Gemeenteblad van Alblasserdam
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Alblasserdam | Gemeenteblad 2021, 191239 | Overige besluiten van algemene strekking |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Alblasserdam | Gemeenteblad 2021, 191239 | Overige besluiten van algemene strekking |
Nadere regels ter uitvoering van de Verordening Jeugdhulp gemeente Alblasserdam 2021
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Alblasserdam;
Gezien het voorstel d.d. 4 mei 2021 inzake verordening jeugdhulp gemeente Alblasserdam
Gelet op gelet op de artikelen 2 lid 6, 4 lid 3, 5 lid 7, 7 lid 5, 8 lid 10, 17 lid 4 van de Verordening Jeugdhulp gemeente <Alblasserdam 2021>;
de nadere regels ter uitvoering van de Verordening Jeugdhulp gemeente Alblasserdam
Artikel 2. Vervoersvoorziening
De adressen en tijden, die door de jeugdige of zijn ouder worden aangegeven op het ondertekende aanvraagformulier vervoer, worden gebruikt voor de planning van het vervoer. Incidentele wijzigingen van deze adressen en tijden zijn in principe niet mogelijk, onder incidentele wijzigingen worden verstaan: eenmalig vervoer van of naar een andere locatie of eenmalig andere vervoerstijden; in deze gevallen zorgt de jeugdige of zijn ouder zelf voor een andere oplossing.
Artikel 4. Uitvoering van de vervoersvoorziening
Na toekenning van een vervoersvoorziening vindt er tussen de jeugdige en zijn ouder en Stroomlijn B.V. in ieder geval afstemming plaats over de van toepassing zijnde dagen, de haal- en brengtijden, eventueel beperkende omstandigheden van de jeugdige ten aanzien van het vervoer en de van toepassing zijnde adressen.
Artikel 5. Toegang behandeling Ernstige Enkelvoudige Dyslexie
De diagnostiek en behandeling van Ernstige Enkelvoudige Dyslexie (EED) is pas toegankelijk voor de jeugdige nadat de EED-specialist van het verantwoordelijk samenwerkingsverband voor de uitvoering van Passend Onderwijs van de betreffende school voor primair onderwijs of voortgezet onderwijs van oordeel is dat diagnostiek dan wel de behandeling van Ernstige Enkelvoudige Dyslexie noodzakelijk is.
Artikel 6. Voorwaarden aan de uitvoering van het onderzoek
De vaststelling of de eigen mogelijkheden en het probleemoplossend vermogen van de jeugdige of zijn ouder ontoereikend zijn, op basis artikel 2.3 van de Jeugdwet en artikel 5 lid 3 van de Verordening Jeugdhulp gemeente Alblasserdam, komt tot stand op basis van een door het jeugdteam uitgevoerd onderzoek op basis van een methodische werkwijze, waarbij door het jeugdteam met de jeugdige of zijn ouder:
Indien blijkt dat de eigen mogelijkheden en het probleemoplossend vermogen van de jeugdige en zijn ouder en hun sociaal netwerk ontoereikend zijn om de hulp, zorg en ondersteuning naar aard en omvang voor de vastgestelde problemen en stoornissen zelf te kunnen bieden, wordt met de jeugdige of zijn ouder nader onderzoek gedaan naar en rekening houdend met de godsdienstige gezindheid, de levensovertuiging en de culturele achtergrond van de jeugdige of zijn ouder:
Artikel 7. Voorwaarden aan een aanvraag individuele voorziening jeugdhulp
Het actieplan bevat ten minste de onderdelen a t/m n, zoals genoemd in lid 3 van dit artikel als ook de invulling van artikel 6 lid 6 van de Nadere Regels en het advies van Stichting Jeugdteams. Dit advies gaat nader in op de hulp, zorg en ondersteuning die naar aard en omvang volgens de jeugdprofessional nodig is voor de genoemde problemen en stoornissen, in hoeverre de jeugdprofessional de eigen mogelijkheden en het probleemoplossend vermogen van de ouder en het netwerk toereikend achten om te voorzien in deze hulp, zorg en ondersteuning en de al dan niet in te zetten (individuele) voorziening(en).
Indien een jeugdige of zijn ouder geen gebruik maakt van een ondertekend actieplan voor het indienen van een aanvraag voor een individuele voorziening, zoals genoemd in artikel 6 lid 4 van de Verordening Jeugdhulp, dient de jeugdige of zijn ouder schriftelijk een aanvraag in bij het jeugdteam van deze gemeente waarbij de aanvraag in ieder geval de volgende gegevens omvat:
indien de jeugdige of zijn ouder dit wensen, de motivatie waarom zij voor de individuele voorziening die wordt aangevraagd de inzet van een gecontracteerde jeugdhulpaanbieder niet passend achten met als doel dat het college aan de jeugdige een persoonsgebonden budget verstrekt dat de jeugdige en zijn ouder in staat stelt de jeugdhulp die tot de individuele voorziening behoort van derden te betrekken;
Artikel 8. Voorwaarden voor toekenning van een individuele voorziening
Als bijlage bij de nadere regels is een door het college opgestelde 'richtlijn' gevoegd met daarin een afwegingskader wat wordt verstaan onder 'gebruikelijke hulp' en hoe daarin moet worden gehandeld bij een aanvraag om jeugdhulp.
Als tijdens het onderzoek zoals bedoeld in artikel 5 van de Verordening Jeugdhulp van deze gemeente blijkt dat sprake is van een vermindering van het aantal te verlenen eenheden jeugdhulp ten opzichte van de lopende beschikking voor deze jeugdige, kan bij wijze van overgangsperiode eenmalig een voorziening voor maximaal 12 weken worden verleend. Voor de overgangsperiode wordt maximaal het aantal eenheden jeugdhulp toegekend, die in de laatst afgegeven beschikking voor een gelijke periode was toegekend.
Artikel 10. Levering van een individuele voorziening met een pgb
In aanvulling op artikel 8.1.1 lid 4 van de Jeugdwet en artikel 8 lid 1 van de Verordening Jeugdhulp verstrekt het college alleen een individuele voorziening in de vorm van een pgb:
als naar het oordeel van het college is gewaarborgd dat de jeugdhulp die de jeugdige of zijn ouder willen betrekken van een jeugdhulpaanbieder of een persoon die behoort tot het sociale netwerk, van goede kwaliteit is, zoals is gesteld in artikel 6. van de Beleidsregels voor jeugdhulpaanbieders of artikel 16. van de Nadere regels voor het sociaal netwerk en bijdraagt aan het beoogde resultaat;
Artikel 11. Kwaliteitseisen aan jeugdhulpaanbieders die worden ingezet met een pgb
In aanvulling op de in hoofdstuk 4 van de Jeugdwet gestelde eisen gelden de volgende kwaliteitseisen voor jeugdhulpaanbieders en jeugdhulpverleners, die met een pgb worden ingezet:
Een jeugdhulpaanbieder of jeugdhulpverlener mag geen jeugdhulp bieden na onherroepelijke veroordeling, berisping en gedurende een onderzoek vanwege ondeskundige zorg, het handelen in strijd met de Jeugdwet, het Besluit en de gemeentelijke voorwaarden en beleid, misleiding, fraude en uitbuiting personeel;
Artikel 12. Gebruik zorgovereenkomst
De jeugdige of zijn ouder zijn verplicht tot het gebruik van de zorgovereenkomsten van de Sociale Verzekeringsbank voor het vastleggen van afspraken over de te leveren jeugdhulp in het kader van het pgb.
Artikel 13. Begroting met betrekking tot de besteding van het pgb
Het college stelt de hoogte van het pgb vast op basis van de door de jeugdige of zijn ouder ondertekende aanvraag in de zin van artikel 7 van de Verordening Jeugdhulp en een begrotingsplan. Het begrotingsplan geeft informatie over de concrete invulling en de besteding van een pgb. In het begrotingsplan worden de door de jeugdhulpaanbieder/-verlener of het sociaal netwerk in rekening gebrachte kosten per eenheid voor de individuele voorziening vermeld, het aantal af te nemen eenheden alsook voor welke problemen de betreffende jeugdhulp wordt ingezet.
Artikel 15. Voorwaarden voor de inzet van het sociaal netwerk
Een individuele voorziening jeugdhulp ten behoeve van de inzet van het sociaal netwerk kan alleen worden toegekend, nadat is vastgesteld dat de eigen mogelijkheden en het probleemoplossend vermogen van de ouder(s) ontoereikend zijn om zelf deze hulp, zorg en ondersteuning te kunnen bieden conform artikel 2.3 van de Jeugdwet en artikel 6 van de Nadere regels, waarbij tevens is vastgesteld dat:
de persoon uit het sociaal netwerk deze hulp, zorg en ondersteuning alleen wil bieden als aan de noodzakelijke randvoorwaarde is voldaan voor wat betreft het verstrekken van een financiële vergoeding voor deze hulp, zorg en ondersteuning, omdat deze persoon uit het sociaal netwerk door het bieden van jeugdhulp aan de jeugdige zodanig verhinderd wordt, dat deze persoon zelf niet voldoende kan bijdragen aan noodzakelijk gezinsinkomen, waarbij:
een deskundige vaststelt wat het noodzakelijk gezinsinkomen is op basis van de uitgaven van vergelijkbare gezinnen. Hierbij wordt het 'persoonlijk budgetadvies' van het NIBUD gebruikt voor de vaststelling van het huishouden, de gezinsinkomsten en wat een vergelijkbaar huishouden minimaal nodig heeft voor de uitgaven van het huishouden.
Artikel 16. Eisen aan het sociaal netwerk voor het betrekken van jeugdhulp
Het betrekken van jeugdhulp voor een individuele voorziening van personen uit het sociaal netwerk mag uitsluitend indien zij:
Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Alblasserdam van 4 mei 2021.
de secretaris de burgemeester
S. van Heeren J.G.A. Paans
Onderstaande lijst ondersteunt jeugdigen, ouders en jeugdprofessionals bij de beoordeling of de hulp, zorg en ondersteuning die jeugdige en zijn ouders wensen in te zetten een individuele voorziening jeugdhulp, jeugdhulpaanbieder of jeugdhulpverlener is, zoals deze zijn gedefinieerd in resp. artikel 2 van de Verordening Jeugdhulp en hoofdstuk 1 van de Jeugdwet.
Komt een vorm van hulp, zorg of ondersteuning niet op de lijst voor, dan betekent dit niet per definitie dat deze vorm van hulp, zorg of ondersteuning kan worden toegekend. Ieder individueel geval wordt altijd afgewogen tijdens het onderzoek. De eindverantwoordelijkheid voor het toekennen of afwijzen van een voorziening ligt bij het college.
AV Zvw - Aanvullende verzekering Zorgverzekeringswet
BV Zvw - Basisverzekering Zorgverzekeringswet
Wmo - Wet maatschappelijke ondersteuning
Omschrijving - Onderwerp dat wordt toegelicht
Jeugdwet? In principe geen jeugdhulp, tenzij onder de vermelde voorwaarden
Voorwaarden - Voorwaarden voor financiering
Extra informatie - Toelichting op het onderwerp
Andere of algemene voorziening Toelichting welke andere of algemene voorziening kan worden benut op het gebied van zorg, onderwijs, maatschappelijke ondersteuning of werk en inkomen, anders dan in het kader van een individuele voorziening voortvloeiend uit de Jeugdwet. Deze andere of algemene voorziening kan niet worden gefinancierd met een persoonsgebonden budget onder de Jeugdwet.
Geen individuele voorziening jeugdhulp onder artikel 2, Verordening jeugdhulp |
Mogelijk aanvullende zorgverzekering. informeer bij de zorgverzekeraar |
|||
Op grond van de nadere regels kan een pgb alleen worden aangewend ten behoeve van een individuele voorziening jeugdhulp. Daarbij moet de jeugdige of zijn ouder zelf in staat zijn de aan een Pgb verbonden taken uit te voeren. |
||||
-Het jeugdteam heeft vastgesteld dat er sprake is van het bieden van jeugdhulp onder de noemer sociaal netwerk. |
Een au pair is een persoon van niet Nederlandse nationaliteit die participeert in een cultureel uitwisselingsprogramma. De hoofddoelstelling van het verblijf is de culturele uitwisseling en de overige werkzaamheden zijn nevenactiviteiten waarbij niet concreet is geregeld welke werkzaamheden een au pair wel of niet mag doen. Het is daardoor mogelijk dat een au pair bv. een kind met een verstandelijke beperking begeleidt met een pgb. U moet wel rekening houden met bepaalde fiscale aspecten. De SVB kan u hierover informeren. (www.svb.nl) |
|||
Door het jeugdteam is vastgesteld dat er sprake is van een individuele voorziening jeugdhulp, namelijk begeleiding |
Te denken valt hierbij aan begeleiding bij praktijklessen als schoolzwemmen of schoolgym of bij de omgang met andere kinderen, lunchpauze en/of bij spel. verantwoordelijkheid van de school onder Passend Onderwijs. Ook het plannen en structureren van schoolse zaken als huiswerk is in principe de verantwoordelijkheid van de ouder. |
|||
Het jeugdteam heeft vastgesteld dat er sprake is van een individuele voorziening jeugdhulp, namelijk begeleiding |
Het gaat hier bijv. om het tijdelijk ondersteunen in het aanbrengen van structuur, het stimuleren en aanzetten tot activiteit en daardoor het uitvoeren van vaardigheden die de zelfredzaamheid bevorderen |
|||
Op grond van de nadere regels kan een pgb alleen worden aangewend ten behoeve van een individuele voorziening. Daarbij moet de jeugdige of zijn ouder zelf in staat zijn de aan een pgb verbonden taken uit te voeren. |
||||
Op grond van de nadere regels kan een pgb alleen worden aangewend ten behoeve van een individuele voorziening. Daarbij moet de jeugdige of zijn ouder zelf in staat zijn de aan een Pgb verbonden taken uit te voeren. |
||||
Op grond van de nadere regels kan een pgb alleen worden aangewend ten behoeve van een individuele voorziening. Daarbij moet de jeugdige of zijn ouder zelf in staat zijn de aan een Pgb verbonden taken uit te voeren. |
||||
Op grond van de nadere regels kan een pgb alleen worden aangewend ten behoeve van een individuele voorziening. Daarbij moet de jeugdige of zijn ouder zelf in staat zijn de aan een Pgb verbonden taken uit te voeren. |
||||
Op grond van de nadere regels kan een pgb alleen worden aangewend ten behoeve van een individuele voorziening. |
||||
Geen individuele voorziening jeugdhulp onder artikel 2, Verordening jeugdhulp |
||||
Geen individuele voorziening jeugdhulp onder artikel 2, Verordening jeugdhulp |
||||
Cursus/training opvoeden en opgroeien voor ouders/verzorgers in groepsverband, collectieve voorziening |
Er sprake is van jeugdhulp voor het omgaan met gedragsproblemen en het aanleren van opvoed- vaardigheden |
Geen individuele voorziening jeugdhulp onder artikel 2, Verordening jeugdhulp Dit wordt geboden door een andere of algemene voorziening, bijvoorbeeld CJG, jeugdgezondheidszorg of jeugdteam |
||
Er sprake is van een individuele training gericht op het omgaan met psychosociale of psychische problemen |
Geen individuele voorziening onder artikel 2, Verordening jeugdhulp. Dit wordt geboden door een andere, voorliggende voorziening, bijvoorbeeld CJG, jeugdgezondheidszorg |
|||
Als een jeugdige in detentie is dan valt hij/zij onder Justitie en wordt geen jeugdhulp onder de Jeugdwet ingezet. |
||||
therapie met / begeleiding met, begeleiding bij verzorging van. Dier wordt als middel gebruikt om een doel te bereiken. |
Een jeugdhulpverlener gebruik maakt van dieren bij de begeleiding en/of ondersteuning |
Dieren zijn geen jeugdhulpverlener zoals genoemd in de jeugdwet. |
||
Menzis regelt de vergoeding van doventolkuren in privésituaties, ongeacht waar de jeugdige is verzekerd. http://www.menziszorgkantoor.nl/web/Consumenten/ZorgNodig/DoventolkZorg.htm |
||||
Het eigen netwerk van de jeugdige wordt geacht de jeugdige te voorzien in de bekostiging van vrijetijdsbesteding. |
||||
Het eigen netwerk van de jeugdige wordt geacht de jeugdige te voorzien in de (bekostiging van) begeleiding bij vrijetijdsbesteding. |
||||
Evalueren is onderdeel van de te leveren zorg en maakt daarmee onderdeel uit van de gewerkte zorguren van de zorgverlener. Zie ook ‘Overheadkosten’. |
||||
Geen individuele voorziening jeugdhulp onder artikel 2, Verordening jeugdhulp Het eigen netwerk van de jeugdige wordt geacht de jeugdige te voorzien in de begeleiding bij familiebezoek. |
||||
Vorm van psychosociale hulpverlening waarbij wordt uitgegaan van de mogelijkheden van de cliënt |
Mogelijk aanvullende zorgverzekering, informeer bij uw zorgverzekeraar |
|||
Geen individuele voorziening jeugdhulp onder artikel 2, Verordening jeugdhulp |
||||
Geen individuele voorziening jeugdhulp onder artikel 2, Verordening jeugdhulp. Dit is een algemene voorziening, die wordt geboden door het jeugdteam. |
||||
Op grond van de nadere regels kan een pgb alleen worden aangewend ten behoeve van een individuele voorziening. |
||||
De jeugdhulpverlener gebruik maakt van dieren bij de begeleiding en/of ondersteuning |
Dieren zijn geen jeugdhulpverlener zoals genoemd in de jeugdwet. |
|||
Hulpmiddelen (zoals protheses, speciaal schoeisel, rolstoel) |
||||
Op grond van de nadere regels kan een pgb alleen worden aangewend ten behoeve van een individuele voorziening. |
||||
Geen individuele voorziening jeugdhulp onder artikel 2, Verordening jeugdhulp Het eigen netwerk van de jeugdige wordt geacht de jeugdige te voorzien in de bekostiging van vrijetijdsbesteding. |
||||
Geen individuele voorziening jeugdhulp onder artikel 2, Verordening jeugdhulp |
||||
Geen individuele voorziening jeugdhulp onder artikel 2, Verordening jeugdhulp |
||||
Geen individuele voorziening jeugdhulp onder artikel 2, Verordening jeugdhulp |
||||
Er is sprake van een andere voorziening. Het betreft aanleren schoolse vaardigheden. |
||||
Geen individuele voorziening jeugdhulp onder artikel 2, Verordening jeugdhulp |
||||
Dit zijn tastbare goederen, die nodig zijn bij het verlenen van jeugdhulp |
||||
Geen individuele voorziening jeugdhulp onder artikel 2, Verordening jeugdhulp Het eigen netwerk van de jeugdige wordt geacht de jeugdige te voorzien in de bekostiging van vrijetijdsbesteding. |
||||
Geen individuele voorziening jeugdhulp onder artikel 2, Verordening jeugdhulp |
||||
Geen individuele voorziening jeugdhulp onder artikel 2, Verordening jeugdhulp |
||||
-De jeugdige niet meer terugkeert in het onderwijs -Dagbesteding (tijdelijk) wordt ingezet voor het bereiken van doelen voortkomend uit problemen en/of stoornissen van de jeugdige |
-Dit betreft jeugdigen die op leerplichtige leeftijd uitstromen uit het onderwijs veelal met een leerplichtontheffing. -De jeugdige krijgt een persoonlijk plan in de vorm van een onderwijs/zorgarrangement waar dagbesteding onderdeel van uitmaakt. De dagbesteding wordt specifiek ingezet om de jeugdige te laten werken aan doelen voortkomend uit problemen en/of stoornissen ten behoeve van terugkeer in het (speciaal) onderwijs. |
|||
Is een integraal onderdeel van het uurtarief van de jeugdhulpverlener, deze kosten kunnen niet separaat worden gedeclareerd |
||||
Een jeugdhulpverlener gebruik maakt van dieren bij de begeleiding en/of ondersteuning |
Dieren zijn geen jeugdhulpverlener zoals genoemd in de jeugdwet. |
|||
Geen individuele voorziening jeugdhulp onder artikel 2, Verordening jeugdhulp |
||||
Geen individuele voorziening jeugdhulp onder artikel 2, Verordening jeugdhulp |
||||
Geen individuele voorziening jeugdhulp onder artikel 2, Verordening jeugdhulp |
||||
Er door het jeugdteam is vastgesteld dat er sprake is van individuele begeleiding voor het aanleren van algemene plannings- en structurerings-vaardigheden van de dag of week in zijn totaliteit. |
||||
Reiskosten van de jeugdige naar en van de jeugdhulpinstelling |
Zie de vervoersregeling op de website van de Serviceorganisatie Jeugd ZHZ |
|||
Reiskosten woon-werkverkeer van jeugdhulpverlener zijn voor eigen rekening |
||||
Door het jeugdteam is vastgesteld dat er sprake is van (dreigende) overbelasting van de ouder door de zorg voor een jeugdige met een lichamelijke, zintuiglijke en/of verstandelijke beperking, en/of een psychiatrische of somatische aandoening |
Jeugdhulp, die in dit kader die vergoed kan worden uit een pgb is begeleiding, dagbesteding of kortdurend verblijf bij een aanbieder of bij het sociale netwerk, niet zijnde het eigen gezin. |
|||
Geen individuele voorziening jeugdhulp onder artikel 2, Verordening jeugdhulp. Het eigen netwerk van de jeugdige wordt geacht de jeugdige te voorzien in de bekostiging van en begeleiding bij vrijetijdsbesteding. |
||||
Het eigen netwerk van de jeugdige wordt geacht de jeugdige te voorzien in de bekostiging van en begeleiding bij vrijetijdsbesteding. |
||||
Door het jeugdteam is vastgesteld er sprake is van een vorm van jeugdhulp, zijnde begeleiding. |
Er moet sprake zijn van begeleiding. De uitstapjes zelf mogen niet |
|||
Geen individuele voorziening jeugdhulp onder artikel 2, Verordening jeugdhulp |
||||
Is een integraal onderdeel van het uurtarief van de jeugdhulpverlener, deze kosten kunnen niet separaat worden gedeclareerd |
||||
Vervoer van school naar een buitenschoolse/ naschoolse opvanginstelling van een jeugdige |
Er is sprake van een andere voorziening. Vervoer moet worden geregeld via de buitenschoolse /naschoolse opvanginstelling |
|||
Vervoerskosten van een jeugdige van en/of naar de locatie van een jeugdhulpaanbieder |
Zie de vervoersregeling op de website van de Serviceorganisatie Jeugd ZHZ. |
|||
Geen losstaande individuele voorziening jeugdhulp onder artikel 2, Verordening jeugdhulp. Maakt onderdeel uit van een behandeling. |
||||
Het eigen netwerk van de jeugdige wordt geacht de jeugdige te voorzien in vrijetijdsbesteding. |
||||
Begeleiding bij vrijetijdsbesteding mag niet vanuit het Pgb jeugdhulp gefinancierd worden wanneer het doel participatie en recreatie is. Mee gaan met winkelen kan bijv. niet vanuit het pgb gefinancierd worden. |
||||
Geen losstaande individuele voorziening jeugdhulp onder artikel 2, Verordening jeugdhulp. Maakt onderdeel uit van een behandeling. |
||||
Op grond van de nadere regels kan een pgb alleen worden aangewend ten behoeve van een individuele voorziening. |
||||
Op grond van de nadere regels kan een pgb alleen worden aangewend ten behoeve van een individuele voorziening. Daarbij moet de jeugdige of zijn ouder zelf in staat zijn de aan een Pgb verbonden taken uit te voeren. |
||||
aan de voorwaarden wordt voldaan die de overheid stelt aan deze |
Meer informatie over buitenlanders die in Nederland zorg verlenen vindt u op : http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/nieuw-in-nederland/vergunningen-buitenlandse-werknemers |
|||
Het eigen netwerk van de jeugdige wordt geacht de jeugdige te voorzien in de bekostiging van vrijetijdsbesteding. Zie ook de invulling van ‘gebruikelijke zorg’ op de website van de Serviceorganisatie |
||||
Het eigen netwerk van de jeugdige wordt geacht de jeugdige te voorzien in de bekostiging van vrijetijdsbesteding. Zie ook de invulling van ‘gebruikelijke zorg’ op de website van de Serviceorganisatie |
Bijlage Nadere regels jeugdhulp: Richtlijn gebruikelijke hulp Alblasserdam
Alblasserdam wil maximaal in blijven zetten op zelfredzaamheid en eigen kracht. Alblasserdam wil dat alle zorgpartijen zich aansluiten bij deze richtlijn om doorverwijzen naar andere zorgprofessionals te voorkomen.
Gebruikelijke hulp is in de Verordening Jeugdhulp als volgt gedefinieerd: ‘hulp en zorg die naar algemeen aanvaarde maatstaven in redelijkheid mag worden verwacht van ouders en/of andere verzorgers of opvoeders (hierna ouders te noemen)’. Het college is vrij om eigen beleid over gebruikelijke hulp vast te stellen. Veel gemeenten hebben geregeld dat alleen als sprake is van boven-gebruikelijke hulp ouders aanspraak kunnen maken op een jeugdhulpvoorziening. Het gaat dan om hulp en zorg die substantieel intensiever is dan wat gemiddeld gebruikelijk is bij jeugdigen van dezelfde leeftijd met een normale ontwikkeling.
Het college hoeft geen voorziening voor jeugdhulp toe te kennen voor zover de eigen mogelijkheden en het probleemoplossend vermogen toereikend zijn. Dit volgt uit artikel 2.3 van de Jeugdwet en de jurisprudentie. Dat wordt ook wel eigen kracht genoemd. Terwijl de eigen kracht ziet op het hele gezinssysteem, gaat het bij gebruikelijke hulp om de hulp die ouders aan hun kind kunnen bieden. Uit de jurisprudentie volgt ook dat boven-gebruikelijke hulp onder omstandigheden van ouders mag worden verwacht.
Met deze richtlijn wordt artikel 3 van de Nadere regels jeugdhulp uitgewerkt en geeft dit een objectief afwegingskader om te beoordelen of, en zo ja, in hoeverre sprake is van gebruikelijke hulp.
Hoofdlijnen gebruikelijke hulp
Eigen kracht en het aanspreken van het eigen netwerk van inwoners is een belangrijk uitgangspunt binnen het beleid sociaal domein van de gemeente.
Bij toekenning van jeugdhulp wordt gekeken naar de gemiddelde tijdsbesteding die bij die activiteit bij een jeugdige met een normale ontwikkeling van dezelfde leeftijd gebruikelijk is.
Voor de ontwikkeling naar zelfstandigheid en zelfredzaamheid van hun kind zijn ouder(s) verantwoordelijk voor:
Het is gebruikelijk dat ouders hun kind de dagelijkse zorg, hulp en ondersteuning bieden die past bij de levensfase van het kind. Het kan ook gaan om activiteiten die niet standaard bij alle jeugdigen noodzakelijk zijn, maar die wel als gangbare hulp en zorg van ouders aan kinderen kunnen worden gezien.
Bij jeugdigen met een chronische aandoening, ziekte, stoornis of beperking is het gebruikelijk dat ouders zo veel mogelijk de dagelijkse zorg leveren, ook als dat meer is dan gemiddeld bij gezonde kinderen van dezelfde leeftijd. Dit is een belangrijk uitgangspunt. Immers, ook bij gezonde kinderen van dezelfde leeftijd verschilt de inzet van de dagelijkse zorg van kind tot kind. Het ene kind ontwikkelt zich nu eenmaal anders dan het andere kind en heeft meer of minder begeleiding en zorg nodig.
Permanent toezicht is onafgebroken toezicht en actieve observatie gedurende het gehele etmaal, waardoor men op tijd kan ingrijpen als dat nodig is. Na het derde levensjaar is permanent toezicht geen gebruikelijke hulp meer (zie tabel).
Uit een uitspraak van de Centrale Raad van Beroep (CRvB) kan worden afgeleid dat boven-gebruikelijke hulp onder bepaalde omstandigheden ook van ouders kan worden verwacht en dus onder 'eigen kracht' kan vallen. Om dat vast te stellen moet goed onderzocht worden of sprake is van voldoende eigen kracht van ouders. Uit de uitspraak van de CRvB volgt dat de volgende factoren in ieder geval van belang zijn:
Als uit onderzoek naar deze factoren volgt dat de ouder(s) de benodigde hulp kunnen bieden zonder dat dit tot problemen leidt op één van deze terreinen, dan kan worden geconcludeerd dat sprake is van voldoende eigen kracht. Voor de vraag of dat zo is, moeten de volgende vragen worden onderzocht:
Als alle relevante factoren en belangen gewogen zijn en dit tot de conclusie leidt dat ouders de noodzakelijke hulp kunnen bieden, is sprake van voldoende eigen kracht en hoeft geen jeugdhulp toegewezen te worden . Indien noodzakelijk kunnen ouders een beroep doen op inkomensregelingen van de gemeente.
Ook wordt een redelijkheidstoets gedaan: wat mag in redelijkheid verwacht worden van de ouders en hun netwerk in de betreffende situatie. Dit gaat verder dan de vraag of de geboden ondersteuning als normaal of gangbaar gezien kan worden. Dit is ter afweging aan de jeugdprofessional in overleg met de aanvrager.
De beoordeling of hulp gebruikelijk is, hangt mede af van de leeftijd van het kind. De meeste kinderen vanaf 4 jaar zijn overdag zindelijk en gaan zelf naar het toilet, maar het is niet ongewoon dat een kind van deze leeftijd hier stimulans, hulp of toezicht bij nodig heeft. Ook bij andere ADLactiviteiten heeft het ene kind meer en/of langer sturing en begeleiding nodig dan het andere. Als een kind van 10 jaar nog toezicht nodig heeft bij het tandenpoetsen, is het gebruikelijk dat de ouder dit toezicht biedt.
Voorbeelden van gebruikelijke hulp
Van ouders kan worden verwacht dat zij hun kind:
vervoeren naar de locatie waar jeugdhulp geboden wordt. Als de jeugdige is aangewezen op speciaal vervoer, valt dit wel onder de Jeugdwet. Als de jeugdige niet in staat is om zelfstandig te reizen, vanwege een medische noodzaak of een gebrek aan zelfredzaamheid en ouders zijn daarbij niet in staat de jeugdige te zelf vervoeren of te laten vervoeren met het openbaar vervoer, dan valt dit ook onder de Jeugdwet.
Uitval of overbelasting van een ouder
Bij uitval van één van de ouders neemt de andere ouder de gebruikelijke zorg voor de jeugdige over. Hiervoor moet de ouder, als dat mogelijk is, aanspraak maken op zorgverlof. Is dit niet mogelijk, dan wordt gekeken naar andere voorliggende voorzieningen (kinderopvang, opvang op school, naschoolse opvang). Daarbij wordt gekeken naar wat in redelijkheid met mantelzorg (sociaal netwerk van het gezin) kan worden opgevangen. Zijn deze mogelijkheden maximaal benut of afwezig, dan is toewijzing van een individuele voorziening vanuit de jeugdhulp mogelijk. Hetzelfde geldt voor de uitval van de ouder in een éénoudergezin. Is geen hulp vanuit het eigen netwerk mogelijk, dan kan jeugdhulp worden ingezet, tenzij er alternatieven zijn in de vorm van een algemene voorziening (zoals maatjes, inzet vrijwilligers, etc.).
Wanneer de uitval van de ouder naar verwachting langer gaat duren en een langduriger oplossing nodig is, wordt naar een alternatieve en meer blijvende oplossing gezocht. Hierbij wordt ook de aanwezigheid van mantelzorg betrokken. Sommige hulp kan vanuit de ZvW of de WLZ worden ingezet, zeker als het kind ernstig en langdurig gehandicapt is.
De zorg voor een jeugdige kan zo zwaar worden, dat overbelasting bij de ouder(s) ontstaat. Om voor jeugdhulp in aanmerking te komen, moet de overbelasting van de ouder veroorzaakt worden door de hulp aan de jeugdige. Bij overbelasting door een drukke baan en/of nevenactiviteiten, ligt de verantwoordelijkheid voor een oplossing hier in eerste instantie bij de ouders zelf. Bijvoorbeeld in aanpassingen in de leefsituatie, op het werk en/of in de nevenactiviteiten. Bij de eventuele toewijzing van jeugdhulp wordt hier eerst naar gekeken.
Wanneer een nieuwe/ herhaalde zorgtoewijzing wordt aangevraagd, wordt gekeken of en welke (aantoonbare) inspanningen zijn gedaan om de overbelasting terug te dringen. Ook hier wordt bij de zorgtoewijzing rekening mee gehouden.
Het kan zijn dat er sprake is van andere factoren waardoor ouders geen of niet voldoende gebruikelijke hulp kunnen leveren, zoals bij jeugdigen met ernstige verslavingsproblematiek en/of psychiatrische problematiek, of wanneer de ouders zelf met een licht verstandelijke beperking hebben. In alle gevallen zal eerst naar de eigen mogelijkheden en een voorliggend aanbod gekeken worden voor jeugdhulp aangevraagd kan worden.
Richtlijnen voor gebruikelijke hulp per leeftijdscategorie
Hier volgen algemene richtlijnen voor gebruikelijke hulp van ouders aan kinderen met een normaal ontwikkelingsprofiel per leeftijdscategorie. Deze kunnen worden gebruikt voor het beoordelen of jeugdhulp nodig is.
Jeugdigen van 0 tot en met 2 jaar
Jeugdigen van 5 tot en met 11 jaar
Jeugdigen van 12 tot en met 17 jaar
Bij een normaal ontwikkelingsprofiel worden jeugdigen vanaf het 18e levensjaar in staat geacht zelfstandig te kunnen wonen, al dan niet met begeleiding en een steunend netwerk.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2021-191239.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.