Beleidsregels Drugshandel op straat Artikel APV 2:53 Algemene Plaatselijke Verordening Voerendaal

De burgemeester van de gemeente Voerendaal,

 

Overwegende dat:

 

een van de speerpunten in het veiligheidsbeleid van de gemeente Voerendaal een veilige en prettige woon-, werk- en leefomgeving voor haar inwoners is;

 

de Politie in de Lokale Driehoek van 25 juni 2020 verzocht heeft om integraal op te treden tegen straatdealers en daarbij naast strafrechtelijke instrumenten ook gebruik te maken van bestuursrechtelijke instrumenten;

 

het ingevolge artikel 2:53 van de Algemene Plaatselijke Verordening Voerendaal (APV) verboden is – onverminderd het bepaalde in de Opiumwet – om zich op een openbare plaats op te houden met het kennelijke doel om, al dan niet tegen betaling, middelen als bedoeld in de artikelen 2 of 3 van de Opiumwet, of daarop gelijkende waar te leveren, aan te bieden of te verwerven, daarbij behulpzaam te zijn of daarin te bemiddelen.

 

deze verbodsbepaling beoogt om drugshandel op straat te voorkomen en drugsoverlast terug te dringen;

 

de burgemeester ingevolge artikel 125 van de Gemeentewet en artikel 5:32 van de Algemene wet bestuursrecht over de bevoegdheid beschikt om aan overtreders van artikel 2:53 APV een last onder dwangsom op te leggen;

 

het opleggen van een last onder dwangsom aan overtreders van artikel 2:53 APV de rechterlijke toets heeft doorstaan (Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, ECLI: NL:RVS:2020:1117);

 

van het opleggen van een last onder dwangsom een preventieve werking uitgaat en dat met het opleggen van een last onder dwangsom wordt beoogd herhaling van de overtreding te voorkomen;

 

gelet op het bepaalde in artikel 2:53 APV, de Algemene wet bestuursrecht en artikel 125 van de Gemeentewet:

 

Besluit:

 

ter uitvoering van artikel 2:53 APV beleidsregels vast te stellen als

“Beleidsregels Drugshandel op straat Voerendaal”;

 

 

Verzoek politie

  • 1.

    Na overtreding van artikel 2:53 APV overhandigt politie namens de burgemeester een voorgedrukte informatieve brief dat een dwangsomprocedure zal worden gestart.

  • 2.

    De politie verzoekt de burgemeester via een bestuurlijke rapportage aan de betreffende overtreder een last onder dwangsom op te leggen.

  • 3.

    Het maakt daarbij niet uit of de overtreder in de gemeente Voerendaal woonachtig is.

  • 4.

    De last onder dwangsom geldt vanzelfsprekend alleen als de overtreder binnen de gemeente Voerendaal artikel 2:53 APV overtreedt.

  •  

Last onder dwangsom

  • 5.

    De burgemeester reikt op basis van de bestuurlijke rapportage, als de bestuurlijke rapportage daartoe aanleiding geeft, een voornemen last onder dwangsom uit aan de overtreder.

  • 6.

    Op grond van artikel 4:8 Algemene wet bestuursrecht wordt de overtreder in de gelegenheid gesteld zijn zienswijze ten aanzien van dit voornemen kenbaar te maken.

  • 7.

    Na het verstrijken van de zienswijzentermijn gaat de burgemeester over tot het opleggen van een definitieve last onder dwangsom.

  • 8.

    De hoogte van de dwangsom wordt daarbij gesteld op €5.000,00 per geconstateerde overtreding met een maximum van €20.000,00. Een dergelijke dwangsom is door de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State niet onevenredig hoog bevonden (ECLI:NL:RVS:2020:1117)

  •  

Bekendmaking last aan overtreder

  • 9.

    De beschikking, zijnde een last onder dwangsom, wordt per aangetekende en reguliere post verzonden aan (het laatst bekende adres van) de overtreder. Daarnaast wordt de politie verzocht om de beschikking uit te reiken aan de overtreder.

  •  

Overig

  • 10.

    De onderhavige beleidsregels vormen een richtlijn waarvan de burgemeester in voorkomende gevallen gemotiveerd kan afwijken.

  •  

Aldus vastgesteld door de burgemeester van Voerendaal op 20 april 2021.

DE BURGEMEESTER VAN VOERENDAAL,

W. Houben

Naar boven