Beleidsregel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Oirschot houdende regels omtrent bekostiging voor leerlingenvervoer (Beleidsregels bekostiging leerlingenvervoer gemeente Oirschot 2021)

Het College van burgemeester en wethouders van Oirschot;

 

Gelezen het voorstel aan het college van 2021;

 

Gelet op artikel 4:81 Algemene wet bestuursrecht en artikel 24 van de Verordening bekostiging leerlingenvervoer gemeente Oirschot 2021;

 

overwegende dat:

 

  • 1.

    vanuit de praktijk van de Kempengemeenten Bladel, Reusel-De Mierden, Eersel, Bergeijk en Oirschot blijkt dat voormelde verordening op een aantal punten verduidelijking / inkadering behoeft ;

  • 2.

    deze beleidsregels zijn opgesteld om aanvragen voor het leerlingenvervoer op een eenduidige manier te kunnen beoordelen.

 

besluit vast te stellen:

 

“Beleidsregels bekostiging leerlingenvervoer Oirschot 2021”

1 Onaanvaardbaar wangedrag: Regels met betrekking tot incidenten in het leerlingenvervoer (artikel 7.4 / 7.5)

 

Indien de vervoerder, de school of de ouders een incident meldt dat mogelijk gevolgen kan hebben voor het vervoer van de leerling(en) dan start het college een onderzoek. Het incident wordt besproken met de ouders van de betrokken leerling(en):

  • Indien het incident terug te voeren is op de ernstige verstandelijke handicap van de leerling en dus aan de leerling niet kan worden toegerekend, dan wordt met vervoerder, ouders en eventueel school een passende oplossing gezocht (bijv. begeleiding vervoer door ouders, eigen vervoer);

  • Indien het incident niet terug te voeren is op de handicap van de leerling, wordt het ongewenst gedrag aan de leerling toegerekend en treft het college sancties.

    Afhankelijk van de ernst van het incident ontvangen de ouders van het college een beschikking met:

    • a.

      een eerste waarschuwing, of

    • b.

      een tijdelijke uitsluiting, of

    • c.

      een (tijdelijke) uitsluiting zonder voorafgaande waarschuwing.

  • De gemeente koppelt de actie terug met de vervoerder en de school.

Ad. a. Een eerste waarschuwing

Ouders ontvangen een brief waarin wordt medegedeeld dat bij herhaling van het ongewenste gedrag de leerling voor een termijn van maximaal 4 weken wordt geschorst van leerlingenvervoer.

 

Ad. b. Tijdelijke uitsluiting

Vindt opnieuw ongewenst gedrag plaats dan ontvangen de ouders een brief waarin hen, onder verwijzing naar de waarschuwingsbrief, wordt medegedeeld dat de leerling voor een termijn van 1 dag tot maximaal 4 weken wordt uitgesloten van het leerlingenvervoer.

Als de leerling zich na de schorsing opnieuw schuldig maakt aan ongewenst gedrag, dan wordt de leerling uitgesloten van het leerlingenvervoer met een maximum van 2 maanden (exclusief vakanties).

 

Ad. c. Zeer ernstig incident

Indien de leerling zich schuldig maakt aan een zeer ernstig incident dan wordt de leerling, zonder waarschuwing vooraf, gedurende een periode van minimaal 3 maanden uitgesloten van het leerlingenvervoer. Onder een zeer ernstig incident wordt verstaan: een situatie waarin een leerling dreigt met geweld of feitelijk geweld gebruik tegen mede leerlingen en/of chauffeur (bijvoorbeeld: zwaaien met een mes of wapen dan wel het feitelijk gebruik ervan).

 

Chauffeur

Als uit het onderzoek blijkt dat het voorval moet worden toegerekend aan de chauffeur, treft het college met de vervoerder een gepaste maatregel tot oplossing van het probleem. Het college stelt de ouders en de school op de hoogte van het resultaat.

2 Individueel vervoer (artikel 19)

Met individueel vervoer wordt bedoeld, dat een leerling vanwege een beperking niet samen met andere leerlingen kan worden vervoerd. Gemeente Oirschot hanteert de beleidsregel dat individueel vervoer alléén wordt toegewezen indien de leerling ook individueel onderwijs ontvangt. Om dit vast te kunnen stellen, wordt het individuele ondersteuningsplan bij de aanvraag bijgevoegd, dat door school is opgesteld en waaruit blijkt dat de leerling aangewezen is op individueel onderwijs en dit ontvangt. Daarnaast geldt dat begeleiding in het aangepast vervoer voorliggend is aan individueel aangepast vervoer.

3 Centrale opstapplaats (artikel 10)

de gemeente maakt gebruik van opstapplaatsen voor alle leerlingen die gebruik maken van het aangepast vervoer. De leerlingen worden niet thuis voor de deur opgehaald, maar dienen zich, al dan niet onder begeleiding van de ouders/verzorgers, te begeven naar de door de gemeente aangewezen opstapplaats. Dit draagt bij aan een efficiëntere uitvoering van het vervoersplan, verzelfstandiging van de leerling en een verlaging van de vervoerskosten.

 

  • 1.

    Het college stelt één centrale opstapplaats per kern vast

  • 2.

    Per leerling wordt in principe één opstapplaats toegewezen die het dichtst bij het woonadres is gelegen.

  • 3.

    Bij de opstapplaats is voldoende ruimte voor de kinderen om, eventueel onder begeleiding van hun ouders/verzorgers, veilig te wachten.

4 Tweede opstapplaats (artikel 6 en 10)

Vervoer van leerlingen, die gebruik maken van het leerlingenvervoer, van/naar een tweede opstapplaats dan wel afzetadres is mogelijk als er voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:

 

  • 1.

    de leerling heeft recht op aangepast vervoer

  • 2.

    er is één andere opstapplaats, naast de structurele opstapplaats, toegestaan;

  • 3.

    vervoer naar een woning wordt toegestaan als door de ouders wordt aangetoond dat begeleiding van de leerling door henzelf of anderen onmogelijk is dan wel tot ernstige benadeling van het gezin zal leiden en een andere oplossing niet mogelijk is

  • 4.

    er dient één volwassene aanwezig zijn bij de tweede opstapplaats

  • 5.

    de opstapplaats ligt binnen de gemeentegrenzen van de gemeente Oirschot;

  • 6.

    er dient sprake te zijn van een vast patroon, dat wil zeggen één vaste opstapplaats alsook op vaste dagen per week;

  • 7.

    vervoer vanaf een opvangadres naar een woning, behoort in geen geval tot de mogelijkheden;

  • 8.

    indien het vervoer naar een tweede opstapplaats leidt tot individueel vervoer, of om andere redenen leidt tot hogere kosten dan vervoer naar de structurele opstapplaats, dan wel langere reistijd voor de overige leerlingen, behoudt het college zich het recht om het vervoer niet toe te staan.

5 Afwijkende schooltijden (artikel 13)

Aangepast vervoer op afwijkende tijden in verband met introductiedagen, verkorte lesdagen, proefwerkweken, studiedagen et cetera is niet mogelijk. Uitzondering hierop is het vervoer tijdens de eindexamenweken.

6. Stage (artikel 15)

Is de stage een onderdeel van het onderwijsprogramma (opgenomen in de schoolgids) en krijgt de leerling dagelijks leerlingenvervoer naar de school, dan bestaat de mogelijkheid tot aanspraak op leerlingenvervoer naar het stageadres. Het stageadres is dan ook als ‘school’ aangemerkt.

Hier geldt echter ook de dichtstbijzijnde toegankelijke stage. Het stageadres is gelegen op de route van de woning, dan wel de opstapplaats, naar de school. Als wordt aangetoond dat dit niet mogelijk is, dan kan het stageadres gelegen zijn binnen de grenzen van de gemeente Oirschot of binnen een maximale straal van 15 kilometer van de door de gemeente aangewezen opstapplaats. Ook moeten stagetijden aansluiten op de reguliere schooltijden. Op die manier kan het stagevervoer worden gecombineerd met het reguliere schoolvervoer.

 

Inwerkingtreding en citeertitel

“Deze beleidsregels treden in werking op de dag na bekendmaking hiervan en kunnen worden aangehaald als “Beleidsregels bekostiging leerlingenvervoer gemeente Oirschot 2021”

Aldus besloten in de vergadering van 23 maart 2021.

Burgemeester en wethouders van de gemeente Oirschot,

Mevrouw Saskia Willemsen,

Gemeentesecretaris

Mevrouw Judith Keijzers,

Burgemeester

Naar boven