griffier, de voorzitter,
mr. C.J. de Vries,
de burgemeester
dhr. K. Tigelaar
Bijlage 1 bij raadsbesluit 2015.
Artikel I. Wijziging Verordening
De Huisvestingsverordening Leidschendam-Voorburg 2019 wordt als volgt gewijzigd:
In Artikel 1:1 Begripsomschrijvingen worden drie begrippen ingevoegd, luidende:
Mantelzorgwoning: een woning op het terrein van het huis van iemand die zorg nodig heeft. De woning is bedoeld voor de zorgverlener (vriend, familielid). Het is ook mogelijk dat de persoon die zorg nodig heeft in de mantelzorgwoning woont. In dat geval woont de zorgverlener in het bijbehorende huis;
Onttrekking: de onttrekking van woningen aan de woningvoorraad als bedoeld in artikel 21 van de Huisvestingswet 2014;
Vergunning kadastrale splitsing: de vergunning als bedoeld in artikel 22 van de Huisvestingswet 2014.
Na HOOFDSTUK 4 wordt het volgende Hoofdstuk ingevoegd, luidende:
HOOFDSTUK 4A WIJZIGING VAN DE WOONRUIMTEVOORRAAD
Artikel 4A:1 Woonruimten met een vergunningplicht voor omzetting, onttrekking, samenvoeging of woningsplitsing
Artikel 21 van de Huisvestingswet 2014 is van toepassing op alle zelfstandige woonruimten behorend tot een gebouw of gedeelten daarvan gelegen binnen de gemeente Leidschendam-Voorburg.
Artikel 4A:2 Vergunningplicht omzetting, onttrekking, samenvoeging en woningsplitsing
De in artikel 4A:1 genoemde woonruimten mogen niet zonder vergunning:
worden verbouwd tot twee of meer zelfstandige woonruimten, anders dan een splitsing ten behoeve van mantelzorg, waarbij splitsing van de oorspronkelijke woonruimte plaatsvindt in enerzijds een zogenaamde mantelzorgwoning, waarin de zorgvrager woont en anderzijds een andere zelfstandige woning, welke door de zorggever wordt bewoond. Indien de mantelzorg beëindigd wordt, mag de mantelzorgwoning niet langer als zelfstandige woning gebruikt worden;
Artikel 4A:3 Aanvraag vergunning omzetting, onttrekking, samenvoeging en woningsplitsing
1. Een aanvraag van een vergunning voor omzetting, onttrekking, samenvoeging en woningsplitsing wordt ingediend door gebruikmaking van een door burgemeester en wethouders vastgesteld formulier.
2. Bij de aanvraag moeten in ieder geval de volgende gegevens worden verstrekt:
Artikel 4A:4 Voorwaarden en voorschriften omzetting, onttrekking, samenvoeging en woningsplitsing
Aan een vergunning als bedoeld in artikel 4A:2 worden de volgende voorwaarden en voorschriften verbonden:
Artikel 4A:5 Weigeringsgronden omzetting, onttrekking en samenvoeging en woningsplitsing
Een vergunning als bedoeld in artikel 4A:2 kan worden geweigerd als:
Artikel 4A:6 Aanvullende weigeringsgronden omzetting en woningsplitsing
Een vergunning als bedoeld in artikel 4A:2 kan worden geweigerd indien:
Artikel 4A:7 Intrekken vergunning omzetting, onttrekking, samenvoeging en woningsplitsing
Burgemeester en wethouders kunnen een vergunning als bedoeld in artikel 4A:2 intrekken indien:
Artikel 4A:8 Vergunning kadastrale splitsing
Artikel 22 van de Huisvestingswet is van toepassing op alle gebouwen binnen de gemeente Leidschendam-Voorburg.
Artikel 4A:9 Aanvraag vergunning kadastrale splitsing
1. Een aanvraag van een vergunning voor kadastrale splitsing wordt ingediend door gebruikmaking van een door burgemeester en wethouders vastgesteld formulier.
2. Bij de aanvraag moeten de volgende gegevens worden verstrekt:
a. het adres van het gebouw waarop de aanvraag betrekking heeft;
b. de naam en het adres van de aanvrager;
d. de gegevens over de bestaande situatie, welke, voor zover van toepassing, omvatten:
i. de huidige huur- en/of koopprijs;
iii. de woonlaag waarop de woonruimte is gelegen.
e. een splitsingstekening als bedoeld in artikel 109, tweede lid, van Boek 5 van het Burgerlijk Wetboek;
f. een bouwkundig rapport met een beschrijving en een beoordeling van de staat van onderhoud van het gebouw.
Artikel 4A:10 Voorwaarde en voorschrift kadastrale splitsing
Indien er niet kadastraal gesplitst is vervalt de vergunning op grond van artikel 4A:8 na 1 jaar, tenzij er in de vergunning een andere geldigheidsduur is vermeld.
Artikel 4A:11 Weigeringsgronden vergunning kadastrale splitsing
Een vergunning op grond van artikel 4A:8 kan worden geweigerd als:
de toestand van het gebouw waarop de vergunningaanvraag betrekking heeft, zich uit een oogpunt van indeling of staat van onderhoud geheel of ten dele tegen splitsing verzet, en de desbetreffende gebreken niet door het treffen van voorzieningen of het aanbrengen van verbeteringen kunnen worden opgeheven, dan wel onvoldoende door de aanvrager aannemelijk is gemaakt dat die gebreken zullen worden opgeheven, of
Na TOELICHTING, A. Algemene toelichting, kopje Schaarste wordt het volgende kopje ingevoegd, luidende:
Schaarste door aanpassingen of wijzigingen in de woningvoorraad
Met het oog op schaarste is er noodzaak om via een vergunningstelsel voor omzetting, onttrekking, samenvoeging en splitsing van woningen grip te houden op aanpassingen of wijzigingen in de gehele woningvoorraad in Leidschendam-Voorburg. Op grond van artikel 21 van de Huisvestingswet is in deze huisvestingsverordening bepaald dat het verboden is om woonruimte geheel of gedeeltelijk aan de bestemming tot bewoning te onttrekken, met andere woonruimte samen te voegen, van zelfstandige in onzelfstandige woonruimte om te zetten of te verbouwen tot twee of meer woonruimten zonder vergunning van burgemeester en wethouders. Bij omzetting en woningsplitsing gaat het om een eigenaar die een bestaande woning feitelijk opdeelt in meer kamers of woningen, die afzonderlijk in de huurmarkt worden gezet, zonder dat het gebouw wordt gesplitst in appartementsrechten.
De vergunningplicht is niet van toepassing op huiseigenaren die hun woonruimte samenvoegen of een deel ervan onttrekken om voor eigen bewoning of gebruik van te gebruiken als kantoor of praktijkruimte.
Op grond van artikel 22 van de Huisvestingswet is voor het splitsen van een woning in appartementsrechten een vergunning van burgemeester en wethouders vereist. De gemeente kan hiermee greep houden op de hoeveelheid goedkope woonruimte in de vorm van appartementen. Het in appartementsrechten splitsen van een appartementencomplex is noodzakelijk om de appartementen afzonderlijk te kunnen verkopen. De verkoop van die appartementen kan ongewenst zijn in het licht van het behoud van de voorraad betaalbare huurappartementen.
Na TOELICHTING onder B. Artikelsgewijze toelichting na Artikel 4:8, vijfde lid wordt de volgende artikelsgewijze toelichting ingevoegd, luidende:
In dit artikel wordt bepaald op welke woonruimten het vergunningvereiste van toepassing is. Het aanwijzen van vergunningplichtige woonruimten op grond van artikel 21 van de Huisvestingswet is vereist met het oog op het belang van het behoud of de samenstelling van de woonruimtevoorraad. Het instellen van een vergunningplicht moet zich verhouden met dat wat noodzakelijk en geschikt is voor het bestrijden van onevenwichtige en onrechtvaardige gevolgen van schaarste aan goedkope woonruimte. In Leidschendam-Voorburg is de vergunningplicht van toepassing op alle woonruimten met het oog op de leefbaarheid in de woon- en leefomgeving. Dat betekent dat de bepalingen in dit hoofdstuk niet alleen van toepassing zijn op de betaalbare woningvoorraad. Een vergunning is niet alleen verplicht bij de splitsing en omzetting van woonruimte in zelfstandige woningen, maar geldt ook voor de omzetting in onzelfstandige bewoning, ook al is de woning bouwkundig geschikt voor zelfstandige bewoning. Op die manier is ook kamerverhuur in woningen die in beginsel geschikt zijn voor zelfstandige bewoning gereguleerd.
Dit artikel is een uitwerking van artikel 21 van de Huisvestingswet 2014. De vergunningplicht geldt voor de volgende wijzigingen in de woningvoorraad:
Een vergunning is ook verplicht indien de woonruimte feitelijk anders gebruikt wordt dan voor zelfstandige bewoning (bijvoorbeeld onzelfstandige bewoning), ook al is de woning bouwkundig nog geschikt voor zelfstandige bewoning. Op die manier kan onder andere ook kamerverhuur in woningen die in beginsel geschikt zijn voor zelfstandige bewoning worden gereguleerd.
Op grond van artikel 23 van de Huisvestingswet 2014 kan een aanvraag tot vergunning alleen worden gedaan door de eigenaar van de woonruimte respectievelijk het gebouw. Daarom kan alleen de eigenaar een vergunning aanvragen.
Bij de voorwaarde goed verhuurderschap als bedoeld onder e kan gedacht worden aan:
a. Er is sprake van legale huisvesting: alle benodigde vergunningen zijn verleend.
b. Er is sprake van huisvesting die niet ten koste gaat van de leefbaarheid in de omgeving van de betreffende woonruimte:
I. De woonruimte verkeert in een goede staat van onderhoud en wordt in goede staat van onderhoud gehouden;
II. In het kader van veiligheid en voorkoming van overlast zijn huis- en leefregels opgesteld;
III. In de woonruimte zijn alarmnummers op een duidelijk zichtbare plaats aangegeven.
IV. Er is sprake van geregeld beheer, waarbij iemand, niet zijnde een huurder van de woonruimte, is aangesteld:
V. De verhuurder is verplicht erop toe te zien dat huurders zich inschrijven in de gemeente;
VI. De verhuurder werkt bij overlast mee aan de aanpak die de gemeente hanteert in het geval van woonoverlast en aan buurtbemiddeling;
c. De woning wordt verhuurd volgens het woningwaarderingsstelsel;
d. Het niet voldoen aan voorwaarden en voorschriften van goed verhuurderschap kan leiden tot het intrekken van de vergunning als bedoeld in artikel 26 van de Huisvestingswet.
Het vergunningenregime inzake splitsing in appartementen heeft alleen betrekking op bestaande woningbouw. De vergunning ziet alleen toe op het splitsen van het zakelijke recht op het gebouw. Het aantal bij de splitsing betrokken woningen wijzigt door deze vergunning niet. De vergunning wordt verleend overeenkomstig de bijgevoegde splitsingstekening.
Artikel II. Inwerkingtreding verordening
Deze wijzigingsverordening treedt de dag na bekendmaking in werking en kan worden aangehaald als “Wijzigingsverordening Huisvestingsverordening Leidschendam-Voorburg 2019”.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2021-192995.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.