Wijziging beleidsregels herziening, intrekking, terugvordering en invordering gemeente Asten 2018

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Asten;

 

Gelet op het bepaalde in het Wetboek van Burgerlijke rechtsvordering artikel 475c tot en met 475e.

 

besluit:

 

  • I.

    De Beleidsregels Herziening, intrekking, terugvordering en invordering als volgt te wijzigen:

Artikel 12. Vaststelling van de hoogte van de maandelijkse aflossingscapaciteit bij belanghebbenden met een uitkering, komt te luiden:

  • 1.

    Indien belanghebbende een uitkering ontvangt op grond van de Participatiewet, de IOAW of de IOAZ, hanteert het college 5% van de uitkeringsnorm inclusief vakantietoeslag als maandelijkse aflossingscapaciteit.

  • 2.

    In afwijking van het eerste lid geldt voor de belanghebbende die in een inrichting ter verpleging of verzorging verblijft een afwijkende beslagvrije voet, als bedoeld in het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering.

  • 3.

    In afwijking van het eerste en tweede lid zal op verzoek van de belanghebbende het college overeenkomstig het bepaalde in het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering een berekening uitvoeren om de juiste beslagvrije voet en daarmee de juiste hoogte van verrekening te bepalen en past het college de hoogte van het verrekende bedrag aan vanaf de datum waarop het college de gegevens die nodig zijn voor de berekening heeft ontvangen tenzij het college al eerder van die gegevens op de hoogte was indien blijkt dat hantering van het eerste lid niet correct was.

Artikel 13. Vaststelling van de duur en de hoogte van de maandelijkse aflossingscapaciteit bij uitstroom uit de Participatiewet, IOAW of IOAZ en bij debiteuren die geen recht hebben op algemene bijstand krachtens de Participatiewet, uitkering krachtens de IOAW en uitkering krachtens de IOAZ, komt te luiden:

  • 1.

    De hoogte van de maandelijkse aflossingscapaciteit bij beëindiging of intrekking van de uitkering wordt gedurende zes maanden na de verzenddatum van dit besluit, gesteld op het bedrag dat belanghebbende maandelijks reeds afloste tijdens de bijstandsperiode of periode waarin een uitkering op grond van de IOAW of IOAZ is ontvangen tenzij:

    • a.

      er aanwijzingen zijn dat belanghebbende over voldoende middelen beschikt om de vordering ineens terug te betalen; of

    • b.

      de beëindiging of intrekking van de uitkering plaatsvindt door schending van de inlichtingenplicht.

  • 2.

    Na afloop van de termijn als bedoeld in het eerste lid wordt bij alle vorderingen de hoogte van de maandelijkse aflossingscapaciteit vastgesteld met als uitgangspunt dat belanghebbende blijft beschikken over een inkomen ter hoogte van de beslagvrije voet als bedoeld in het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering en dat de vordering binnen een redelijke termijn wordt afgelost tenzij er aanwijzingen zijn dat belanghebbende over voldoende middelen beschikt om de vordering ineens terug te betalen:

  • < € 2.500,- aflossen binnen 36 maanden;

  • € 2.500,- - € 5000,- aflossen binnen 48 maanden/60 maanden;

  • € 5000,- aflossen binnen 60 maanden/120 maanden.

Inwerkingtreding

Deze wijziging treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking en heeft terugwerkende kracht tot 1 januari 2021.

 

Overgangsrecht

Voor de uitkeringsgerechtigde die tot 1 januari 2021 geen afloscapaciteit had en waarbij de wijziging onder I tot gevolg heeft dat er vanaf 1 januari 2021 wel sprake is van afloscapaciteit, of waarbij de wijziging onder I tot gevolg heeft dat er sprake is van een hogere afloscapaciteit, geldt vanaf 1 januari 2021 een overgangstermijn van 6 maanden, tot 1 juli 2021.

 

Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Wijziging beleidsregels herziening, intrekking, terugvordering en invordering gemeente Asten 2018

 

 

Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Asten van 25 maart 2021.

College van burgemeester en wethouders van Asten,

mr. W.M.A. Verberkt

secretaris

A.A.H.C.M. Van Extel - Van Katwijk

burgemeester

Naar boven