Gemeenteblad van Rotterdam
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Rotterdam | Gemeenteblad 2020, 58620 | Verordeningen |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Rotterdam | Gemeenteblad 2020, 58620 | Verordeningen |
Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Rotterdam houdende regels omtrent het verstrekken van een tegoed voor de bevordering van noodzakelijke maatschappelijke participatie (Verordening AOW- en Jeugdtegoed Rotterdam 2020)
In deze verordening en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
AOW-gerechtigde: persoon die op de 1 maart 2020 de leeftijd heeft bereikt waarop hij aanspraak kan maken op een uitkering op grond van de Algemene Ouderdomswet en als ingezetene staat ingeschreven in de Basisregistratie Personen in Rotterdam;
doelgroep: AOW-gerechtigden met een laag inkomen en kinderen die ouders hebben met een laag inkomen;
inkomen: inkomen als bedoeld in de artikelen 31, 32 en 33 Participatiewet;
kind: kind dat op 1 maart 2020 vier jaar of ouder is, maar op 1 maart 2020 nog niet de leeftijd van 18 jaar heeft bereikt en als ingezetene staat ingeschreven in de Basisregistratie Personen in Rotterdam;
laag inkomen: inkomen van ten hoogste 110% van het wettelijk sociaal minimum, in de maand voorafgaand aan de datum van de aanvraag, waarbij als wettelijk sociaal minimum wordt uitgegaan van:
Rotterdampas: stadspas, uitgegeven door de gemeente Rotterdam, die een persoon in Rotterdam kan aanvragen en die de mogelijkheid biedt om met reductie deel te nemen aan participatiebevorderende activiteiten;
tegoed: AOW- of jeugdtegoed dat op grond van deze verordening kan worden verstrekt aan personen die tot de doelgroep behoren.
Artikel 2 Reikwijdte verordening
Deze verordening heeft betrekking op de verstrekking van een tegoed voor de bevordering van noodzakelijke maatschappelijke participatie van de doelgroep.
Het AOW-tegoed bedraagt € 450,- per huishouden als bedoeld in artikel 3, derde lid, van de Participatiewet.
Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de AOW-gerechtigde of het kind afwijken van artikel 5, eerste lid, van deze verordening als toepassing hiervan gelet op het belang dat dit artikel beoogt te beschermen naar het oordeel van het college tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 20 februari 2020.
De griffier,
I.C.M. Broeders
De voorzitter,
A. Aboutaleb
Dit gemeenteblad is uitgegeven op 28 februari 2020 en ligt op dins-, woens- en donderdagen van 9.00 tot 13.00 uur ter inzage bij het Bestuurlijk Informatiecentrum Rotterdam (BIR), locatie Wachtruimte Timmerhuis, Halvemaanpassage 1 (trap op, melden bij Informatiebalie)
(Zie ook: www.bis.rotterdam.nl – Regelgeving of Gemeentebladen chronologisch)
Toelichting op de verordening AOW- en Jeugdtegoed 2020
Met de inwerkingtreding van de Participatiewet op 1 januari 2015 zijn de categoriale regelingen bijzondere bijstand voor AOW-gerechtigden en kinderen van ouders met een minimuminkomen komen te vervallen. De wetgever heeft zich op het standpunt gesteld dat het generieke inkomensbeleid voorbehouden dient te zijn aan het rijk. De Participatiewet richt zich alleen op de participatie van personen vanaf 18 jaar tot de AOW-gerechtigde leeftijd, waarbij participatie gekoppeld is aan werkaanvaarding en sociale activering. De participatie van AOW-gerechtigden en kinderen is geen doel binnen de Participatiewet.
De gemeente Rotterdam is van mening dat juist voor de doelgroepen AOW-gerechtigden met een laag inkomen en kinderen van ouders die een laag inkomen hebben, maatschappelijke participatie van groot belang is. Daarom is voor deze doelgroepen een regeling opgezet: het AOW- en Jeugdtegoed. De regeling houdt in dat een financieel tegoed wordt gekoppeld aan de Rotterdampas van Rotterdammers die tot de doelgroep behoren.
Omdat deze regeling niet uitgevoerd kan worden op basis van de Participatiewet, zoals hierboven toegelicht, is deze verordening gebaseerd op artikel 108, eerste lid en 149 van de Gemeentewet. In artikel 108, eerste lid Gemeentewet is de autonome verordenende bevoegdheid van het gemeentebestuur geregeld. In artikel 149 van de Gemeentewet is bepaald dat de raad de verordeningen maakt die hij in het belang van de gemeente nodig oordeelt. In de verordening wordt een aantal bevoegdheden met betrekking tot de verstrekking van het AOW- en Jeugdtegoed door de raad ter nadere regeling gedelegeerd aan het college. Deze bevoegdheden van het college worden uitgewerkt in de door het college vast te stellen nadere regels en beleidsregels.
In dit artikel zijn enkele begrippen omschreven die in deze verordening voorkomen. Ten aanzien van enkele begrippen is aangesloten bij de definities uit de Participatiewet.
Sinds 1 januari 2015 is het niet meer mogelijk om op basis van de Participatiewet een categoriale regeling bijzondere bijstand te treffen ten behoeve van AOW’ers en kinderen. Op grond van de autonome verordenende bevoegdheid van de raad is het wel mogelijk om deze doelgroepen door middel van het verstrekken van een tegoed, te stimuleren om te participeren in de samenleving.
Voor de inkomensgrenzen is aansluiting gezocht bij de inkomensgrenzen die gelden voor de bijzondere bijstand (Participatiewet). Om voor een tegoed in aanmerking te kunnen komen, mag het inkomen in de maand voorafgaand aan de aanvraag niet hoger zijn dan 110% van het toepasselijk wettelijk sociaal minimum en is daarmee aan de bovenkant begrensd.
Het tegoed wordt beschikbaar gesteld op de Rotterdampas van de belanghebbende (de AOW-gerechtigde en het kind). Als de belanghebbende geen Rotterdampas heeft, moet deze pas eerst worden aangevraagd. Zonder Rotterdampas is het niet mogelijk om het recht te effectueren.
Artikel 2 Reikwijdte verordening
De verordening heeft tot doel AOW-gerechtigden met een laag inkomen en kinderen die ouders hebben met een laag inkomen, zo volwaardig mogelijk te kunnen laten participeren.
Vanwege de smalle beurs lopen de AOW-gerechtigden en kinderen die behoren tot de doelgroep het risico dat zij niet of onvoldoende participeren omdat de financiële middelen ontbreken. Kinderen die opgroeien in gezinnen met een laag inkomen hebben vaak geen middelen om deel te kunnen nemen aan activiteiten op het gebied van school, sport en cultuur. Zij kunnen daardoor aansluiting missen en een achterstand oplopen in hun ontwikkeling. AOW-gerechtigden lopen het risico om te vereenzamen en in een isolement te geraken. Onder participatiebevordering wordt in elk geval begrepen het kunnen deelnemen aan sportieve, culturele en educatieve activiteiten. Door middel van een tegoed op de Rotterdampas is het mogelijk om bepaalde producten aan te schaffen die noodzakelijk zijn om mee te kunnen doen aan deze activiteiten. Het gaat hier om een aantal productgroepen die passen bij de doelstelling, zoals sportartikelen, schoolspullen en hobbyartikelen. Over de besteding van het tegoed aan de producten uit de betreffende productgroepen, zijn afspraken gemaakt met winkels. De productgroepen zijn opgenomen in beleidsregels.
Artikel 5 Verstrekken van het tegoed
Als een belanghebbende aan de criteria voldoet wordt het tegoed beschikbaar gesteld op de Rotterdampas van de belanghebbende. Onder belanghebbende worden de AOW-gerechtigden en de kinderen verstaan die in aanmerking komen voor een tegoed. Om de toekenning van het tegoed te kunnen effectueren, is het bezit van een Rotterdampas dan ook noodzakelijk. Heeft de belanghebbende nog geen Rotterdampas dan moet hij deze eerst aanvragen. Rotterdammers met een laag inkomen betalen een relatief laag bedrag voor een Rotterdampas. De algemene voorwaarden van de Rotterdampas zijn van toepassing.
Kinderen van 12 tot en met 17 jaar ontvangen een hoger tegoed dan kinderen van 4 tot en met 11 jaar. De reden is dat kinderen van 12 tot en met 17 jaar in het algemeen gesproken meer financiële middelen nodig hebben voor de noodzakelijke participatie dan kinderen van 4 tot en met 11 jaar. Een kind moet op 1 maart 2020, voldoen aan de gestelde leeftijdscriteria.
Artikel 7 Bestedingsduur tegoed
Het tegoed dat op de pas wordt gestort kan alleen worden besteed tijdens de bestedingsperiode. Het saldo dat na deze periode op de pas overblijft, vloeit terug naar de gemeente. Het tegoed kan niet in geld worden omgezet.
In deze verordening is een hardheidsclausule opgenomen om, in gevallen waarin toepassing van artikel 5 van deze verordening - gegeven de doelstelling en de strekking van deze verordening - een ‘onbillijkheid van overwegende aard zou opleveren’, een onderdeel van die regeling buiten toepassing te laten of daarvan af te wijken. Met andere woorden: de hardheidsclausule ziet toe op situaties die niet voorzien zijn bij het vaststellen van de verordening en waarin het niet redelijk zou zijn om geen tegoed te verstrekken, ook al wordt niet geheel voldaan aan het bepaalde in de verordening.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2020-58620.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.