Gemeenteblad van Winterswijk
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Winterswijk | Gemeenteblad 2021, 167538 | Beleidsregels |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Winterswijk | Gemeenteblad 2021, 167538 | Beleidsregels |
Uitvoeringsprogramma VTH Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving 2021
Voor u ligt het Uitvoeringsprogramma VTH (vergunningverlening, toezicht en handhaving) 2021 van de gemeente Winterswijk. Het uitvoeringsprogramma beschrijft zowel de wijze van vergunningverlening als de prioritering van handhavingstaken op het gebied van de fysieke leefomgeving (voorheen het Handhavingsuitvoeringsprogramma / HUP).
Vergunningverlening, toezicht en handhaving dragen bij aan een veilig en leefbaar Winterswijk. Deze bijdrage is het grootst als de inzet zich richt op de zaken die voor veiligheid en leefbaarheid het meest van belang zijn. Bij alle keuzes die wij maken wat betreft toezicht en handhaving is dat ons kompas om de beschikbare capaciteit zo effectief mogelijk in te zetten. Hierbij is rekening gehouden met vastgesteld (lokaal) beleid, zoals het Wabobeleidsplan en de bestuurlijke ambities zoals beschreven in het coalitieprogramma 2019-2022 “Winterswijk wint! Duurzaam en daadkrachtig d’ran”. In het Wabobeleidsplan zijn al enkele keuzes gemaakt welke onderwerpen meer of minder aandacht krijgen bij vergunningverlening, toezicht en handhaving van de regels voor de (leef)omgeving. Aan de hand van dit uitvoeringsprogramma geven we verdere invulling aan hoe de gestelde prioriteiten en doelen adequaat kunnen worden behaald. Daarbij maken we ook gebruik van de input die we in december 2020 bij de inwoners van Winterswijk hebben opgehaald met de enquête leefbaarheid en handhaving.
Met dit uitvoeringsprogramma wordt voldaan aan de wettelijke verplichtingen die opgenomen zijn in het Besluit omgevingsrecht (Bor) en de Ministeriële regeling omgevingsrecht (Mor). Het uitvoeringsprogramma wordt na vaststelling ter kennisname voorgelegd aan de gemeenteraad en de provincie Gelderland.
Dit uitvoeringsprogramma VTH heeft betrekking op de vergunningverlening, het toezicht en de handhaving op het gebied van:
Taken die zijn overgedragen aan de Omgevingsdienst Achterhoek (hierna: ODA) en de Veiligheidsregio Noord- en Oost Gelderland (hierna: VNOG) zijn in dit programma niet meegenomen. Deze partijen dragen zelf zorg voor de rapportages van hun werkzaamheden.
Zowel team Vergunningen als team Handhaving werken nauw samen met de politie, de ODA, de VNOG en het Regionaal Informatie en Expertise Centrum Oost Nederland (RIEC ON). Die samenwerking wordt in 2021 voortgezet om ondermijnende criminaliteit tegen te gaan. Opvallende casussen worden in brede samenwerking opgepakt. Samenwerking door informatie te delen, zorgt voor een completer beeld en leidt daarmee tot een betere aanpak van criminaliteit. In 2021 zetten we de intensivering van de samenwerking tussen de boa’s en de politie voort. Hiertoe ondertekenen we in 2021 een handhavingsarrangement met de politie. In dat handhavingsarrangement staan afspraken over de samenwerking tussen de politie en de buitengewoonopsporingsambtenaren (boa’s).
In Winterswijk zijn naast de gemeentelijke boa’s diverse groene boa’s actief. Het gaat om boa’s werkzaam bij de Omgevingsdienst Achterhoek en instanties als het Waterschap, Natuurmonumenten, Geldersch Landschap, Hengelsportfederatie Midden Nederland en Leisurelands. Om de samenwerking tussen de groene boa’s van de verschillende instanties te verbeteren en ondermijning in het buitengebied tegen te gaan, neemt Winterswijk deel aan de ‘Samenwerking Groene handhaving in Gelderland’ die vanuit de provincie Gelderland wordt georganiseerd. In het kader van die samenwerking wordt onder andere 1 à 2 keer per jaar een gezamenlijke controle on het buitengebied, de zogeheten ‘Groene nachten’, georganiseerd.
Hoofdstuk 2: Ontwikkelingen 2021
Op het gebied van vergunningverlening, toezicht en handhaving zijn diverse ontwikkelingen gaande. Deze paragraaf geeft een omschrijving van de belangrijkste wettelijke ontwikkelingen en wat die voor ons gaan betekenen.
Naar verwachting treedt de Omgevingswet per 1-1-2022 in werking. De Omgevingswet vervangt het huidige systeem van het omgevingsrecht. De nieuwe wet nodigt overheden uit om nog integraler te werken en ruimte te geven aan initiatieven via uitnodigingsplanologie. Ter voorbereiding op de inwerkingtreding van de wet treffen we in 2021 de volgende voorbereidingen:
Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb)
Zoals het er nu naar uitziet, treedt op 1-1-2022 de Wet kwaliteitsborging (Wkb) in werking. Deze wet - met als doel het verbeteren van de bouwkwaliteit en het bouwtoezicht - heeft samen met de Omgevingswet ingrijpende gevolgen voor het proces van bouwen, vergunningverlening en gemeentelijk toezicht.
Voor bepaalde bouwwerken als woningen en simpele bedrijfsgebouwen (gevolgklasse 1) geldt onder de nieuwe wet geen vergunningplicht meer maar een meldingsplicht. Dit laatste betekent een behoorlijke daling (naar schatting 45-70%) aan inkomsten uit bouwleges. Dit terwijl er wel werkzaamheden blijven bestaan en andere werkzaamheden bijkomen. Gemeenten krijgen vooralsnog geen compensatie voor deze inkomstendaling. Na 3 jaar wordt bekeken of ook voor de grotere gebouwen (gevolgklassen 2 en 3) een meldingsplicht gaat gelden.
Voor wat betreft het toezicht geldt dat private kwaliteitsborgers (onafhankelijke kwaliteitscontroleurs) toezicht gaan houden op het bouwproces. Uit het dossier dat de kwaliteitsborger bij de gereedmelding aan de gemeente overhandigt, moet dan blijken of een bouwwerk voldoet aan de bouwtechnische voorschriften. De gemeente controleert of dat dossier compleet is en of er geen 'ernstig vermoeden' bestaat dat niet overeenkomstig de nieuwbouwvoorschriften is gebouwd. De handhavingsbevoegdheden in het nieuwe stelsel blijven bij de gemeenten en gaan niet over op de private kwaliteitsborgers. Verder blijft de gemeente toetsen op aspecten als welstand, bestemmingsplan, bouwverordening en de veiligheid bij het uitvoeren van bouwwerkzaamheden.
Bij zowel vergunningverlening als handhaving is qua personele capaciteit al geanticipeerd op de komst van de Wkb. Bij vergunningen door te werken met tijdelijke inhuur die na inwerkingtreding en goede implementatie van de Wkb kan worden opgezegd. Bij handhaving door sinds 2019 een vacature toezichthouder Bouw en RO (1fte) niet in te vullen. Hierdoor is er wel tijdelijk te weinig capaciteit om voldoende (conform Wabobeleidsplan) gebiedsgericht toezicht uit te voeren. Ook zijn een aantal projecten uitgesteld. Na inwerkingtreding van de Wkb is daar als het goed is weer meer ruimte voor. Al bestaat er nog onzekerheid over een deel van de werklast die de Wkb zelf met zich mee gaat brengen. Mogelijk is bijvoorbeeld meer repressief toezicht nodig met meer handhavingsprocedures tot gevolg. De praktijk zal dit moeten uitwijzen.
Ter voorbereiding op de inwerkingtreding van de Wkb worden in 2021 de volgende voorbereidingen getroffen:
Afvoer en opslag ontruimde inboedels: B&W verantwoordelijk
Door een wetswijziging draagt de gemeente per 1 april 2021, ten laste van de verhuurder/executant, zorg voor het afvoeren en opslaan van de roerende zaken die bij een ontruiming van een woning op straat geplaatst zijn. Als de inboedel niet binnen 13 weken wordt opgehaald, kan de gemeente de zaken verkopen of vernietigen. De kosten kunnen worden doorbelast aan de verhuurder. De VNG is nog met de Koninklijke Beroepsorganisatie van Gerechtsdeurwaarders in gesprek om te bezien of er werkafspraken kunnen worden gemaakt om deze taak goed te kunnen uitvoeren.
2.2 Maatschappelijke ontwikkelingen
Om verspreiding van het coronavirus zoveel mogelijk tegen te gaan, bestaat sinds 1 december 2020 de Tijdelijke Wet Maatregelen COVID-19 (Coronawet). Handhavers – boa’s en politie - zijn ingezet om ervoor te zorgen dat de maatregelen uit die wet worden nageleefd. Zij spreken organisaties, ondernemers en burgers aan op het niet naleven van de maatregelen. Handelen in strijd met de coronawet is een overtreding waarvoor bestuurlijke strafbeschikking of boete kan worden opgelegd. Ook bestuursrechtelijk optreden is mogelijk. Het toezicht en de handhaving van de Coronawet kost de nodige capaciteit. Zowel aan inzet van boa’s, maar ook aan juridische capaciteit bij zowel Vergunningen als Handhaving en de inzet van de Ambtenaar Openbare Orde en Veiligheid. Vanuit de politie krijgen onze juristen regelmatig het verzoek om ook bestuursrechtelijk (last onder dwangsom) op te treden vanwege een overtreding van de Coronawet. Verder brengen de vele wijzigingen in de Coronawet werkdruk met zich mee. Na een wijziging zitten veel ondernemers met vragen die voor ons ook niet altijd makkelijk te beantwoorden zijn. Onder andere vanwege onduidelijkheden in de wet. Om deze werkdruk te ondervangen is er voor 2021 tijdelijk extra ondersteuning voor de ambtenaar openbare orde en veiligheid ingehuurd voor 16 uur in de week.
Verschuiving in juridische werkzaamheden
De afgelopen jaren is het takenpakket van de juridisch medewerkers Handhaving behoorlijk uitgebreid. Naast reguliere handhavingszaken zoals bouw, ruimtelijke ordening en APV zijn er de afgelopen jaren steeds meer werkzaamheden bijgekomen. Denk aan het opleggen van huisverboden, gebiedsverboden, maatregelen naar aanleiding van de wet aanpak woonoverlast en de wet verplichte GGZ. Daarnaast vraagt de politie de gemeente steeds vaker om naast het strafrechtelijke traject ook bestuursrechtelijk op te treden. Bijvoorbeeld bij constatering drugs in een woning, afvaldumpingen en de aanwezigheid van inbrekerswerktuigen. Door een toename van voornoemde werkzaamheden is er bij de juristen te weinig capaciteit om alle reguliere handhavingszaken nog (tijdig) op te pakken en de boa's en toezichthouders goed te ondersteunen. De verwachting is op dit moment niet dat die werkzaamheden de komende jaren minder gaan worden. Voor 2021 is dit ondervangen door tijdelijk juridische ondersteuning in te huren voor 0-16 uur per week.
Hieronder vindt u een overzicht van de beschikbare formatie binnen team Vergunningen. Voor de berekening van de beschikbare capaciteit is uitgegaan van 1648 uren per fte.
Toelichting op beschikbare formatie
Door met tijdelijke inhuur te werken anticiperen we op de komende Wet kwaliteit bouw en de Omgevingswet. Als de Omgevingswet in werking treedt is inzet op deze functies niet meer in deze omvang nodig. Bij deze formatie is niet de formatie voor team Ruimtelijke Ontwikkelingen opgenomen – bestemmingsplannen.
Hieronder vindt u een overzicht van de beschikbare formatie binnen team Handhaving. Voor de berekening van de beschikbare capaciteit is uitgegaan van 1648 uren per fte.
Toezichthouder APV en bijzondere wetten (met BOA-bevoegdheid) |
|
Tijdelijke inhuur 2 (juridisch) medewerkers (0-8 uur per week) en AOV’er (16 uur per week) |
|
Toelichting op beschikbare formatie
In 2019 is geanticipeerd op de komst van de Wet kwaliteitsborging bouw door 1 fte aan toezicht Bouw- en ruimtelijke ordening niet in te vullen. Doordat de inwerkingtreding van die wet is uitgesteld naar 1-1-2022, is ook in het jaar 2021 1 fte minder beschikbaar voor toezicht Bouw- en ruimtelijke ordening. Vanwege de onder paragraaf 2.2. genoemde maatschappelijke ontwikkelingen is wel tijdelijk extra capaciteit ingehuurd ten behoeve van de daaronder genoemde werkzaamheden.
Meldingen en handhavingsverzoeken met een spoedeisend karakter en bedreigende situaties hebben altijd prioriteit. Deze zaken worden altijd opgepakt.
Onder een spoedeisende situatie wordt verstaan:
Onder een bedreigende situatie wordt verstaan:
Verder vindt prioritering plaats op basis van gemeentelijk beleid (Wabobeleidsplan (bijlage 1)) en een risicoanalyse (bijlage 2). Ook is gekeken naar de uitgangspunten uit het coalitieprogramma 2019-2022, de ‘Programmabegroting 2019-2022’, het ‘Integraal Veiligheidsplan Achterhoek-Oost 2019-2022’ en de input die door middel van een enquête eind 2020 bij inwoners is opgehaald.
Alle wettelijke taken en ambities zijn afgezet tegen de beschikbare capaciteit. Conclusie is dat er onvoldoende capaciteit beschikbaar is om in 2021 op alle onderwerpen handhaving in te zetten. Het gaat dan om de handhaving op onderwerpen als:
Dergelijke projecten kunnen binnen de bestaande formatie van team Handhaving niet worden opgepakt. Bovendien hebben dergelijke projecten ook gevolgen voor de benodigde capaciteit bij vergunningen en ruimtelijke ontwikkeling. Willen we dergelijke projecten oppakken, dan is daar extra capaciteit voor nodig. Vanwege het ontbreken van die capaciteit wordt in 2021 ten aanzien van bovengenoemde onderwerpen alleen opgetreden bij klachten/meldingen en ter voorkoming van nieuwe gevallen. Voor wat betreft het Theseus project starten we in 2021 wel met een data-analyse. De opgehaalde data wordt besproken in een bijeenkomst met politie/gemeente en eventueel andere partijen die betrokken moeten zijn. Uit die data-analyse kunnen we afleiden hoe groot de problematiek op bedrijventerreinen is en kunnen we een betere inschatting maken van de benodigde capaciteit en kosten.
Wat we in 2021 binnen de beschikbare capaciteit kunnen uitvoeren en welke doelstellingen we willen behalen, is in paragraaf 4.4. per taakveld uitgewerkt. In bijlage 3 zijn deze activiteiten vertaald naar de beschikbare uren. Deze uren zijn richtinggevend.
4.4.2 Openbare Orde en Veiligheid
4.4.3 Bouwen en Ruimtelijke Ordening
4.4.4 Doelstellingen APV en bijzondere wetten
4.4.5 Handhaving Drank- en Horecawet
Bijlage 2 Risicoanalyse APV en bijzondere Wetten
Beperkt risico (score 1 t/m 3)
Groot risico (scores 11 t/m 25)
Bijlage 3 Specificatie inzet beschikbare uren team Handhaving APV en bijzondere wetten
Bouwen en Ruimtelijke Ordening
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2021-167538.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.